Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onze Taal. Jaargang 60 (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onze Taal. Jaargang 60
Afbeelding van Onze Taal. Jaargang 60Toon afbeelding van titelpagina van Onze Taal. Jaargang 60

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onze Taal. Jaargang 60

(1991)– [tijdschrift] Onze Taal–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 24]
[p. 24]

Overpeinzingen

PCUdB

RUBRIEK ‘VIERKANTJES’ TEN EINDE
In 1977 begon Pieter Uit den Boogaart, taalkundige aan de TU Eindhoven - aanvankelijk onder zijn volledige naam, later onder de inkorting PCUdB - met zijn rubriek ‘Vierkantjes’ in Onze Taal. Daarin werden veertien jaar lang in elke aflevering van het blad opmerkelijke taalfeiten, frappante taalkronkels, verbazing- of ergerniswekkende nieuwe woorden en tot nadenken stemmende taaloverwegingen gepresenteerd.
De rubriek ‘Vierkantjes’ is met ingang van dit nummer verdwenen, maar Pieter Uit den Boogaart zal in Onze Taal blijven schrijven. In de rubriek ‘Taal en ontaal’ zal hij het, wederom als PCUdB, regelmatig hebben over taalveranderingen, woordbetekenis, vertaalproblemen en andere opmerkelijke feiten en ontwikkelingen in de vele marges van onze taal.

● Oud en nieuw

We gaan nu definitief het laatste decennium in van de twintigste eeuw. Verleden jaar omstreeks deze tijd hebben een paar lezers in de rubriek ‘Vierkantjes’ nog wat gestecheld over de vraag of mijn gelukwens voor een nieuw decennium terecht was. Nu is er in elk geval geen twijfel meer aan dat de jaren negentig zijn begonnen. Wat ik zo graag zou willen weten, is het volgende. Als iemand over tien jaar, of desnoods twintig jaar dit blad doorneemt, wat zijn dan de woorden, wat zijn de uitdrukkingen, wat zijn de stijleffecten die onmiskenbaar het stempel dragen van de dan lang voorbije beginjaren negentig? Welke zegswijzen die ons nu vlot in de oren klinken, zullen dan belegen en belachelijk aandoen?

‘Onlangs liet ik me met een trein vervoeren. Vlak boven mijn hoofd was het opschrift ‘WC’ te lezen. De letters waren vergezeld van een grote pijl in ouderwetse vormgeving. Dat zei iets over de ouderdom van het treinstel, maar ook over de ijdelheid van al ons streven naar vernieuwing. Ik zag voor mij hoe een enthousiaste jonge vormgever in dienst van de NS het ontwerp van de pijl bij zijn superieur op tafel legde en hoe deze bromde: ‘Uitstekend, jongeman, precies wat we moeten hebben, een stukje nieuwe zakelijkheid, maar dan aangepast aan de eisen van onze tijd. Mooi gestroomlijnd. Ga zo door.’ Waarom is die pijl belachelijk geworden, waarom heeft hij de geur gekregen van te lang doorgekookte koffie, de vaalheid van oude stationswachtkamers? En waardoor komt op u, lezer uit 2000, 2010 of 2020, de taal die ik nu schrijf zo hopeloos achterhaald over?

● Identiteit

Mocht u in het recente verleden aan een managementcursus hebben deelgenomen, dan weet u ongetwijfeld dat u een ‘mission statement’ moet hebben voor het bedrijf dat, respectievelijk de instelling die door u gemanaged wordt. Een mission statement - dit even voor de nietingewijden - is een uitspraak van niet meer dan vijftien geschreven regels die een op middellange termijn te verwezenlijken doelstelling beschrijft, de middelen waarmee die te bereiken valt, de markt waarop men zich richt en nog een paar kleinigheden. Het wordt hoog tijd, dunkt me, dat ook voor onze taal, het Nederlands dus, een mission statement gemaakt wordt. Belangrijk is dat het mission statement ook duidelijk een profilering ten opzichte van de concurrentie (het Engels en dergelijke) bevat.

Ik doe een voorzet.

Het Nederlands stelt zich ten doel binnen tien jaar de taal bij uitstek te worden waarin mission statements geschreven worden, niet alleen in Nederland maar ook daarbuiten. Om de leesbaarheid van Nederlandstalige mission statements voor het buitenland te vergroten, wordt vooralsnog van Engelstalige modellen uitgegaan, waarin uitsluitend lidwoorden en voorzetsels door Nederlandse woorden vervangen worden. Gaandeweg zullen wij steeds meer echte Nederlandse woorden en constructies erin brengen, waarna, over tien jaar, ook het mission statement een missie-uitspraak wordt. Het Nederlands profileert zich daarin ten opzichte van andere talen doordat het zich niet laat uithollen, maar juist vanuit een uitgeholde positie begint.

We moeten nog afspreken wat de markt is die wij als vertegenwoordigers van het Nederlands wensen te bedienen. Ik laat het aan u over er uw gedachten aan te wijden.

Oplossingen
plaatsnamenspel: 1. Dodewaard;
2. Zandvoort;
3. Eibergen;
4. Bruinisse;
5. Rotterdam;
6. Haastrecht;
7. Deventer;
8. Hattem, Miste;
9. Wassenaar;
10. Nieuwegein.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken