Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 22 (1903)

Informatie terzijde

Titelpagina van Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 22
Afbeelding van Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 22Toon afbeelding van titelpagina van Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 22

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.61 MB)

ebook (3.04 MB)

XML (0.79 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 22

(1903)– [tijdschrift] Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bladvulling.

Boccaccio, Decameron VIII, 3: .... e cosi potremo arricchire subitamente, senza avere tutto 'l di a schiccherare le mura a modo che fa la lumaca, door Le Maçon (1545) f. 181b juist vertaald: et ainsi nous deuiendrons incontinent riches sans avoir la peine de barboiller les murailles tout au long du iour, comme faict le lymasson, wordt door Coornhert in zijn 33e der Lustige Historien Joannis Bocatij weergegeven door: ende sullen also rijck werden sonder so arbeydelijcken eenen gantschen dach lanck de mueren te beplagghen, als Lymassom doet.

Vanwaar de hier gespatieerd gedrukte bijzin, die zonder het origineel totaal onverstaanbaar zou zijn? Ik zie in dat ‘Lymassom’ een geestige(?) woordspeling op den naam ‘Le Maçon’ en trek daaruit het besluit, dat Coornhert de vertaling van dezen Franschman zeer zeker gekend en ook gebruikt heeft. Zie Dr. Haverman W.D. Hooft en zijne Kluchten (Den Haag, 1895), bl. 66 vlgg.

 

De aanvulling ‘aensiende’ in den zin, bij Coornhert ter aangehaalder plaatse volgende op de in het vorige stukje behandelde tirade, is natuurlijk noodig: ‘Bruyn ende Buffelmacho desen man hoorende, begonden onderlinghe te lachen ende malcanderen [aensiende] met ghelate van groote verwonderinghe, hebben zy Calandrijns raet ghepresen’.

De conjectuur is niet gewaagd, vgl. het Italiaansch ‘e guatando l'un verso l'altro’ en het Fransch, bij Le Maçon ‘et regardans l'ung lautre’.

Warffum.

g.a. nauta.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde