Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Taal en Tongval. Jaargang 32 (1980)

Informatie terzijde

Titelpagina van Taal en Tongval. Jaargang 32
Afbeelding van Taal en Tongval. Jaargang 32Toon afbeelding van titelpagina van Taal en Tongval. Jaargang 32

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

Scans (11.31 MB)

XML (0.74 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Taal en Tongval. Jaargang 32

(1980)– [tijdschrift] Taal en Tongval–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 90]
[p. 90]

Rond de werkwijze van de redactie van het WBD

In Taal en Tongval 31 (1979) blz. 85 vlg. heeft dr. J. Stroop de derde en vierde aflevering van het WBD besproken. Hij heeft daarin veel lof maar formuleert ook enige bedenkingen, die de auteurs aanleiding tot nadenken hebben gegeven. Van hun bevindingen en conclusies wordt hier verslag uitgebracht.

 

In de eerste plaats bekritiseert dr. Stroop een zin uit het Ten geleide op blz. 277: ‘Opgaven die niet fonetisch gespeld waren, werden zo goed mogelijk omgespeld, zonder dat tekens voor nuances werden aangebracht’. Dr. Stroop vraagt zich af wat hier ‘zo goed mogelijk’ betekent. Men dient te lezen: ‘zo omgespeld dat er geen diacritische tekens werden aangebracht’. Dr. Stroop schrijft dan verder dat men toch wel zou willen weten ‘in welke gevallen de redaktie gemeend heeft niet met een fonetische spelling te maken te hebben’. Dr. Stroop vermoedt al dat het niet-honoreren van het sjwa-karakter een aanleiding is. Inderdaad, maar verder moet ook gedacht worden aan het constateren van de redactie dat de opgave in strijd is met het klankstelsel van het dialect en ook kan vergelijking met andere antwoorden tot de veronderstelling voeren. Voorts zij opgemerkt dat er alleen omgespeld is als de indruk gewekt was dat de beantwoorder wel dialect wilde schrijven, maar daarin niet volledig geslaagd was. De indruk tot zo'n poging kon bv. gewekt worden door het ontbreken van een slot-n of lidwoordvormen als den en ene.

Dr. Stroop zegt verder dat de redaktie nauwkeuriger had moeten aangeven wat ze onder omspellen verstaat. Hij wijst in dit verband op het naast elkaar voorkomen in een zelfde dialectgebied van bv. houdə naast ouwə en veearts naast veejarts, waar het toch hoogstwaarschijnlijk telkens om dezelfde klanken gaat. Hier openbaart zich de zwakheid van iedere schriftelijke enquête. Een korrespondent geeft geregeld klanken niet juist of niet consequent weer of vervalt zelfs in variabelen die ‘verticaal’ hoger liggen. Dit gegeven zijnde, is de redaktie van mening dat het laatste aspect (zoals in houdə) behouden dient te blijven doch dat overigens hààr fonetische spelling moet worden toegepast. Het nu eens overnemen van veearts en dan weer van veejarts hoeft, gezien het diftongisch karakter van de ee in het ABN, echter amper in een lexicografisch werk als een onvolkomenheid gezien te worden.

[pagina 91]
[p. 91]

Als er echter een duidelijk vermoeden is, dat geen fonetische spelling nagestreefd is, kan men in het vervolg beter volstaan met de zgn. type-aanduiding. Gelukkiger ware hier zeker de aanduiding: lex. maar de lezers zijn thans aan de term type gewoon. Overigens menen wij dat de door dr. Stroop gesignaleerde wrijving tussen besluit 1 en 5 op blz. 277 niet bestaat: besluit 1 heeft het over niet fonetisch gespelde vormen, besluit 5 over fonetisch gespelde. Dr. Stroop heeft overigens ook enige kritiek op de volgens hem gewijzigde betekenis van de gebezigde term ‘woordtype’. Hij meent dat in afl. 1 en 2 met type de in de lemmata vetgedrukte woorden bedoeld waren (dat is overigens niet geheel juist; men zie bv. p. 131 bij muurtje of p. 125 bij schuurdeur) en dat dan verder de korrespondentenspellingen niet gedocumenteerd werden, terwijl in de latere afleveringen, wanneer er eerst van type gesproken is, toch later spellingen volgen die er eigelijk ook onder horen. Inderdaad is dit soms (!) zo; in die gevallen lijkt dan van type gesproken, als de korrespondent de indrul maakt zich om de fonetische zijde niet bekommerd te hebben.

Toch is de dubbelzinnigheid tot op zekere hoogte slechts schijn. Met type wordt enkel bedoeld lexeem (zonder aanduiding van fonische variatie). Dat de term type gebruikt wordt kan zijn of omdat men uitdrukkelijk fonisch niet nader wil onderscheiden (dit was in afl. 1 en 2 de enige reden) of omdat men uit de antwoorden geen zekerheid omtrent de fonische vorm heeft of wanneer uit de lijst blijkt dat de beantwoorder het algemene Nederlandse woord geeft.

Dan nog de vraag, waarom drie en drij vroeger niet, maar in het vervolg wel onderscheiden worden. Wij kunnen alleen maar zeggen dat dat eigenlijk vanaf het begin had moeten gebeuren.

Tenslotte signaleert de recensent terecht dat er iets niet klopt in besluit nr. 5 op blz. 277. In de zin die begint met: ‘Bij opgaven waar’ moet de passus ‘niet in het antwoord opgenomen lidwoord’ gelezen worden: ‘niet door de redaktie overgenomen lidwoord’.

 

A. Weijnen

P. Vos

H. Crompvoets

mw C. Frissen


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over Woordenboek van de Brabantse dialecten


auteurs

  • A.A. Weijnen

  • H. Crompvoets

  • P.H. Vos

  • C. Frissen

  • over Jan Stroop