Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments (Statenvertaling 1637) (2008)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.00 MB)

ebook (11.07 MB)

XML (23.68 MB)

tekstbestand






Editeur

Nicoline van der Sijs



Genre

non-fictie

Subgenre

vertaling
non-fictie/theologie
bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments (Statenvertaling 1637)

(2008)–Anoniem Statenbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Psalm xcvij.

Een beschrijvinge der Majesteyt des Rijcks Godes, ende de vreucht der godtsaligen van wegen sijne gerechticheyt ende gerichte over de afgoden-dienaers: Mitsgaders een vermaninge tot godtsalicheyt ende geestelicke blijtschap.

1

Ga naar margenoota DE HEERE Ga naar margenoot1 regeert, de aerde verheuge haer; dat vele Ga naar margenoot2 Eylanden sich verblijden.

2

Ga naar margenoot3 Rontom hem zijn Ga naar margenoot4 wolcken, ende donckerheyt, Ga naar margenoot5 gerechticheyt ende gerichte zijn de Ga naar margenoot6 vasticheyt sijnes throons.

3

Ga naar margenoot7 Een vyer gaet voor sijn aengesichte henen: ende ’t steeckt sijne wederpartijen rontom aen brant.

4

Ga naar margenootb Sijne blixemen verlichten de werelt: Ga naar margenootc het aerdrijck Ga naar margenoot8 sietse ende Ga naar margenoot9 ’tbeeft.

5

De bergen smelten als was voor het aenschijn des HEEREN: voor het aenschijn des Heeren der gantscher aerde.

6

Ga naar margenootd De Ga naar margenoot10 hemelen verkondigen sijne gerechticheyt: ende alle volcken sien sijne eere.

7

Beschaemt moeten wesen alle die Ga naar margenoot11 de beelden dienen, die haer op Ga naar margenoot12 afgoden beroemen: Buygt u neder voor hem alle Ga naar margenoot13 ghy goden.

8

Ga naar margenoot14 Zion Ga naar margenoot15 heeft gehoort, ende ’t heeft sich verblijt, ende Ga naar margenoot16 de dochteren Iuda hebben haer verheugt van wegen uwe oordeelen, o HEERE.

9

Want ghy, HEERE, zijt d’Alderhoochste over de geheele aerde: Ghy zijt seer hooge verheven boven alle Ga naar margenoot17 goden.

10

Ghy liefhebbers des HEEREN, Ga naar margenoote hatet het quade: hy bewaert de zielen sijner gunstgenooten, hy redtse uyt der godtloosen hant.

11

Ga naar margenoot18 Het licht is voor den rechtveerdigen Ga naar margenoot19 gezaeyt, ende vrolickheyt voor de oprechte van herten.

12

Ghy rechtveerdige verblijt u in den HEERE: ende spreeckt lof Ga naar margenoot20 ter gedachtenisse sijner heylicheyt.

margenoota
Psal. 93.1. ende 96.10.
margenoot1
D. hy bewijst met der daet, dat hy Coninck is, niet alleene van ’t volck van Israel, maer van de gantsche werelt.
margenoot2
D. volckeren ende Natien in de Eylanden woonende, als Iesa. 42.4. ende 60. vers 9.
margenoot3
Siet dergelijcke beschrijvinge der macht ende Majesteyt Godes, Psal. 18.8, 9, etc.
margenoot4
Hebr. een wolcke.
margenoot5
Siet de aenteeck. Genes. 18. op vers 19.
margenoot6
Of ’t steunsel, of ’t fundament.
margenoot7
Verst. door ’tvyer de gestrenge wrake ende straffe Godes.
margenootb
Apoc. 4.5.
margenootc
Psal. 77.17.
margenoot8
T.w. de blixemen.
margenoot9
Ofte, ’t wert angstich, T.w. als een vrouwe die het wee des barens over comt.
margenootd
Psal. 19.2. ende 50.6.
margenoot10
Verstaet, de hemelsche creaturen of schepselen, als donder, blixem, hagel, sneeu, tempeesten, etc. Of, de Engelen.
margenoot11
Hebr. het Gesneden, ofte, gegraven beeldt.
margenoot12
Siet Lev. 19.4. ende 1.Sam. 12.21.
margenoot13
D. Engelen. siet Psal. 8.6. Hebr. 1.6. Ende siet de vervullinge deser woorden in Christo, Luc. 2. versen 13, 14. Marc. 1.13. Apoc. 5. versen 1, 12. Hebr. 1.7.
margenoot14
D. de kercke Godes, soo der Ioden, als der Heydenen.
margenoot15
T.w. de oordeelen ende straffen Godes over sijne vyanden, als blijckt uyt het eynde deses vers.
margenoot16
Verst. de inwoonderen des Ioodschen lants, als Psal. 48.12. ende voorts der gantscher kercke.
margenoot17
Als vers 7.
margenoote
Amos 5.15. Rom. 12.9.
margenoot18
D. Voorspoet ende geluck, vreucht ende blyschap, als Esth. 8.16. siet Iob 18. op vers 6.
margenoot19
Het gaet met den troost die den vromen bereyt is, gelijck met het zaet dat in de aerde geworpen wort, ’t welck soo stracks niet op en gaet, maer ’t blijft dickwils lange in de aerde liggen eer het voort komt: Doch ’t brengt daer na schoone vruchten voort. De rechte vreucht ende vrucht der kinderen Godts is haer in den Hemel bereyt, maer nu verborgen.
margenoot20
D. dat sijne heylicheyt moge in gedachtenisse gehouden worden, als Psal. 30.5.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken