Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Tijdspiegel. Jaargang 10 (1853)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Tijdspiegel. Jaargang 10
Afbeelding van De Tijdspiegel. Jaargang 10Toon afbeelding van titelpagina van De Tijdspiegel. Jaargang 10

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.80 MB)

Scans (1136.40 MB)

ebook (6.35 MB)

XML (3.06 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Tijdspiegel. Jaargang 10

(1853)– [tijdschrift] Tijdspiegel, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 210]
[p. 210]

Almanak voor het schoone en goede.

Met een onbeschrijfelijk zoet gevoel van welbehagen zetten wij ons, terwijl daar buiten de wintervorst zijn schepter begint te zwaaijen, tot de lezing van een jaarboekje, dat in onze schatting reeds om den titel en de verdienstelijke redactrice hoog staat aangeschreven. Wij zijn nog ouderwetsch genoeg om het allereerst de voorrede, nu reeds in een voorwoord herschapen, voor de boeken of boekjes te lezen, omdat ze ons nu en dan een wenk geeft, die ons vervolgens, waar wij ons oordeel moeten uitspreken, uitnemend te stade komt. Wij lazen met regt veel genoegen, wat de redactrice daarin getuigde ‘dat in dezen letterkrans zeker wel een enkele naam wordt gemist, dien men er had mogen wachten; doch het is dan ook slechts een enkele, en de meeste onzer gevierde dichters’ (men gelieve hieronder geene kwart-dichters en nog minder gevierendeelde dichters te verstaan), ‘de meeste onzer begaafde auteurs hielpen mede tot de zamenstelling van den Almanak, terwijl nieuwere en jeugdige talenten er hunne krachten aan wijdden.’ Die lof der redactrice, aan haar jaarboekje zoo welmeenend toegekend, was zeker de eerste, en wij zullen niet onheusch genoeg zijn om haar, zelfs niet in de allerbeleefdste vormen, eenig démenti, hoe genaamd ook, te geven. Wij wenschen integendeel van ganscher harte, hetgeen ook haar wensch uitmaakt, dat het publiek geen strijd mogt voeren tegen haar, ja, wij wagen het onzen wensch nog verder uit te strekken, te weten: dat het publiek er nimmermeer reden toe moge vinden in haar allerliefst jaarboekje. Wij hebben Mevrouw Bosboom- Toussaint in geen der jaarboekjes voor 1853 ontmoet, zij bedacht de Aurora niet, zij vergat de Vergeet mij niet, en scheen al hare krachten voor haar eigen jaarboekje bespaard te hebben. De Voltairiaan is dan ook werkelijk een meesterstuk. Zij heeft zich geheel in het geschetste tijdperk gedacht en verplaatst. De schilderij van den heer Bles heeft haar geïnspireerd, liever, heeft haar aanleiding; gegeven tot het zamenstellen van dit keurig, overkeurig stuk, waarvan wij geene dorre schets leveren, omdat wij onzen lezers den welgemeenden raad geven, het jaarboekje hoe eer hoe liever te koopen, als er nog exemplaren te koop zijn - en den Voltairiaan en familie te lezen, opdat velen er te gelijk het genot van mogen hebben. - Van den Bergh geeft wat bij een plaatje naar L.A. Vintcent, en wij vinden het lief en braaf van hem, dat hij voortdurend geeft, waar het vragen nooit ophoudt. - De gevierde van Lennep geeft de Burchtvrouw van Shalot, in vier afdeelingen, naar Tennyson. Wij behooren onder de bewonderaars van diens Muze, en huldigen mede den ‘gevierde’; maar wij dachten aan een groot' dichter, die van het stuk eens anderen grooten dichters, toen men zijn oordeel daarover vroeg, getuigde ‘de haren blijven mij in de keel zitten’, en wij mompelden onwillekeurig ‘de shalotten(chalotten) breken mij op!’ De gevierde Beeloo geeft ‘de onmogelijke kus’ naar het Hoogduitsch, en Nicolaas Beets ‘Wederzien’ mede gevolgd naar Ernst Floris. Op die navolgingen hebben wij niets aan te merken, alleen wenschten wij dat onze dichters courtoisie genoeg bezaten, om der redactrice oorspronkelijks aan te bieden, als 't wezen kon. - De kleine Noël is onzes

[pagina 211]
[p. 211]

inziens een verhaaltje, den grootsten lof waardig. Keurigheid van beschrijving wedijvert hier met diepte van gevoel. - Eene avondmaalviering in den vreemde kon misschien indrukwekkender geschetst zijn, maar zal gewis met belangstelling door velen gelezen worden. - Het Jagertje, waarin Potgieter op nieuw toont dat bij hem de vorm niet boven den inhoud gaat, en hij op eene geestige wijze den overgang maakt van het Jagertje voor de trekschuit, tot de

 
- Jagertjes op knollen,
 
Die met het lijntje sollen,
 
Die sukk'len vroeg en laat
 
Langs platgetreden wegen,
 
Waar komen ze ons niet tegen?
 
Wie telt ze in Kerk en Staat?

't Is zeker de tijd nog niet, om bij vrijwillige inschrijving of negotiatie te beproeven een groot en ruim proveniershuis voor al deze verschillende soorten van jagertjes op te rigten? Langzaam gaat zeker, qui va piano, va sano, is nog altijd zeer veler leuze, en menigen, van wie men het niet zou verwachten, zijn nog wat sterk in den Nederlandschen zin, en buitengemeen jagertjesachtig in den zin van Potgieter.

Deïdamia is gelukkig een fragment. Als 't een treurspel in vijf bedrijven is, en dat zal het toch immers wel? dan kunnen de redactrice en de lezers er nog menig jaartje pleizier van hebben. - De eerste Schoolgang van Lesturgeon is allerliefst, natuurlijker, en minder gekunsteld dan De Schoonste van Schimmel, ofschoon het einde diep treffend is, en het geheel de meesterhand verraadt. - De honden van den rentmeester zullen zeker aan onze vrouwen en meisjes inzonderheid behagen, ook al zijn ze in de salons en binnenkamers juist niet altijd op honden bezoek gesteld. Het is in den bekenden trant van v. Westrheene verhaald, en zal velen naar soortgelijke tafereeltjes van zijne hand doen uitzien.

Wij zeggen het der redactrice na: ‘Men ziet het, wij hebben dit jaar vrede met den Almanak.’ Zes bladzijden vinden wij er echter in, van 117 -122, waarover reeds veel meer dan zes bladzijden in verschillende dag-, weekbladen, tijdschriften gevuld zijn. Ze bevatten het dichtstuk van den heer Alberdingk Thijm: Vervallen Christentempels, met eene aanteekening, waarin ook oningevulde regels met stippels voorkomen. Wij moeten er eerlijk vooruitkomen, dat de hier geleverde poëzij van den overigens verdienstelijken, misschien ook ‘gevierden?’ (algemeen zekerlijk toch niet) dichter, zoo gestippelde als ongestippelde, weinig geschikt is om ons tot vrede te stemmen. Noch de vorm, noch de inhoud: regels als deze,

 
‘Werrep wech de droefgeestige leer van het kruis.’
 
‘Maaral treurt ookde schimvan mijn Keizer en Koning
 
In zijns Nijmeegschen Valk hofs ontheiligde woning.’

zijn voorzeker niet schoon, of ze goed zijn, is twijfelachtig, of ze waar zijn, that is the question! Wij willen niet doen als zeker ‘gevierd’ tijdschrift, dat den heer A. Thijm met de eene hand eene kroon op den schedel drukt, met de andere hand hem de kroon ontneemt. Wij verklaren alleen, en zulks in gemoede, dat wij het kunnen begrijpen, hoe hij zulke dichtstukken schrijft, maar niet begrijpen hoe ze geplaatst worden in een jaarboekje, dat niet bij uitsluiting voor Roomsch-Katholieke lezers bestemd is. Dat onze jaarboekjes eene bepaalde protestantsche kleur moeten dragen, niet bevooroordeeld genoeg rekenen wij onszelven om het te beweren, maar dat zij een Roomsch-Katholieke kleur zouden behooren te hebben, wij meenen dat vooral in onze dagen met nadruk te moeten ontkennen. Wij voor ons kunnen daar geen vrede meê hebben!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken