Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Queeste. Tijdschrift over middeleeuwse letterkunde in de Nederlanden. Jaargang 2004 (2004)

Informatie terzijde

Titelpagina van Queeste. Tijdschrift over middeleeuwse letterkunde in de Nederlanden. Jaargang 2004
Afbeelding van Queeste. Tijdschrift over middeleeuwse letterkunde in de Nederlanden. Jaargang 2004Toon afbeelding van titelpagina van Queeste. Tijdschrift over middeleeuwse letterkunde in de Nederlanden. Jaargang 2004

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.61 MB)

Scans (15.08 MB)

ebook (3.56 MB)

XML (0.81 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Queeste. Tijdschrift over middeleeuwse letterkunde in de Nederlanden. Jaargang 2004

(2004)– [tijdschrift] Queeste–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 85]
[p. 85]

De Roman van Walewein als cultureel ambassadeur
Veerle Uyttersprot

Naar aanleiding van: David F. Johnson & Geert H.M. Claassens (ed.), Roman van Walewein. Cambridge: D.S. Brewer, 2000. Arthurian Archives VI. Dutch Romances Volume 1. ISBN 0 85991 584 0. Prijs: $90.00

Binnen de medioneerlandistiek bestaat er al sinds decennia een levendige belangstelling voor de Roman van Walewein (hierna aangeduid als de Walewein), maar de internationale mediëvistiek heeft tot voor kort nooit veel aandacht besteed aan dit meesterwerk van onze literatuur. Het Nederlands, laat staan het Middelnederlands, is nu eenmaal geen wereldtaal. Anderstalige onderzoekers die toch met de Walewein wilden kennismaken, hebben zich lange tijd moeten behelpen met samenvattingen en globale overzichten van de Middelnederlandse literatuur.Ga naar voetnoot1

Sinds 1992 is er evenwel beterschap. In dat jaar bezorgde David F. Johnson een nieuwe editie van de Walewein, geflankeerd door een Engelse vertaling die de oorspronkelijke tekst op de voet volgt. Deze Walewein-uitgzve is de derde in de rij, althans als het gaat om weergaven van de volledige tekst.Ga naar voetnoot2 De eerste dateert reeds van het midden van de negentiende eeuw en is van de hand van W.J.A. Jonckbloet.Ga naar voetnoot3 Het duurde meer dan een eeuw vooraleer Van Es in 1957 de tweede editie op de markt bracht.Ga naar voetnoot4 Dit werk vervulde vijfendertig jaar lang de rol van toonaangevende uitgave maar inmiddels is Johnsons werk de nieuwe standaardeditie geworden en dat zal gedurende de volgende decennia wel zo blijven.

De uitgave van 1992 verscheen als volume 81 (series A) in de Garland library of medieval literature.Ga naar voetnoot5 In 2000 bezorgde Johnson binnen de reeks Arthurian Archives een nieuwe, herziene editie, ditmaal samen met G. Claassens. Dit nieuwe boek dat hier nu ter recensie voorligt, vormt het eerste van de reeks Dutch Romances. Johnsons vertaling bestaat uit rijmloze verzen waarbij de oorspronkelijke versinhoud maximaal gerespecteerd wordt. Mede dankzij deze minutieuze vertaling hebben een aantal internationaal gereputeerde literatuurhistorici zich kunnen mengen in het zeer dynamische Walewein-onderzoek.Ga naar voetnoot6

Een lange inleiding geeft allereerst de stand van zaken in het onderzoek in een notendop. De vele

[pagina 86]
[p. 86]

literatuurverwijzingen zijn niet altijd op een eenduidige manier weergegeven, maar bieden wel heel wat mogelijkheden tot verder onderzoek.Ga naar voetnoot7 Vervolgens komen de editieprincipes aan bod. Deze worden door de editeurs zelf als ‘conservatively critical’ bestempeld (p. 24): enkel duidelijke kopiistenfouten worden verbeterd; de allografemen i/j en u/v/w worden aangepast aan het moderne spellingbeeld, eigennamen krijgen hoofdletters. In de laatste uitgave werd, anders dan in de versie van 1992, interpunctie aangebracht in de Middelnederlandse transcriptie. Precies omdat de aanwezigheid van leestekens de interpretatie erg beïnvloedt, geef ik voor wat dit aspect betreft, de voorkeur aan de vroegere publicatie. Dankzij de Engelse parallelvertaling is een sturende hand bij de Middelnederlandse tekst trouwens overbodig, en met betrekking tot wetenschappelijk onderzoek, vaak ook niet wenselijk. Bij vergelijking van de versies van 1992 en 2000 valt verder op dat een aantal fouten in de transcriptie werd rechtgezet.Ga naar voetnoot8

Wat betreft de vertaling heeft Johnson een lovenswaardige prestatie geleverd. De Amerikaanse editeur wordt in de tweede editie weliswaar bijgestaan door de medioneerlandicus Claassens, maar hij kent zelf zeer goed Middelnederlands én modern Nederlands. Uiteraard is een vertaling meteen ook een interpretatie, maar de oorspronkelijke tekst wordt over het algemeen erg goed gerespecteerd. Hier en daar valt echter wel wat aan te merken op de woordkeuze die de Middelnederlandse nuances niet altijd ten volle weergeeft. Ik denk bijvoorbeeld aan vs. 3577 waar over Ysabele wordt gezegd dat zij zich sonder dorperheit ophoudt met haar kamermeisjes in de prachtige tuin van Endi. Sonder dorperheit wordt weinig accuraat als chastely (vs. 3578) vertaald. Evenmin correct is de vertaling her love (vs. 7726) voor hare minne (vs. 7727). Walewein klaagt er in deze passage over dat hij omwille van zijn liefde voor Ysabele in gevangenschap is terechtgekomen. Her love zou dan ook beter vervangen worden door My love for her.Ga naar voetnoot9 Soms is het Middelnederlands ook grappiger (vs. 190-191; vs. 4173-4175) of nadrukkelijker verwoord (vs. 3460). Enkele passages vertonen aanwijsbare fouten, al wegen sommige daarvan niet zwaar door.Ga naar voetnoot10

Op een aantal andere plaatsen doet de vertaling de betekenis van de tekst wel wat geweld aan. Twee voorbeelden mogen dit illustreren. Na afloop van Waleweins eerste avontuur, waarbij hij een gevecht op leven en dood levert met een drakenfamilie, vindt de ridder zijn paard terug dat tijdens de bloedstollende strijd op de vlucht was geslagen voor de vuurspuwende moederdraak. Snel loopt het paard op zijn meester toe:

 
Ende Gringolet quam te hant
 
Tote zinen here alstene sach
 
Ghelopen aldat ghelopen mach
[pagina 87]
[p. 87]
 
Die vanden slaghen was mesmaect
 
Alsone tserpent adde gheraect
 
Metten claeuwen in menigher stede. (vs. 636-641)

De Engelse vertaling suggereert dat Gringolet gewond werd door de draak en dat het dier daarom wat moeizaam beweegt, hoewel dat dan eigenlijk in tegenspraak is met het swiftly van vs. 636:

 
Gringolet then swiftly approached
 
His master when he saw him there.
 
He trotted as best he could,
 
For he had been sorely wounded
 
By the blows that the dragon
 
Had dealt him in many places with its claws, (vs.636-641)

Uit de voorgaande scène bleek nergens dat Waleweins rijdier geraakt werd. Tijdens een eerste treffen met vier drakenjongen stond Gringolet zijn meester bij in de strijd en diende één van de jonge draken een geweldige stoot toe. Het paard zelf raakte daarbij niet gewond. Tijdens de confrontatie met het moederdier zoekt Gringolet veiliger oorden op en tot twee keer toe wordt in de tekst herhaald dat Walewein er helemaal alleen voor Staat. De betrekkelijke bijzin van vers 639 slaat dan ook helemaal niet op Gringolet, maar op Walewein. Die is wel degelijk zwaar toegetakeld en zal even later, in de burcht van koning Wonder, nog zorg nodig hebben.

In een tweede voorbeeld spreekt Walewein tot koning Wonder en zegt dat hij iets te kort komt:

 
Here mi ghebreict ene sake
 
Dies bem ic zere tonghemake
 
Waert dat icse ghecrighen mochte
 
Sone levet hi niet diet mi ontcochte
 
No om zelver no om goud
 
In levert jou in jou ghewoud
 
Mede te doene al u ghebod (vs. 1291-1297)
 
 
 
My lord, there is one thing I lack
 
and it troubles me greatly;
 
if I were to possess it
 
then the man is not alive who could buy the chess-set from me,
 
neither with gold nor with silver;
 
I would deliver it into your power
 
To do with as you please, (vs. 1291-1297)

Volgens de vertaling, die hier explicieter is dan de oorspronkelijke tekst, doelt Walewein op het schaakbord. Het persoonlijke voornaamwoord het (vs. 1294, in clisis met die) slaat, blijkens het eerste stuk van de dialoog, niet op het schaakspel maar op het zwaard met de twee ringen dat koning Wonder in zijn bezit wil, in mil voor het schaakbord. Walewein belooft dat, als hij het zwaard te pakken krijgt, hij het aan niemand zal afstaan (voor zilver noch goud) tenzij aan koning Wonder zelf. De sake (vs. 1291) waaraan het de ridder ontbreekt en waarover hij zich grote zorgen maakt, is een degelijke wapenrusting zoals duidelijk wordt uit de verdere conversatie tussen Wonder en Walewein:

 
Die coninc seide also helpe mi God
 
Heer Walewein sect mi wat dat es
 
Des sijt seker ende ghewes
 
Ic saels jou helpen na mire macht
 
Hi seide ic ne hebbe seilt no scacht
[pagina 88]
[p. 88]
 
Mijn halsberch hevet menighe score
 
Die mi gherochte hi stakemi dore
 
Dies bem ic in groter zorghen (vs. 1298-1305)

Tijdens het voorafgaande gevecht met de draken was Walewein inderdaad zijn schild en speer kwijtgeraakt en scheurde zijn maliënkolder op vele plaatsen.Ga naar voetnoot11

Nog een laatste opmerking in verband met het gebruik van eigennamen. In de vertaling kiezen de editeurs er regelmatig voor het persoonlijke voornaamwoord uit de Middelnederlandse tekst te vervangen door de naam van de betreffende persoon. Dit komt de duidelijkheid zeker ten goede: in de oorspronkelijke tekst wordt er zo vaak hi gebruikt, dat men op de duur niet meer weet over wie het nu eigenlijk gaat. Bij het invoegen van eigennamen in de directe rede is echter voorzichtigheid geboden: in Middelnederlandse dialogen is het niet gebruikelijk dat personages elkaar zomaar bij de naam noemen zonder dat er enige titulatuur bij te pas komt. Evenmin wordt er over een derde persoon een verhaal verteld waarbij deze dan zonder meer wordt genoemd. Wanneer dit in de vertaling wel gebeurt, werkt dat bevreemdend en een enkele keer gebeurt het ook foutief. In de Rode-Ridder-episode brengt een door Walewein geredde jonkvrouw verslag uit bij haar oom. Enthousiast heeft ze het over Walewein die haar aanvallers overwon, maar het meisje kent op dat ogenblik de naam van haar redder helemaal niet. Traditiegetrouw stelt Walewein zich namelijk nooit uit eigen beweging voor, maar zal wel gewillig zijn naam geven wanneer hem hierom verzocht wordt. In de hele, vrij lange passage (vs. 3676-4539) gebeurt dit niet en wordt de rondetafelridder steeds aangeduid als rudder (vs. 3894, 3921) of als here (vs. 4374). Dergelijke fouten zijn heel begrijpelijk. Als vertaler is men geconcentreerd op kleine tekstfragmenten en heeft men de neiging om het overzicht over grotere passages wat uit het oog te verliezen.

Deze kritische kanttekeningen ten spijt is de Engelse parallelvertaling zonder twijfel de grootste troef van de recentste tekstedities. Niet alleen wordt de Middelnederlandse roman daardoor leesbaar voor anderstalige onderzoekers, ook de medioneerlandistiek vindt er baat bij. Een goede moderne versie van de tekst is, zelfs voor doorgewinterde medioneerlandici, vlotter te lezen dan de middeleeuwse variant.

Johnsons uitgave maakt van de Walewein niet alleen een culturele ambassadeur ‘in den vreemde’; het boek zorgt er eveneens voor dat deze belangrijke vertegenwoordiger van de Middelnederlandse cultuur ook binnen het Nederlandse taalgebied een stuk toegankelijker wordt.

 

Adres van de auteur: ku Brussel, Vrijheidslaan 17, b-1081 Brussel.

voetnoot1
De bekendste daarvan is misschien wel het artikel van H. Sparnaay, ‘The Dutch Romances.’ In: R.S. Loomis (red.), Arthurian Literature in the Middle Ages. A collaborative History. Oxford, 1959, p. 443-461. Dat maar weinig onderzoekers zich, op basis van deze inspiratieloze en weinig accurate bijdrage, verder wensten te verdiepen in de Middelnederlandse literatuur wekt niet echt verbazing. Draak geeft een vernietigend oordeel over Sparnaay: A.M.E. Draak, Onderzoekingen over de Roman van Walewein (met aanvullend hoofdstuk over ‘Het Walewein onderzoek sinds 1936’). Groningen/Amsterdam, 1975, p. 231-266.
voetnoot2
B. Besamusca vermeldt ook onvolledige edities in zijn Repertorium van de Middelnederlandse Arturepiek. Utrecht, 1985, p. 46-47.
voetnoot3
W.J.A. Jonckbloet (ed.), ‘Roman van Walewein’ door Penninc en Pieter Vostaert. 2 dln., Leiden, 1846.
voetnoot4
G.A. van Es (ed.), De jeeste van Walewein en het schaakbord van Penninc en Pieter Vostaert. Artur-epos uit het begin van de 13e eeuw. 2 dln., Zwolle, 1957. M. Draak formuleerde in de tweede versie van haar dissertatie (met een aanvullend hoofdstuk over het Walewein-onderzoek sinds 1936) scherpe kritiek op deze editie. Ze wees er onder meer op dat de tekstkritische aantekeningen al te uiteenlopende gegevens bevatten zonder enige groepering. Verder formuleerde ze bedenkingen bij de woordenlijst en bij Van Es' weinig consequente houding tegenover zijn uitgangsprincipe om duidelijke schrijffouten te emenderen. Van Es' standpunten over het dubbele auteurschap, de bronnen en de datering van de Walewein werden eveneens door Draak ter discussie gesteld.
voetnoot5
D.F. Johnson (ed.), Pennine and Pieter Vostaert. ‘Roman van Walewein’. New York/London, 1992, Garland Library of Medieval Literature, Volume 81 Series A.
voetnoot6
Twee jaar na Johnsons editie publiceerde Janssens ook een Engelstalige bijdrage specifiek over de Walewein:J.D. Janssens, ‘The Roman van Walewein, an episodic Arthurian Romance.’ In: E. Kooper (red.), Medieval Dutch Literature in its European Context. Cambridge, 1994, p. 113-128 en in 1996 verscheen van Besamusca een eveneens Engelstalig overzicht van de Arturliteratuur in de Lage Landen. Dit biedt veel betere kennismaking met de Middelnederlandse Arturromans dan Sparnaays eerdere resumé: B. Besamusca, ‘The Low Countries.’ In: N.J. Lacy (red.), Medieval Arthurian Literature. A Guide to recent Research. New York/London, 1996. p. 211-237. Wat betreff de belangstelling voor de Walewein vanuit internationale hoek denke men bijvoorbeeld aan B. Besamusca & E. Kooper (red.), Originality and Tradition in the Middle Dutch ‘Roman van Walewein’. Cambridge, 1999, Arthurian Literature XVII.
voetnoot7
Enkele voorbeelden van voorkomende inconsequenties: het systeem om de naam van een auteur niet meer in de verwijzing op te nemen als die ook al in de lopende tekst voorkwam, wordt niet overal aangehouden (bijv. bij de verwijzing naar Van den Berg 1987 (p. 6), naar Van Mierlo 1953 en naar Janssens 1979 (allebei op p. 7). Soms ook ontbreekt de datum van een aangehaalde Studie: bijv. de verwijzingen naar Van Es (p. 7) en naar Draak (p. 7 en 9). Op p. 6 wordt verwezen naar McConeghy die verder niet in de literatuurlijst is opgenomen. De kruisjes naast McConeghy, in plaats van een datum wijzen erop dat de bibliografische verwijzingen nog niet echt in een finaal stadium waren. Paris' Histoire littéraire de la France (p. 18) heeft evenmin een plaatsje gekregen in de literatuurlijst achteraan. Het lijkt er een beetje op of de bibliografische verwijzingen in grote haast tot stand zijn gekomen en nog niet helemaal op punt stonden.
voetnoot8
Men vergelijke vs. 5; vs. 183; vs. 186; vs. 605; vs. 702; vs. 1141; vs. 1271; vs. 2767; vs. 3030; vs. 4934; vs. 5261; vs. 10555; vs. 10979 en vs. 11005/11006.
voetnoot9
Zie verder ook: vs. 168-169; vs. 264; vs. 895; vs. 3343-3345; vs. 5820.
voetnoot10
Tot de categorie verwaarloosbare vergissingen behoort bijvoorbeeld de vertaling van ten veinstren (vs. 2240) als at the window (vs. 2239), waar het strikt genomen om een vrouwelijke of onzijdige meervoudsuitgang in de datief gaat. Eerdere, gelijkaardige constructies werden wel correct in het Engels omgezet (vs. 234, vs. 2052).Van hetzelfde niveau is het schoonheidsfoutje in vs. 5358 waar de Engelse tekst de onvoltooid tegenwoordige tijd geeft in plaats van de onvoltooid verleden tijd van het Middelnederlands. Of bijvoorbeeld de vertaling van vs. 2683: sijn oghen ende zijn hande wordt ‘his hands and face’. In vs. 6740 komt dezelfde zinsnede voor die dit keer wel letterlijk wordt vertaald.
voetnoot11
Vergelijkbare verkeerde lezingen treft men ook aan in een aantal andere passages. In vs. 3085-3093 wordt in de vertaling de pracht en praal van een bedsprei abusievelijk gekoppeld aan een vloerkleed; vs. 4538 is deel van de Rode-Ridder-episode waar een jonkvrouw belaagd wordt door een ridder in rode wapenrusting en diens gezellen. Het door Walewein geredde meisje brengt hier verslag uit over Waleweins heldendaden bij haar oom. Ze vertelt dat Walewein drie van de aanvallers doodde en dat de vierde om zijn leven smeekte. Volgens de vertaling zou de derde booswicht niet gedood zijn. In dezelfde episode is bij het wegwerken van een vertaalfout van de publicatie uit 1992 een nieuwe interpretatiefout ontstaan. Walewein wil de nacht niet doorbrengen bij de oom van de geredde jonkvrouw, maar wil terug naar de plaats waar hij zijn tegenstrevers heeft verslaan, een plaats waar hem bange uren te wachten staan: ‘dere’ in vs. 4640 moet wel degelijk als ‘leed, verdriet’ worden vertaald en niet als ‘eer’ (honor luidt het in het Engels), als een clisis van ‘die ere’ dus. In vs. 5482 wordt de zinssnede ‘onsen here’ vertaald als: ‘our lord, your father’ en zou dan slaan op de vader van de betoverde vos Roges. Ik denk echter dat met ‘onsen here’ verwezen wordt naar God, zoals dat ook gebeurt in vs. 5491 en 5507.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken