Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments (1657)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

ebook (11.10 MB)

XML (24.25 MB)

tekstbestand






Editeurs

Hans Beelen

Nicoline van der Sijs



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/theologie
bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments

(1657)–Anoniem Statenbijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Het xxiiij. Capittel.

Van de vrouwe, die van haren man met eenen scheydtbrief verlaten is, vers 1, etc. vryheyt des nieuw-getrouwden, 5. panden, 6. menschen-dieven, 7. melaetsheyt, 8. weder van panden, 10. Van daghloon, 14. niemant te straffen om eens anderen misdaet, 16. Van recht ende liefde aen weduwen, weesen, ende vreemdelingen te bewijsen, 17.

1

WAnneer een man eene vrouwe sal genomen, ende die getrouwt hebben; soo sal het geschieden, indiense geene genade sal vinden in sijne oogen, om dat hy Ga naar margenoot1 yets schandelicks aen haer gevonden heeft, Ga naar margenoot2 dat hy haer eenen Ga naar margenoota Ga naar margenoot3 scheydtbrief sal schrijven, ende in hare hant geven, ende latense gaen uyt sijnen huyse.

2

Soo sy dan, uyt sijnen huyse uyt gegaen zijnde, sal henen gaen ende eenen anderen man [ter vrouwe] worden,

3

Ende dese laetste man haer gehaett, ende haer eenen scheydtbrief geschreven, ende in hare hant gegeven, ende haer uyt sijnen huyse sal hebben laten gaen: ofte, als dese laetste man, diese voor sich tot eene vrouwe genomen heeft, sal gestorven zijn:[kolom]

4

Soo en sal haer eerste man, die haer heeft laten gaen, haer niet mogen Ga naar margenoot4 weder nemen, dat sy hem ter vrouwe zy, Ga naar margenoot5 na dat sy is verontreynight geworden; want dat is een grouwel voor ’t aengesichte des HEEREN: alsoo sult ghy Ga naar margenoot6 het lant niet doen sondigen, dat u de HEERE uwe Godt ten erve geeft.

5

Wanneer een man een nieuwe Ga naar margenootb vrouwe sal genomen hebben, die sal Ga naar margenoot7 in het heyr niet uyttrecken, ende Ga naar margenoot8 men sal hem geenen last opleggen: een jaer langh sal hy Ga naar margenoot9 vry zijn in sijnen huyse, ende sijn wijf, dat hy genomen heeft, verheugen.

6

Men sal beyde Ga naar margenoot10 molensteenen, immers den Ga naar margenoot11 bovensten molensteen niet te pande nemen: want Ga naar margenoot12 hy neemt Ga naar margenoot13 de ziele te pande.

7

Wanneer yemant gevonden sal worden, die Ga naar margenoot14 eene ziele Ga naar margenootc steelt uyt sijne broederen, uyt de kinderen Israëls, ende drijft gewin met hem, ende verkoopt hem: soo sal dese dief sterven, ende ghy sult het boose uyt het midden van u wech doen.

8

Wacht u in de plage der melaetsheyt, dat ghy Ga naar margenoot15 neerstighlick waer nemet, ende doet na alles, dat de Levitische Priesteren u-lieden sullen leeren; gelijck als Ga naar margenootd ick hen geboden hebbe, sult ghy waer nemen te doen.

9

Gedenckt wat de HEERE uwe Godt gedaen heeft aen Ga naar margenoote Mirjam: op den wegh, als ghy uyt Egypten waert uytgetogen.

10

Wanneer ghy aen uwen naesten Ga naar margenoot16 yets sult geleent hebben; soo en sult ghy tot sijn huys niet in gaen, om sijn pandt te pande te nemen.

11

Buyten sult ghy staen: ende de man, dien ghy geleent hebt, sal het pandt na buyten tot u uytbrengen.

12

Doch indien hy een arm man is, soo sult ghy met sijn pandt niet Ga naar margenoot17 neder liggen.

13

Ghy sult hem dat pandt Ga naar margenoot18 sekerlick Ga naar margenootf weder geven, als de sonne onder gaet, dat hy in sijn kleet neder ligge, ende u Ga naar margenoot19 zegene: ende Ga naar margenoot20 ’t sal u gerechtigheyt zijn, voor ’t aengesichte des HEEREN uwes Godts.

14

Ghy sult den armen ende nootdruftigen daghlooner niet Ga naar margenootg Ga naar margenoot21 verdrucken; die uyt uwe broederen is, ofe uyt uwe vreemdelingen, die in u lant ende in uwe Ga naar margenoot22 poorten zijn.

15

Ga naar margenoot23 Op sijnen dagh sult ghy sijn loon geven, ende de sonne en sal daer over Ga naar margenoot24 niet onder gaen; want hy is arm, ende Ga naar margenoot25 sijne ziele verlanght daer na: dat hy tegens u niet en roepe tot den HEERE, ende Ga naar margenoot26 sonde in u zy.

16

Ga naar margenoot27 De vaders sullen niet gedoot worden Ga naar margenooth voor de kinderen, ende de kinders sullen niet gedoot worden voor de vaderen: een yeder sal om sijne sonde gedoot worden.

17

Ghy sult het recht des Ga naar margenooti vreemdelinghs, [noch] Ga naar margenoot28 des weesen niet buygen: ende ghy en sult het kleet der weduwe niet te pande nemen.

18

Maer ghy sult gedencken, dat ghy een knecht in Egypten geweest zijt, ende de HEERE uwe Godt heeft u van daer verlost: daerom gebiede ick u dese sake te doen.

19

Wanneer ghy uwen oogst op uwen acker Ga naar margenootk afge-oogst, ende eene garve op den acker vergeten sult hebben, soo sult ghy niet weder keeren, om die op te nemen; voor den vreemdelingh, voor den weese, ende voor de weduwe salse zijn: op dat u de HEERE uwe Godt zegene in al het werck uwer handen.

20

Wanneer ghy uwen olijfboom sult geschuddet hebben, soo en sult ghy de tacken Ga naar margenoot29 achter u niet nauwe doorsoecken:

[Folio 87v\Ampt der Richteren. Mans--broeder.]
[fol. 87v\Ampt der Richteren. Mans--broeder.]

voor den vreemdelingh, voor den weese, ende voor de weduwe sal het zijn.

21

Wanneer ghy uwen wijngaert sult afgelesen hebben, soo en sult ghy de druyven achter u niet nalesen: voor den vreemdelingh, voor den weese, ende voor de weduwe sal het zijn.

22

Ende ghy sult gedencken, dat ghy een knecht in Egyptenlant geweest zijt: daerom gebiede ick u dese sake te doen.

margenoot1
Hebr. naecktheyt ofte schandelickheyt eens dinghs. Verstaet alsulcke dingen waer door de man mishagen aen haer neemt, uytgenomen hoererije.
margenoot2
And. ende hy haer een scheydbrief geschreven, ende in hare hant gegeven, ende uyt sijnen huyse verlaten sal hebben; ende alsoo voorts tot het 4 vers toe.
margenoota
Matth. 5.31. ende 19.7. Marc. 10.4.
margenoot3
Hebr. een brief, of, boecksken daer af, of, uytsnijdinge: Om dat de bandt des houwelicks daer mede als in twee gesneden, ende de gehouwde gantschelick van een gescheyden wierden. Siet de verklaringe onses Heeren Iesu Christi over dese wet. Matth. 19.3, etc.
margenoot4
Hebr. mogen weder keeren, om haer te nemen.
margenoot5
Vergel. Matth. 5. vers 32.
margenoot6
D. geene schult ende straffe over het lant brengen, ofte, den inwoonderen des lants geene oorsake geven tot sondigen.
margenootb
Deut. 20.7.
margenoot7
Tot den krijgh. siet Num. 1. op vers 3.
margenoot8
Hebr. geen dingh, (D. geen last) sal over hem gaen.
margenoot9
Hebr. onschuldigh, D. vry van last, gelijck de onschuldige vry behoort te zijn van straffe.
margenoot10
Dit schijnt te sien op de hantmolens, die men by oudts in huysgesinnen plach te hebben. Vergel. Exod. 11. vers 5. Num. cap. 11. vers 8. Ierem. 25.10.
margenoot11
Want de bovenste steen malen moet.
margenoot12
Die sulcks doet.
margenoot13
D. het leven: Verstaet, het gene daer van de mensche leven of sich onderhouden moet.
margenoot14
D. eenen mensche.
margenootc
Exod. 21.16.
margenoot15
Hebr. seer.
margenootd
Levit. 13.2.
margenoote
Numer. 12.10.
margenoot16
Hebr. de leeninge van yets geleent sult hebben.
margenoot17
Slapen gaen.
margenoot18
Hebr. weder gevende weder geven.
margenootf
Exod. 22.26.
margenoot19
D. uwer medelijdigheyt voor Godt gedencke, ende sijnen Godtlicken zegen u van herten toewensche ende toebidde.
margenoot20
Godt sal ’t houden voor een goet werck der barmhertigheyt, dat hem in den Messia aengenaem zy: als uyt waren geloove, ende tot sijner eere gedaen na sijne wet, die een richtsnoer is der gerechtigheyt: waer na, die door den geloove gerechtveerdight zijn, Gode ter danckbaerheyt schuldigh zijn te wandelen. Vergel. bov. 6. op vers 25. ende c. 9. op vers 5. Psal. 106.31. Luce c. 1. versen 74, 75. Rom. c. 6. versen 18, 19. Gal. 5.6. Phil. 1. vers 11.
margenootg
Levit. 19.13. Iacob. 5.4.
margenoot21
Sijn loon met list, ofte gewelt onttrecken ofte bekorten.
margenoot22
D. steden, ofte, woonplaetsen.
margenoot23
D. ten selven dage, als hy gearbeyt, ende sijn loon verdient heeft.
margenoot24
D. ghy sult maken, dat hy voor den ondergangh der sonne voldaen zy.
margenoot25
Hebr. hy verheft sijne ziele tot, of, na het selve, T.w. loon. Dat is, sijn herte verlanght daer na. siet Psalm 24. op vers 4.
margenoot26
Siet boven 23. op vers 21.
margenoot27
Mose wil seggen, Dat de Richters toesien sullen, dat sy geenen onschuldigen straffen, voor, ofte met den schuldigen. siet oock 2.Chron. 25.4.
margenooth
2.Reg. 14.6. 2.Chron. 25.4. Ierem. 31.30. Ezech. 18.20.
margenooti
Exod. 22.21, 22. Prov. 22.22. Iesa. 1.23. Ierem. 5.28. ende 22.3. Ezech. 22.29. Zach. 7.10.
margenoot28
Hier by moet de weduwe oock verstaen worden: gelijck in ’t volgende by de weduwe de andere moeten verstaen worden.
margenootk
Lev. 19.9. ende 23.22.
margenoot29
D. die ghy achter gelaten ofte over geslagen hebt: ende soo in het volgende vers.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken