Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche School. Jaargang 9 (1863)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 9
Afbeelding van De Vlaamsche School. Jaargang 9Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 9

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.45 MB)

Scans (23.94 MB)

ebook (10.17 MB)

XML (1.34 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche School. Jaargang 9

(1863)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Kronyk.

ANTWERPEN. - Op bladz. 110 hebben wy melding gemaekt der leerlingen die hun exaem, in het Handels-Instituet hebben afgelegd.

In zitting van 24 augusty heeft, in den gemeenteraed eene plechtigheid plaets gehad, die dient aengeteekend te worden.

De heeren Van Put, Van Honsem, Vanden Bergh-Elsen, Gheysens, Selb, Van Hissenhoven, Van Spilbeeck, Schul, Stoop, Gerrits, Carpentier, Snyders, Lefever-Mols, Dumercy-Heirman, Mathot, Finck, Bellemans, Van Meerbeeck, Matthyssens en Haghe waren tegenwoordig alsmede een talryk publiek.

M. Van Put, dd. burgemeester, sprak te dier gelegenheid, de volgende woorden; het is my aengenaem de zitting te kunnen beginnen met eene schoone plechtigheid, welke belangryk is voor onze stad, namelyk de uitreiking van diplomas aen twee leerlingen van ons hooger Handels-Instituet, die, met de grootste onderscheiding, hun exaem hebben afgelegd.

‘Onze jongelingen - ik moet dit zeggen, dewyl het Handels-Instituet aen onze stad behoort - onze jongelingen hebben den schoonsten zegeprael behaeld. MM. Castello en Van Keymeulen hebben de grootste onderscheiding bekomen. (Toejuichingen); M. Morren, de groote onderscheiding, en M. Kinard, de onderscheiding. Wy wenschen hun met dien palm der overwinning geluk; als zy voortgaen hunnen tyd zoo nuttig waer te nemen, gelyk zy het tot nu toe gedaen hebben, dan ligt de toekomst voor hen open en is hunne loopbaen gemaekt.’

‘Behalve de gelukwenschen van het magistraet, heeft het staetsbestuer nog andere belooningen ingesteld voor die leerlingen welke hun exaem met de grootste onderscheiding afleggen, te weten: gedurende dry jaren lang zullen zy elk eene toelage genieten van 5000 fr. wanneer zy hunne studiën in den vreemde willen gaen doen; en van 4000 fr., als zy dezelve in het binnenland willen voortzetten.

‘Daerenboven hebben zy ook den graed van konsulairen leerling. Het is op te merken dat, buiten deze voordeelen, de jongelingen, welke dien graed bekomen hebben, wanneer zy hunne studiën eindigen, gemakkelyk de schoonste plaetsen in de grootste handelshuizen bekomen. Alzoo heeft een uwer medestudenten, een jonge Pool, by zyne terugkomst in zyn vaderland, onmiddelyk eene plaets van 4,000 fr. bekomen. Dit verwezentlykt een kapitael van 100,000 fr. aen 4 t.h.

Ik wensch u dus geluk; het doet my goed als magistraet van Antwerpen dit te kunnen doen. Maer gy hebt u wel gedragen; gy hebt aen de verwachting van ons en uwer ouders beantwoord.

‘Veroorloof my u eene opmerking te maken: Laet u door de behaelde eer niet medeslepen om thans uwe loffelyke poogingen te staken. Een

[pagina 155]
[p. 155]

beroemd schryver heeft gezegd: ‘Laet ons niet al te hooveerdig zyn op hetgeen wy weten; er blyft nog altyd zooveel te leeren.’ Gaet dus onvermoeid voort met leeren. Thans zal ik u de diplomas overhandigen welke gy door uwe vlyt zoo weerdiglyk hebt verdiend, en ik wakker u aen om moedig uwe studiën voort te zetten. (Toejuichingen).

Vervolgens overhandigde de heer burgemeester de diplomas aen MM. Castello en Van Keymeulen.

- M. Watlé, de befaemde zilverdryver, heeft eenen schoonen zilveren inktkoker verveerdigd, die M. Van Goorlaecken, bediende aen het armbestuer, ter gelegenheid van zyn vyftig jarig jubelfeest, op 31 Augustus is aengeboden. Op een prachtig voetstuk dat alle schryfgerief bevat, staen, in de midden, een jongen en meisjen uit het weeshuis, in dier voegen samengesteld, dat zy de pennen vasthouden; dit prachtig werk geteekend door M. Durlet, bewyst dat M. Watlé, het zilverdryven, tot het hoogste punt van volmaektheid gebracht heeft.

- M.F. Grégoire, kolonel der Burgerwacht, heeft de heeren J. Van der Aa en Odufré, leeraren aen de muziekschool, ieder eene prachtige speld ten geschenke gegeven, voor muziekstukken hem opgedragen.

- M. Dr. C. Broeckx, een onzer geachte medewerkers, heeft een werk uigegeven dat een groot licht werpt over de heelkunde in de XIIIe en XIVe eeuw. Het boek is getiteld: la chirurgie de maître Jehan Yperman, chriurgien belge, en bevat een vlaemsch manuscript, hetwelk Dr. Broeckx voor de eerste mael in druk brengt, volgens eene vlaemsche kopy, berustende te Cambridge. De geleerde geneesheer heeft dit handschrift doen voorafgaen door eene verhandeling over Yperman, die zeer merkweerdig is. Wy moeten op dit boek later terugkomen.

Intusschen zal het deel maken van iedere ernstige bibliotheek.

BRUSSEL. - De naemlooze maetschappy voor het gieten van brons en zink, heeft in hare werkhuizen aldaer, twee monumentale kunstwerken verveerdigd: het standbeeld van Jacob Van Artevelde, door D. De Vigne-Quyo gebeeldhouwd, en hetgene van de prinses d'Épinoy, aen den beitel van M. Dutrieux verschludigd. Tot hiertoe was België voor het gieten van groote standbeelden, verplicht naer Frankryk te gaen om dit werk te doen verrichten; voortaen zal het voor de monumenten zyner beroemde mannen, buiten het land zich niet meer moeten wenden.

- Er nemen 61 maetschappyen deel aen den zangpryskamp, die den 26 september zal plaets hebben. De maetschappyen zingen in dry lokalen te weten in de Philharmonieke Maetschappy, Bischopstraet, in de réunion lyrique, en in den Augustynentempel.

GENT. - M. Sleeckx, leeraer aen 's ryksnormael school, heeft by den boekhandelaer M.W. Rogghé zyn laetste werk Op 't eksterlaer laten verschynen; het is in twee deelen, en met sterkwaterplaten versierd van den verdienstelyken schilder H. Schaefels. Wy hebben het eerste deel gelezen, en zyn meer dan te vrede; het is een werk dat de vlaemsche letterkunde vereerlykt, en bewyst dat het ons niet mangelt aen talenten om nuttige volksboeken te schryven, die in ieder huisgezin eene plaets mogen innemen. M. Sleeckx heeft dit nogmaels bewezen.

De Ekster is het eerste stuk dat er in voorkomt; het is eene befaemde herberg in de buert der stad Antwerpen, waer men, volgens den schryver, destyds, want hy spreekt van over twintig jaren, wanneer hy en zyne vrienden zich daer donderdags vereenigden, en men lekkere dubbele seef tapte, die schuimde als Champagne. Hy doet ons kennis maken met zyne vrienden alsook op de wyze dat zy hunne uren benuttigden, in een woord, hy doet ons een deel der vlaemsche beweging kennen in haren oorsprong; het verhael is eenvoudig en eigenaerdig.

De verschillende byeenkomsten welke donderdags plaets hadden, hebbende volgende beschryvingen opgeleverd: De eerste donderdag, is eene inleiding der gewoone vereenigingen en tevens eene zedeschets waerin de kostscholen van jonge jufvrouwen naer verdienste duchtig gehekeld worden, alsook de fransche modeziekte. Na eene redekaveling tusschen de mannen, geeft Karel, een der vrienden des schryvers, lezing van den Roman van M. Mevr. Severdonckx, een verhael dat met veel gevoel geschreven is; het is de weêrspiegeling eener oprechte liefde, alsook wat die vermag, wanneer zy zuiveren onbaetzuchtig is. Het ware te wenschen dat al de romans zulke zedelyke strekking hadden.

De tweede donderdag is zoo belangryk als de eerste, ofschoon de vrienden bestoven als muilezels, bezweet, en hygend als postpeerden, in de Ekster aenkomen. Een der hunnen wilde geene seef drinken, beweerende dat dit een nadeelig uitwerksel kon hebben met zulke hitte; hy nam een glaesje brandewyn, en daerover ontstond er eene redekaveling op de voor en nadeelen die het gebruik van sterke dranken opleveren. Een der aenwezigen deed al het gevaer uitschynen, door voorbeelde gestaefd; een ander beweert dat het eene ingeborendheid is, enz. Een derde vervulde zyne leesbeurt met de voordracht eener geschiedenis van een talentvol kunstenaer, Lathouwer genaemd; dit verhael is een spiegel voor hen die zich aen de rampzalige sterke dranken overgeven.

Nu geeft de vriend Edmond de gelegenheid om Moritz te schryven, eene treurige geschiedenis van een dronkaerd, hem verhaeld door een duitschen geneesheer, die door verschillende beschouwingen, de driften van een dronkaerd doet uitschynen, en met den natten vinger de dikwyls bestaende droevige oorzaken aenduidt. Iets meer er over zeggen, is gansch overboden, aengezien wy niet kunnen doen dan eenieder aenmanen hetzelve te lezen; men mag zeker zyn dat men er menigen aengenamen avond zal mede doorbrengen. Verders ligt er eene zedeles in opgesloten die menigeen tot nut verstrekken kan.

Den derden donderdag, haspelt men over de Franschen en over Parys en hekelt men, te recht, onze schouwburgen; Hendriks gesprek doorstraelt van vaderlandsliefde. Later las de vriend Frans een stukje voor titel dragende de gescheurde kraeg.

De Amaris, (of de schappraai), deze eigenaerdige vertelling schetst maer al te goed de kwaedtongery van sommige vrouwen af, en het genoegen dat men doorgaens, nog meer op kleine plaetsen dan op groote, schept in kwaedspreken en menschen tergen; al de plaegmiddelen van den kleinen bengel tot het oude grootje toe komen er in voor; 't is een wezentlyk woordenboek van plaeggeestery, doch 't is zoo aengenaem vertelt dat men er volle vrede mede heeft, te meer daer de schoenmaker die dan toch zoo veel prys hechte aen den gescheurden, kraeg ruimschoots beloond is voor zyn goed hart en schoon karakter. De onderhandeling met den onderpastoor schynt ons niet natuerlyk, alhoewel de balsemende invloed des priesters het goede tracht te bekomen en den haet in het hart der stervende wil vermurwen, en tot vergeven en vergeten aenmaent.

Nu zyn wy aen den vierden donderdag: deze zitting even als de andere gekenschetst door eigenaerdige redekavelingen over tael-, letter- en geschiedkunde; de vaderlandsche strekking is er het onbelangrykste niet van.

Vervolgens hebben wy eene beschryving van Blankenberg, de zeden, gewoonten en gebruiken van deze eigenaerdige streek van België.

Wy laten dit schoon verhael op bladz. 157 in zyn geheel drukken opdat de lezeren des te beter over de wezentlyke weerde van het werk

[pagina 156]
[p. 156]

kunnen oordeelen; het is het laetste stukje van het eerste deel. In een volgend nummer zullen wy van het tweede gewagen.

MECHELEN. - Ten einde de gedachtenis van het aldaer gehouden katholiek kongres te vereeuwigen, is er besloten eenen gedenkpenning uit te geven. De uitvoering is toevertrouwd aen M.L. Wiener. De voorkant zal, in het midden het afbeedsel dragen van Z.H. den Paus en rondom de wapens, de namen der belgische bisschoppen en, op de keerzyden zal het volgende opschrift te lezen staen: Cor unum et anima una. Societas catholicorum primum apud Belgas Mechliniae a XVIII ad XXII aug. MDCCCLXIII. Coetu solemni congregata.

- Er wordt eene subsidie van 1000 fr. aen het gemeentebestuer verleend, om hem te helpen in het doen herstellen eener gothieke galery in den berg van barmhertigheid.

- Dezelfde gemeenteraed bekomt eene subsidie van 250 fr., ten titel van aenmoediging, ten voordeele der akademie van Schoone-Kunsten dier stad.

ST. NICOLAES. - M. Karel de Waele heeft by M.A. Dieudonné-Vercauteren een bundeltje liederen en gedichten laten verschynen, getiteld: Myn eerste stap; jammer dat de drukker by het boek geen wegwyzer heeft gevoegd, zooals men dat overigens gewoon is.

Wy zullen in geene byzonderheden treden over hetgeen er in dit boekdeeltje vervat is, aengezien onze lezers sinds lang den jeugdigen dichter de Waele kennen, door zyne bydragen in de Vlaemsche School verschenen. Laten wy alleen hopen dat ieder minnaer der nederlandsche letterkunde, het werkje zal aenkoopen.

ZWYNDRECHT. - De eerw. heer Van Baveghem, pastoor aldaer, heeft in de oude registers zyner pastory eene aenteekening en eene oorspronkelyke rekening gevonden, waeruit blykt dat de beroemde schilder P.-P. Rubens in gemeld dorp eenige eigendommen bezat. Er bestaet aldaer nog een pachthof, waer Rubens, zoo dikwyls hy op de jacht ging, een weinig kwam uitrusten.

Buitenland.

AKEN. - Op zondag 6 september heeft aldaer eenen pryskamp voor koorzang plaets gehad, waeraen een groot getal maetschappyen hebben deel genomen:

Prys van uitmuntenheid. - 1e Prys, de Legia, van Luik: 2e prys, Société de Chant, van Hoei.

Pryskamp voor steden van eersten rang. - 1e prys, Les Bardes de la Meuse, van Namen; 2e prys, les Artisans Réunis van Brussel; 3e prys, l'Appollon, van Borgerhout.

België heeft eene schitterende overwinning op het gebied der kunst behaeld. Al de pryzen zyn door belgische maetschappyen weggedragen, en de talryke voorname duitsche en hollandsche zanggenootschappen, welke in het worstelperk getreden waren, zyn door hun overtroffen.

ROOSENDAEL, (N.B.). - Op 9 september, had aldaer de plechtige prysuitdeeling plaets aen de leerlingen der teekenschool, in tegenwoordigheid des heeren burgemeesters Schoonheid, de wethouders P. Van Gils, Van Mechelen en Korthals alsook de leden van den jury A. Goetgebuer kunstschilder, leeraer in de teekenkunde; J. Servais bouwmeester en Désiré van Spilbeeck, kunstnyveraer, alle dry van Antwerpen, de leermeesters der bouw-en handteekenkunde en een talryk publiek.

De Harmoniemaetschappy de Unie opende de plechtigheid, en veerde afwisselend muziekstukken uit. De secretaris, M. Hosseled, deed, in een merkweerdig verslag, den toestand en het belang dezer instelling uitschynen. Na de uitdeeling der eermetalen, bracht de welsprekende heer burgemeester hulde aen den ieverigen sekretaris, aen de leeraren alsook aen de leden van den jury. Wy roepen de byzondere aendacht der provinciale overheden van Noord-Braband in op deze teekenschool, die van het grootste belang is voor de kunst- en nyverheid, en weerdig is van ondersteund en nagevolgd te worden.

- Wy hebben reeds gemeld, zegt de Patrie, van Parys dat een boekdrukker van Madrid twee nieuwe uitgaven van Don Quichotte in gereedheid bracht. Ziehier over dien herdruk eenige inlichtingen, welke ons door M. Pelletier worden meêgedeeld, en die met belangstelling zullen gelezen worden.

‘De Don Quichotte, dit bewonderensweerdig werk, dat dagteekent van 1605 en waervan de eerste fransche vertaling in 1637, door Cesar Oudin werd uitgegeven, werd duizend en duizende malen herdrukt, niet alleen in Spanje, maer ook in den vreemde en dikwyls in het spaensch, ten einde aen hetzelve den castiliaenschen aert te behouden, welke het zoo moeijelyk is door de vertaling terug te geven.

Madrid, Barcelona, Sarragossa en Valencia hebben stellig uitmuntende uitgaven van dit boek geleverd, doch byna allen met veranderingen en het werd moeijelyk om te weten aen welken tekst men zich moest houden.

Een der grootste geleerden onzer eeuw, M. Hartzenbusch, aen welken Spanje zoovele schoone wetenschappelyke werken verschuldigd is, waermêe hy Calderon en Lope de Vega, welke van de groote verzameling der spaensche schryvers, deel maken, heeft verrykt, M. Hartzenbusch, zeggen wy, heeft den tekst van die beide nieuwe uitgaven van Don Quichotte, volgens de eerste uitgaef en eenige zeldzame handschriften van het Escuriael en der nationale bibliotheek van Madrid, nagezien, ten einde aen Cervantes de gansche eerste kleur van zyn werk terug te geven.

De uitgever, M. Revadeneyra, heeft van ieder formaet slechts een klein getal exemplaren getrokken, welke allen hetzelfde orde-nummer zullen dragen. Deze beide uitgaven, waeraen hy eene byzondere zorg heeft toegewyd, zullen in de kostbaerste bibliotheken plaets nemen.

Dezelve zyn gezet en gedrukt in de zelfde plaets, welke aen Cervantes tot gevangenis diende en waer hy dit onsterfelyke werk schreef, dit is te zeggen in de Caso de Midrano, te Argamasell, een dorp van La Mancha.

M. Revadeneyra is op het zonderlinge denkbeeld gekomen van er een gansch drukkerstoestel voor het uitvoeren der beide uitgaven van Don Quichotte, over te brengen.’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken