Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Tijdspiegel. Jaargang 21 (1864)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Tijdspiegel. Jaargang 21
Afbeelding van De Tijdspiegel. Jaargang 21Toon afbeelding van titelpagina van De Tijdspiegel. Jaargang 21

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.72 MB)

Scans (79.22 MB)

ebook (5.97 MB)

XML (3.58 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Tijdspiegel. Jaargang 21

(1864)– [tijdschrift] Tijdspiegel, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 74]
[p. 74]

Vertalingen en herdrukken.

Tafereelen uit het Huwelijksleven, van Mrs. Ellis, schrijfster van ‘Pligt en roeping der vrouw’. Uit het Engelsch door Mariette. - Amsterdam, P.N. van Kampen.

Wij hebben hier een boek voor ons van een schrijfster, die niet onbekend is in Nederland, en zich thans ten doel stelt, om tafereelen uit het huwelijksleven te schetsen, die in de werkelijkheid, niet in het denkbeeldige leven slechts bestaan.

Het bevat drie verschillende tafereelen, die geheel op zich zelf staan en novellen zouden kunnen genoemd worden. In het eerste tafereel wordt de zelfopofferende liefde eener vrouw geschetst. Heerlijk onderwerp voorwaar! In de behandeling er van wordt oplettend gemaakt, dat veel wat met den naam van opofferende liefde bestempeld wordt, dien naam inderdaad niet verdient. In de school van Jezus alleen wordt zij geleerd, en door allen die in gemeenschap met hem leven beoefend. De zelfopofferende liefde moet van een rein beginsel uitgaan, en als men waant haar te beoefenen, wanneer men zich ten doel stelt de aandacht tot zich te trekken, dan is die liefde, zelfs waar zij bereid is offers te brengen van zingenot en gemakzucht, niet zuiver, niet onbaatzuchtig, niet belangeloos. Zoolang het zelfzuchtig beginsel in den mensch niet is ten onder gebragt, kan het godsdienstig leven in hem niet tot wasdom komen. Catharina Osbourne, de heldin van deze schets, moet in de werkelijke wereld leeren inzien, dat idealen, die men zich heeft geschapen, niet altijd worden verwezenlijkt en een voorbarig oordeel over wie men niet en waardeert, omdat men zich door hun uitwendig leven niet aanstonds voelt aangetrokken, altijd leidt tot valsche gevolgtrekkingen.

Onze heldin bezit genoeg natuurlijk verstand, vrouwelijk gevoel en opregte liefde voor haar man, om zich in haar oordeel niet van den regten weg te laten voeren, zoodat zij voor wie haar omringen en tot haar in betrekking staan een vriendelijke engel wordt en een beeld der trouwe.

Het tweede tafereel draagt tot opschrift: ‘Het geheim.’ Wij willen het geheim niet ontsluijeren, om den lezer het genot er niet van te ontnemen. Genoeg zij het te vermelden, dat het verhaal zich aangenaam laat lezen en een ernstige waarschuwing bevat tegen argwaan, die zoo ligt toegang vindt tot het hart, en naijver, die zooveel levensgeluk verstoort.

Mogen wij ons met de godsdienstige gevoelens, die in het derde tafereel in het beeld van Mary Ashton ontwikkeld worden, niet geheel kunnen vereenigen, omdat zij van een levensbeschouwing getuigen, die niet in alles met den liefderijken geest van het Evangelie overeen komt, toch wordt in haar beeld het bewijs geleverd, dat ware godsdienstigheid ook dáár te vinden is, waar vooroordeelen nog het verstand benevelen, en dat het voor alles in het leven van den christen er op aankomt te toonen, dat het hem ernst is met het werk zijner heiligmaking, en dat de liefde van Christus hem dringt, om het verlorene op te zoeken en te behouden.

Al deze tafereelen uit het huwelijksleven dragen het kenmerk van eenvoudigheid, die niet overdrijft; personen, als daar geschetst worden, vindt men in het leven gedurig terug. Zij kunnen nut stichten ook in onze dagen, waarin men niet genoeg op huisselijkheid aandringen en het huisgezin aanprijzen kan als de kweekschool van maatschappelijke en christelijke deugden. Een woord van aanbeveling mogen wij niet terug houden, overtuigd als wij zijn, dat

[pagina 75]
[p. 75]

leeringen wekken, maar voorbeelden trekken.

Mariette heeft zich naar behooren en loffelijk van haar taak gekweten, door alzoo met dit werk ook wie met het Engelsch minder vertrouwd zijn bekend te maken.

H.

Zwart en Wit. Beelden uit het leven. Naar het Hoogduitsch van Angelica von Michalowska, door J.J.A. Gouverneur. Groningen, P. Noordhoff.

‘Zwart en Wit.’ Vreemde titel en toch niet ongepast voor een werk als het bovenstaande, waarin beelden uit het leven worden geschetst. Het is van Duitschen oorsprong, doch door den heer Gouverneur ten behoeve onzer beschaafde lezers en lezeressen vrij bewerkt. Vijf verhalen komen in dit boek voor, niet allen even belangrijk, maar toch beelden uit het leven schetsende, die ons meer of minder sympathie inboezemen. Met ‘eene eenvoudige geschiedenis’ wordt het boek geopend. Zij is boeijend geschreven en behelst de lotgevallen van een genialen molenaarszoon, die door natuurlijken aanleg, oefening en verkeer in den vreemde het zoover gebragt heeft, dat hij een kunstschilder geworden is, geëerd en gevierd bij wie zijn talent wisten te schatten. Een paar meisjes, dochters van den dorpsburgemeester mogen uit de hoogte op hem, die de roem van zijn vader, de trots zijner moeder is, neêrzien, hem valt een veel schitterender lot te beurt, dan zij hem hadden toegedacht; hij wordt de gelukkige echtgenoot eener aanzienlijke jonkvrouw, die zich boven vooroordeel weet te verheffen, en niet op aanzien naar de wereld, maar op nobiliteit van den persoon ziet. Zoozeer de kleuren, zwart en wit, van elkander onderscheiden zijn, zijn ook de beelden verschillend, die in deze eenvoudige geschiedenis geteekend worden.

‘Eene serenade,’ ‘Schuld en straf,’ ‘Liefde maakt onsterfelijk,’ en ‘Verstrooide gedachten,’ zijn de opschriften geplaatst boven de hoofdstukken van het lief en lezenswaardig boekske, dat zich door vorm en inhoud veelzijdig aanbeveelt. Niet zonder vrucht zal het gelezen worden, als men zijn aandacht wijdt aan de schoone bladzijden en rijke gedachten, die men er in aantreft, terwijl het dan vooral veel nut zal stichten en maatschappelijk vooroordeel zal doen verdwijnen, als men de bedoeling der schrijfster en van den bewerker niet vergeet, die door scherpe tegenstelling wat goed, edel en rein en liefelijk is willen aanbevelen boven het gemeene, alledaagsche en verachtelijke.

H.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken