Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tweede Deel van Sparens Vreugden-Bron (1646)

Informatie terzijde

Titelpagina van Tweede Deel van Sparens Vreugden-Bron
Afbeelding van Tweede Deel van Sparens Vreugden-BronToon afbeelding van titelpagina van Tweede Deel van Sparens Vreugden-Bron

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.33 MB)

ebook (3.62 MB)

XML (0.23 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tweede Deel van Sparens Vreugden-Bron

(1646)–Anoniem Sparens Vreughden-Bron–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vytstortende Soo Nieuwe als Singens-waerdighe Deuntjens


Vorige
[pagina 231]
[p. 231]

Register.

A.

AL hebben de Princen hier haer lust, Pag: 42
Als Phoebus held're Kruyn, 102
Ambachten zijnder veele, 108
Ach! hoe is mijn Hart ghewondt, 195
Al die hier zijn by een vergaert, 200
Astrea waerde Maeght, vliedt niet, Etc. 205
Aes der Wormen, ô aerden Klomp. 214

B.

Bien qu'il m'ait prisé pour duppe, 24
Belle Philis, si le silende. 150

C.

Carileen, wel hoe, wel hoe dus vluchtigh. 192

D.

De heb-sucht voortgebracht van d'onder-aerdtsche Goden, 27
Drooght af u nat ghetraen, 69
Daer rijst de Zon met groot vermaeck, 83
Die al wil vanghen dat hy siet, 130
De Goden quamen eens te saem, 135
[pagina 232]
[p. 232]
Den Boriam// Met felle koude quam, 170
De Borsjens soet// van Naerden goedt, 186
Der Liefden vredewensch. 208

E.

Ey groene Telghjes van het Woudt. 64
Een Ionghman die uyt vryen gaet. 99

F.

Filli, die schone Schaferin// Beschlossen, Etc. 133
Fueert mick hen mien frisse Ledderen. 142

G.

Groote goedtgunstighe Goon en Godinnen, 77
Goede eeuw, blijde tijdt// werdt van Godt, Etc. 96
Ghelijck Apollo staegh// zijne Daphne, Etc. 139
Goenavondt Ionghes, hoe dus vroom. 225

H.

Hoogh-beroemde Peerel-Stadt, 20
Ha! le printems, & ma Belle, 58
Hoe slaeft den Mensch in onrust alle daegh, 73
Ha! wreede Wijve-smijter! Die my, Etc. 148
Ha! soete Beckje ick beklaeghje// waerom jaeghje, 156
[pagina 233]
[p. 233]
Het blickerige Stael der bloedighe Tyrannen, 158
Hier kom ick aen loopen, door slijckighe straten, 174
Hoe ist, ô geestigh Meysje, dat wanhoop vande Min, 211
Hoe is 'et gheselschap dus dapper verheught. 221

I.

In't dickste van de Linden, op een huys Slotelijn, 12
Ieughdigh volckje ras, ras, ras, 14
Iopje ghy moet haestigh loopen, 33
Ick ben niet te spreecken, by gans, Etc. 50
Ick slae de Trom voor mijnen Heer, 60
Ick had my begheven// ick had, Etc. 113
Ick stae gelijck versuft, hoe sal ick my verwond'ren, 122
Ionghe Luyden datjet wist. 152

K.

Komt gheestighe Nymphjes van 't vrolijcke Spaer, 7
Komt nu ghy Sangheressen al, 37
Komt mijn lodderlijcke Trijn, 145
Kon ick dit lichaem mee daer nu mijn ziel is, Etc. 227

L.

Laet Romen op zijn Tijber roomen, 1
[pagina 234]
[p. 234]
Licht van mijn soete jonghe tijdt, 26
Laet ons Godt den Heer beminnen, 55
Les gersons de nos vilage, 85
Liefste Leven, segh waer soo wilt ghy henen, 90
Lest op een Paessen-maendagh, 126
L'autre jour je fus espris, 176
Lusinde schoonste Schoon, hoe brandt, Etc. 229

M.

Mammons dienaren// die steldt u sin, 116
Mijn ghemoedt verheught van binnen, 163
Maets! lustigh, springhen wy eens op, 178
Museaus en lumenez. 188

N.

Nu 't aenghename groen weer uyt. 81

O.

Och! hoe heerlijck zijn Godts wercken, 87
O zaligh' Hope tot Godts Zael, 137
O harde Hart, nochtans van vleesch ghebooren. 181

P.

Pourquoy tournez vou vos yeux. 161
[pagina 235]
[p. 235]

R.

Rozette pour un peu d'absence. 120
Rechtschapen Ziel, hoe klimt u dom verstandt. 124

S.

Stort uyt, mijn droef ghesicht, een tranen-vloedt, Etc. 11
Springht op gheheel van vreughde soet, 22
Singht op, Bruylofts-ghenooten, 66
Slevens Ziel-Son is verschenen, 112
Schuyft Phoebus u Gordijnen op, 141
Soo haest den Dagheraedt des morghens, Etc. 216
Segh Harderinne ach! waer heen, Hu, hu. 219

T.

'T is Hollandts pronck, Haerlems cieraedt, 16
'T best op d'Aerdt, dat nochans, 30
Terwijl veel Maeghden van de Stadt, 52
'T schoonste schoonheydt gheeft bedincken, 183
Trouwen niet soo soet als Trouwen, 190
Treuren en klaghen zijn al mijn ghezanghen, 203
Toont my Goddin u wedermin. 223
[pagina 236]
[p. 236]

V.

Veel Klughjes, en deuntjes bedrijven de Ieught. 62

W.

Wanneer de Liefd' den Liever gunt vernoeghen, 9
Wanneer Aurora haer tranen had gheschreyt, 39
Wilt nu uyt lust beginnen, 45
Wy komen hier nu aen te saem, 48
Wat rampspoedt moet hy al verdraghen, 75
Waer isser beter Kroegh te vinden, 94
Wat meught ghy dert'le Ionghelinghen, 104
Wel Nymphjes van ons Sparens-stadt, 106
Wonder is des Menschen handel, 110
Wilt ghy stadigh wederstreven, 159
Wel Melis hoe gaet het// wel Bruygom, Etc. 166.
Waerom, ha! Sylvia, vlucht ghy, Etc. 198
Wel wat zijn dit voor manieren. 212

EYNDE


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken