Van duivels, heksen en spoken dat hij in 1976 samen met Jaap Brand uitgaf. Dat ook het studieveld ‘Nederlands als vreemde taal’ zijn aandacht bleef houden - wel een gevolg van zijn zo succesvolle tijd in Münster - tonen In Holland staat een huis. Niederländisch für Anfänger (Hilversum 1969, meermaals herdrukt), Bij ons in Nederland. Niederländisch für Fortgeschrittene (Hilversum 1970) en ‘Kann nit verstan’. Eine Einführung ins Niederländische (Groningen 1973, met R.A. Ebeling).
Van bijzondere betekenis, ook wetenschappelijk gezien, was Hendrik Entjes' vriendschap met de Bentheimer dialectoloog en volkskundige Arnold Rakers. Deze was in 1932 in Marburg op Die Mundarten der alten Grafschaft Bentheim gepromoveerd. De bij het proefschrift behorende en voor het gebruik daarvan onontbeerlijke ‘Mundartatlas von 142 Karten’ was evenwel, anders dan het titelblad van de in 1944 uitgekomen gedrukte uitgave doet vermoeden, nooit verschenen. Rakers had Entjes aan het eind van jaren 50 al zijn dialectmateriaal geschonken, inclusief de manuscriptkaarten van de atlas. Deze atlas is, uitgebreid met een op basis van Rakers' aanzetten uitgewerkt commentaar, in 1993 verschenen, als resultaat van een zeer plezierige en vruchtbare samenwerking van Entjes met zijn opvolger als hoogleraar, de schrijver van deze regels. Rakers' dissertatie was er helemaal op gericht, het bestaan van een ouder zich ver naar het westen uitstrekkend Westfaals taallandschap aan te tonen. Daarmee was Rakers een belangrijke kroongetuige van de door de stichter van het Nedersaksisch Instituut, Klaas Heeroma, uitgedragen hypothese van een ‘Westfaalse expansie’ in het Oost-Nederlandse taalgebied. De taalatlas kon dit voorgoed duidelijk maken. Hierbij passen ook zeker de resultaten van Entjes' dissertatie-onderzoek; met name de gebroken tweeklanken, waarmee Vriezenveen heel duidelijk de vroegere directe talige verbinding van Twente met Westfalen laat zien, waren voor het bewijs van Rakers' taalhistorische opvattingen van grote betekenis. Al in 1969 had Entjes zich in zijn artikel ‘Westfalisering der Overijsselse dialecten’ met deze problematiek bezig gehouden.
Ook voor socio-dialectologische aspecten heeft Entjes grote belangstelling gehad. In dit tijdschrift gaf hij in 1977 een voorlopig verslag van een onderzoek dat 1974/75 in samenwerking met de regionale radio was uitgevoerd: Nederlands en Gronings in Sauwerd. Een nauwkeurig rapport hiervan is later van de hand van Fokko Veldman in Driemaandelijkse Bladen 35 (1983) verschenen.