Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Tijdspiegel. Jaargang 45 (1888)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Tijdspiegel. Jaargang 45
Afbeelding van De Tijdspiegel. Jaargang 45Toon afbeelding van titelpagina van De Tijdspiegel. Jaargang 45

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.18 MB)

Scans (83.69 MB)

ebook (4.39 MB)

XML (4.12 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Tijdspiegel. Jaargang 45

(1888)– [tijdschrift] Tijdspiegel, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 551]
[p. 551]

Levenswoorden.

Gewoonlijk gelooven wij de handelingen naar onze beginselen te richten, terwijl wij in werkelijkheid de beginselen naar onze handelingen richten.

*

 

Wij hebben er nooit berouw over, dat wij te weinig gegeten hebben.

Jefferson.

 

Vele wegen stonden voor u open; gij naamt dien weg en gaat hem nog. Soms blijft gij staan, ziet om u, denkt en begrijpt, dat het zulk een weg zijn moest, welke voor u bestemd was.

Lanzky.

 

Het is gemakkelijker zich een zinnelijk genot te ontzeggen, dan maat daarin te houden.

*

 

Wij voelen 't altijd, wanneer anderen ons kwetsen, maar wij gevoelen 't niet altijd, wanneer wij anderen kwetsen.

*

 

De weelde slaat spoedig over tot uitersten, omdat de een altijd wat hebben wil, dat een ander niet heeft.

*

 

De mensch, die alleen lijden kan, staat in ontwikkeling gelijk met het dier, dat uit een ongeluk niets maken kan. De menschelijke kracht begint daar, waar gij doorziet, begrijpt, beheerscht, wat gij lijdt, en van uzelf iets maakt. Wanneer gij lijdelijk lijdt, zijt gij aan uw ongeluk medeplichtig.

Auerbach.

 

Als gij toornig zijt, tel tot tien, vóórdat gij spreekt; als gij zeer toornig zijt, tel tot honderd.

Jefferson.

 

Het is niet goed, dat de meesten zoo vluchtig in het boek des levens lezen, en altijd vooruitjagen naar de plaats, waar hun grootste zaligheid geschreven staat; zij kunnen in dat snelle bladeren wel eens het blad overslaan, waarnaar zij verlangen, of het zonder genot doorloopen, omdat zij op een nog schooner rekenen. Geef ieder oogenblik zijn recht - dat is het eerste vereischte, om gelukkig te worden.

Wallis.

 

Gelukkig worden - dat zou nog wel gaan, maar men wil gelukkiger zijn dan anderen - en dat is altijd moeilijk, omdat wij anderen voor gelukkiger houden, dan zij zijn.

Montesquieu.

[pagina 552]
[p. 552]

De hoop is de droom van den wakenden mensch.

*

 

Er zijn een aantal dingen zoowel in het materieele als in het moreele, die nu eens vergift, dan weder geneesmiddel zijn, al naar de hoeveelheid, den tijd en het gestel van den mensch.

*

 

Hoe dikwijls hebben die onaangenaamheden ons smart veroorzaakt, welke zich niet voordeden.

Jefferson.

 

Men verontschuldigt tegenwoordig de misdaden, door te spreken van hartstochten en verkeerde gewoonten, terwijl er wel beschouwd daarmee slechts sprake kan zijn van verzwarende omstandigheden.

*

 

Hoevelen zouden niet van verveling omkomen, wanneer hun ijdelheid hen niet zooveel bezighield.

*

 

Of de wereld goed of kwaad van ons spreekt, hangt zeer weinig daarvan af, of wij werkelijk goed of slecht zijn.

*

 

De menschen denken altijd anders over ons, dan wij meenen.

*

 

Niemand zondigt meer tegen de vormen dan hij, die altijd vreest iets tegen den vorm te doen.

*

 

Overal en altijd kennissen te willen maken, verraadt gebrek aan voornaamheid zoowel van geboorte als van verstand.

*

 

Trots alle ervaring leeren wij niet, dat de goede en de kwade stemming voorbijgaan. Daarom genieten wij van de eerste niet en lijden dubbel onder de laatste.

*

 

Wat wij voor de reden van onze ongestemdheid houden, kwelt ons gewoonlijk ten gevolge van onze ongestemdheid.

*

 

Men is niet ten allen tijde tot alles evenzeer in staat.

Thorbecke.

 

Niets is gevaarlijker dan gestadig haken naar verandering zonder het vermogen, om die te volvoeren.

Thorbecke.

 

De meest bekwame pleegt de meest bescheiden man te zijn.

Thorbecke.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken