Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ons Erfdeel. Jaargang 47 (2004)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ons Erfdeel. Jaargang 47
Afbeelding van Ons Erfdeel. Jaargang 47Toon afbeelding van titelpagina van Ons Erfdeel. Jaargang 47

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ons Erfdeel. Jaargang 47

(2004)– [tijdschrift] Ons Erfdeel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Hendrikus Colijn, een opportunistische dogmaticus

Met zijn tweedelige Colijnbiografie heeft de Amsterdamse historicus Herman Langeveld een prestatie van formaat geleverd. De gezichtsbepalende politieke leiders van Nederland in de negentiende en twintigste eeuw wachten vrijwel zonder uitzondering nog op een moderne, volledige biografie. Thorbecke, Kuyper, Troelstra, Drees, Den Uyl: men zoekt een recente biografie tevergeefs. Diverse biografieën staan op stapel, maar Hendrikus Colijn (1869-1944), die een tijdlang voorzitter was van de Antirevolutionaire Partij en ministerpresident van 1933 tot 1939, opent nu de rij. De tijd leek daar ook rijp voor. Decennialang was Hendrikus Colijn door zijn crisispolitiek, zijn defaitistische houding bij het begin van de oorlog en zijn autoritaire leiderschap zo omstreden, dat men alleen pro of contra kon schrijven. De afstand is inmiddels toegenomen en er worden pogingen gedaan zijn werk niet meer zozeer te beoordelen of te veroordelen als wel het in zijn tijd te plaatsen.

Ondertussen is het wel in overeenstemming met een lange verzuilde traditie dat de biografie van de gereformeerde leider van vijf kabinetten en van de Antirevolutionaire Partij geschreven is aan de protestantse Vrije Universiteit. Zoals al bleek uit de reacties op het eerste deel (dat in 1998 verscheen), betekent dit echter niet dat Langeveld Colijn in bescherming neemt. Integendeel, de commotie die naar aanleiding van deel één ontstond, betrof gewelddaden die onder leiding van Colijn in Nederlands Indië waren verricht en die hij in brieven aan zijn familie beschreef. De enige jaren geleden overleden oudere VU-biograaf van Colijn, Puchinger,

illustratie
Verkiezingsaffiche voor Hendrikus Colijn uit 1925.


had cruciale aspecten van deze zaak nog met de mantel der liefde bedekt, maar Langeveld presenteerde ze prominent. Nu ging dit incident slechts over een klein gedeelte van deel één van de biografie, maar het was wel symbolisch voor Langevelds aanpak. Die kenmerkt zich door zeer zorgvuldig bronnenonderzoek en door een presentatie die iets van een proces heeft waarin argumenten pro en contra worden gewisseld en de historicus uiteindelijk als rechter optreedt. Langeveld hanteert een zakelijke stijl en onthoudt zich van al te expliciete oordelen, maar de manier waarop hij zijn materiaal presenteert laat weliswaar ruimte voor vrijspraak bij gebrek aan bewijs, maar laat ook weinig te raden over het eindoordeel van de biograaf.

In het in 2004 verschenen deel twee is een hoogtepunt van zijn methode het gedeelte over de affaire die Colijn volgens de geruchten zou hebben gehad met de Duitse mevrouw Hella Schultz. Langeveld heeft alles gelezen wat er over de affaire geschreven is en heeft zelf geen archief overgeslagen om te achterhalen wat er nu werkelijk gebeurd is. Het hoofdstuk leest als een detectiveverhaal, zij het met minder vaart en met formeel een open einde: circumstantial evidence suggereert weliswaar dat er iets is gebeurd maar Langeveld kan zijn le-

[pagina 612]
[p. 612]

zers geen uitsluitsel geven. Hij wijst er overigens op dat een dagblad als De Telegraaf, vaak niet bang voor een schandaaltje, deze zaak onvermeld liet, volgens de auteur vanwege sympathie voor Colijns politiek. Dit zal zeker een rol hebben gespeeld, maar een beschouwing over de rol van schandalen in de politiek en de bijzondere positie van Colijn in dit opzicht had hier Langevelds wat rechtlijnige concentratie op Colijn moeten completeren. Colijn was kwetsbaar omdat hij zelf zijn persoonlijke leven (zijn werk als militair in Indië, zijn gezinsleven, zijn levensstijl) als politiek wapen inzette. Dit zegt iets over de politiek van die tijd, maar Langeveld doet er niets mee.

In deel twee concentreert de auteur zich op de minutieuze uitwerking van enkele klassieke thema's uit de Colijn-literatuur: vooral fascisme, Gouden Standaard en mei 1940. Door deze keuze krijgen we geen beeld van Colijns dagelijkse leven. Nu opteert Langeveld uitdrukkelijk voor een politieke biografie, maar ook het dagelijkse politieke leven komt weinig aan bod. Hoe zag een werkdag van de minister eruit, hoe werkte hij samen met zijn medewerkers, het zijn zaken die hooguit in het voorbijgaan aan de orde komen. Maar wat maakt Langeveld van de thema's die hij heeft gekozen? Bij Colijns defaitisme in mei en juni 1940 werkt zijn aanpak goed met een genuanceerd verhaal dat het beeld niet wezenlijk verandert maar wel nader invult.

Twee andere thema's overtuigen wat minder. In uitgesponnen beschouwingen behandelt Langeveld Colijns houding tegenover het fascisme en tegenover de Gouden Standaard, de koppeling van de Nederlandse gulden aan de waarde van het goud. Aan de literatuur daarover voegt hij uiteindelijk alleen op onderdelen iets toe en het eindoordeel is nogal klassiek: Colijn was geen fascist maar had wel sympathie voor het fascisme (in tegenstelling tot het nationaal-socialisme) en hij had veel eerder de Gouden Standaard moeten verlaten.

illustratie
Hendrikus Colijn - Foto Historisch Documentatiecentrum voor het Nederlands Protestantisme.


Bij de discussie over fascisme en parlementaire democratie valt daarbij het gemis aan context op. Slechts in korte passages wijst Langeveld op de algehele en verklaarbare twijfel aan de democratie in het interbellum. Hij ontneemt zich er de mogelijkheid mee om meer te zeggen over de positie en populariteit van een leider als Colijn in deze tijd.

In de stukken over de Gouden Standaard valt Langevelds neiging tot oordelen op. Beurtelings verwijt hij Colijn kortzichtig dogmatisme (omdat hij de Gouden Standaard handhaafde) en princiepsloos opportunisme (omdat hij toen het er op aankwam toch weer gemakkelijk van standpunt veranderde; op economisch terrein, maar dit gold blijkbaar ook algemener). Een opportunistische dogmaticus: het is een mooie paradox, maar Langeveld laat de spanning onopgelost. Het lijkt er soms op dat hij bij het schrijven van de biografie zo'n hekel aan zijn hoofdpersoon heeft gekregen, dat hij liever oordeelt dan begrijpt. Ik had echter behalve een oordeel graag meer gehoord over het opportunisme, want men kan zich een regeringsleider bijna niet zonder die

[pagina 613]
[p. 613]

eigenschap voorstellen - Colijns ‘neiging tot schipperen teneinde zelf aan het roer te kunnen blijven’, noemt Langeveld het. Hier ligt wellicht juist een sleutel tot het succes van Colijn. De dogmaticus Colijn was deels een pose, zoals Langeveld laat zien, maar die was dan weer een belangrijk element van zijn rol van onverstoorbare ‘sterke man’, die hem in zijn tijd zo populair maakte.

Langevelds biografie berust op precies onderzoek en zijn verslag daarvan geeft zijn boek een eigen karakter, zoals ook de toonzetting dat doet. De biografie is verder eerder te beschouwen als de conclusie van de Colijn-literatuur van de afgelopen decennia dan als het begin van iets nieuws, maar wie in de toekomst iets nieuws over Colijn zal willen beweren zal niet zonder deze biografie kunnen.

 

Henk te Velde

herman langeveld, Hendrikus Colijn 1869-1944. Deel 2: Schipper naast God, Balans, Amsterdam, 2004, 688 p.
herman langeveld, Hendrikus Colijn 1869-1944. Deel 1: Dit leven van krachtig handelen, Balans, Amsterdam, 1998, 480 p.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over Schipper naast God. Hendrikus Colijn 1869-1944. Deel 2: 1933-1944


auteurs

  • Henk te Velde

  • beeld van H. Colijn