Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
TS. Tijdschrift voor tijdschriftstudies. Jaargang 2014 (2014)

Informatie terzijde

Titelpagina van TS. Tijdschrift voor tijdschriftstudies. Jaargang 2014
Afbeelding van TS. Tijdschrift voor tijdschriftstudies. Jaargang 2014Toon afbeelding van titelpagina van TS. Tijdschrift voor tijdschriftstudies. Jaargang 2014

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

TS. Tijdschrift voor tijdschriftstudies. Jaargang 2014

(2014)– [tijdschrift] TS–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 84]
[p. 84]

Onderzoeksberichten

Mediating America: the perception of the United States in Dutch public discourses on mass media, 1890-1990

De twintigste eeuw was de eeuw van de massamedia. Ook de Nederlandse bevolking werd geconfronteerd met de introductie van nieuwe mediatechnologieën, zoals de film, (transistor)radio en televisie, en daarmee gepaard gaande formats en praktijken. Rond deze confrontaties werden debatten in kranten en tijdschriften gevoerd, die ik in mijn dissertatie analyseer om een breder cultuurhistorisch verhaal te vertellen: dat van de Nederlandse beeldvorming over Amerika - het land waarmee nieuwe media dikwijls geassocieerd werden. Welke waarden werden met Amerika geassocieerd, en waarom juist die? Wat zegt deze verzinnelijking over Nederland zelf? Anders gesteld: hoe diende Amerika als referentiepunt in discursieve processen van Nederlandse identiteitsvorming?

Het gedigitaliseerde archief van de KB is mijn voornaamste bronnencorpus. De belangrijkste kracht van Delpher is in mijn ogen het bottom up zoeken. Waar vroeger op basis van achtereenvolgens krantentitel, editie en artikelkop een krantencorpus onderzocht werd, doorzoekt Delpher direct het gehele corpus. Dit maakt het historische schepnet veel groter, wat voorts tot serendipiteit kan leiden. Een voorbeeld: zoeken naar diverse filmsterren levert regelmatig termen op die in het bijzonder met Amerika geassocieerd werden, zonder dat ze direct over die personen gingen. De kracht van Delpher is dat je deze woorden snel als nieuwe zoekopdracht kunt invoeren. Of het nu gaat om it-girls of de drive-in bioscoop, of om een gezegde als ‘to go Garbo’ (bankroet raken): Delpher maakt het historici mogelijk snel in kaart te brengen wanneer, in welke context en hoe vaak deze specifieke termen gebruikt werden. Het iteratief zoeken heeft een sneeuwbaleffect, omdat Delpher je in staat stelt steeds nieuwe losse eindjes te ontwaren, die helpen een historisch verhaal te weven.

 

Jesper Verhoef
Universiteit Utrecht
Promotor: prof. dr. Joris van Eijnatten Looptijd: 2013-2017
e-mail: J.Verhoef@uu.nl
[pagina 85]
[p. 85]

Discussing the Boundaries of Medical and Non-Medical Use of Morphine: US as a Reference Model for Dutch Concepts and Practices in the Twentieth Century.

Rond 1900 nemen de zorgen over de verslavende effecten van morfine toe. Onder leiding van de Verenigde Staten wordt in 1911 begonnen met het instellen van internationale wetgeving omtrent het gebruik van deze en andere narcotica. Morfine is dan bij het Nederlandse publiek bekend als zowel een onmisbaar geneesmiddel als een risicovolle drug. In dit onderzoek bestudeer ik de invloed van internationale en nationale debatten over deze stof op de beeldvorming van morfine gedurende de twintigste eeuw. Ik kijk hierbij specifiek hoe Nederlandse medici zich mengen in het drugsdebat en hoe ze refereren aan beelden en ideeën uit binnen- en buitenland om een uitspraak te doen over de regulering van morfine. De onderliggende hypothese is dat beelden en ideeën uit de Verenigde Staten hier in toenemende mate een rol bij zullen spelen.

Ik gebruik Delpher om artikelen op te sporen waarin bijvoorbeeld mor fine of een bepaalde gebeurtenis of beleidswijziging specifiek genoemd wordt. Omdat Delpher in de resultaten het aantal woorden voor en na het gezochte woord aangeeft, samen met een foto van de bron, is meestal snel te zien of er specifiek commentaar gegeven wordt door iemand of dat er sprake is van een algemeen nieuwsbericht. Verder gebruik ik Delpher om biografische gegevens van toonaangevende personen te vinden die ik in secundaire literatuur en vakliteratuur tegenkom. Het overlijden van een figuur en zijn publieke rol zijn vaak terug te vinden in de kranten van Delpher en dat geeft extra inzicht in de belangen van spelers op het toneel van morfine-discussies en de claims die zij publiekelijk alsmede in hun professionele kring neerleggen. Hierbij is het wel van belang om zeker te zijn dat de persoon die genoemd wordt in een medisch tijdschrift dezelfde is als degene die in de kranten vermeld wordt.

 

Lisanne Walma
Universiteit Utrecht
Promotor: Prof. Dr. A.H.L.M. Pieters
Looptijd: 2013-2017
Email: l.w.b.walma@uu.nl
[pagina 86]
[p. 86]

Consuming America. The United States as a Reference Culture within Dutch Consumer Society, 1890-1990

De opkomst van de moderne consumptiemaatschappij in Europa wordt doorgaans in verband gebracht met processen van globalisering en Amerikanisering. In mijn onderzoek benader ik deze processen vanuit Nederlands perspectief en kijk ik naar de manieren waarop binnen de Nederlandse consumentenmaatschappij referenties naar de Verenigde Staten worden ingezet. Deze referenties worden gemaakt door producten, consumenten, maar ook via consumentenartikelen. Om deze materiële en discursieve processen te bestuderen maak ik veelvuldig gebruik van Delpher.

Door gebruik te maken van Booleaanse zoekoperatoren (AND/OR/NEAR) en het filteren op metadata (jaar/krant/kranttype) kan ik op een gerichte en exploratieve wijze door het archief van de Koninklijke Bibliotheek zoeken. Dit stelt mij in staat om specifieke actoren, producten, of product-eigenschappen te traceren in het Nederlandse krantenlandschap. Op deze manier kan ik op een gerichte manier aan mijn empirische data komen. Eén van de gevaren hierbij kan zijn dat men gericht zoekt naar empirisch materiaal dat de hypothese bevestigt. Mijn doelstelling is om juist deze technieken te gebruiken om de heterogeniteit van het empirisch materiaal te onderzoeken. Dit is met name van belang bij een historische analyse van het gebruik van referenties naar de Verenigde Staten.

Daarnaast maak ik gebruik van de API (Application Programming Interface) van Delpher om groepen teksten te exporteren. Deze teksten kan ik vervolgens analyseren met tools zoals Topic Modeling en Named Entity Recognition. De eerste stelt mij in staat om onderwerpen uit teksten te extraheren. De tweede techniek maakt het mogelijk om locaties, personen, plaatsen, en organisaties te markeren binnen teksten. Eén van de doelen van mijn onderzoek is ook het analyseren van de bruikbaarheid van dergelijke technieken voor cultuurhistorisch onderzoek.

 

Melvin Wevers
Universiteit Utrecht
Promotores: prof. dr. J. van Eijnatten, prof. dr. R. Oldenziel en dr. J. Verheul
Looptijd: 2013-2017
E-mail: m.j.h.f.wevers@uu.nl
[pagina 87]
[p. 87]

Zomerconcerten in het negentiende-eeuwse Amsterdam: muzieksmaak, sociale verhoudingen en stedelijke ontwikkeling

‘Laat de meest Muzikaal vermoeide sterveling het maar beproeven hier in het zomersaizoen ergens rust voor zijne ooren te vinden’, klaagde een Amsterdamse muziekcriticus rond 1850. In de geliefde tuinen van onder meer Het Park van Stumpff in de Plantage en - aan het einde van de eeuw - het Concertgebouw, kwamen muziek, sociale omgang en stedelijke natuur samen in één concertbeleving. Tegelijkertijd laveerden de zomerconcerten in een spanningsveld over muzikale waarden, waarin idealistische muziekjournalisten zich strijdbaar opstelden.

Het Nederlandse onderzoek naar de negentiende-eeuwse muziekgeschiedenis heeft zich tot nu toe voornamelijk toegespitst op de opmars van de ‘klassieke’ muziekcultuur in deze periode. De parkconcerten zijn echter niet volledig binnen dit traditionele kader te begrijpen en vereisen een bredere blik op het negentiende-eeuwse muziek- en concertleven. De informele omgangsvormen en de situering in de buitenlucht bepaalden namelijk het karakter van deze concerten en het repertoire integreerde klassieke en populaire muziekstukken waarmee het culturele kaders doorkruiste.

Kranten en tijdschriften zijn een essentiële bron voor het onderzoek en Delpher maakt een grote selectie daarvan makkelijk doorzoekbaar. De periodieken dienen ten eerste als verlengstuk van de veelal slecht bewaarde archieven van concertorganisaties doordat daarin regelmatig aankondigingen en concertprogramma's circuleerden. Advertenties wijzen daarbij ook op strategieën van concertondernemers in het werven en vormen van publieksgroepen. Ten tweede is de muziekjournalistiek belangrijk voor het onderzoek naar de receptie van de zomerconcerten. Concertrecensies in de idealistische muziektijdschriften en de overwegend minder kritische dagbladen wijzen niet alleen op conflicten over muzikale waarden, maar ook een veranderend verwachtingspatroon van de zomerse concertpraktijken gedurende de negentiende eeuw.

 

Thomas Delpeut
Universiteit van Amsterdam
Afstudeerscriptie onderzoeksmaster Geschiedenis
Begeleider: dr. Jan Hein Furnée
E-mail: thomas.delpeut@gmail.com
[pagina 88]
[p. 88]

Arts et Métiers Graphiques and the dissemination of a tempered modernism.

Arts et Métiers Graphiques (1927-1939) was a French graphic arts periodical published by type founder Charles Peignot and edited by some of the most prominent tradespersons of that time. Its 68 issues tried to address all aspects of graphic design and of the art of the book in articles written by prominent art critics, graphic designers, book historians and literary authors. These contents were presented in a luxury way: on different kinds of fine paper with an intricate page layout and multiple fonts, numerous illustrations and offset inserts containing additional images and samples of printing techniques. All of this would not only please the magazine's bibliophile audience, it also served as a means of showcasing technical innovations in the rapidly-evolving printing industry. Published in a period following the radical innovations and experiments of the historical avant-gardes, Arts et Métiers Graphiques tried to come to terms with the results of these experiments and to reconcile them with tradition, aiming to bridge the gap between tradition and innovation. In doing so, the editors advocated a peculiar form of modernism, void of the excesses of the avant-gardes and acceptable to a wide audience, which can be called a tempered, moderate or mainstream modernism. It is a form of modernism resulting from the intermingling of the most commonly acceptable, or ‘the best’, elements of modern and classic art. In my dissertation, I aim to investigate the various strategies employed by the editorial staff to temper modernism and to disseminate this modernism among a wider audience, as well as to assess the impact of these strategies on literature and other art forms.

 

Kristof van Gansen
KU Leuven
Promotor: Prof. dr. Jan Baetens
Looptijd: 2013-2017
E-mail: kristof.vangansen@kuleuven.be

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Jesper Verhoef

  • Lisanne Walma

  • Melvin Wevers

  • Thomas Delpeut

  • Kristof Van Gansen