|
| |
| | | |
na schooltijd
Conferentie ‘Literatuuronderwijs: grenscorrecties’
Op zaterdag 22 november 1997 organiseerde het Departement voor Lerarenopleiding van de Universiteit Gent in samenwerking met de Stichting Literaire Vorming (Vlaanderen), Tsjip/Letteren en Vonk een studiedag rond literatuuronderwijs. Van de 95 ingeschreven deelnemers verschenen er niet minder dan 81 op het appèl. Een bevestiging van de interesse voor literaire vorming en ook wel van de noodzaak aan informatie over nieuwe didactische inzichten in een snel evoluerend cultuurlandschap.
Centraal stond tijdens deze studiedag het zoeken naar antwoorden op een veelgehoorde klacht die onlangs nog op de jongste Documenta in Kassel door de architect Rem Koolhaas was gesteld: ‘Zijn onze jonge generaties de eerste golf van een - zorgvuldig aangemoedigde - geheugenloze brigade die ertoe wordt opgeleid om de ultieme modernisering tot stand te brengen vanuit een - zorgvuldig in stand gehouden - onwetendheid? Verklaart dat de alles doordringende lelijkheid die ons al omringt?’
Dit ‘geheugenverlies van onze tijd’ is ongetwijfeld één van de hoofdbekommernissen voor iedereen die met cultuur en dus literatuuroverdracht te maken heeft. Van leraren wordt al langer verwacht dat ze het cultureel geheugen overdragen en zo zelfs construeren. Immers, op basis van zo'n gedeelde cultuur kan een maatschappij communiceren. Maar hoe pakt men zo iets aan in een tijd waarin alle kunstgenres, disciplines en filosofische systemen van het Westen ter discussie gesteld worden.
Wat betekent met andere woorden de destabilisering van de gevestigde waarden en de versplintering van de kennis voor het literatuuronderwijs? Welke platgetreden paden dienen verlaten en welke grenzen overschreden?
| |
De theorie
In de voormiddag werd theoretisch op deze vragen ingegaan. Ronald Soetaert gaf ons ‘een state of the art’ gecombineerd met de vraag naar de ‘arts of the future’. Zijn keynote behandelde een indrukwekkende lijst van kennisgebieden waar de oude zekerheden zijn weggevallen en waartussen grensvervagingen optreden. Zonder meer een eye-opener voor wie nog twijfelde aan het nut van vakoverschrijdend en multimediaal denken.
Johan van Iseghem confronteerde de vage consensus rond het begrip literaire competentie onder theoretici met de ervaringen in de onderwijspraktijk. Van daaruit bepleitte hij een dynamischer invulling van het begrip en een vernieuwende didactisering vanuit verschillende invalshoeken
Wam de Moor en Marc Van Bavel toonden hoe in Nederland en Vlaanderen het beleid die vele grenscorrecties structureel pogen in te bedden in eindexameneisen (leerplannen), kerndoelen (eindtermen) en methodes (schoolboeken).
| |
De praktijk
In de namiddagsessies kwam de praktijk aan het woord. Cor Geljon illustreerde hoe interdisciplinariteit mogelijkheden biedt om een ‘oude’ tekst als de Odyssee nieuw leven in te blazen via samenwerking met diverse collega's van andere vakken. Ive Verdoodt verkende de grenzen tussen literatuur, kunst en milieugeletterdheid in een project rond het ‘Engelse landschap’ (zie pagina 11 in dit nummer). André Mottart stelde het onderwijs van de ‘nationale’ literatuur en haar rol bij de constructie van de Vlaamse identiteit ter discussie. Een inzicht dat via Consciences Leeuw van Vlaanderen en de receptie ervan in schoolboeken werd gethematiseerd (zie pagina 32 in dit nummer). Over de vervagende grenzen tussen hoge en lage cultuur gaf Rob van Kranenburg een workshop waarin hij mogelijkheden aanreikte om ook leerlingen van de secundaire school met de frictie tussen populaire en elitaire literatuur te leren omgaan. De dag werd afgesloten met het overschrijden van de ultieme grens: die van de realiteit. Sandra Fauconnier bood ons een presentatie van ‘(literaire) kunst’ in cyberspace of hoe de netwerkmedia een frisse invalshoek op story-telling, communicatie en interactie kunnen betekenen.
De teksten van alle lezingen en workshops verschijnen in het maartnummer '98 van het tijdschrift Vonk. AM
| |
Mathilde Prijs 1998
Uitgeverij Houtekiet Jeugd organiseert een schrijfwedstrijd voor en door de jeugd, genaamd de Mathilde Prijs. De prijs is genoemd naar het gelijknamige boek van Roald Dahl en staat voor: jong, grappig en geniaal. De wedstrijd heeft als doel het bekronen van een jeugdboek. Alleen romans komen in aanmerking (geen verhalenbundels).
Jongens en meisjes uit Nederland en Vlaanderen kunnen deelnemen. De uiterste inzenddatum is 4 mei 1998. De eerste prijs bestaat uit een Apple computer, een reuze boekenpakket en een tassenset van Kipling.
De jury bestaat enkel uit jongeren, onder voorzitterschap van Sam van Rooy, de 12-jarige auteur van De vampierenmoord.
Wedstrijdformulieren zijn verkrijgbaar bij de uitgeverij en bij veel boekhandels in Nederland en Vlaanderen. KH
| | | | | |
‘Initiative Minderheiten’ laat de jeugd over grenzen kijken
Michael Oertl stelde in zijn brochure Literatur der Welt im Unterricht - we schreven erover in nummer 7/1 - dat leerlingen van 14 tot 18 jaar de hele wereld kunnen leren kennen door boeken te lezen uit veel verschillende landen en culturen. Met zijn Initiative Minderheiten (IM) wil deze enthousiaste Oostenrijker de jeugd van Europa over de grenzen heen laten kijken en vooral ook vrouwelijke leerlingen en kinderen uit de milieus van minderheden stimuleren tot lezen. Bij ons doen de meisjes allerminst onder voor de jongens, maar dat allochtone leerlingen gemiddeld genomen een fikse achterstand hebben is een feit dat geen discussie behoeft, helaas.
Inmiddels heeft Oertl in allerlei Europese landen steunpunten gezocht en gevonden, scholen en wetenschappelijke instellingen van onderwijs die met zijn club samenwerken. En zo kan hij nu nieuwe rapportjes en lesvoorstellen presenteren, vooral ook lijsten van boeken die voor lezing in aanmerking komen. Bovendien heeft hij zijn persoonlijke onderneming kunnen onderbrengen in het Comenius-programma van de Europese Commissie.
Wie aanvullingen zoekt bij de in ons land verschenen bundels met informatie over boeken van minderheden zoals Een kijk op de wereld (onder redactie van Koos Hawinkels) en Een zoen van Europa (onder redactie van Wam de Moor) kan in de eenvoudig uitgegeven cahiers van IM op A4-formaat het nodige vinden. Op de eerste uitgave volgt er nu een voor leerlingen van 10 tot 14 jaar met informatie over boeken uit Europese, Afrikaanse, Aziatische en Latijns-Amerikaanse landen, boeken die het bestaan van etnische, religieuze en sociale minderheden oproepen. Tot die laatste categorie behoren bijvoorbeeld drugsverslaafden, geestelijk gehandicapten en... mensen uit de circuswereld, de Sinti en Roma. Bij de verder uitgewerkte lessen rond een boek is de lijn gevolgd van: Waar? Wanneer? Wie? Wat? Hoe te gebruiken in onderwijs? Bij de zending die het IM ons stuurde zit werk van collega's uit Bolzano, Brussel, Leuven, Stams. Het is jammer dat juist de beschrijvingen van boeken die in het Nederlands zijn geschreven en door het Departement Lerarenopleiding van de Katholieke Hogeschool Leuven zijn verzameld voor leerlingen vanaf zes jaar wel erg summier zijn. Maar alle kleine beetjes helpen. De sfeer van Oertls onderneming is goed getroffen met onderstaand gedicht van een der leerlingen:
Verlesen. Verhört. Versehen.
Ich drehte das Radio an. Da sagte einer:
das Gefühl der Sinnlosigkeit,
unter dem die Jugend leidet,
wurzelt in der langen Friedenszeit.
Friedenszeit? dachte ich.
Dann muss ich mich also verlesen haben,
die auf schwarze Kinder schossen.
Dann muss ich mich also verhört haben,
als ich Panzer einrollen hörte in ein Land,
das meinte, der Frühling sei gekommen.
Dann muss ich mich also versehen haben,
als ich ermordete Indios sah,
die ihrer Regierung geglaubt hatten, was sie verkündete:
der Boden, den ihr beackert,
Augen und Ohren verschliessen,
um den Frieden zu sehen, zuhören?
WdM
| |
Congres IM Lesen ohne Grenzen
In het verlengde van dit materiaal ter uitbreiding van de kennis over minderheden organiseert Initiative Minderheiten op 17 en 18 april 1998 een congres in Innsbrück, een zogenaamde Literatur der Welt - Tagung onder de logische titel Lesen ohne Grenzen. Voor leerlingen gaat daaraan een schrijfwedstrijd vooraf: ‘Schreiben ohne Grenzen - Schreiben über Grenzen’. Leerlingen kunnen fantasieën of verdere uitwerkingen schrijven naar aanleiding van boeken die zij in het kader van ‘Literatuur van de wereld in de klas’ lezen, eigen ervaringen van leerlingen die zich beschouwen als outsider of deel uitmaken van een minderheid, ervaringen met andere outsiders, gedichten of verhalen. Alle leeftijden. En in je eigen taal. En uit de inzendingen wordt door een jury een keuze gemaakt van stukken die voor gebruik in het onderwijs interessant zijn.
Inzenden tot 15 februari 1998, adres: Initiative Minderheiten, Klosergasse 6, 6020 Innsbruck. Tel./fax: (0512) 586 783. WdM
| |
| | | |
Een literatuurinitiatief uit christelijke hoek
Hoewel voor de kerken in de Nederland de vlag er allesbehalve fier wapperend bijhangt, gebeurt er toch af en toe iets dat getuigt van moed. Zo meldt zich het Christelijk Literair Overleg (CLO) met een brief en folder waarin het laat zien dat er naast het algemeen aanvaarde circuit van schrijvers, uitgevers en boekverkopers een wereld apart bestaat, waarin óók literatuur wordt geproduceerd en geconsumeerd. Een wereld waarin niet alles en iedereen zwarte kousen draagt en zondagmiddag met hoedje op voor de tweede maal ter kerke gaat.
Initiatiefnemers van Christelijk Literair Overleg zijn onder meer de hoofdreacteur van het cultureel tijdschrift Icarus, docent algemene literatuur Frank Dijkstra, literair criticus Hans Ester, literair criticus en biograaf Hans Werkman, hoofdredacteur van Woordwerk, en Jaap Zijlstra namens het protestants christelijk Schrijverskontakt. Wat zij willen is duidelijk: meer beweging in de literatuur vanuit de confessionele hoek.
Zoals de EO zijn eigen achterban heeft, zo zou dat ook voor het CLO kunnen gelden, al gaat het hier niet om populisme, maar om een serieuze poging tot verdieping. ‘We proberen in beeld te krijgen wat voor een activiteiten er zoal op het christelijk literaire erf plaatsvinden. Dat kan variëren van grote evenementen zoals De Poëziecarrousel op 30 mei 1998 of de boekenweek-themadag op 7 maart '98 tot bijeenkomsten van leeskringen en kerkelijke activiteiten met een literair onderwerp.’
In 1997 experimenteerde het toen pas ontstane CLO in de boekenweek met schrijvers-ontmoetingen. Heel wat schrijvers en dichters van christelijken huize zijn toen op scholen, in bibliotheken en bij de boekhandel over hun werk komen praten. Dat gaat ook in 1998 weer gebeuren. Het Overleg streeft ernaar documentatiemappen uit te brengen met achtergrondmateriaal over zijn auteurs. Een en ander kost geld. En een beetje heeft het CLO wel, dankzij het Christelijk Lectuur Kontakt, maar wie voor zijn ideeën voelt, zou bij voorkeur donateur kunnen worden.
Voor NLG 25, - per jaar op rekeningnummer 761 29 83 t.n.v. Christelijk Literair Overleg. Men kan dan gebruikmaken van de service documentatiemappen, schrijvers op school krijgen, mededelingen laten opnemen in de agenda van het CLO-Nieuwsbulletin.
Adres CLO: Kamillehof 45, 3991 GX Houten. Tel. (030) 635 00 87.
E-mail: clo@ixs.nl
|
|
|