Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw

meer over deze tekst

Informatie terzijde

De Vlaamsche School. Jaargang 17
Toon afbeeldingen van De Vlaamsche School. Jaargang 17zoom

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6,12 MB)

Scans (437,92 MB)

ebook (7,93 MB)

XML (1,06 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche School. Jaargang 17

(1871)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Daniel-François-Esprit Auber.

De beroemde toonzetter van de Muette de Portici en zoovele andere muzikale meesterstukken, is op 11 Mei 1871 te Parijs overleden, in den gezegenden ouderdom van 89 jaren. Hij werd geboren te Caen, in Normandië, gedurende het tijdelijk verblijf van zijne ouders in die stad. Hij was zoon van eenen kunstkooper (handelaar in schilderijen, gravuren enz.), te Parijs. De vader wilde den knaap voor den koopmansstand opleiden. 't Schijnt zelfs dat Daniël, nauwelijks den kinderschoenen ontwassen, naar Londen gezonden werd en daar, gedurende eenigen tijd, op een handelskantoor werkzaam was. Het beroep, dat men hem wilde doen aannemen, stond hem echter tegen en hij wist dan ook al spoedig te verkrijgen, dat hij naar Parijs mocht terugkeeren, om er zich uitsluitend te wijden aan de studie der muziek, waarvoor hij buitengewone vatbaarheid aan den dag legde. Of men wel deed, met den knaap aldus zijnen zin te geven, heeft de uitkomst bewezen. Auber verstomde zoowel de professoren als zijne medeleerlingen over de vorderingen, welke hij, in verbazend korten tijd, in het muziekonderwijs maakte.

Hij had het geluk, lessen te mogen ontvangen van den uitstekenden Cherubini, dien hij, in 1842, als bestuurder van het Parijsche conservatorium zou opvolgen. Aubers eerste toonscheppingen waren romances, trios, verschillende stukken kerkmuziek en onder andere eene mis, waaruit hij, zoo men beweert, later een gedeelte overnam in zijne Muette de Portici. Het in die opera voorkomende gebed zou namelijk ontleend zijn aan de mis, welke de componist in zijne studiejaren schreef. Uit Aubers eersten tijd heeft men van zijne hand ook eenige quatuors en concertos voor bassen. Hij was ruim 30 jaar oud, toen zijne eerste opera gespeeld werd. Zij voerde den titel van Le séjour militaire, doch erlangde geenen bijval. 't Was eene komische opera in een bedrijf. Niet vóór 1819, dus omtrent zes jaren na zijne nederlaag, waagde hij zich weder aan den schouwburg, en wel met eene opera getiteld: Le testament et les billets doux. Dit stuk deelde het lot van het voornoemde; 't werd zelfs met nog meer onverschilligheid bejegend. De val dezer beide zangspelen moge Auber hebben bedroefd, er zich door laten ontmoedigen heeft hij niet. Toen hij, in 1820, den Parijzenaren zijne komische opera, la Bergère châtelaine, ten beste gaf, vlochten zij hem kronen. Sedert dien tijd wandelde de gevierde componist om zoo te zeggen enkel over rozen. Op de Bergère volgden

[pagina 76]
[p. 76]

Leicester, le Maçon, Fiorella en, in 1828, de Muette. Auber was een niet te vermoeien werker; de volledige lijst zijner gewrochten zou meer dan eene kolom van dit tijdschrift vullen. Verdienen ook niet allen meesterstukken te worden genoemd, vele, zeer vele toch, inzonderheid tusschen zijne komische operas, mogen aanspraak maken op deze eer, en over 't algemeen is alles wat hij leverde den begaafden man waardig. Onder zijne bijzonderste werken verdienen in eerste plaats genoemd te worden: ‘Le Philtre, le Serment, Gustave III, le Lac des fées, l'Enfant prodigue, Zerline, Fra Diavolo, la Fiancée, Lestocq. le Cheval de bronze, Actéon, l'Ambassadrice, le Domino noir, les Diamants de la couronne, Zanetta, la Part du diable, la Sirène, Haydée, la Circassienne, la Fiancée du roi de Garbe’ enz. Niet slechts heeft Auber tot zijnen dood het ambt waargenomen van bestuurder des conservatoriums; hij heeft ook tot in de laatste dagen zijns levens gecomponeerd.

Van in 1822 af, was het Scribe die aan Auber den tekst voor zijne operas leverde. De woorden der in 1864 te Parijs opgevoerde Fiancée du roi de Garbe zijn nog van Scribe.

Frankrijk, welks muzikale roem door hem zoozeer werd bevorderd, heeft den meester wederkeerig veel eer bewezen. In 1829 mocht hij Gossec opvolgen als lid der academie van schoone kunsten; koning Lodewijk-Philips droeg hem de leiding over zijne muziekkapel op; keizer Napoleon deed dit insgelijks; daarenboven benoemde deze hem tot groot-officier van het Eerelegioen en lid van den Franschen senaat. Auber laat een aanzienlijk vermogen achter.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Algemene gebruikersvoorwaarden
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken