Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het groote Tafereel der dwaasheid (1720)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het groote Tafereel der dwaasheid
Afbeelding van Het groote Tafereel der dwaasheidToon afbeelding van titelpagina van Het groote Tafereel der dwaasheid

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (20.57 MB)

ebook (24.77 MB)

XML (1.29 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/pamflet-brochure
non-fictie/politiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het groote Tafereel der dwaasheid

(1720)–Anoniem Tafereel der dwaasheid, Het groote–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina *99]
[p. *99]

Onder Verbeetering. De laatste Basuyne, of't Verrysen der dooden,
Waar in gehandeld werd over 't snoode quaad der wind-verkoopery.
Het zevende deel.



illustratie

1.[regelnummer]
MYn Godt hoe werd de Zon zo swart, Al de Eelementen die beweegen;
 
Daar komen Starren neêr geseegen, ô God, ô God, hoe klopt myn hart!
 
't Is of ik daar de Duyvel zie, In Vlam en swarte Rook gedooken,
 
Myn bloed begint in 't Lyf te kooken, Myn God waar of ik heene vlie,
 
Den Hemel schynt vol Vlam en Vuur, Ik hoore niet als Donderslaagen,
 
Nu zal ik eeuwig straffe draagen, ô Christus Jesus 't valt my zuur.
2.[regelnummer]
ô Godt! wat heb ik mynen tyd, Godtloos godtlooselyk versleeten,
 
ô Godt! hoe knaagt me myn geweeten, ô Christus in der eeuwigheyd,
 
Ik heb myn daagen doorgebrogt, In grouwelen en gekkernyen,
 
Daar ik nu eeuwig om zal leyen, Ik vod die yd'le Wind verkogt,
 
Daar ik zoo veel meê overwon, Dat ik naast veele snoode Heeren,
 
Myn Kleed' in Masqueraade Kleeren, Als Man dat niemand myn en kon.
 
Myn Bakkes was met floers vermomt, De Hoed my op de Neus getrokken,
 
Ik had een staert gelyk de Bokken, En ging al gluypend' en gekromt.
 
Een ander sloeg my met een Blaas, En waaren uytgelaaten vrolyk:
 
Maar overdartel, snoo, en olyk, De weg die dreunden van 't geraas.
 
Ik zey myn Nâam was Damoriet, Doch echter was myn Naam Heleene,
 
Ver tegen al 't Gezelschaps meene, Ja zelfs de Vaand'rik wist het niet.
 
Men trok dan over al de kap, En dronke raakend' door 't havoese,
 
Begonnen wy te Roesemoese, Dies wierd het ernst, en met een snap
 
Kreeg ik een knoey op d'herssepan, Waar door ik straks ben neêrgezeegen;
 
Hier wierd Heleena wat verleegen, Doch wist 'er doch nog weynig van.
 
Ik hoorden 't Raat'le van de Wagt, En dogt ik voelde my in 'r Bedde,
 
En rolden (om myn zelfs te redde) Tot over 't kantje in de gragt;
 
'k Verdronk, en wierd ook gpgevist, Voor Gek in Masqueraade kleeren;
 
Nu staa ik voor 't Geregt des Heeren, Zoo eerst gekroopen uyt de Kist.

NB. Te vinden in 't Tweede Deel van de Geest van den Verreesen Herakliet.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken