Streven. Jaargang 30

[p. 97]

[1976, november]

[Inhoud]

Peter Hebblethwaite, Instrumenteel gebruik van het marxisme

De aanvankelijk puur pragmatische vraag naar een mogelijk of gewenste samenwerking tussen christenen en marxisten in de sociale strijd, is volop in het stadium getreden van de theoretische en ideologische discussie. Kan een christen de marxistische maatschappij-analyse hanteren als een louter werkinstrument of dwingt dit instrument hem iets prijs te geven van het onvervreemdbare christelijke erfgoed?

L. Geerts, Paul Koeck: de grens tussen fictie en realiteit

Drie jaar werkte Paul Koeck aan een soort reportage die niettemin als roman aan de lezer wordt voorgesteld: de belevenissen van een gehandicapte jongeman. Uit het interview met de schrijver blijkt met welke eerlijke zorg en zin voor nuancering hij de gehandicapte zelf en zijn omgeving aan het woord wou laten.

Charles Crombach, Afvalverwerking en -recycling

Om twee redenen moet de weggooipolitiek in onze samenleving dringend worden herzien: zij vormt een steeds ondraaglijker last voor het leefmilieu én grondstoffen en energiebronnen zijn niet onuitputtelijk. De auteur beschrijft een paar van de meest progressieve vormen van afvalverwerking en -recycling en wijst op de technische, organisatorische en economische implicaties daarvan.

Guido Cuyvers, De affectieve relatie bejaarde-kind

Aan ons huidig rechtsbestel wordt vaker verweten dat het meer aandacht en zorg besteed aan de misdadiger dan aan het slachtoffer. In de delicate kwestie van de affectieve (ook seksuele) verhouding tussen bejaarde en kind, is dit beslist nog niet het geval. De auteur pleit voor een eerlijke en genuanceerde benadering van dit pijnlijke maar onvermijdelijke probleem.

Jo F. Du Bois, René Magritte, een benadering

René Magritte blijft boeien en verbijsteren door de unieke wijze waarop hij ons van onze normale zintuiglijke perceptie vervreemdt aan de hand van banale, onmiddellijk herkenbare voorwerpen. Het in de schaarse memoires van de schilder opgetekende verhaal van de zelfmoord van zijn moeder werpt een verhelderend licht op wat de schilder zelf l'Histoire centrale (de kern van zijn oeuvre?) heeft genoemd.

[p. 98]

Dieuwke Eringa, Pierre Mendès-France, theoretisch politicus

Pierre Mendès France is geen revolutionair. Plotselinge onwentelingen, nationalisering van bedrijven, geroep om revolutie ligt hem niet. Wel een geleidelijke, wèl doordachte, op redelijkheid gegrondveste verandering van de maatschappij, van binnen uit. Macht dient gespreid, bestuur gedecentraliseerd te worden. Hij is een waardige geestelijke nazaat van Montesquieu, evenals zijn voorvaderen uit de contreien van Bordeaux afkomstig.

Dirk Depreeuw, Kennismaking met Rudolf Nilsen

De jonggestorven R. Nilsen was een ‘proletarisch dichter’ van het begin van deze eeuw, die in het huidige sociale klimaat van zijn land een ruime belangstelling geniet. De populariteit van zijn geëngageerde poëzie berust dan ook op nog andere dan louter literaire verdiensten.