Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1795 (1795)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1795
Afbeelding van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1795Toon afbeelding van titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1795

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.78 MB)

Scans (40.84 MB)

XML (3.07 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1795

(1795)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Korte Verhaalen voor Kinderen van zes tot tien Jaaren. Naar 't Hoogduitsch. Te Amsterdam, by P.E. Briët, 1794. In 8vo. 203 bl.

De Eerw. pieter beets, pz., Leeraar der Doopsgezinden te Westzaandam, vond dk Werkjen zo belangryk, dat hy het, voor zyn eigen Kinderen, van het grootste nut rekende, deeze Verhaalen, ook voor hen over te zetten, en aan hen op te draagen. Dit geeft ten minsten een gunstig denkbeeld van het nuttige van een Geschrift, dat een Vader, dien het zedelyk welzyn zyner Kinderen ter harte gaat, voor hen zulk een Stuksken vertaalt. - De Overzetter bericht ons, dat het oorspronglyke meer gevolgd is, dan letterlyk vertaald: en hy vleit zich, dat deeze Verhaalen, voor de vroeg opkomende Jeugd, leerzaam zullen zyn, om dat één derzelven, aan een Kind, tusschen de zeven en agt jaaren, voorgeleezen, door hetzelve zeer wel verstaan werd: eene proes

[pagina 267]
[p. 267]

waarlyk, die vry goed steek houd! - Men oordeele hier over uit de volgende Vertelling, die de eerste is in dit bundelken.

‘Het gehoorzaam kind.

De Moeder van julia zou op zekeren namiddag ééne haater vriendinnen een bezoek geven. ‘Mogen wy naderhand niet wel eens in den tuin wandelen?’ vroeg theodoor aan zyne Moeder by het uitgaan. - ‘Zeer wel,’ was het antwoord, ‘mids niet verder dan tot aan de breede laan; - onze buurman heeft my laten weten, dat een gezelschap dezen namiddag in zyn tuin naar een vogel zou schieten. 'Er mogt misschien een slits te rug vliegen, en u beschadigen. Zyt daarom voorzigtig.’ - Dit beloofden zy beide, en Moeder gaf hem den sleutel tot den tuin.

‘Toen de leertyd verstreeken en de Onderwyzer vertrokken was, bedienden zy zich van de vryheid, welke Moeder hun verleend hadt, en gingen in den tuin; daar dezelve zeer groot was, hadden zy overvloedig ruimte om daar in te kunnen speelen en wandelen, hoewel zy niet verder dan tot de breede laan mogten gaan. Reeds-waren zy meer dan een uur in den tuin geweest, toen theodoor onder een boom zeer veele Appelen zag liggen. - ‘Ei lieve julia, zie eens hoe veel Appels daar liggen!’ Ja! maar ziet gy niet dat die boom aan de andere zyde van de laan staat? ‘'t Is waar; maar heeft Moeder ons niet bevolen om het afgevallen Ooft op te zamelen, wanneer wy in den tuin waren?’ Ja, maar Moeder heeft ons heden volstrekt verboden, om aan de overzyde van de breede laan te gaan. ‘Dat is wel zo, maar zou nu juist op dit oogenblik ons een slits treffen; dat moest al toevallig uitkomen!’ Foei theodoor, zeide julia, gy wilt dan uw Moeder niet gehoorzamen? Naauwlyks hadt zy dit gezegd, of 'er valt een flits met veel geweld neer onder den Appelboom, en kwetst de voorste poot van een klein hondjen, 't welk onder dien boom gelopen was. - Beide kinders ontstelden 'er van, het arme diertje kermde geweldig, julia lokte het naar zich toe, en, de gekwetste poot ziende, zeide zy tegen haar broeder: - ‘Daar ziet gy nu, wat het gevolg zou geweest zyn, indien gy ook onder dien boom waard geloopen: dan hadt de slits u ook kunnen treffen. Wat is dat diertjen te beklaagen; wanneer gy my niet herwaards geroepen hadt, zou het waarschynlyk niet gekwetst zyn.’ Theodoor zag terstond zyn misslag; vol medelyden met het arme beest, bragt hy het by een oud man, om het te laten verbinden, en dus de ramp, waar van hy de aanleidende oorzaak was, zo veel mogelyk te vergoeden.

[pagina 268]
[p. 268]

‘Toen nu de Moeder 's avonds t'huis kwam, was hy de eerste die het geval verhaalde, en zyn eigen sout beleedt. De Moeder prees hem over deeze opregtheid, maar berispte hem over zyn misstap. Julia verheugde zich, dat zy van Moeder een braaf gehoorzaam Kind wierd geneemd, en beide zagen zy, dat gehoorzaamheid aan de bevelen der Ouderen zich altyd zelf beloont.’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken