Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments (1657)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

ebook (11.10 MB)

XML (24.25 MB)

tekstbestand






Editeurs

Hans Beelen

Nicoline van der Sijs



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/theologie
bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments

(1657)–Anoniem Statenbijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Psalm Cxxxvj.

De Psalmist vermaent alle geloovige tot lof en dancksegginge Godes van wegen sijne goedertierenheyt, macht, ende wijsheyt, blijckende aen de scheppinge der werelt, ende verlossinge Israëls uyt Egypten, ende veel andre weldaden.

1

Ga naar margenoot1 LOvet den HEERE, want hy is goet: want sijne goedertierenheyt Ga naar margenoot2 is in der eeuwigheyt.

2

Lovet Ga naar margenoot3 den Godt der goden: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

3

Lovet Ga naar margenoot4 den Heere der heeren: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

4

Dien die alleen groote wonderen doet: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

5

Dien Ga naar margenoota die de hemelen Ga naar margenoot5 met verstant gemaeckt heeft: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

6

Ga naar margenootb Dien die d’aerde Ga naar margenoot6 op het water uytgespannen heeft: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

7

Dien Ga naar margenootc die de groote lichten heeft gemaeckt: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

[Folio 273r]
[fol. 273r]

8

Ga naar margenootd De sonne tot heerschappije Ga naar margenoot7 in den dagh: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

9

De mane ende sterren tot heerschappije in de nacht: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

10

Ga naar margenoote Dien die Ga naar margenoot8 de Egyptenaers geslagen heeft in hare eerstgeborene: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

11

Ende heeft Ga naar margenoot9 Israël Ga naar margenootf uyt het midden van hen uytgebracht: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt:

12

Ga naar margenoot10 Met eene stercke hant, ende Ga naar margenootg met eenen uytgestreckten arm: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

13

Dien,Ga naar margenooth die Ga naar margenoot11 de schelfzee Ga naar margenoot12 in deelen deelde: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

14

Ende voerde Israël door het midden van deselve: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

15

Ga naar margenooti Hy heeft Pharao met sijn heyr Ga naar margenoot13 gestort in de schelfzee: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

16

Ga naar margenootk Die Ga naar margenoot14 sijn volck Ga naar margenoot15 door de woestijne geleyt heeft: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

17

Ga naar margenootl Die Ga naar margenoot16 groote Koningen geslagen heeft: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

18

Ende heeft Ga naar margenoot17 heerlicke Koningen gedoot: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

19

Sihon den Amoritischen Koningh: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

20

Ga naar margenootm Ende Og den Koningh Ga naar margenoot18 van Basan: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

21

Ende heeft Ga naar margenoot19 haer lant Ga naar margenootn ten erve gegeven: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

22

Ten erve Ga naar margenoot20 sijnen knecht Israël: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

23

Die aen ons Ga naar margenoot21 gedacht heeft Ga naar margenoot22 in onse nederigheyt: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

24

Ende hy heeft ons onsen tegenpartijders Ga naar margenoot23 ontruckt: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

25

Die Ga naar margenoot24 allen vleesche Ga naar margenoot25 spijse geeft: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

26

Lovet den Godt Ga naar margenoot26 des hemels: want sijne goedertierenheyt is in der eeuwigheyt.

margenoot1
Dit woort staet hier, ende in de volgende verssen in’t getal van vele, laudate, looft ghylieden. Eenige meynen dat desen Psalm alle dage van de Leviten in de gemeynte Godes zy gesongen geweest. Siet 1.Chron. 16. vers 41.
margenoot2
D. duert, ende alsoo in de volgende verssen deses Psalms.
margenoot3
D. den oppersten Godt, die te gebieden heeft over d’Engelen, Koningen, ende alle Overigheden. Siet de aenteeckeninge Deut. 10. op vers 17.
margenoot4
Hebr. de Heeren der heeren: als Gen. 24. vers 9. ende cap. 39. versen 16, 20. ende 42. vers 30. Exod. 21.4. ende elders meer.
margenoota
Genes. 1.1.
margenoot5
D. met uytnemende groote wijsheyt.
margenootb
Psalm 24.2.
margenoot6
Ofte, boven aen, ofte, neffens de wateren. Siet Iob 26. op vers 7. ende Psalm 24. op vers 2.
margenootc
Genes. cap. 1. vers 14.
margenootd
Genes. 1.16.
margenoot7
Ofte, over den dagh.
margenoote
Exod. 12.29. Psalm 78.43, 51.
margenoot8
And. Egypten.
margenoot9
D. het volck van Israël.
margenootf
Exod. 12.31, 51. ende 13.3, 17.
margenoot10
D. met macht. Siet 1.Reg. cap. 8. d’aenteeck. op vers 42.
margenootg
Exod. 6.5.
margenooth
Exod. 14.21, 22. Psalm 78.13.
margenoot11
And. de roode zee, of, de biese zee.
margenoot12
Ofte, in stucken sneedt.
margenooti
Exod. 14.24.
margenoot13
Hebr. geschuddet.
margenootk
Exod. capp. 15. 16. 17. 19. Psalm 78.53.
margenoot14
Het volck van Israël.
margenoot15
Ofte, in.
margenootl
Numer. cap. 21. versen 24, 25, 34, 35. Iosu. 12.1. Psalm 135.10, 11.
margenoot16
D. machtige.
margenoot17
Of, treffelicke, machtige, geweldige, doorluchtige.
margenootm
Deuter. 3.1, etc.
margenoot18
D. des lants Basan. siet de aent. op Deut. 32. vers 14. siet oock van Basan, Ier. cap. 50. vers 19. Mich. cap. 7. vers 14. Psalm 22. vers 13.
margenoot19
T.w. der beyder voorgenoemder Koningen.
margenootn
Iosu. 12.6.
margenoot20
D. den Israëliten, die hy in sijne bescherminge heeft aengenomen, op dat sy hem dienen souden. De gantsche natie wort geachtt als of het maer een man en ware. Alsoo wort het volck van Israël genoemt De eerstgeborene Godes, Exod. 4.22.
margenoot21
T.w. ten besten, als Gen. 8.1.
margenoot22
Dat is, in onsen nederigen staet, doe wy van onse vyanden onderdruckt wierden: T.w. ten tijde der Richteren, daer van dat geheele boeck doorgaens spreeckt.
margenoot23
Dat is, gelijck als uyt hare handen gescheurt ende gebroken, als Psalm 7.3.
margenoot24
D. allen dieren, ofte levendigen schepselen.
margenoot25
Het Hebreeusch woort lechem, ofte broot, wort genomen voor allerley spijse. Marc. 6.36. staet, om broot te koopen, maer Matth. 14. vers 15. staet, om spijse te koopen. Broot wort oock gebruyckt voor spijse ofte voeder der beesten, Psal. 147.9. In somma, de Propheet wil seggen, dat Godt alle geschapene dingen van nootdruft versorght.
margenoot26
And. der hemelen, D. die in den hemel woont.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken