Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Tijdspiegel. Jaargang 5 (1848)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Tijdspiegel. Jaargang 5
Afbeelding van De Tijdspiegel. Jaargang 5Toon afbeelding van titelpagina van De Tijdspiegel. Jaargang 5

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.97 MB)

Scans (1170.54 MB)

ebook (6.67 MB)

XML (3.11 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Tijdspiegel. Jaargang 5

(1848)– [tijdschrift] Tijdspiegel, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 444]
[p. 444]

Eene vrome vreemde, ingeleid door een' braven vriend.

Alice of de Christin, in de verschillende betrekkingen des levens. Een verhaal uit den tegenwoordigen tijd, door Emma Jane. Naar het Engelsch. Arnhem, H.B. Breijer. 1848.

Zoo we onder 't opschrift Letterkunde een enkel woord u bieden over de Christin, in de verschillende betrekkingen des levens, wijt 't in de eerste plaats aan onze innige overtuiging, dat Godgeleerdheid van Godsdienst, ook van de Christelijke, hemelsbreedte verschilt. Voor allen de laatste, voor enkelen de eerste, gene voor 't hoofd, deze bij voorkeur, zij 't ook niet bij uitsluiting, voor het hart. Ge behoeft geene verhandeling over verschil van aard, bron, vruchten: practische aanschouwing overtuigt u vaak, hoe weinig godsdienstig een godgeleerde, hoe ongodgeleerd een vrome kan zijn. Er is méér, waarom wij onder de Letterkunde rangschikten 't eenvoudig verhaal van de lotgevallen eener zwaar beproefde, - de naam van den man, die haar bij ons inleidde, herinnerde ons aan de krachtige roepstem, voor eenige jaren uit Frankrijk opgegaan en door denzelfden Lublink Weddik voor ons herhaald, om de litteratuur toch meer van Christelijke beginselen te doen uitgaan, meer van Christelijken geest te laten doordringen. Wij gelooven, dat Lublink Weddik aan dat programma getrouw is gebleven, en dat waarachtige liefde voor Christelijk licht en Christelijke warmte, innig Christelijke geest hem bezielt bij zijn opbouwen en - afbreken: en het beleid, waarmede hij bouwt en breekt ter eere van God maken hem, naar onze innige overtuiging den naam ten volle waardig, dien we hem elders reeds gaven, van: Christelijk wijzen. Om u 't gissen te besparen, hebben we hem boven onzen vriend genoemd; op rekening van onze vriendschap kunt ge nu van onze lofspraak iets stellen, als vooroordeel u ingeeft: we vreezen dat 't te veel zal zijn. Overtuiging alleen spreekt uit onze woorden: we gaan er u 't bewijs van leveren.

De godsdienstige denkbeelden, in Alice's levensgeschiedenis ontwikkeld, verschillen in menig opzigt van de onzen: Rome's opperpriester bezat nooit onze sympathie, tóch achten we hem méér dan den Antichrist; het doel des Christendoms is ons nog iets anders dan schuldvergiffenis, de tale Kanaäns kwam zelden over onze lippen, we gaven de voorkeur aan Christelijke waarheden in een kleed, passend voor onzen tijd. Veel van wat onze sympathie slechts weinig kon opwekken, vonden we in Alice: ze is Engelsch, min of meer Methodistisch, en dus.... bevelen wij haar met nadruk aan. Zoek geene ironie in onze woorden, verdenk ons niet van tegenspraak met onszelven. Den vorm van het Christendom, hier geschetst, hebben wij soms bestreden, waar wij alleen - den vorm vonden. De pijlen der satire hebben wij gescherpt, bittere sarcasmen hebben we ons niet geschaamd, als we dien vorm zelfs maar zagen misbruikt voor onchristelijke doemzucht, bekrompen' waan en heerschzucht; we hebben soms den ellendeling ontmaskerd, die onder dat mom wilde binnensluipen in den kring der waarachtig vromen; - we hebben strijd gevoerd, waar men dien vorm met het wezen verwisselde, als het wezen opdrong. Maar we zijn, Gode zij dank! niet onchristelijk genoeg, om het

[pagina 445]
[p. 445]

goede in dien vorm, vooral het goede onder dien vorm, voorbij te zien; we zijn niet zóó liefdeloos, dat we den broeder zijn' steun zouden willen ontrukken, als hij alleen onder dien vorm zich het heil in Christus kan voorstellen; - we zijn niet fanatiek genoeg, om dien vorm niet te eerbiedigen, als hij op waarachtige overtuiging rust. We verwarren ook Methodismus niet met Orthodoxismus, al sluiten ze soms een' bond tegen nieuwer opvatting van het Christendom, door het eerste gehaat met soms satanischen haat, door het laatste vaak geschuwd met schuchtere vreeze. We hebben eerbied voor wie, in 't neêrdrukkend gevoel van vreesselijken schuldenlast, in Christus bovenal, alleen zelfs, den Redder ziet der doemwaardige ziele. God beware ons, dat we zouden glimlagchen bij de wanhopige krachtsinspanning van den zinkende, die zich aan de reddende hand vastklampt, - en is dát niet de rigting van het Methodismus?

Worde Christus gepredikt, zij 't onder een ligter of zwaarder bedeksel, dan reiken wij den regtzinnige de broederhand, drukken der Methodiste den kus op 't zusterlijke voorhoofd, hebben een' dankbaren blik over voor den romantiker. Maar Christendom, Christendom, dááraan heeft onze letterkunde behoefte in een' tijd, waarin ze zoo vaak misbruikt wordt tot kweekster van lage togten, tot stookster van onreine vlammen, tot boeleerster met een van God vervreemd materialismus. Van God begaafden met talent of genie, toont 't der wereld, dat het Christendom de gaven des geestes wel kan heiligen, veredelen, ontwikkelen, - onderdrukken, verdooven nooit!

Alice is eene vrome beproefde; haar lotswisseling is niet ongewoon, en toch zoo bitter; maar in lijden klaagt ze God, vraagt kracht van Hem, berust, zij 't ook na moeijelijken strijd; Hem dankt ze allereerst de vreugd, die ze smaakt, de zoete drup in den bitteren lijdenskelk, het heugelijke einde na zwaren rouw. Het doel van Alice is niet, buitengewone toestanden te schetsen, onwaarschijnlijke gebeurtenissen opeen te stapelen, kunstige knoopen te leggen: ook in dit opzigt is ze dus niet van de tegenwoordige wereld. Waan niet, dat de letterkundige verdienste daarom ontbreekt: de Christelijke strekking, nog eens, rekenen wij als eene hooge verdienste aan, in spijt van uw medelijdend schouderophalen. Open oog en hart voor natuurschoon kan alleen blind vooroordeel u in Emma Jane doen miskennen; er zijn plaatsbeschrijvingen in de Alice, die de onchristelijkste modeschrijvers haar mogen misgunnen. Trouwens 't geloof ziet in de natuur de openbaring van den eeuwigen Geest, - zou 't dan ook iets méér van die natuur verstaan dan wie in haar slechts stof ziet en nog eens stof?

‘De type van vromen, gevoeligen, Christelijken zin, voorgesteld in de verschillende lotwisselingen onzer Alice, moet de aanbeveling niet zoeken in voorrede, of tijdschrift-beoordeeling, maar veel meer in den heilzamen indruk, welken zijzelve op hare Nederlandsche zusters te weeg zal brengen,’ zegt Lublink Weddik in zijne voorrede; - wij gaven zijne Alice aan die harer Nederlandsche zusters, welke ons de liefste is: ze dankt hem mét ons en wenscht der vrome den toegang tot menig hart geopend, ook door zijne aanbeveling.

- IJ -


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken