Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche School. Jaargang 22 (1876)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 22
Afbeelding van De Vlaamsche School. Jaargang 22Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 22

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (11.16 MB)

Scans (449.23 MB)

ebook (9.72 MB)

XML (1.20 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche School. Jaargang 22

(1876)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Sterfgevallen.

Eugenius FROMENTIN, een der verdienstelijkste hedendaagsche Fransche kunstschilders, is den 26n Augustus te St-Maurice, nabij La Rochelle, op 56-jarigen leeftijd gestorven. Ook als schrijver genoot de overledene eene groote en welverdiende faam. Onder andere gaf hij twee voortreffelijke reisbeschrijvingen uit, onder de titels: Un an dans le Sakel en Un été dans le Sahara, benevens een zeer geroemden roman, getiteld Dominique. Onder den algemeenen titel Les maîtres d'autrefois schreef hij in den laatsten tijd eene reeks verhandelingen, opgenomen in het Parijsche tijdschrift Revue des Deux Mondes en gewijd aan Rubens, Van Dyck, Rembrandt, Ruysdael, Paulus Potter, Terburg. Metzu, Frans Hals, Memling en Van Eyck. Hij schreef een door zijne keurigheid weinig geëvenaarden stijl.

Auguste LEPAS, een der beste Fransche dichters van België, stierf te Jupille, op 26 Augustus, in den ouderdom van 59 jaren. Hij was de broeder van André en van Léon Lepas, twee andere schrijvers van veel talent. André Lepas schrijft slechts proza, maar in een sierlijken en hoogst poëtischen stijl: tot bewijs dienen zijne Pensées, Sainte-Julienne et l'institution de la Fête-Dieu, Sous le manteau de la cheminée, een boekdeel legenden en vertellingen, D'un nouveau mode d'encouragement à la littérature en Belgique. Léon Lepas schreef met zijn broeder Auguste, de berijmde Légendes des litanies de la Sainte-Vierge, die twee uitgaven beleefden. Buiten dit werk zijn de beste gedichten van den afgestorvene: Quaretero; La vierge aux souliers d'or, eene Rijnlandsche legende; Le Regina Coeli; La dernière veille d'André Chénier; Légendes du pays de Liége; Légendes religieuses; Légende de Saint-Christophe; La justice de Baudouin à-la-hache au 12e siècle, een prachtig gedicht, opgedragen aan den uitstekenden Gentschen schilder, Juliaan de Vriendt, bij de tentoonstelling zijner schilderij van dien naam. Lepas werd op 29 Augustus te Jupille begraven.

A.G.

Felicien DAVID, de uitstekende Fransche toonzetter, geboren te Cadenet, in het departement Vaucluse, den 13n April 1810, is te Parijs overleden op 30 Augustus. Hij ontving zijne eerste muzikale opleiding van zijnen vader, die een ervaren muzikant was. Toen hij 18 jaren oud was, werd hij, na voleindiging zijner letterkundige studiën in het college der Jezuïeten, klerk bij

[pagina 148]
[p. 148]

eenen pleitbezorger; deze betrekking verruilde hij na eenigen tijd met het ambt van tweeden orkestmeester bij den schouwburg te Aix. In 1829 was hij orkestmeester in de kerk St.-Sauveur. Om zich als toonzetter te bekwamen, vestigde hij zich te Parijs en sloot zich daar aan bij de socialistische godsdienstige school der St-Simonisten, voor welke hij vele lofzangen schreef. Met Enfantin en andere afgescheidene voorstanders van de nieuwe leer, bezocht hij Turkije, Egypte, Syrië en andere plaatsen, van het Oosten. Op deze tochten leden David en zijne makkers groote ontberingen. In 1835 keerde hij naar Parijs terug en gaf er zangen met nationaal-Oostersche melodiën in het licht, die slechts geringen bijval vonden. Eerst in 1844 maakte David naam met eene samenstelling waarvan Auguste Colin de woorden schreef en die voor titel voert Le Désert. Dit gewrocht bleef zijn hoofdwerk. Tot zijne andere werken behooren: Moïse sur le Sinaï (1846), Christophe Colomb (1847), La perle du Brésil, komische opera (1851), Herculanum, groote opera (1859), Lalla Roukh, komische opera (1862). David is overleden aan eene borstkwaal, welke, naar het schijnt, zou teweeggebracht zijn geworden door onmatig gebruik van tabak. De overledene was officier van het Legioen van Eer.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken