Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onze Taal. Jaargang 69 (2000)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onze Taal. Jaargang 69
Afbeelding van Onze Taal. Jaargang 69Toon afbeelding van titelpagina van Onze Taal. Jaargang 69

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onze Taal. Jaargang 69

(2000)– [tijdschrift] Onze Taal–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 253]
[p. 253]

Vraag en antwoord

Taaladviesdienst

Tot daar aan toe/daaraantoe/daarentoe

? Een veelgehoorde opmerking is ‘Dat is (nog) tot daar aan toe’ (betekenis: ‘tot zover gaat het nog, dat kan er nog mee door’). Maar hoe hoort deze uitdrukking precies te worden geschreven?

 

! Deze uitdrukking is niet te vinden in spellinggidsen als het Groene Boekje, De Nieuwe Spellinggids en de Spellingwijzer Onze Taal. En de woordenboeken die de uitdrukking wél hebben opgenomen, zijn het niet eens over de spellingwijze. Zo geven Koenen (1999) en zijn voorganger de Grote Koenen (1986) de vorm tot daaraantoe, en worden in Van Dale (1999) en Verschueren (1996) twee varianten vermeld: tot daar aan toe en, als apart lemma, tot daarentoe. Deze laatste vorm, die vermoedelijk niet bij iedereen bekend is, is de oorspronkelijke schrijfwijze (zie daarvoor de volgende alinea). Het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT; deel III, II, 1916) vermeldt tot daaraantoe en tot daarentoe als gelijkwaardige vormen. Wij sluiten ons bij de Koenens en het WNT aan wat het aaneenschrijven betreft: tot daaraantoe is immers een vaste woordcombinatie met een eigen betekenis, en etymologisch gezien is het onjuist om aan en toe als losse woorden te schrijven. Maar ook voor de oorspronkelijke vorm tot daarentoe is nog wel iets te zeggen; een zoektocht op internet leert bovendien dat die vorm nog steeds gebruikt wordt.

Hoe zit het dan met dat woord daarentoe? Dit is samengesteld uit daar- (dat ook in bijvoorbeeld daarin en daarop voorkomt) en entoe, een Middelnederlands woord met de oorspronkelijke betekenis ‘nu’. De oudst bekende betekenis van tot daarentoe is volgens het WNT ‘tot zover, tot dusverre’. Toen entoe niet meer als apart woord werd herkend, raakten ook de vormen tot daaraantoe en tot daar aan toe in gebruik, mogelijk onder invloed van woordcombinaties als tot nu toe en tot daar toe (als plaatsbepaling). Daarentoe is op dezelfde manier gevormd als daarentegen (entegen = ‘tegen’) en daarenboven (enboven = ‘van boven, boven op’), alleen zijn deze woorden nooit veranderd in daaraantegen en daaraanboven. Wat dat betreft is taal onvoorspelbaar.

In ouder Nederlands komt overigens ook de uitdrukking tot hierentoe voor, die min of meer dezelfde betekenis heeft als tot daarentoe (‘tot dusverre’); het WNT en Van Dale zijn de enige woordenboeken waarin deze vorm nog te vinden is.

Vijf keer meer dan?

? Nederland heeft zestien miljoen inwoners, Duitsland tachtig miljoen. Kun je nu zeggen dat Duitsland vijf keer meer inwoners heeft dan Nederland?

 

! Nee, dat is niet logisch. Duitsland heeft vijf keer zoveel inwoners als Nederland (oftewel vijf keer het aantal inwoners dat Nederland heeft): 5 × 16 miljoen = 80 miljoen. In de formulering ‘vijf keer meer inwoners dan Nederland’ wordt welbeschouwd bij het inwoneraantal van Nederland nog eens vijf keer dat aantal opgeteld: 16 miljoen + (5 × 16 miljoen) = 96 miljoen.

De constructie ‘vijf keer meer dan’ kan worden gezien als een contaminatie van ‘meer dan’ en ‘vijf keer zoveel als’: wie zegt dat Duitsland vijf keer meer inwoners heeft dan Nederland, wil daarmee uitdrukken (a) dat Duitsland meer inwoners heeft en (b) dat het er vijf keer zoveel zijn. De Taaladviesbank - een cd-rom met taaladviezen, samengesteld onder verantwoordelijkheid van de Nederlandse Taalunie - keurt deze contaminatie niet af. De zinnen ‘Hij heeft drie keer meer postzegels dan ik’ en ‘Hij heeft drie keer zoveel postzegels als ik’ betekenen volgens dit naslagwerk beide dat de hij-persoon het drievoudige bezit van het aantal postzegels van de ik-persoon (met de toelichting dat de ‘zoveel als’-versie gebruikelijker is). Andere adviesboeken gaan er niet op in.

‘Vijf keer meer dan’ is dus dubbelzinnig: rekenkundig gezien betekent het ‘zes keer zoveel als’ (zie de eerste alinea), maar in de praktijk komt het (ook) voor in de betekenis ‘vijf keer zoveel als’. Het is jammer dat de Taaladviesbank geen einde maakt aan deze verwarring. Wij blijven erbij dat het beter is om te kiezen voor de eenvoudige vermenigvuldiging ‘vijf keer zoveel als’; die is duidelijker én logischer dan ‘vijf keer meer dan’.

Items?

? In het artikel ‘We mailen!’ in het septembernummer van Onze Taal wordt een negentiende-eeuwse brief geciteerd. Hierin wordt het woord items gebruikt. Maar bestond het woord item in de negentiende eeuw al wel?

 

! Ja, het zelfstandig naamwoord item bestond zelfs al in het Middelnederlands; het is een Latijns leenwoord, dat werd uitgesproken als [ietem]. Oorspronkelijk betekende het ‘post op een rekening’, later kreeg het de algemenere betekenis ‘onderwerp (dat aan bod komt)’. Zo schreef Constantijn Huygens in de zeventiende eeuw: ‘Is 't niet genoeg gewenscht, ick hebb noch eenen item’. Zijn tijdgenoot P.C. Hooft maakte er zelfs een verkleinwoord van: ‘Een reeckeningh (...) van drie vier vel pampier, (...) Met itempje, by itempje’.

Onder Engelse invloed is item opnieuw populair geworden, maar nu uitgesproken als [aitem]. Deze uitspraak is tegenwoordig - vooral in de wereld van radio en televisie - gebruikelijker dan het oudere [ietem]. Desondanks zijn er nog steeds naslagwerken die alleen [ietem] als juiste uitspraak geven, zoals het recente Uitspraakwoordenboek (2000).

Het woord item is van oorsprong een bijwoord met de betekenis ‘net zo, eveneens’. (Deze betekenis heeft item nog steeds, maar daarvoor wordt meestal de variant idem gebruikt.) In ouder Nederlands kon item gebruikt worden als inleidend woord bij elk van de punten en artikelen in ambtelijke stukken, of als inleidend woord bij een nieuwe post op een rekening. Vanuit deze bijwoordelijke betekenissen ontwikkelde zich het onzijdige zelfstandig naamwoord zoals we dat nu kennen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken