Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche School. Jaargang 11 (1865)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 11
Afbeelding van De Vlaamsche School. Jaargang 11Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 11

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.00 MB)

Scans (24.86 MB)

ebook (8.83 MB)

XML (1.13 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche School. Jaargang 11

(1865)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Kronijk.

Antwerpen. - M.R. Fabri, primus van den grooten prijskamp van 1859, heeft zijne tweede bezending uit Rome gedaan, bestaande in een studie-hoofd, pleisteren borstbeeld; het was ten toon gesteld in de tentoonstellingzaal, Venusstraet, van Zondag 11 tot Zondag 16 Juni, alle dagen van 10 ure vóór tot 3 ure namiddag.

- Op 11 Juni waren in het Verbond van kunsten, letteren, enz. van 10 ure voor- tot 4 ure namiddag, de volgende tafereelen ten toon gesteld:

De terugkomst van de Bloemenmarkt; de juwelier Mozes-ben-Esra en een zijner klanten; in de kiosk zijner villa, na de zaken in den grooten bazar, door M.J.B. Huysmans.

Van het eerste hebben wij reeds vroeger een woordje gerept, en dat verkozen wij ook op de twee anderen.

Verders zagen wij de oude Spinster, door M. Dauriac; en de Huishoudster, door M. Ch. Gessler.

- In de O.L. Vrouwekerk, heeft men reeds vier schilderijen geplaatst, van een kruisweg vervaardigd door de heeren L. Hendrickx en Vinck. Deze tafereelen zijn in den trant en onder de leiding van H. Leys uitgevoerd. Later komen wij breedvoerig op deze werken terug.

- De 4e en 5e afleveringen van de Bibliotheek van oorspronkelijke tooneelstukken zijn verschenen en bevatten: De Slaapmuts, blijspel met zang in een bedrijf, door Pieter Geiregat, en Elena, drama met zang in vier bedrijven, door Napoleon Destanberg, met muziek van Karel Miry.

Deze uitgave heeft geene aanbeveling noodig, daar er sedert lang eene leemte bestond voor dergelijke tooneelwerken die in geene boekenkasten misplaatst zijn. Op goed papier gedrukt en niets dan oospronkelijke stukken behelzende, zullen de afleveringen op het einde van het jaar een schoon geheel uitmaken.

- M. Frans de Vriendt heeft een beeld van den gelukzaligen Berchmans uitgevoerd, bestemd voor eenen altaar in de hoofdkerk te Mechelen. Zijne Eminentie de kardinaal heeft dezen beeldhouwer eene nieuwe bestelling van hetzelfde beeld, doch in rechtstaande houding gedaan. In het klein seminarie aldaar is ook een beeld van den gelukzalige geplaatst, insgelijks bewerkt door M. de Vriendt. Binnen eenige dagen zal er in de werkhuizen van M. de Vriendt, 5de wijk, een plaasteren beeld van den gelukzaligen Diestenaar te koop zijn.

- In het Antwerpsch Kruidkundig Genootschap, Carnotstraat, 109, zullen voordrachten gehouden worden door de volgende leeraaren: MM. J.I. De Beucker, over land- en tuinbouwkunde, boomteelt en toegepaste plantenkunde; J. De Smedt, over de scheikunde en hare werking op den land- en tuinbouw; P. Goossens, over de geschiedenis eeniger natuurverschijnsels; C. Ommeganck, over scheikunde en natuurkunde in hare verschillende betrekkingen; Jhr. Oct. Van Ertborn, over de sterre- en aardrijkskunde; Henri Van Heurck, over de kruidkunde en derzelver verschillende stelsels; Ern. Van Meerbeeck, over de dierkunde en voornamelijk de insektenleer.

- M.A. Bogaerts, over wiens schoone bronswerken wij meermalen gewaagden, heeft eene fruitschaal gemaakt naar de teekening van M.L. Baeckelmans. Deze schaal zal M. de Taeye door zijne leerlingen en oudleerlingen aangeboden worden.

Dit geschenk zal voor M. de Taeye eene duurbare herinnering aan zijn leerlaarschap te Antwerpen zijn en wegens de deelnemers aan de inschrijving, een openbaar bewijs van dankbaarheid voor de diensten hun en de schoone kunsten door M. de Taeye bewezen.

- Er zal een exaam plaats hebben voor de personen die de openstaande plaats van leeraar der geschiedenis, in oudheidkunde en kleedij aan de koninklijke Academie in vervanging van M.L. de Taeye aangevraagd hebben.

- M.P. Kremer, heeft een prachtig tafereel voltooid dat wij als een der besten van dezen meester beschouwen. Het is eene Bloemmarkt. Op het voorplan ziet men een kraam, met bloemen en fruit beladen, waarachter eene hoveniester op eenen kruiwagen gezeten is; eene welgekleede burgervrouw is bezig haren keus te doen, terwijl een jongen zijne dienst aanbiedt om de gekochte bloemen t' huis te brengen; dezelfde dienst wordt aangeboden door eenen commissionnaire van het huis Goldschmidt en comp. De type van dezen laatste is vooral gelukkig; ook het geheel, als algemeenheid van samenstelling en kleur, is aangenaam behandeld en zeer zorgvuldig uitgevoerd vooral de bloemen en de overige bijhoorigheden.

Audenaarde. - Men heeft aldaar, in de Burgschelde, een

[pagina 99]
[p. 99]

welbewaard koperen zegel gevonden, dagteekenende van het begin der XIVe eeuw. Dit stuk verbeeldt den H. Joannes, dragende in de linkerhand een kindje en in de rechterhand een lauwertak, rond welken men het volgende opschrift leest: Sm † dni. Johis † D. Stichelen. (Sigilum domini Joannis Van der Stichelen). Deze familie, aan wien het zegel vroeger heeft toebehoord en waarvan er heden nog afstammelingen te Gent wonen, zijn oorspronkelijk van Audenaarde.

Brussel. - De jury, gelast met het onderzoek der kantaten voor den muziekalen prijskamp van Rome bestemd, heeft zijne werkzaamheden geëindigd. Er waren niet minder dan 40 fransche en 18 vlaamsche kantaten ingezonden.

De jury gelast met het toestaan der prijzen voor de vlaamsche en fransche kantaten, heeft haar verslag bij den minister van binnenlandsche zaken ingezonden. M. Em. Hiel, waarvan wij reeds meermalen dichtstukken hebben medegedeeld, is den bekroonde der vlaamsche kantate met zijn stuk getiteld de Wind. De prijs voor de fransche kantate is toegewezen aan het stuk la fille de Jepthe, waaraan wijzigingen moeten toegebracht worden. De schrijfster er van is Mev. Strumann.

MM. Fétis en Daussoigne-Méhul hebben hun ontslag gegeven als leden van de jury gelast met de beoordeeling der kantaten, die op de bekroonde vlaamsche en fransche gedichten zullen vervaardigd worden. Deze heeren geven voor, dat zij, de vlaamsche taal onmachtig, niet bevoegd zijn te oordeelen of de medekampers die den vlaamschen tekst verkiezen zullen, goed of slecht de gedachten van den dichter weêrgegeven hebben. M. Hanssens, die vlaamsch en fransch kent, heeft het mandaat aanvaard, en de jury is vervolledigd geworden met MM. Leo de Burbure en Bosselet.

- De mededingers voor den tweejarigen muziekalen prijskamp van Rome, ten getalle van zes, zijn op 19 Juni in logie getreden en zullen er na 25 dagen, den 14 juli uitkomen. Er hadden zich acht kandidaten voorgesteld; de jury moest dus eene keus doen, want er, mogen er slechts zes mededingen. Ziehier de namen der aangenomene mededingers: Haas, van Doornik; Ruffer, van Luik; Van Geluwe, van Gent, welke reeds in den prijskamp van muziekale samenstelling, eene eervolle melding had bekomen; Huberti, van Brussel (gewezen 2e prijs); Van Hoeije, van Mechelen (reeds eervol gemeld); Van den Eynde, van Gent.

- De koninklijke Academie heeft voor het jaar 1866 de volgende prijsvragen uitgeschreven:

1o Den invloed bepalen, welke de daarstelling op de kunsten der saksische koloniën, op de zeden en instellingen van Vlaanderen heeft gemaakt.

2o De geschiedenis schrijven der politieke en administratieve betrekkingen, welken tusschen België en het graafschap van Bourgogne hebben bestaan tot de overwinning van dit laatste land door Frankrijk.

3o Eene beoordeeling schrijven van het talent van Chastellain, van zijnen invloed, van zijne politieke gedachten en van zijne letterkundige strekkingen.

4o Welke is de invloed geweest door Leibnitz op de richting der hedendaagsche wijsbegeerte uitgeoefend?

5o De geschiedenis schrijven van het strafrecht in het oude hertogdom van Brabant.

6o Men vraagt hoe de werkman zich zelven kan helpen en welke de hervormingen en instellingen zijn, die het spoedigste en op de krachtigste wijze kunnen bijdragen om zijne welvaart en onafhankelijkheid te vergrooten.

De prijs voor elke dezer vragen is eene gouden medalie, ter waarde van 600 fr., met uitzondering voor de vierde vraag, voor welke een buitengewonen prijs van 1000 fr. is uitgeloofd.

De prijswinnaren zullen 100 exemplaren van hunne bekroonde werken ontvangen.

De stukken, in het fransch, vlaamsch of latijn opgesteld, moeten voor 1 februari 1866, vrachtvrij en naamloos gezonden worden te Brussel aan M. Ad. Quetelet, bestendige secretaris der Academie.

Van nu af worden de twee volgende vragen voor den prijskamp van 1867 uitgeschreven:

1e Welke zijn de politieke en maatschappelijke strevingen der ketterijen geweest sedert de opkomst van het christendom tot aan het begin der XVIe eeuw?’

2e Door welke middelen en langs welke wegen kan de kolonisatie in de werkzame sfeer der volken van Europa treden, in den tegenwoordigen toestand van den gekenden aardbol en der ekonomische en politieke wetenschappen?

De prijs voor de eerste vraag is 1000 fr. en voor de tweede minstens 1500 fr.

- Mev. Courtmans heeft den vijfjarigen prijs van 5,000 fr., door het Staatsbestuur uitgeloofd, bekomen, voor haren roman het Geschenk van den jager.

Brugge. - In de O.L. Vrouwekerk aldaar, heeft men eene merkwaardige muurschildering ontdekt, in den beuk aan den noordkant van den toren. Het schijnt dat langs dien kant vroeger een altaar heeft bestaan. Het is te hopen dat men er in gelukken zal deze muurschilderingen te herstellen.

Gent. - Bij de afbraakwerken der oude Ste-Annakerk, heeft men een zeer grooten grafkelder ontdekt, met drie goed bewaarde menschengeraamten in, en gedekt door eenen zerksteen waarop men, in gothische letters, nog met moeite leest:

Hier leegt - Marten Volcaert, fd Lievens, die overleit XVc en de XL, den XXIIII dach in....

Hier leegt mevrouw Margarete van Calo, fa Cornelis Martins wijf, die overleit ao XVc XXV.

Deze Marten Volcaert werd schepen van Gent gekozen in September 1538, door de tegen Keizer Karel in opstand zijnde stad.

Het jaar zijns overlijdens (1540) laat veronderstellen dat hij tot het getal behoort dergenen die, op bevel van gemelden vorst, na de bemachtiging der stad, zijn terecht gesteld geworden; hij was het opperhoofd eener beroemde familie, wier naam 40 malen in de schepenlijsten van Gent, tot aan het einde der vorige eeuw, voorkomt.

- In den tooneel-prijskamp, uitgeschreven door de maatschappij Broedermin en Taalijver, ter gelegenheid van haar 25jarig bestaan, zijn niet minder dan 33 stukken ingezonden. Voor eene verhandeling over M. Van Peene, zijn twee stukken ingezonden.

- De driejaarlijksche tentoonstelling van schilder- en beeldhouwkunde, welke den 15 augusti aldaar geopend wordt, belooft zeer schoon te zijn. Zij zal plaats hebben in de rotonde en in de

[pagina 100]
[p. 100]

trapzaal der Hoogeschool. De keus van die plaats is zeer gelukkig en zal veel tot den goeden uitslag der tentoonstelling bijdragen. De kommissie der maatschappij van schoone kunsten schijnt voor hare kunstplechtigheden stellig afgezien te hebben van het lokaal der Academie.

Een groot getal kunstenaren van het land en uit den vreemde, waaronder zeer verdienstelijke, hebben hunne medewerking beloofd. Frankrijk zal vooral goed vertegenwoordigd zijn. M. Martinel, de behendige inrichter van verscheidene tentoonstellingen te Parijs, en bestuurder van den Courrier Artistique, heeft zich gelast de tafereelen der fransche schilders bijeen te verzamelen en te verzenden. Holland en Duitschland zullen ook niet achter blijven. Men mag hopen dat de tentoonstelling van 1865 degene van 1853 zal evennaren, indien zij ze niet overtreft.

Mechelen. - M.F.E. Dellafaille, heeft eene belangrijke brochuur uitgegeven: Mechelen en zijn Stadhuis. Hij bewijst dat M. Broers, vroeger burgemeester van Mechelen, veel deed om de oude gedenkteekens, die deze stad nog bezit, in eere te houden en Mechelen met een stadhuis te verrijken, deze stad waardig.

Buitenland.

Rotterdam. - De Commissie ter regeling van het VIIIste Nederlandsch taal- en letterkundig congres bericht dat het Congres zal gehouden worden te Rotterdam op 11, 12 en 13 september eerstkomende, volgens nader te verspreiden programma, terwijl de plechtige ontvangst der vreemdelingen zal plaats hebben ten Stadhuize, Zondag avond 10 september.

De Grand Central Belge staat met de meeste heuschheid eene korting van 5% op de reiskosten, heen en terug, toe, op vertoon van het bewijs van Lidmaatschap van het Congres, welke bewijzen vooraf, aan later op te geven adressen, zullen verkrijgbaar zijn. Voor inlichtingen kan men zich vervoegen tot den secretaris M. Greeve.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken