Skiplinks

  • Hoofdcontent
  • Subnavigatie
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Stijl 1 1917-1920 (1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Stijl 1 1917-1920
Afbeelding van De Stijl 1 1917-1920Toon afbeelding van titelpagina van De Stijl 1 1917-1920

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Editeur

Ad Petersen



Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek
non-fictie/kunstgeschiedenis


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Stijl 1 1917-1920

(1968)– [tijdschrift] Stijl, De–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

De Stijl 1 1917-1920 (ed. Ad Petersen)


auteur: [tijdschrift] Stijl, De


bron: De Stijl 1 1917-1920 (ed. Ad Petersen). Athenaeum, Amsterdam, Bert Bakker, Den Haag and Polak & Van Gennep, Amsterdam 1968 


verantwoording

inhoudsopgave

doorzoek de hele tekst


downloads

© 2010 dbnl / Ad Petersen  


DBNL vignet

Architectonische beschouwing bij bijlage VIII.
Door J.J.P. Oud.

Het hiernevens gereproduceerde huis van Frank Lloyd Wright is een voorbeeld van architectuur, die langs machinalen weg tot beelding is gekomen, zooals ik in mijn artikel ‘Kunst en Machine’ heb aangehaald.

De werken van Wright zijn eerst na het bezoek van Dr. Berlage aan Amerika in ons land meer bekend geworden. In Duitschland waren zij reeds vroeger bekend, hetgeen geen verbazing kan wekken, omdat er groote overeenkomst bestaat tusschen het streven der Jong-Amerikanen en dat der Jong-Duitschers van voor den oorlog.

Het kenmerk n.l. van beider streven is: de drang om verband te brengen tusschen de materiëele en geestelijke behoeften van den tijd. Zooals bij de Jong-Amerikanen van thans, vertoonde zich bij het jonge Duitschland in zijn opkomst de neiging om de groote ontwikkeling van techniek en handel te doen aansluiten bij de kunst en omgekeerd, hetgeen zich in de bouwkunst uitte door het zoeken naar esthetische oplossingen van moderne bouwproblemen, als warenhuizen, fabrieken, kantoorgebouwen, machinehallen, enz., waarbij in 't bizonder Behrens en Olbrich (na Messel) naar voren traden.

De Duitsche kunst had hierbij helaas een erfenis aan artistieke traditie te torsen, die bij gemis aan voldoende kritisch onderscheidingsvermogen, belemmerend werkte om tot een zuiveren uitdrukkingsvorm te komen, waardoor het verval spoedig intrad en het streven naar veralgemeening en zuivering, in verkeerde banen geleid, tot klassicisme voerde, waarvan op de - juist toen de oorlog uitbrak gehouden - Werkbund-tentoonstelling te Keulen, voorbeelden in overvloed te zien waren.

[p. 64]

Amerika torst zoo'n erfenis niet, althans in veel geringer mate en zoo vinden wij daar de oplossing van de moderne bouwproblemen reeds zuiverder terug. Ook Dr. Berlage kwam bij een kantoorgebouw in Londen tot beter resultaat.

Terloops kan opgemerkt worden, dat deze moderne problemen tot monumentale oplossingen moeten leiden, aangezien het in het algemeen niet aan te nemen is, dat een modern bedrijf in een picturaal gegroepeerd gebouw practisch ondergebracht kan worden.1) Het organiseeren van den dienst binnen het gebouw, brengt bij karakteristieke en zuivere architectuur mede: het uitdrukken van deze organisatie naar buiten, dus een bewuste massagroepeering.

Wright plaatste zich bij zijn opdrachten voor kantoorgebouwen allereerst op het standpunt van practische inrichting volgens de eischen, die het bedrijf stelt. Typeerend is in verband daarmede, dat hij zijn meeste opdrachten van zakenmenschen krijgt en daar de minste bestrijders telt.

Dat bij deze opvatting zakelijke en esthetische belangen tegelijkertijd gediend zijn, bewijst o.a. zijn bekend kantoorgebouw der Larkinfabrieken, dat wij nog eens zullen publiceeren. In zijn landhuizen treedt uiteraard de genoemde eigenschap minder naar voren. De groepeering laat daar meer vrijheid toe en van monumentaliteit in den hoogsten zin kan men bij het hier afgebeelde huis niet spreken. De groepeering der massa's is picturaal, al is er in de compositie een mooie evenwichtigheid bereikt.

In hoofdzaak berust de compositie op een piramidevorm, waarvan de top gevormd wordt door den grooten schoorsteen in het midden van de afbeelding. In onderdeelen treft een overheerschend horizontalisme, dat in verschillende lagen tot uitdrukking komt en den stabielen indruk van het geheel en de goede aansluiting aan het vlakke landschap tot stand brengt. Het sterkst komt dit horizontalisme tot uitdrukking in het lange terras, het voormuurtje en de daken. Alle vertikale deelen, zooals pijlers, ondersteuningen, schoorsteen, enz., zijn zeer ondergeschikt gehouden, overal gebroken, zoodat geen van deze deelen zelfs opgaat door meer dan eene verdieping, terwijl zij nergens boven elkaar geplaatst zijn, waardoor ook een schijnbaar in-elkaars-verlengde-vallen (door optische werking) vermeden wordt. Een beetje zwaar zou men het muurtje kunnen noemen onder het hooge dakvlak, dat, op de rijenraampjes rustend, nogal massief doet. Maar juist dit muurtje ondersteunt weer het horizontalisme van den langen terrasmuur beneden, dat anders door de rijenraampjes min of meer opgeheven zou worden.

Er is echter in den opbouw een karakteristieke afwijking te zien van de architectuur, die wij kennen. Wat men hier vrijwel algemeen tracht te bereiken door een secundair middel: het détail (de versiering) n.l. de verlevendiging van het gebouw, is hier bereikt door het primaire middel: de werking der massa's zelf. De vaste en stugge aaneensluiting der deelen is hier als het ware vervangen door een losmaking der massa's van het geheel en een compositorische verwerking daarvan, waarin eenige verwantschap is met de wijze, waarop de futuristen de starheid van het schilderij overwonnen om tot beweging der vlakken te komen. Wright heeft hiermede in de bouwkunst een nieuwe ‘plastiek’ geschapen. Zijn massa's schuiven vooruit en achteruit en links en rechts. Men

[p. 65]

heeft plastische werkingen naar alle zijden en deze door-elkaar-schuiving opent, op zuiver constructieven grondslag nieuwe esthetische mogelijkheden voor de architectuur, die vrij wat moderner en grootscher zijn, dan de middelen, waarmede onze moderne architectuur, bekend als de Amsterdamsche School, door détailleering tot beelding tracht te komen. Want het resultaat van Wright is voor een deel te danken aan een juistere toepassing van gewapend beton, zooals deze vooral tot uitdrukking komt in het lange terras. Geheel zuiver is de toepassing niet, omdat een bekleeding met baksteen aangewend is en het materiaal wel in zijn wezen, doch niet in zijn verschijningsvorm karakteristiek tot uitdrukking gebracht is. De functie van gewapend beton is duidelijk uitgesproken, omdat men zich een dergelijke overspanning niet uit ander materiaal, op dezelfde wijze vervaardigd kan denken. In een huis als het hier gereproduceerde, voelt men den geest van dezen tijd. Er is overeenkomst met de sensatie, die men ontvangt bij een in beweging zijnde locomotief. Een automobiel, geen rijtuig, denkt men zich bij dit huis.

Alle onderdeelen van dit gebouw, ook de meubelen, zijn langs machinalen weg vervaardigd. Het geheele ontstaan trouwens van dit en van alle groote moderne bouwwerken, is anders dan het ontstaan van vroegere bouwwerken. De tegenwoordige architect is niet steeds op het bouwterrein aanwezig, maar komt daar voor controle, en leidt den bouw feitelijk vanuit zijn bureau. Hij stelt daar de vormen en verhoudingen vast, die door anderen uitgevoerd worden. De meerdere of mindere gevoeligheid, die het ontwerp, als teekening, bezit, is niet van invloed op de esthetische uitbeelding van het gebouw. Hiermede wil ik zeggen, dat het ontwerp van den architect alleen als reproductie tot realisatie komt, zoodat het mogelijk zou zijn b.v. 10 huizen te bouwen volgens eenzelfde ontwerp-teekening, die met wiskundige zekerheid tot eenzelfde esthetisch effect zouden leiden, voor zoover het dan het werk van den architect betreft. Zoo zal meer en meer de moderne architectuur terug te brengen zijn tot het bepalen van verhoudingen, waarin zij overeenkomt met de moderne schilderkunst. Deze verhoudingsbepaling, al treffend bij het werk van Wright, is daar nog niet in alles zuiver tot uitdrukking gekomen.

De plattegronden van Wright, zijn voor den geoefenden beoordeelaar een bron van esthetisch genot. Ook hier is de samenstelling klaar en overzichtelijk en de verhoudingen en indeelingen der ruimten op zichzelf en ten opzichte van elkaar, zuiver afgestemd. De practische functie van het huis, de dienst, is tot uitgangspunt gekozen van het bouwplan en de breede opvatting spreekt uit de wijze, waarop gewerkt is met zakelijke middelen. Hier geen erkertjes, uit- of aanbouwtjes of sensationeele effecten. Wat er nog aan détail is aangebracht, wordt in den opbouw door het breed beschermend dak in het groote geheel opgenomen. De schouw zou men bij een dusdanig huis door een juiste oplossing van verwarmingsradiatoren vervangen denken.

1)Picturaal staat hier tegenover monumentaal in den zin van schilderachtig tegenover streng architectonisch.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken