De Vlaamse Gids. Jaargang 45(1961)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 387] [p. 387] Gaston Van Camp Het meisje van de trap (een verhaal) langs het scherpgepunte licht steeg haar schuwe schaduw. ‘gewichtloosloosheid’, ‘rilde vlinder’. ‘lentewind’ eventueel. de laatste trap. de deur. zij werd weliger en urenoud. vele vlinders hingen om mijn vingeren heet van hijgen golfde zij af en aan ik gleed zwijgzaam langsheen de psalmodieën van haar plooienkleed voorbij de wegwijzers van haar liefde die gevarieerd was en verrassend. in de wonde van die zeer lichte minuut vond ik in haar een eeuwenoud fossiel een langvertrouwde grondlaag een gedicht. traag dronk ik haar donkere ogen en oplettend het vraagteken van haar mond. mijn zonderlinge zang zong ongewoon: wees nooit meer bang steeds botten lentevolle bomen honderdvoudig uit. dan vluchtte zij: wat rild en heel even wat bevend om een wilde zekerheid. de lange trap, het spitse licht met nijdige naalden bezet. de muren die mijn moeizame stappen achternaspelden nauwgezet. ‘zinloos duet’. Vorige Volgende