Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1790 (1790)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1790
Afbeelding van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1790Toon afbeelding van titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1790

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.13 MB)

Scans (40.13 MB)

XML (3.26 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1790

(1790)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 327]
[p. 327]

De Nieuwe Zeemans Assistent. Twee Deelen. Te Amsterdam by G. Hulst van Keulen, 695 bladz. in octavo.

Het eerste Deel van deezen Zeemans Assistent, in 1780 gedrukt, is eigenlijk eene overzetting van The Practical Navigator, and New Seamans Daylys Assistent; The Nautical Almanack; The Mariners Calender; The Mariners Compas, en La Guide du Navigateur; en bevat verscheidene Tafelen, welken den Zeelieden onöntbeerlyk zyn. Dienende dezelve. 1) om den tyd op Zee, en de miswyzing der Compassen te vinden. 2) om de breedte en lengte, benevens het hoog en laag water, te berekenen. 3) om uit de gecoppelde coerzen de generale coers en verheid te vinden; en 4) om het passen en bestekstellen, op de ronde of wassende Kaarten, aan te wyzen. Wordende dezelve alle door voorbeelden opgehelderd. Het Tweede Deels eerste Stuk, dat mede verscheidene nuttige Tafelen voor de Zeebebouwers bevat, en tevens het Bestekstellen op de zeekaarten, door hulp van de Gunterschaal, Schuifschaal en Ruitkaart, leert vinden, is in 1785 gedrukt. Het tweede stuk van dat Deel, in 1789 uitgegeeven, behelst eene platte en eenvoudige Verhandeling, over den grond en het gebruik van de Nonius-verdeeling, toegepast vooral op de Octanten, Sextanten, enz. door h. aeneae. Terwyl het derde of laatste Stuk, eenige geheel uitgewerkte Astronomische of Klootsche Voorstellen, volgens k.h. gietermaaker bevat, zynde door jacob erzeij mede Ao. 1789 in 't licht gegeeven, en met de noodige Plaaten opgehelderd.

Het moet den Menschenvriend, zo wel als den beminnaar van Kunsten en Wetenschappen, altyd zeer bevallen, wanneer waarlyk geleerde en ervaaren Lieden zich zo laag willen en kunnen vernederen, dat zy, door den gemeenzaamsten volkstoon aan te neemen, het onderwys ontzaglyk bevorderen: en de verhevenste zaaken der kunst voor den geringsten beoefenaar bevaatelyk weeten te maaken. De Heer aeneae munt, in deezen, boven veele andere uit, in zyne Verhandeling over den grond en het gebruik der Noniusverdeeling. ‘Ik heb (zegt hy) voorgenomen, om voor weinig geoeffende, of min kundige, Zeelieden te schryven; ik zal my dus, zo veel my mogelyk is, naar hunne bevatting trachten te schikken, en alle fraaiheid, zo wel in taal

[pagina 328]
[p. 328]

als voordragt, waar die maar eenigzins aan de eenvoudigheid, of duidelykheid, zoude kunnen schynen hinderlyk te zyn, met opzet vermyden; en daarom deeze myne Verhandeling in de gedaante van een Zamenspraak tusschen Meester en Leerling opstellen; als zynde dit, naar myne gedachten, het geschiktste middel om den Leerling telkens, waar men het vooral noodig oordeelt, wederom op nieuw oplettend te maaken.’

Aartig, en tevens zeer doeltreffende, heeft hy dit gesprek doorgehouden. Wy moeten, om 'er onze Leezers van te overtuigen, 'er de volgende trekken uit mededeelen.

‘Leerling. Gy zegt, Meester! dat het streepje, daar het Leelytje by staat, alleen meet; wel wat doen dan alle de overige deelen van de Nonius-verdeeling? Meeten die de minuuten dan niet, gelyk Gy my te vooren geleerd hebt?

Meester. Ik zoude U daar tweezins op kunnen antwoorden. - In zeker opzicht antwoord ik ja. De Noniusverdeeling meet de minuuten, gelyk ik U te vooren geleerd heb. Doch in een ander opzicht kan ik U neen antwoorden, en voegen 'er by dat de Nonius de minuuten eigenlyk niet meet, maar aantoont hoe veel minuuten 'er door het streepje met het Leelytje gemeeten worden.

Leerling. Dat wordt my te geleerd, Meester! Gy zegt: de Nonius-verdeeling meet de minuuten eigenlyk niet, maar toont hoe veel 'er door het Leelytje gemeeten worden. My dunkt dat komt volmaakt op het zelfde uit.

Meester. Zo doet het ook in de daad, maar het maakt onderscheid in de wyze van beschouwen, en gy zult het nut van deeze onderscheiding ras gewaar worden. - Laat ons ondertusschen een kleinen uitstap doen om U dit bevattelyk te maaken. - Gy weet wel, dat 'er paalen langs den weg staan van Amsterdam naar Haarlem?

Leerling. Wel ja ik. Steenen paalen van 4 tot 4, of van 5 tot 5 roeden, die om de 100 roeden met zwarte letters genommerd zyn.

Meester. Gy begrypt dan wel, dat deeze paalen tot een maatschaal langs den weg verstrekken, en dat iemand, die met de schuit naar Haarlem vaart, van paal tot paal kan zien, hoe ver hy langs dien weg gevorderd is.

Leerling. Dat is klaar. Meester. Stel nu eens dat de genommerde paalen alleen bleeven staan, en dat men alle de andere weg nam, zoude men dan nog zo juist kunnen zien waar men was?

[pagina 329]
[p. 329]

Leerling. Zo juist niet. Men zoude omtrent kunnen zien of men in het midden, of op een derde of vierde deel tusschen twee paalen in was; maar men zoude het juist op geen 4 of 5 roeden na kunnen zien.

Meester. Dat is zo; maar zoude 'er nu geen middel zyn om dit evenwel van ogenblik tot ogenblik naauwkeurig te meeten?

Leerling. Misschien wel, Meester! wat middel weet Gy daar toe?

Meester. Dat de Jaager naauwkeurig acht gaf, hoe veele stappen zyn Paard in 100 roeden deed; en dat hy dan bestendig het getal van stappen dat zyn Paard van een genommerden paal af gedaan had, onthield, of aanteekende: want stellende dan dat het Paard 500 stappen in de 100 roeden deed, en dat men begeerde te weeten hoe veel men voorby zekeren paal was, zo had men maar aan den Jaager te roepen, hoe veel? Als de Jaager dan weêrom riep honderd, dan wist men dat men ⅕ gedeelte van 100 roeden, dat is 20 roeden voorby dien paal was; riep de Jaager, honderd en vyftig stappen, zo wist men, dat men 30 roeden voorby was, enz.

Leerling. Dat zoude zekerlyk een goed middel zyn: want dan wist men telkens uit het getal van stappen van het Paard, hoe ver de schuit langs de Vaart gevorderd was; maar hoe komt dat by ons Octant te pas, Meester?

Meester. Dat gaan wy nu zien. -’

In het Tweede Deels eerste Stuk, bladz. 172 en 175, vindt men ook de gewoone Tafels, om de graaden, minuuten en seconden lengte op den Equator, in uuren, minuuten, seconden, enz. van den tyd te reduceeren; en ook om zulks omgekeerd te verrichten. Zodanige Tafels zyn zeer nuttig, vooral wanneer zy de rekeninge verkorten, buiten welke vereischten het geheel onnodig zoude zyn dezelve mede te deelen. Intusschen is de volgende rekening, buiten eenige Tafel, veel beknopter, dan die in den Assistent, met behulp der Tafels, verricht wordt. Namenlyk, om de graaden, minuuten, en seconden lengte, in uuren, minuuten, seconden tyd te veranderen, behoeft men enkel de opgegeevene graaden door 60 te deelen; het overschot 'er agter te plaatsen, met de minuuten en seconden die mede opgegeeven zyn; en dan alles met 4 te vermenigvuldigen. Wy zullen dit duidelyk maaken, door het eerste voorbeeld, bladz. 173, voorkomende, volgens deezen Regel te bewerken.

Men begeert te weeten hoe veel uuren, minuuten, se-

[pagina 330]
[p. 330]

conden in tyd, 108 graaden 4 minuuten 45 seconden lengte op den Equator uitmaakt?

  oplossing.
  108o. 4′ 45″  
deelt de graaden door 60 _____  
  1. 48. 4. 45.  
  _____ 4 maal.
komt 7 ur. 12′ 19″.  

Tweede voorbeeld, zynde het derde in den Zeemans Assistent, bladz. 174.

'Er wordt gevraagt, hoe veel uuren, minuuten, seconden in tyd 145 graaden 50 min. en 13 seconden lengte op den Equator uitmaakt?

deelt door 60 145o. 50′ 13″  
  _____  
  2.25′ 50″ 13‴  
  _____ 4 maal.
komt 9 ur. 43′ 20″ 52‴  

Om de kortheid deezer bewerking aan te toonen, zullen wy hier de oplossing laaten volgen, welke van deeze twee voorbeelden, in den Zeemans Assistent, door middel der Tafels gegeeven wordt.

  uur. min. second.
100 graaden is 6 - 40 - 0. Zie 5de en 6de Colom.
8 graaden is 0 - 32 - 0 Zie 1ste en 2de Colom.
4 minuuten is 0 - 0 - 16 Zie dezelve.
45 second. is 0 - 0 - 3. Zie 3de en 4de Colom.
_____
Dus 108-4-45 maakt 7 - 12 - 19
  uur. min. second.

  uur. min. sec. tertien.
140 graaden is 9. - 20 - 0 - 0
5 graaden is 0 - 20 - 0 - 0
50 minuuten is 0 - 3 - 20 - 0
13 second. is 0 - 0 - 0 - 52.
_____

Dus 145 gr. 50 min. 13 sec. maaken 9 uur. 43 min. 20 sec. 52 tertien. Zo als wy, met veel minder moeiten en letters, hier boven gevonden hebben.

Om de uuren en minuuten Tyd, in graaden lengte van den Equator te reduceeren, behoeft men den tyd alleen door 4 te deelen, en de uuren door 60 te vermenigvuldigen, en 'er de graaden by in te trekken.

Wy kiezen weder het Eerste en Derde Voorbeeld, uit den Zeemans Assistent.

[pagina 331]
[p. 331]

Zy gegeeven, dat men begeerde te weeten, hoe veel graaden, minuuten en seconden lengte op den Equator; 7 uur. 12 min. en 19 seconden Tyd uitmaakt?

  7 uur. 12′ 19″
deel door 4 _____
  1. 48o. 4′. 45″.
Verm: met 60
  _____
komt 108o. 4′ 45″.

Hoe veel graaden, minuuten en seconden lengte, op den Equator, maaken 9 uur. 43 min. 20 seconden en 52 tertien in tyd uit?

  9 uur. 43′ 20″ 52‴
deel door 4 _____
  2. 25. 50. 13.
Verm: met 60
  _____
komt 145o. 50 min. 13 seconden.

Deeze zyn ook, volgens de Tafels bewerkt, veel omslagtiger. Wy konden niet nalaaten, daar wy deeze Leerwyze noch by la lande, noch by steenstra, noch in een eenig Neêrduitsch boek, hebben aangetroffen, dezelve hier, ten nutte der Zeelieden en andere Sterrenkundige Liefhebbers, mede te deelen: nadien eene kortere bewerking, zonder Tafels, ons gewigtig genoeg toeschynt, om boven de gewoone, met de Tafels, te doen verkiezen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken