Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onze Taal. Jaargang 19 (1950)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onze Taal. Jaargang 19
Afbeelding van Onze Taal. Jaargang 19Toon afbeelding van titelpagina van Onze Taal. Jaargang 19

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.65 MB)

ebook (3.24 MB)

XML (0.26 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onze Taal. Jaargang 19

(1950)– [tijdschrift] Onze Taal–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Onze taal

I

Wat nu? Een verhandeling over ons blad? Nee, lezers, maakt U maar niet bezorgd, hoor! Ons blad spreekt immers voor zichzelf, daar behoeven wij niets aan toe te voegen! Of wel? Zegt U het dan maar gerust!

Dus geen verhandeling over Onze Taal. Over onze taal dan? Ja, dat is toch niet zo vreemd? Weliswaar bespreken wij gewoonlijk bepaalde taalverschijnselen, woorden of uitdrukkingen met elkaar, maar waarom zouden we onze taal ook niet eens in haar geheel of wilt gij liever in 't algemeen bekijken? Niet veel aan te zien? Heus, lezers, nog te veel om in één artikeltje te behandelen!

Laten we dezen keer alleen nog maar bij den naam blijven. Naam? Namen! 't Is deftig veel namen te hebben. Onze taal is zo deftig!

Daar hebben we dan eerst: het Nederlands. De oudste plaats, waar deze naam voorkomt, is een in 1518 te Brussel gedrukt boek, dat werd ‘overgheset wt de spaensche tale in onse ghemeene nederlantsche tale’. Na 1540 wordt onze taal veelvuldig zo genoemd, ook onze Oosterburen spreken dan van het Niederländisch.

Waar komt deze naam vandaan? Deze vraag is gemakkelijk te beantwoorden. De taal werd genoemd naar het land, waar ze gesproken werd: Nederland of de Nederlanden, dat zijn de ‘lage lande bi der see’, in Duitsland ‘Niederlande’, in Frankrijk ‘Pays-Bas’, in Engeland ‘the Netherlands’ of ‘Low Countries’ genoemd. Deze naam was aanvankelijk nog geen eigennaam. Dat werd hij pas tijdens de Bourgondische en Oostenrijkse heerschappij. Vooral onder Karel V, dus in het begin van de 16de eeuw, werd ‘de Nederlanden’ steeds meer een vaste naam voor de ‘lande van herwaerts overe’, de ‘pays de par deça’. Daarna werd eerst alleen de taal van Vlaanderen, Brabant, Limburg, Zeeland, Holland en misschien ook Utrecht Nederlands genoemd. De taal, die in de Noordoostelijke gewesten gesproken werd, heette Nedersassisch, Saxisch, Oosters of Overlands. Zij week nog al wat af van de taal der andere provincies en kwam meer overeen met die van de aangrenzende Noordduitse gebieden. Fransen, Bourgondiërs, Henegouwers en zelfs Vlamingen noemden de bewoners van Utrecht, Gelre, Overijsel, Drente en Groningen dan ook met een stalen gezicht ‘Allemands’! Hoe durfden ze! Ons blad bestond nog niet! Wij zouden ze wel op hun nummer gezet hebben! Maar toen protesteerde niemand! Nee, want het wàs toen werkelijk zo gek niet. Evenmin als de tweede naam van onze taal toen ongepast was: Nederduits! Rijzen uw haren ten berge? Het wordt nog erger, want onze taal werd zelfs wel Duits genoemd! Ja, heus, in de Middeleeuwen al, in het Noorden: ‘duitsch’, in het Zuiden ‘dietsch’, maar ook

[pagina 10]
[p. 10]

‘duutsch’ of ‘duytsch’, zoals blijkt uit een in de omgeving van Aalst geschreven Bijbelvertaling van 1360, waarin de schrijver spreekt over ‘voel (d.i. veel) manieren, die men niet wel volmaectelic in duytsche geseggen noch geduytschen en mag’. En deze naam is nog lang in gebruik gebleven, hij is te vinden bij taal- en letterkundigen. Vondel b.v. hoopte, dat zijn dichtwerk ‘Heerlyckheit der Kercke’ bekend zou worden ‘Tot aen het einde van den Oceaen, Zoo wijt men ooren vint, die Duytschen klanck verstaen’.

En Hooft heeft zijn ‘Warenar’ naar het Latijn ‘nae 's Landts gheleghenheyt verduytschet’.

Sedert het midden der 16de eeuw moest de naam ‘Duitsch’ echter langzamerhand plaats maken voor ‘Nederlandsch’, doch dit woord werd al spoedig verdrongen door de benaming ‘Nederduitsch’. Wij kregen toen Nederduitse spraakkunsten, woordenboeken, poëmata en synoniemen. Thans is het woord echter niet meer in zwang, het leeft alleen nog voort in: de Nederduits Hervormde Kerk. Hoe komt het, dat deze eenmaal algemeen gebruikte naam zo op den achtergrond geraakt is? Hoofdzakelijk doordat de oude term Nederlands weer in ere hersteld werd; dit werd in de 19de eeuw de ambtelijke term. Van het oude Nederduits was weinig meer te duchten. Er lag echter een andere mededinger op de loer, met name: Hollands. Ook al een oude naam; hij dateert uit het begin van de 17de eeuw en duidde oorspronkelijk alleen het dialect van Holland aan. Het duurde echter niet zo heel lang, of het Nederlands in zijn geheel werd er door aangeduid. Wel werd deze term aanvankelijk niet veel gebezigd, maar daar kwam op den duur verandering in. Holland is vele eeuwen onze rijkste, machtigste en invloedrijkste provincie geweest. In het buitenland vertegenwoordigde haar naam ons hele land: Fr. la Hollande, Dts. Holland. Is dit niet nog zo? En is het dan een wonder, dat het dialect van Holland ook een grote rol speelde bij de vorming van onze algemene taal en deze tenslotte met Hollands naam werd aangeduid? Ook in Zuid-Afrika heet onze taal Hollands of Hoog-Hollands in tegenstelling met het Afrikaans, dat ook wel Kaap-Hollands wordt genoemd.

Maar onze taal heeft nòg een anderen naam! Onze Zuidelijke buren zijn er ook nog! Bij hen heet onze taal: Vlaams. Ja, natuurlijk, dat is eigenlijk het in Vlaanderen gesproken dialect, maar de betekenis van Vlaams is evenals die van Hollands ruimer geworden; het woord duidt nu ook de Nederlandse schrijftaal in België aan. Een nieuwe naam? O, neen! In de 16de eeuw vinden we hem al in dien zin, vaak in tegenstelling met ‘Walsch’, maar ook wel eens ter onderscheiding van.... het Nederlands! De Noordnederlandse schrijftaal onderscheidde zich in vele opzichten van die der Zuidelijke Nederlanden, de laatste was de voortzetting van het Vlaams-Brabants der Middeleeuwen. Coornhert zegt in 1585 in de voorrede van zijn vertaling van Boëthius, dat hij datzelfde werk vroeger reeds ‘uyt oude ende duystere Vlaamsche tale in Nederlandtsch had verduytscht’.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken