Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1790 (1790)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1790
Afbeelding van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1790Toon afbeelding van titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1790

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.13 MB)

Scans (40.13 MB)

XML (3.26 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1790

(1790)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Frans van den Trenk, Pandoeren-Overste. Opgesteld door een onpartydigen. Eerste Deel. Met een Voorbericht, en Familie-geschiedenis van Schubart. Naar den tweeden Hoogduitschen druk vertaald, door B.M. Te Dordrecht by J. de Bruyn, 1789. In gr. 8vo, 210 bladz.

Naauwlyks is de naam van den Pruissischen trenk, door deszelfs byzondere levensgeschiedenisse en doorgeworstelde rampen, bekend geworden; of men waagt het ook, om eene zamengeflanste levensbeschryving van een menschelyk wangedrogt, dat, onder den naam van trenk, in Beyeren en in den Elzas, als verwoester en brandstichter, genoeg bekend is, op die van zynen

[pagina 263]
[p. 263]

Neefte laaten volgen. De schryver heeft de houding, (in zyn Voorbericht ten minsten) aangenomen als of hy een geheel waare Geschiedenis wilde mededeelen. Hy noemt zelfs de bronnen op, uit welke hy daar toe putte, en deeze zyn, 1) de beschryvingen van frans van den trenk zelve, door hem in de jaaren 1746-1748 te Frankfort en Leipzich in 't licht gegeeven. 2) Eene Memorie van den Abt chiari, in het Italiaansch opgesteld. 3) Eenige Aanmerkingen tegen het Leven en de daaden van trenk, door een onbekend schryver 1747 te Frankfort en Leipzich in 't licht gesteld. 4) Eenige schriftelyke berichten van nog levende persoonen, die den Pandoeren Overste gekend hebben, en eindelyk 5) de nieuwste berichten, door zynen Neef, in en agter zyne eigen Levensbeschryving medegedeeld. Zie daar de bronnen, die ons een onedel, wellustig en roofzuchtig bedrieger, vol geest en moed, als een schrikbeeld zouden hebben kunnen doen kennen; maar welke het averechts vernuft, door eenige bygevoegde liefdesgevallen, zo onkenbaar, zo 10manesk, gemaakt heeft, dat men niet weet wat men leest, loogens of waarheid. Zoo min men deezen trenk, als Leidsman eener horde struikroovers en gaauwdieven, behoorde te vereeuwigen; even zo min behoorde men zyne wandaaden op eene schertzende wyze voor te draagen. Zulk een toon behaagt den onoplettenden lezer; hy waant dat de schryver de daaden, zo voorstellende, goedkeurt; en dus dringt het vergif ongemerkt zynen boezem in. Wy spreeken hier niet van het ellendig vernuft, om, op het spoor van fielding, boven elk hoofdstuk, een zogenaamd vernuftig opschrift te plaatsen, zo als by voorb. twee- en dertigste hoofdstuk, welk hy niet kan overslaan, die het voorgaande gelezen heeft, enz. Wy zwygen van zodanige laagheden, als het XXIste Hoofdstuk oplevert: op de meeste plaatsen zal de weldenkende menschenvriend stoffe van misnoegen aantreffen, zo wel door de gevallen zelve, als door de wyze op welke zy verhaald worden: zo dat men zelfs, by het beschryven en aanduiden van een dubbel overspel, durft zingen:

 
- - - wy willen niet verdoemen,
 
Trenk schikte zich naar tydsomstandigheên.

Een schoone Zedeleer waarlyk, op welke zich de ergste booswigt zou kunnen beroepen!

In de Voorrede van schubart komt eene Famieliegeschiedenis van zekeren simon van aalen voor, welke geheel geen verband met trenks geschiedenis heeft, en dezelve alleen in byzonderheden overtreft, doch in lompe en laage uitdrukkingen niets toegeeft. Wy kunnen geenen onzer Leezeren dit werk aanpryzen, en schoon wy den Vertaaler het recht laaten wedervaaren, dat hy niet onbeschaafder dan zyn Schryver spreekt, zou hy nog meer beschaafdheid getoond hebben, indien hy dit werk had onvertaald gelaaten.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken