Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het Taelverbond. Jaargang 4 (1848)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het Taelverbond. Jaargang 4
Afbeelding van Het Taelverbond. Jaargang 4Toon afbeelding van titelpagina van Het Taelverbond. Jaargang 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.13 MB)

ebook (3.70 MB)

XML (1.21 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het Taelverbond. Jaargang 4

(1848)– [tijdschrift] Taelverbond. Letterkundig Tydschrift, Het–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 203]
[p. 203]

Kunst- en letternieuws.

De Moniteur heeft het volgende koninklyk besluit afgekondigd:

 

Art. 1. Er is een wedstryd ingesteld voor het vervaerdigen van een boek dat ten titel zou dragen: Belgische geschiedkundige lezingen. Dit werk zou vooral voor het middel- en lager onderwys bestemd zyn. De bepalingen van dezen wedstryd zyn als volgt:

 

Programma. Een prys van 1500 franken zal toegekend worden aen den schryver van het handschrift, welk volgens het oordeel van een jury, daertoe door den minister van binnenlandsche zaken benoemd, de tweevoudige verdiensten van grondgedachte en vorm zal vereenigen.

Dit werk zal moeten bevatten:

1o Levensbeschryven van vermaerde Belgen.

2o Verhalen der merkwaerdige feiten der belgische geschiedenis, en tafereelen of vlugtige schetsen van die tydstippen, welke door de ontwikkeling van kunsten, wetenschappen, letteren, nyverheid, koophandel en landbouw, meest beroemd zyn.

3o Pittoreske en historische afschilderingen van nationale landschappen en gedenkstukken.

Buiten de vaderlandsche gevoelens en de getrouwheid die het hoofdkarakter van dezen arbeiid moeten uitmaken, zal de schryver den styl byzonder in acht nemen, en net uit het oog verliezen dat er hier van geene geschiedkundige verhandeling, maer wel van een volksboek sprake is.

Het werk moet 3 deeltjes vormen, die afzonderlyk kunnen verkocht worden, en niet min dan 400 en niet meer dan 500 bladzyden uitmaken.

De schryver behoudt er vyf jaren den eigendom van. Er zal eene uitgave van gedaen worden waervan de verkoopprys niet meer dan éen frank voor de 3 deelen en niet meer dan een halven frank, voor elk deel afzonderlyk zal mogen zyn.

Na verloop van het vyfde jaer vervalt het werk in het openbaer domein.

Zoo geen der ingezonden handschriften aen de vereischte voorwaerde voldoet, zal het jury uit allen de voornaemste brokken mogen kiezen en deze vereenigen tot een boekdeel, dat op kosten van het staetsbestuer zal uitgegeven worden, mistgaders eene billyke vergoeding aen de schryvers. Het werk moet voor 1sten january 1850, aen het departement van binnenlandsche zaken ingezonden zyn.

De schryvers zullen hunnen naem op hun werk niet stellen, maer alleen eene kenspreuk, welke zy herhalen op een gesloten briefken, waerin naem, wooning, geboorteplaets en adres, geschreven staen. De werken mogen in het fransch of in het vlaemsch geschreven zyn.

Art. 2. De kosten, uit dezen wedstryd voortspruitende, zullen op het budget van het departement van inwendig gebragt worden.

Art. 3. Onze minister van inwendig zal de leden van het jury benoemen, en al de maetregelen nemen, welke zouden noodig zyn om de uitvoerin van het tegenwoordig besluit te verzekeren.

LEOPOLD.

Gegeven te Brussel, den 2den November 1848.

 

- De klas der schoone kunsten by de koninklyke Akademie van Belgie heeft voor den pryskamp van 1849, de volgende vragen voorgesteld:

1o Wat is het uitgangspunt en welk is het karakter der vlaemsche schilderschool geweest onder de regering der hertogen van Bourgondie? - Welke zyn de oorzaken haers luisters en van haer verval?

[pagina 204]
[p. 204]

2o Welk zyn de palen der wetenschap, langs den eenen, en der kunst, langs den anderen kant, in het hervoortbrengen der uitwendige vormen? En welke zyn, onder de kunstmatige betrekking, de voordeelen en zwarigheden der ontdekking van de louter werktuigelyke handelwyzen, als daer zyn: de daguerréotype de physionotype de galvanoplastie, enz.

3o De nationale liederen der onderscheidene volkeren kenschetsen; aentoonen welken invloed deze liederen tot de 18e eeuw, op de kunst hebben uitgeoefend.

4o Tot hare aenvankelyke waerde herleiden de maten, ons door de hedendaegsche schryvers overgebragt, voor de tempels in Griekenland, Sicilië en klein-Azië, tot de regering van Alexander den grooten, gesticht. - Volgens de uitkomsten die dit werk zal hebben opgeleverd, het stelsel der by de oude bouwkundigen waergenomene evenredigheden ontwikkelen, zoo wel ten opzichte der betrekkingen van de voorname deelen, als omtrent de overeenkomst der ondergeschikte gedeelten. - Het vraegstuk tot de godsdienstige gedenkteekenen en tot het belangrykste tydstip der Grieksche kunst bepalende, heeft de klas alleen de bedoeling gehad, den arbeid der mededingers te vergemakkelyken. Nogtans zou zy met genoegen de navorschingen uitgestrekt zien tot de burgerlyke gebouwen en vergelykingen zien daerstellen met de gedenkteekenen tot latere tydperken behoorende.

De, in het latyn, fransch of nederduitsch geschrevene, verhandelingen moeten, vóor den 1n juny 1849, vrachtvry worden gezonden aen den heer Quetelet, vasten secretaris der Akademie.

Verschenen werken.

Te Gent, by Hoste: Jan de vierde, historisch drama in vyf bedryven, door H. Van Peene, bekroond met den eersten prys in den letterkundigen kampstryd, door de koninglyke maetschappy van Rhetorica, gezegd de Fonteinisten, te Gent, ter gelegenheid van haer vierhonderdjarig jubelfeest uitgeschreven.

By Th. en D. Hemelsoet: Zedelyke rigting voor onderwyzers, naer het fransch van Th.H. Barrau, door Edward Vermandel, werkend lid der maetschappy van vlaemsche letteroefening: De tael is gansch het volk, te Gent.

- Te Luik, by L. Grandmont-Donders: Keur van Schoolliederen, opgedragen aen de onderwyzers en de vaderlandsche jeugd, en by een verzameld door H. Pelsers, priester, professor by de Normaelschool, te Sint-Truijen. In-8o. - Zoo als in het voorwoord gezegd wordt, zyn deze liederen getrokken uit den voorraed welken ons Duitschland oplevert, uit het Gouden Boeksken, van A. Van Hasselt, uit den Middelaer, enz., enz. Met de grootste belangstelling hebben wy dezen bundel doorloopen; elke bladzyde verraedt den goeden smaek van den verzamelaer, en bewyst dat hy grondig bekend is met hetgeen er voor het schoolwezen noodig is. Geen lied of het is geschikt om godsdienstzin, vaderlandsliefde, of andere heilzame gevoelens in het hart der jeugd op te wekken en te ontwikkelen. Ook zyn de zangwyzen zeer wel gekozen, en wy kunnen den Eerw. heer Pelsers niet genoegzaem aenmanen, om nog veel in dien aerd te leveren.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken