Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Tijdspiegel. Jaargang 43 (1886)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Tijdspiegel. Jaargang 43
Afbeelding van De Tijdspiegel. Jaargang 43Toon afbeelding van titelpagina van De Tijdspiegel. Jaargang 43

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.02 MB)

Scans (81.70 MB)

ebook (4.28 MB)

XML (4.04 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Tijdspiegel. Jaargang 43

(1886)– [tijdschrift] Tijdspiegel, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 105]
[p. 105]

Levenswoorden.

Smart drukt te zwaarder, wanneer men ziet, dat men haar kleinmoedig draagt.

Shakespeare.

 

Wee hem, die in plaats van een verheven, door hemzelf gekozen doel na te jagen, waaraan hij al zijn kracht kan wijden, slechts een verleidelijken, nooit te verwezenlijken droom als het inbegrip zijner wenschen en zijner plannen voor de toekomst bezit. Hij doet beter zulk een plan in zichzelf te dooden en alles te begraven, dan zich daaraan over te geven. Want wanneer niets zoozeer verstaalt en verheft als een verheven doel, dat wij met inspanning van al onze krachten najagen, zoo ontzenuwt en vernietigt niets zoo geheel als een droom, dien wij ons voorgespiegeld hebben en die nooit een vormende levenskracht kan worden. Wat maakt het worstelen, ja, het ondergaan in den strijd voor een verheven doel eigenlijk uit, wat de pijn van den gewonden kampvechter! Het ware leed des levens, dat zijn de ontzenuwende smarten!

Henri Lou.

 

In weerwil van al ons zoeken is het geluk steeds in een engen kring en midden onder de voorwerpen te vinden, welke onder ons onmiddellijk bereik liggen.

Bulwer.

 

De ongelukkigen hebben altijd ongelijk; ongelijk om ongelukkig te zijn, ongelijk om het te zeggen, ongelijk om anderen noodig te hebben, ongelijk anderen niet van dienst te kunnen zijn.

Mirabeau.

 

Het is niet alleen zeer moeilijk in de wereld de waarheid te vinden - men moet haar ook nog verloochenen.

Rahel.

 

Wie slechts naar eens anders opvatting gelukkig kan zijn, gevoelt zich recht ongelukkig.

Kant.

 

Wij zijn groote wijsgeeren voor anderen, maar niet voor onszelf. Op het oogenblik, dat de beproeving komt, houden wij op haar als redelijke wezens te behandelen.

Bulwer.

[pagina 106]
[p. 106]

De menschen spreken van het geluk en het ongeluk, dat de hemel hun brengt! Wat de menschen geluk en ongeluk noemen, is slechts de ruwe stof daarvoor; aan den mensch ligt het, waartoe hij die stof vormt. Niet de hemel brengt het geluk; de mensch bereidt zelf zijn geluk en spant zijn hemel zelf in zijn eigen gemoed. De mensch moet niet zorgen, dat hij in den hemel, maar dat de hemel in hem komt. Wie den hemel niet in zichzelf draagt, die zoekt hem tevergeefs in het gansche heelal.

Otto Ludwig.

 

Den mannen zeg ik: er is geen kracht zonder waarheid; en den vrouwen zeg ik: zonder waarheid is er geen bevalligheid. En zal ik u een geheim zeggen, dat zeer voor de hand ligt en toch zoo moeilijk gevonden wordt, zoo weet, dat datgene, wat gij als genie bewondert, niets is als - waarheid.

Feuchtersleben.

 

Het woord der waarheid is eenvoudig en onopgesierd.

Euripides.

 

Waar reden is voor smart of vreugde, daar zal de mensch dit ook gevoelen. Wanneer geen van beiden iemand zedelijk voordeel brengt, daar is het zijn eigen schuld. Dat is het verbond, de vrede, dien ik met het leven gesloten heb. Dit moet en zal, naar ik hoop, mij een kinderlijk hart doen behouden, d.w.z. een hart vrij van bitterheid tegen de menschen of tegen het lot; er zal ook verder geen druppel vergift in mijn bloed komen. Dit zal mij met kracht en hoop vervullen, om te dragen en te werken, om te strijden en om lief te hebben. Daarmee heb ik in mijn eigen hart als 't ware een tehuis gevonden, vanwaar ik de gebeurtenissen en bewegingen om mij heen met kalmte en met deelneming kan nagaan. Nu eens waait deze, dan weer gene wind over den stroom des geestes, en dikwijls waait hij snerpend koud of brandend heet. Dan roeien wij des te krachtiger voorwaarts en komen vroeger of later over de ongezonde plek heen. Er zullen andere hindernissen komen, ik weet het, maar de stroom des geestes is te sterk, dan dat hij tot ijs bevriezen of op andere wijzen op den duur in zijn loop belemmerd worden kan.

Steinthal.

 

Een eenvoudig, kalm, tevreden, stil leven is eigenlijk het hoogste, wat de mensch hebben kan. Zulk een leven verdient niet alleen de voorkeur boven een beweeglijk wereldsch leven, maar staat voor 't minst gelijk met die vroolijkheid, welke alleen voor 't oogenblik verrukt. De stilte en de kalmte geven aan het gemoed meer rijkdom en meer veerkracht en het is altijd beter, wanneer het hart naar buiten uitstraalt, dan wanneer omgekeerd het gemoed van buiten moet worden opgewekt.

Wilh. von Humboldt.

[pagina 107]
[p. 107]

De belofte, welke gij uzelf doet, moet u heiliger zijn dan elke andere. Een derde kan zich recht verschaffen tegen u, maar de plicht, welken gij uzelf hebt opgelegd, kan nooit afgedwongen worden. Beschouw zulk een belofte dus als een eereschuld, welke gij aan uw karakter te betalen hebt.

Hebbel.

 

De menschen vinden 't zoo naar, dat het ware zoo eenvoudig is; zij moeten bedenken, dat zij nog moeite genoeg hebben, het eenvoudige practisch tot hun voordeel aan te wenden.

Göthe.

 

Er zijn veel waarheden, waarvan men den vollen inhoud niet kan vatten, vóórdat persoonlijke ervaring ons heeft ingewijd.

Mill.

 

Niemand wil om zijn dwalingen beklaagd worden.

Vauvenargues.

 

Vele dwalingen houden wij ons leven lang vast en wachten er ons steeds voor ooit onderzoek te doen naar haar grond, alleen uit een onbewuste vrees van de ontdekking te zullen doen, dat wij zoolang en zoo dikwijls het verkeerde geloofd en beweerd hebben.

Schopenhauer.

 

Met volle teugen drinken wij de vleiende leugen, en druppelsgewijze slikken wij de bittere waarheid.

Diderot.

 

De dwaling is veel gemakkelijker te herkennen dan de waarheid; gene ligt op de oppervlakte en is spoedig gevonden; deze ligt in de diepte en daarnaar te vorschen is niet ieder gegeven.

Göthe.

 

Door bespiegeling alleen werd nooit iets gewonnen. Wie iets grootsch wil volbrengen, moet diep indringen, scherp onderscheiden, veelzijdig verbinden en trouw volharden.

Schiller.

 

Wanneer het verstand niet gepaard gaat met een krachtigen wil, is het gelijk aan een blinkend zwaard - in de scheede - speeltuig, wanneer het nimmer getrokken wordt.

Lindner.

 

Lange overleggingen bewijzen gewoonlijk, dat men het doel niet in het oog heeft, dat men bereiken wil, - overijlde handelingen, dat men het doel niet kent.

Göthe.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken