De spoorwagen, vol met zedelijke liederen

[p. 63]

Inhoud.

	Bladz.
Als de nacht in stille rust.	17
Arm en ned'rig in mijn hutje.	27
Aan den oever van een snelle vliet	34
Als 't glaasje in 't rondte vrolijk zwiert	35
Alweêr een brief van de Leidsche post	36
Alles alles op deez' aarde	52
Ach, Betje lief! mijn engelin!	55
De vogelvanger tralala	20
De wintervorst vierde zijn woede ten toom	22
Daar kwam 'er een meisje van Schevening aan	26
Deze bloemptjes deze perken	29
De zon verbergt haar gloeijend licht	51
De Koning leev'! de Koning leev'!	5
De zon is aan 't klimmen mijn Roosje ontwaakt	16
Elize 'k zag u en ik minde	31
Eet Mosselen! eet Mosselen!	37
Een meisje waakte nacht op nacht	41
Een dorpje niet wijd van hier	45
Een enkel slokje kan geen kwaad	54
Geen teed're maagd zal ooit haar hand	9
Geld is alles hier op aarde	57
Hij die als man zijn pligt betracht	21
Hier ligt mijn Damon in het graf	24
Hoe vrolijk kan de Boer niet leven	28
Hoera! ik gaan de Oceaan	49
Ik minde u, en gij ook mijn	32
Ik stond en ik stond laatst op een morgenstond	48
Laatsmaal kwam een oude pruik	19
Lustig Lijsje! jong van jaren	40
O, zoet! o bekoorlijk gevoel van te zijn	14
Ons heeft de schepster van de liefde	18

[p. 64]

	Bladz.
O, zielsvriendin! wilt gij mijn klag aanhooren	43
Op, mannen! op, de Koning spreekt,	7
Triomf! de vreugde stijgt ten top	38
Voortreffelijk schoon vindt men het jagen	47
Van al de Landen hier op aard	59
Vrienden! neemt voor 't Vaderland	8
Wilhelmus van Nassouwen	11
't Wordt duister, mijn Roosje kom speel nu enz.	16
Wat is 't een vreugd op 't land te leven	39
Wat is 't schoon weldadigheid te plegen	44
Wien Neêrland bloed in d'ad ren vloeit	3
Wreed gescheiden lievelingen!	61
'k Zat laatst te spinnen al voor mijn deur	23