Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onze Taaltuin. Jaargang 2 (1933-1934)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onze Taaltuin. Jaargang 2
Afbeelding van Onze Taaltuin. Jaargang 2Toon afbeelding van titelpagina van Onze Taaltuin. Jaargang 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.00 MB)

Scans (8.57 MB)

ebook (5.33 MB)

XML (1.03 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onze Taaltuin. Jaargang 2

(1933-1934)– [tijdschrift] Onze Taaltuin–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

De groote nood der Nederlandsche philologie

Over dit schrikverwekkend onderwerp hield Prof. de Vreese in Juni van dit jaar voor de Mij. der Nederl. Letterkunde een rede, door hemzelf als ‘paradox’ betiteld. De paradox betrof de Middelnederlandsche philologie, taal- en letterkunde. De groote nood is inderdaad ontstellend: een groot deel van het materiaal van het Middeln. Woordenboek en van onze Middeln. Grammatica's, mede ten gevolge dáarvan, is onbetrouwbaar doordat de handschriften foutief zijn gelezen of uitgegeven; een belangrijk deel van de ± 700 handschriften die erin zijn verwerkt, zijn òf niet Middeleeuwsch, òf van later datum dan is aangenomen; er zijn ‘zeker weinig minder dan twintig maal zooveel handschriften over de geheele wereld verspreid’. Prof. de Vreese wenscht een volledige collatie van de genoemde 700 handschriften, door rationeele verdeeling van arbeid, en zoo noodig en gewenscht, een nieuwe uitgave en ‘daarvoor zullen dan, durven en mogen we hopen, wel de noodige liefhebbers te vinden zijn’. Voor de herdrukken nl.

Ik veroorloof mij een bescheiden aanteekening hierbij. Liefhebbers voor Mnl. tekstuitgaven zijn alleen dan in voldoende aantal te verwachten, wanneer een uit een oogpunt van litteratuurgeschiedenis, aesthetica of onderwijs ‘belangwekkende’ uitgave verschijnt. Aan deze voorwaarde voldoet maar een gering deel van de bedoelde 700 teksten. Het is treurig maar waar, dat de beoefenaren zelfs van onze nationale letteren

[pagina 254]
[p. 254]

zelden boeken koopen. Daarentegen heeft de blijkbaar failliete boedel van onze Mnl. taalkunde behoefte aan een veel grooter aantal teksten, vooral proza-teksten, dan thans in druk ter beschikking staat. De philoloog zelve, die ten bate van de taalkunde of de letterkunde, of van beiden tegelijk, teksten bestudeert, zal zich, na het vernietigend oordeel van Prof. de Vreese maar huiverend meer toevertrouwen aan de tekstuitgaven, de bestaande, en zelfs aan de voorgestelde nieuwe! Hij zal alleen gebaat zijn met een zoo groot mogelijke verscheidenheid van taalmonumenten in den vorm van de hándschriften. Ik zou willen voorstellen dat wij, zoo mogelijk onder de auspiciën der Maatschappij der Nederl. Letterkunde, en in het genot der deskundige leiding van Prof. De Vreese, overgaan tot de stichting van een facsimile-bibliotheek. Verschillende bibliotheken beschikken tegenwoordig over een photografisch apparaat waarmee men handschriften blad voor blad reproduceert. De bibliotheken van Noord en Zuid zouden moeten komen tot stelselmatige en coöperatieve reproductie van alle in Noord en Zuid bereikbare handschriften, in tenminste drie exemplaren. Deze exemplaren zouden in dépôt moeten liggen in drie (vier, of vijf) bibliotheken in het Noorden, het Centrum, het Zuiden. Zij zouden vandaar uit ook uitgeleend kunnen worden, en wel zonder het thans onoverkomelijke risico dat men loopt bij het uitleenen van een handschrift. Stel dat we na verloop van een tiental jaren beschikken over de afbeeldsels van een paar duizend handschriften, dan kan nog de thans aanwezige generatie van Neerlandici den boedel van zijn wetenschap herzien en herbouwen. Dan kan het Mnl. Woordenboek worden volmaakt, een waarlijk Mnl. Vormleer worden geschreven, een fundament van de Nederlandsche Syntaxis worden gelegd. Dan kan ook een waarlijk wetenschappelijke Geschiedenis der Nederlandsche Letterkunde naar inhoud en vormen aan binnen- en buitenland worden aangeboden.

Ik schat de kosten voor éen reproductie van een handschrift van 100 bladen op vijftien gulden, voor drie reproducties zegge veertig. Voor duizend handschriften van grooten omvang is dus noodig 15 à 40000 gulden. Hetgeen, bij gezonde coöperatie en verdeeling van lasten en lusten, neerkomt op een zonder twijfel bereikbaar bedrag van f 1500 tot f 4000 per jaar voor het eerstvolgend decennium. En dan is ieder voldaan, en de Nederlandsche philologie modern-zakelijk geordend, in bloei, zonder dat we beu zijn van al maar meer ‘standaarduitgaven’, die ons zouden irriteeren door hun correcten drukvorm, en die onze balken zouden doen buigen, onze zolders kraken, onze flats doen barsten.

G.S. OVERDIEP


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken