Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Taal en Tongval. Jaargang 34 (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van Taal en Tongval. Jaargang 34
Afbeelding van Taal en Tongval. Jaargang 34Toon afbeelding van titelpagina van Taal en Tongval. Jaargang 34

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.07 MB)

Scans (11.48 MB)

XML (0.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Taal en Tongval. Jaargang 34

(1982)– [tijdschrift] Taal en Tongval–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 99]
[p. 99]

Bibliografie

Archief Archief. Orgaan van de Oudheidkundige Vereniging ‘De Graafschap’. Sinds 1977 is dit ook verschenen onder de titel: Jaarboek Achterhoek en Liemers- maar een jaar later gedateerd. (Archief 1977 = Jb. 1978 en Archief 1980/81 = Jb. 1981. De inhoud wijkt slechts op een ondergeschikt punt af.)
Bauermann 1943/52 J. Bauermann, Vom Werden und Wesen der westfälischniederländischen Grenze. Westfälische Forschungen 6 (1943/52), 108-115.
Berg, van den, 1949 B. van den Berg, Marktrayons en taalrayons. Driem. Bl. N.S. 1 (1949), 27-30.
Bezoen 1938 H.L. Bezoen, Klank- en vormleer van het dialect der gemeente Enschede. Leiden 1938.
Bezoen 1949 H.L. Bezoen, Een nieuwe Gallée. T & T 1 (1949), 62-72.
Boland 1958 E.M. Boland, Spellingregels voor de streektalen van de Graafschap en aangrenzende gebieden. Archief 1958, 73-74.
Bouwmeester 1903 W.L. Bouwmeester, Het klooster Bethlehem bij Doetinchem. Met tekstuitgave en verklaring van vijf sermoenen uit het convent afkomstig. (Dissertatie Amsterdam GU 1903), Doetinchem 1903.
Broekhuysen 1949 J. Broekhuysen, De ‘voerbak voor het varken’ en het ‘moedervarken’ in de Graafschap. Driem. Bl. N.S. 1 (1949, 104-105).
Broekhuysen 1950 J. Broekhuysen, Studies over het dialect van Zelhem in de Graafschap Zutfen. Groningen-Djakarta 1950.
Broekhuysen 1951 J. Broekhuysen, Verspochten. Driem. Bl. N.S. 3 (1951), 51-53.
Broekhuysen 1952 J. Broekhuysen, Uit de dialectstudie van vroeger. Voortgang en regressie. Driem. Bl. 4 (1952), 107-112.
Brok 1981 H. Brok, Woordenboek Brabantse dialecten, schakel tussen dialectologie en dialectspreker. Brabantia 30 (1981), 25-28.
Bruijel 1901 M. Bruijel, Het dialect van Elten-Bergh. Utrecht 1901.
Büld 1980 B. Büld, Holzschuhe und Holzschuhmacherhandwerk im westlichen Münsterland. Ein Beitrag zur Geschichte und Volkskunde des Westfälischen Handwerks. Beiträge des Heimatvereins Vreden zur Landes- und Volkskunde 18. Vreden 1980.

[pagina 100]
[p. 100]

Büld 1939 H. Büld, Sprache und Volkstum im nördlichen Westfalen. Sprachgrenzen und Sprachbewegungen in der Volksmeinung. Emdsetten 1939.
Daan 1970 Jo Daan en D.P. Blok, Van randstad tot landrand. BMDC XXXVII Amsterdam 19702. Met 1 kaart: Dialecten en Naamkunde. ((De kaart is ook verschenen in de atlas van Nederland, met een beknopter toelichting.)
Daan 1971 Jo Daan, Verschuiven van isoglossen. T & T 23 (1971), 77-79.
Daan 1977 Jo Daan en M.J. Francken, Atlas van de Nederlandse klankontwikkeling [ANKO]. Kaarten en tekst. Tekst aflevering 2 (Amsterdam 1977).
Daan 1981 Jo Daan, Van Akkermanstraat tot Wengersteeg. Archief 1980/81 = Jb. 1981, 71-80.
Deunk 1971 G.H. Deunk, Woordenboek van het Winterswijks. Groningen 1971.
Deunk 1977 G.H. Deunk, Grammatica van het Winterswijks. Groningen 1977.
Devos 1975 M. Devos en H. Ryckeboer, Het ‘Woordenboek van de Vlaamse dialecten’; een terreinverkenning met voorproef. T & T 27 (1975), 131-167 en T & T 28 (1976), 49-58
Ditt 1976 H. Ditt, Bocholt im 15. und 16. Jahrhundert. Stadtentwicklung und Raumbeziehungen. Bocholter Quellen und Beiträge. Hg. von der Stadt Bocholt. Stadtarchiv. Bd 1. Bocholt 1976, 125-154.
Ditt/Kirchoff 1973 H. Ditt en K.-H. Kirchhoff, Struktur und Raumbeziehungen der Stadt Coesfeld im 16. Jahrhundert. Untersuchungen zur Zentralität einer westfälischen Mittelstadt. Westfälische Forschungen 25 (1973), 1-58.
Entjes 1951 H. Entjes, De schommel in N.O.-Overijssel. Driem. Bl. N.S. 3 (1951), 20-24.
Entjes 1964a H. Entjes, Streektaalliteratuur in Oost-Nederland. T & T 16 (1964), 3-48, en in: K. Heeroma en J. Naarding, Oostnederlands. Bijdragen tot de geschiedenis en streektaalkunde van Oost-Nederland. 's-Hertogenbosch 1964, 89-133. (Overgedrukt uit T & T 15 (1963), nr. 3 en 4, en 16 (1964), 1 en 2.)
Entjes 1964b H. Entjes, Oorspronkelijk korte vocalen in Overijsel en de Gelderse Achterhoek. T & T 16 (1964), 90-94.
Entjes 1966 H. Entjes, Iets over de taal van Winterswijk. Honderd jaar Geldersche Maatschappij voor Landbouw. Winterswijk 1966, 122-134.
Entjes 1968 H. Entjes, Die Mundart des Dorfes Vriezenveen in der niederländischen Provinz Overijssel. (Dissertatie 1968) Groningen 1970.
Entjes 1969 H. Entjes, Westfalisering der Overijselse dialecten. Enige literatuur. Driem. Bl. 21 (1969), 35-57; 63-76.

[pagina 101]
[p. 101]

Entjes 1977 H. Entjes, Het dialect van Winterswijk. Voorwoord van: G.H. Deunk, Grammatica van het Winterswijks. Groningen 1977, I-XII. (= G.H. Deunk/H. Entjes: Het dialect van Winterswijk, II).
Foerste 1955 W. Foerste, De Nederlandse expansie in Westfalen. W. Foerste en K. Heeroma, Westfaalse en Nederlandse expansie. BMDC 15. Amsterdam 1955, 1-38.
Foerste 1958 W. Foerste, Die wortgeografische Aufbau des Westfälischen. Der Raum Westfalen 4 (1958), 1.
Frings 1956 Th. Frings, Sprache und Geschichte am Rhein. Sprache und Geschichte, Band 2. Halle (Saale) 1956.
Gallée 1895 J.H. Gallée, Woordenboek van het Geldersch-Overijsselsch dialect. 's-Gravenhage 1895.
Gerritsen 1979 M. Gerritsen (red.), Taalverandering in Nederlandse dialekten. Honderd jaar dialektvragenlijsten 1879-1979. Muiderberg 1979.
Goossens 1970 J. Goossens, Niederländische Mundarten - vom Deutschen aus gesehen. Niederdeutsches Wort 10 (1970), 61-80.
Goossens 1977 J. Goossens, Inleiding tot de Nederlandse dialectologie. Groningen 19772.
Gysseling 1977 M. Gysseling en W. Pijnenburg, Corpus van middelnederlandse teksten tot en met het jaar 1300. Reeks I: Ambtelijke bescheiden, 9 dln. 's-Gravenhage 1977.
Heeroma 1951 K. Heeroma, Oostnederlandse taalproblemen. Amsterdam 1951.
Heeroma 1953a K. Heeroma, De Westfaalse expansie. T & T 5 (1953), 20-46.
Heeroma 1953b K. Heeroma, De nedersaksische letterkunde. (Inaug. rede) Groningen/Djakarta 1953. Ook in: Sprekend als Nederlandist. 's-Gravenhage 1968, 269-287.
Heeroma 1955 K. Heeroma, De Westfaalse expansie in Nederland. W. Foerste en K. Heeroma, Westfaalse en Nederlandse expansie. BMDC 15. Amsterdam 1955, 39-53.
Heeroma 1956 K. Heeroma, Leppel en lèpel. Driem. Bl. N.S. 8 (1956), 159.
Heeroma 1957/58 K. Heeroma, Streektaalcultuur. Redevoering voor de ‘Bůnd van Sassische Schrieverskringen’ te Ter Apel, sept. 1956, 't Swieniegeltje 3 (1957/58), 33-40; 65-71. Ook in: Sprekend als Nederlandist. 's-Gravenhage 1968, 269-287.
Heeroma 1963 K. Heeroma, Stratigrafie van de Oostnederlandse volkstaal, en: De geografische indeling der Oostnederlandse volkstaal. T & T 15 (1963), 143-174 en 175-181. Ook in: K. Heeroma en J. Naarding, Oostnederlands. Bijdragen tot de geschiedenis en streektaalkunde van Oost-Nederland. 's-Hertogenbosch 1964, 39-69 en 70-76.
Heeroma 1969 K. Heeroma, De Westfaalse expansie. Driem. Bl. 21 (1969), 12-34.

[pagina 102]
[p. 102]

Hoebeke 1968 M. Hoebeke, De middeleeuwse oorkondentaal te Oudenaarde. Kon. Vl. Ac. voor Taal- en Letterk.; XIe reeks Leonard-Willems-Halettfonds nr. 3. Gent 1968.
Hol 1949 A.R. Hol, De Oude IJselstreek een grensgebied. Driem. Bl. N.S. 1 (1949), 54-65.
Hol 1953 A.R. Hol, Het dialect van de Liemers. De Liemers; Gedenkboek dr. J.H. van Heek. Didam 1953, 267-276.
Hol/Entjes 1973 A.R. Hol en H. Entjes, Dialekt-atlas van Gelderland en Zuid-Overijsel. RND 12. Antwerpen 1973.
Jansen-Sieben 1974 Ria Jansen-Sieben, Middelnederlandse vakliteratuur. Fachprosaforschung; Acht Vorträge zur mittelalterlichen Artesliteratur, hrsg. von G. Keil und P. Assion. Berlin 1974, 24-69.
Janssen 1941 W.A.F. Janssen, De verbreiding van de uu-uitspraak voor Westgermaans û in Zuid-Oost-Nederland. (Dissertatie Nijmegen) Maastricht 1941.
Kern 1865/66 H. Kern, Proeve eener taalkundige behandeling van het Oost-Geldersch taaleigen. Taalgids 7 (1865), 231-241; 294-303; Taalgids 8 (1866), 125-137.
Keulen, van, 1974 F. van Keulen, Spelling. De Moespot 17 (1974), nr. 82, 6-8.
Kloeke 1927 G.G. Kloeke, De Hollandsche expansie in de zestiende en zeventiende eeuw en haar weerspiegeling in de hedendaagsche Nederlandsche dialecten. 's-Gravenhage 1927.
Kloeke 1938 G.G. Kloeke, Bij de kaart van de ‘arend’. NGN XI (1938), 17-32.
Kloeke 1955a G.G. Kloeke, De ‘meel’-kaart als reflector van een historisch ontwikkelingsproces. Driem. Bl. N.S. 7 (1955), 49-55.
Kloeke 1955b G.G. Kloeke, Het taallandschap van onze noordoostelijke provinciën. Verhandelingen KNAW N.R. LXII, nr. 3. Amsterdam 1955.
Kloeke 1956 G.G. Kloeke, Een oud sjibboleth: de gewestelijke uitspraak van ‘heeft’. Amsterdam 1956.
Koch 1966 A.C.F. Koch, Tussen Saksen en Hollanders. De wording van Oost-Nederland. Akademiedagen 18 (1966), 59-85.
Kremer 1975 L. Kremer, Niederländische Transferenz im Lexikon westfälischer Grenzdialekte (mit 8 Karten). Niederdeutsches Wort 15 (1975), 60-84.
Kremer 1977a L. Kremer, Mundartforschung im ostniederländisch-westfälischen Grenzgebiet. Eine Bestandsaufnahme (1900-1975). Amsterdam 1977.
Kremer 1977b L. Kremer, Die westmünsterländische Sprachlandschaft. Studien zur Sprache und Geschichte des Westmünsterlandes. Beiträge des Heimatvereins Vreden zur Landes- und Volkskunde 8. Vreden 1977, 7-26.
Kremer 1978a L. Kremer, Sprache und Geschichte im westfälisch-niederländischen Grenzraum. Ein Abriß der sprach- und kultur-

[pagina 103]
[p. 103]

  historischen Wechselbeziehungen. Beiträge des Heimatvereins Vreden zur Landes- und Volkskunde, 12. Vreden 1978.
Kremer 1978b L. Kremer, Standaardtaal-interferenties in de woordgeografie aan weerskanten van de Nederlandse oostgrens. T & T 30 (1978), 143-175.
Kremer 1979 L. Kremer, Grenzmundarten und Mundartgrenzen. Untersuchungen zur wortgeographischen Funktion der Staatsgrenze im ostniederländisch-westfälischen Grenzgebiet. 2 Dln. Niederdeutsche Studien, 28. Köln/Wien 1979.
Kremer 1980a L. Kremer, Zur Abgrenzung niederländischer und deutscher Dialekte. Conrad-Borchling-Preis 1979. Stiftung F.V.S. zu Hamburg 1980, 16-23.
Kremer 1980b L. Kremer, Die ‘Westfälische Expansion’ im niederländischen Sprachraum. Zur Entwicklung einer Forschungshypothese. Niederdeutsches Jahrbuch 103 (1980), 72-101.
Krosenbrink 1974 G.J.H. Krosenbrink, Streektaal, een sociologisch probleem. De Moespot 17 (1974), nr. 82, 1-2.
Lasch 1914 A. Lasch, Mittelniederdeutsche Grammatik. Halle a. S. 1914.
Leloux 1971 H.J. Leloux, Zur Sprache in der ausgehende Korrespondenz des hansischen Kaufmanns zu Brügge, 2 dln. Dissertatie Gent 1971. (stencil).
Leloux 1974 H.J. Leloux, Kenmerken van het middeleeuws Noordoostnederlands. Driem. Bl. 26 (1974), 121-147.
Leloux 1976 H.J. Leloux, Over geschreven en gesproken taal, over baven/boven enz. in laatmiddeleeuwse Noordoostnederlandse teksten. Driem. Bl. 28 (1976), 73-76.
Leloux 1977a H.J. Leloux, Een laatmiddeleeuws Zutphens manuscript met gebeden en overwegingen naar aanleiding van sterven en dood. Ons Geestelijk Erf 51 (1977), 28-37.
Leloux 1977b H.J. Leloux, Enige opmerkingen over de in Doetinchem in de late Middeleeuwen geschreven taal. Kronijck van Deutekom nr. 3 (1977), 7-11.
Leloux 1978a H.J. Leloux, Een laatmiddeleeuws memorieboek uit de kring der Moderne Devoten. Ons Geestelijk Erf 52 (1978), 229-243.
Leloux 1978b H.J. Leloux, Mittelniederdeutsche in den Niederlanden entstandene Manuskripte und Frühdrucke. Bonn 1978.
Loey, van, 1873 A. van Loey, Middelnederlandse spraakkunst; Vormleer. Groningen 1873.
Lugt, van der, 1958 G.A. van der Lugt, Iets over de spelling van ons dialect. Archief 1958, 67-72.
Makkink 1956 J.B. Makkink, Rondom het boerenleven in Zelhem. Zelhem 1956.
Miedema 1955a H.T.J. Miedema, Saxonische dialektstudie. Ntg. 48 (1955), 41-45.

[pagina 104]
[p. 104]

Miedema 1955b H.T.J. Miedema, Gallée als eerste hoogleraar in het Nedersaksisch. Driem. Bl. 7 (1955), 1-12.
Miedema 1955c H.T.J. Miedema, Tussen Zutfen, Kleef en Munsterland. Driem. Bl. 7 (1955), 26-39.
Miedema 1957 H.T.J. Miedema, Achterhoekers en Saksen. Driem. Bl. 9 (1957), 80-95.
Miedema 1960 H.T.J. Miedema, Bruijel en de grensdialecten van Elten en Bergh. Driem. Bl. 12 (1960), 84-96.
Miedema 1963 H.T.J. Miedema, De ontwikkeling der Oostnederlandse dialectstudie. T & T 15 (1963), 112-131.
Mrohs/Heukels 1970 E. Mrohs en J.M. Heukels, Die Grenze. Trennung oder Begegnung. Eine Untersuchung öber die Bedeutung der Grenze und der Grenzverwischung im deutsch-niederländischen Grenzraum Achterhoek und Borken/Bocholt. 's-Gravenhage 1970.
Paul 1975 Hermann Paul, Mittelhochdeutsche Grammatik. 21ste Durchges. Auflage von Hugo Moser und Ingeborg Schröbler. Tübingen 1975.
Peters 1973 R. Peters, Mittelniederdeutsche Sprache. Niederdeutsch, Sprache und Literatur. Bd. 1, Sprache, Neumünster 1973, 66-116.
Schaars 1976 A.H.G. Schaars, Ruimten rond de deeldeur. Archief 1976, 12-17.
Schaars 1977 A.H.G. Schaars, Agrarische terminologie in Oost-Gelderland en haar dialectgeografische aspecten. (Dissertatie Nijmegen) Zutphen 1977.
Schaars 1978 A.H.G. Schaars, De gevolgen van de invoering van de keizersnede op de Oostgelderse dialecten. Archief 1978 = Jb. 1979, 133-135.
Schaars 1979a A.H.G. Schaars, Hoen, hoenderen. Gerritsen 1979, Taalverandering enz., 181-191.
Schaars 1979b A.H.G. Schaars, Over het woordenboek van de Achterhoekse en Liemerse dialecten. Archief 1979 = Jb. 1980, 143-144.
Schaars 1980 A.H.G. Schaars, Starings gedicht De tuchtiging der Algerijnen op den 27 van Oogstmaand 1816. Doetinchem/Zutphen 1980.
Schlüter 1952 J. Schlüter, Die niederländischen Wörter in der westmünsterländischen Mundart. Dissertatie 1952 (typoscript).
Schophaus 1973 Renate Schophaus, Die niederdeutsche Mundarten. Zur Wortgeographie und zu den Wörterbuchen. Niederdeutsch, Sprache und Literatur. Bd. I, Sprache. Neumünster 1973, 175-198.
Schützeichel 1960 R. Schützeichel, Mundart, Urkundensprache und Schriftsprache. Studien zur Sprachgeschichte am Niederrhein. Rheinisch. Archiv 54 (1960).

[pagina 105]
[p. 105]

Sissingh 1953 G. Sissingh, Bossen en bosresten in de Liemers en hun wilde flora. De Liemers; Gedenkboek dr. J.H. van Heek. Didam 1953, 228-243.
Slicher van Bath 1949 B.H. Slicher van Bath, Overijssel tussen West en Oost (1250-1350). Herschreven historie, schetsen en studiën op het gebied der Middeleeuwse geschiedenis. Leiden 1949, 172-235.
Sterkenburg, van, 1980 P.G.J. van Sterkenburg, Algemene Woordenschat en W.B.D. Joep Kruijsen (red.), Liber Amicorum Weijnen, 11-20.
Stroop 1979 J.P.A. Stroop, Molenaarstermen en molengeschiedenis. Een onderzoek naar herkomst, ouderdom en verbreiding van de benamingen voor enkele molenonderdelen in verband met de geschiedenis van de water- en windmolen in de Nederlanden. 2de Verbeterde druk. Arnhem 1979.
Stroop 1981 Jan Stroop, Diffuse diftongering. Ntg. 74 (1981), 1-16.
Tille 1921 Edda Tille, Niederfränkische-niederländische Studien. I. Wechselformen in de Geldernschen Urkundensprache. Zeitschrift für deutsche Mundarten 16 (1921), 13-23.
Tille 1925 Edda Tille, Zur Sprache der Urkunden des Herzogtums Geldern. Bonn/Leipzig 1925.
TNZN Taalatlas van Noord- en Zuid-Nederland. Leiden 1939.
TON K. Heeroma, Taalatlas van Oost-Nederland en aangrenzende gebieden. Assen 1957.
Vooys, de, 1952 C.G.N. de Vooys, Geschiedenis van de Nederlandse taal. Antwerpen/Groningen 19525.
Vos 1953 J.G. Vos, De Bergher bossen als natuurreservaat. De Liemers; Gedenkboek dr. J.H. van Heek. Didam 1953, 338-347.
Vries, de, 1913 W. de Vries, Over ŭ in open lettergrepen in het noordwestelijk Saksisch. TNTL 32 (1913), 168-177.
Wanink 1948 G.H. Wanink, Twents-Achterhoeks woordenboek benevens grammatica. Zutphen 1948.
Weeink 1980 B. Weeink, Woordnbook van 't plat van Eibarge en umgeving. Doetinchem/Eibergen 1980.
Weijnen 1966a A. Weijnen, Nederlandse dialectkunde. Assen 19662.
Weijnen 1966b A. Weijnen, De taalkaart HAM. Med. Nijm. Centr. Dial.-en Naamk. 5 (1966), 3-4.
Weijnen 1967 A. Weijnen en Jan van Bakel, Voorlopige inleiding op het Woordenboek van de Brabantse dialecten. Assen 1967.
Willemyns 1979 R. Willemyns en J. Goossens, Het niet-literaire Middelnederlands. Assen/Brugge 1979.
Winkel, te, 1926 J. te Winkel, De taal van den Gelderschman. Gelderland. Arnhem 1926, 187-224.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken