Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1889 (1889)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1889
Afbeelding van Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1889Toon afbeelding van titelpagina van Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1889

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.56 MB)

Scans (25.01 MB)

XML (0.63 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1889

(1889)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Letterkundige wedstrijden voor 1889.

Zes verhandelingen zijn ingezonden.

In antwoord op de tweede prijsvraag:

Nauwkeurige en volledige studie over het gebruik van het voornaamwoord van den 2n persoon enkelvoud (du, dijn), bij de Middelnederlandsche schrijvers.

Eéne verhandeling, met de kenspreuk: De Vlamingen hebben in de eerste maat vastheid van karakter noodig.

Tot beoordeelaars worden benoemd: de heeren P. Willems, Roersch, Gezelle.

Derde prijsvraag: Lofrede op Jan-Frans Willems, beschouwd als hoofdman der Vlaamsche Beweging, en als taal- en letterkundige.

[pagina 186]
[p. 186]

Drie opstellen, met kenspreuk:

Nr 1:Hij streed voor zijn volk.
Nr 2:O Moederspraek, du bist mij waerd
En lief als geest en goed;
Dij hang ik aen met trouwen aerd
Met zuiver jonglingsbloed
.
Nr 3:Fiat lux!

Beoordeelaars: de heeren Coopman, Claeys en de Vos.

Vijfde prijsvraag: Verhandeling over den oorsprong der hedendaagsche Belgische vrijheden.

Twee opstellen. Nr 1 met kenspreuk:

Zoek nimmer schatten op te delven,

Geene eer in weidsche praalgewelven,

Maar zoek, maar vind het in u zelven:

't Geluk woont in uw eigen hart.

(H.-A. Spandaw.)

 

Nr 2: La liberté ne se reçoit pas, elle se conquiert.

(Montalembert.)

 

Worden benoemd tot beoordeelaars: de heeren Mathot, Broeckaert en Prayon.



illustratie

Bestendige Commissiën.

De heer Th. Coopman brengt verslag uit over de eerste zitting der bestendige Commissie voor Nieuwe Taal en Letterkunde.

[pagina 187]
[p. 187]

Waren aanwezig, de heeren Claeys, Coopman, Daems, de Vos, Hansen, Hiel, Micheels, Obrie en Snieders.

De heer Hiel leest het ontwerp van inrichting, dat de heeren Coopman, de Potter, Broeckaert, de Vos en Obrie hebben voorgesteld met het doel de bespreking over de inrichting der nieuwe Commissiën te vergemakkelijken en te bespoedigen. Dit ontwerp luidt als volgt:

Art. 1. - Elke Commissie benoemt in haar midden een bureel, dat bestaat uit eenen voorzitter, eenen ondervoorzitter en eenen bestendigen secretaris, allen gekozen onder de werkende leden. (Toepassing van art. 8 van het Koninklijk besluit omtrent de inrichting der Academie).
De voorzitter en ondervoorzitter treden jaarlijks af en kunnen niet onmiddellijk in dezelfde hoedanigheid herkozen, noch de voorzitter tot ondervoorzitter benoemd worden. (Toepassing van art. 10 en 11 van voormeld Koninklijk Besluit en art. 28, § 2, der wetten.)
De voorzitter en ondervoorzitter worden gekozen in de laatste commissie-zitting van het jaarGa naar voetnoot(1). Zij treden op 1 Januari in bediening. (Toepassing van art. 28, § 1 der wetten.)
Art. 2. - De openvallende plaatsen worden door de Academie aangevuld bij kiezing, op voordracht eener dubbele lijst candidaten, voorgesteld door de belanghebbende Commissie. (Toepassing van art. 15, 21, 22, 23 en gedeeltelijk van art. 24 der wetten.)
Art. 3. - De besluiten en uitgaven der Commissiën moeten vooraf aan het bestuur der Academie onderworpen en in algemeene zitting der werkende leden goedgekeurd worden. (Art. 19 der wetten.)
Overgangsbepaling. - Na ten hoogste 3 jaren zal uit

[pagina 188]
[p. 188]

de opgedane ervaring genoegzaam gebleken zijn of het wenschelijk en doenlijk is dat elke Commissie jaarlijks een ontwerp van begrooting indiene, hetwelk, in zitting der werkende leden, moet aanvaard worden om deel te kunnen maken van de algemeene begrooting der Academie. In alle geval is elke Commissie gehouden bij een voorstel tot uitgave van het een of ander werk een bestek der beraamde kosten te voegen.
Art. 4. - Elke Commissie vergadert viermaal 's jaars: de Commissie voor geschiedenis in Januari, April, Juli, October, de Commissie voor letterkunde in Februari, Mei, Augustus en November.
Buitengewone vergaderingen kunnen door het bureel van elke Commissie beroepen worden; maar de gewone en buitengewone vergaderingen moeten plaats hebben op den dag der algemeene maandelijksche zittingen.
Van elke vergadering der Commissiën wordt verslag uitgebracht in de eerstvolgende algemeene zitting der Academie.
Art. 5. - Eene vergoeding van 20 fr. het vel druks wordt toegekend aan de leden, die door de Commissie gelast worden met het bezorgen van uitgaven.
Voor de Biographie, welke, uit hoofde van haren grooten omvang, zou behooren gedrukt te worden in groot-8o, met twee kolommen en kleiner letter dan de gewone uitgaven der Academie, is de vergoeding vastgesteld op 5 fr. de kolom.
Art. 6. - De wetten der Academie zijn ten volle van toepassing op de Commissiën van Geschiedenis en van Letterkunde.

 

Na eene korte bespreking wordt het 5e artikel van dit ontwerp als volgt gewijzigd:

‘Voor het bezorgen van elk vel druks wordt eene vergoeding toegekend van 20 fr.’

De andere artikelen worden onveranderd aangenomen.

Ingevolge artikel 1 wordt daarna overgegaan tot de kiezing van eenen voorzitter, eenen ondervoorzitter en eenen bestendigen secretaris.

Worden gekozen, tot voorzitter voor 1889-1890:

[pagina 189]
[p. 189]

de heer Hansen; tot ondervoorzitter (voor hetzelfde tijdperk), de heer Obrie; tot bestendigen secretaris, de heer Th. Coopman.

 

Namens de bestendige Commissie van Geschiedenis wordt door den bestendigen Secretaris medegedeeld:

 

Al de Leden der Commissie waren aanwezig.

Werden gekozen: tot voorzitter, de heer L. Mathot; tot ondervoorzitter, jhr. N. de Pauw; tot bestendigen secretaris, de heer Fr. de Potter.

Het ontwerp van inrichting wordt met algemeene stemmen aangenomen.

De Commissie beslist, het bestuur der Academie te verzoeken den heer Minister te vragen dat er reisvergoeding zou worden toegestaan aan de briefwisselende leden, die deel maken van de nieuwe bestendige Commissiën.

Door den heer Broeckaert zal, in de eerstvolgende zitting, eene voorloopige lijst worden neergelegd van de namen, aan welke in de Vaderlandsche biographie eene plaats moet worden ingeruimd. Deze lijst zal aan de Leden der Commissie en verder aan de andere Leden der Academie tot vollediging medegedeeld worden.

De Commissie vraagt, dat door de Academie aan het Staatsbestuur een jaarlijksch hulpgeld worde gevraagd ter bevordering van de gemelde uitgave.

[pagina 190]
[p. 190]

De heer Bestuurder verklaart de bespreking over de voorstellen der Commissiën geopend.

Volgens den heer P. Willems is het 5e artikel des ontwerps te onbepaald; hij verlangt dat de Commissiën het duidelijk zouden maken ten einde verdere betwistingen daarover te voorkomen. Na eene beraadslaging, aan welke de heeren Claeys, Coopman, Daems, de Laet, jhr. de Pauw en Willems deel nemen, wordt de volgende, door den heer Daems voorgestelde wijziging, aangenomen:

‘Eene vergoeding van 20 fr. het vel druks kan, door eene bijzondere beslissing der Academie, toegekend worden aan hen, die belast worden met het bezorgen der uitgaven van de Commissiën.’

 

Aan de dagorde staat nog een voorstel, ingezonden door de heeren Coopman, jhr. de Pauw, de Potter, Génard en P. Willems, en strekkende om in den loop van het aanstaande jaar de 25e verjaring te herdenken der troonsbeklimming van Z.M. koning Leopold II, den doorluchtigen stichter en beschermer der Vlaamsche Academie. Op aandringen van den heer Alberdingk Thijm worden genoemde voorstellers gelast, vóor 1 Januari 1890 een ontwerp van feestviering aan te bieden.

 

De zitting wordt geheven te 4 1/2 uren.



illustratie

voetnoot(1)
De voorzitter en ondervoorzitter, benoemd in 1889, treden slechts af op het einde van 1890.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken