Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche School. Jaargang 23 (1877)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 23
Afbeelding van De Vlaamsche School. Jaargang 23Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 23

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (12.68 MB)

Scans (476.06 MB)

ebook (9.86 MB)

XML (1.22 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche School. Jaargang 23

(1877)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Kroniek.

Antwerpen. Er is alhier eene Maatschappij van Antwerpsche Bibliofielen tot stand gekomen, welker bestuur samengesteld is als volgt: ridder G. van Havre, ridder Leo de Burbure, Ph. Rombouts, A. De Decker, P. Genard, M. Rooses en H. Wauwermans. De jaarlijksche bijdrage voor de leden is 20 fr., mits welke zij een exemplaar ontvangen van al de werken, die het genootschap voornemens is uit te gevenGa naar voetnoot(1). Men kan zich voor het lidmaatschap doen inschrijven bij den heer secretaris A. De Decker, Oude-Korenmarkt 28, door wien exemplaren van het programma der maatschappij zullen gezonden worden, aan allen, die hiertoe eene aanvraag zullen doen.

Lier. De herstellingswerken van de buitenzijden der Gummaruskerk ondergaan eene vertraging, doordien de plannen nog de goedkeuring van de hoogere overheid niet hebben bekomen. Om te voorkomen, dat sommige bouwvallige sieraden voor de kunst zouden verloren gaan, heeft men de wijze voorzorg genomen ze te laten afgieten in vormen. Er is beslist, in de St. Josephskapel een nieuw altaar te plaatsen en er muurschilderingen te doen in uitvoeren, alsmede een ijzeren traliehek aan de kerk te plaatsen.

Brussel. De minister van binnenlandsche zaken verwittigt de belanghebbenden, dat eene der beurzen van 600 fr., ingesteld bij koniklijke besluiten van 15 December 1851 en 15 Maart 1864, ten voordeele der leerlingen in de bouwkunde, gehecht aan de koninklijke commissie van monumenten, verkrijgbaar zal zijn, te rekenen van 1 Januari 1878.

- De heer Raymakers, kapitein bij het korps der genie, is den 28n November naar midden-Afrika vertrokken. Deze officier zal een anderen weg volgen dan de kommandant Crespel, die, gelast met de leiding van den tocht, uitgerust door het internationaal aardrijkskundig genootschap, langs de Oostkust van Afrika zich naar de binnenlanden van dit werelddeel zal richten. De heer Raymakers, wiens reiskosten door Z.M. koning Leopold II zullen worden gedragen, zal Afrika van de Westkust betreden en, zoo mogelijk, den heer Crespel te gemoet gaan. (Zie blz. 160.)

- De heer Crocq, lid der academie van geneeskunde, heeft, bij tusschenkomst van den senator Bonnet (Doornik), 5000 fr. van eenen onbekende ontvangen, om door de academie in 1879 of 1880 als belooning gegeven te worden aan den schrijver van de beste en goed gekeurde verhandeling over de geschiedenis van de zenuwziekten, waaronder vooral de vallende ziekte. De ongenoemde begiftiger heeft nog 25,000 fr. toegezegd, voor het stichten van een 3- of 4-jarigen prijs, toe te kennen aan de beste verhandelingen over het genoemde onderwerp. Des verkiezende, zou de academie de gansche som mogen toekennen aan hem, die een middel zou aanwijzen, waardoor de vallende ziekte zou kunnen genezen worden.

Leuven. In 1875-76 waren bij de hoogeschool 1200 studenten ingeschreven. In 1876 werden door de jurys der examens 444 graden toegekend, te weten: 166 in de rechten, 184 in de geneeskunde, 30 in de wijsbegeerte en letteren en 64 in de wetenschappen.

[pagina 184]
[p. 184]

Gent. De minister van binnenlandsche zaken, vergezeld van de heeren Bellefroid, algemeen secretaris, en J. Rousseau, bestuurder der afdeeling van schoone kunsten, letteren enz., heeft op 9 October alhier de tentoonstelling van schoone kunsten bezocht.

Voor het stadsmuseum is aangekocht De Reservist, tafereel van C. Gussow, leeraar aan de academie van Berlijn.

- De Koormaatschappij leert de Rubenscantate van J. de Geyter en P. Benoit; zij is voornemens ze den 12n Januari uit te voeren, onder de leiding van den heer E. Devers. (Zie voor den tekst onze blz. 78.)



illustratie
Oorlog.


Brugge. Tusschen de papieren der voormalige kamer van koophandel dezer stad, thans berustende in het stedelijk archief, bevindt zich eene lijst van personen, die door de aloude kamer van koophandel, destijds bestaande uit de makelaarsgilde, veroordeeld werden tot boeten tusschen de jaren 1338 en 1415.

Doornik. Voor het stedelijk archief zijn de volgende handschriften aangekocht: 1o Gewijsden, vonnissen en belangrijke beslissingen, verzameld door Pieter Cuvelier, gewezen lid van den grooten raad te Mechelen (foliant van 209 blz.); 2o Protocol, waarin zaken behandeld zijn rakende de hoofdplaatsen Bergen en Valencijn en Henegouwen (foliant van 138 blz.); deze beide handschriften zijn gesteld in de Fransche taal; 3o Commentarius ad consuetudinem homologratam Tornacensem (foliant van 170 blz.).

Luik. In het afgeloopen jaar telde de hoogeschool 834 studenten, te weten: 94 in de wijsbegeerte en letteren, 157 in de rechten, 133 in de wetenschappen, 153 in de geneeskunde en 297 voor de bijzondere scholen.

Buitenland.

Rotterdam. De stedelijke afdeeling van het Nederlandsch tooneelverbond opent eenen prijskamp voor oorspronkelijke nog niet gedrukte of opgevoerde tooneelstukken (treur-, tooneel- of blijspelen); bij voorkeur zag men de schrijvers hedendaagsche Nederlandsche toestanden behandelen. De keurmeesters (J.E. Banck, A.C. Loffelt, P.H. de Clercq, A.J. Legras en H.T. Katten) hebben het recht om het stuk, waaraan zij, na lezing, den prijs (groot 500 gl.) mochten toewijzen, na de opvoering nogmaals 500 gl. toe te kennen. De stukken vóór of op 1 Augustus 1878 te bestellen aan H.T. Katten, Witte-de-Withstraat 33, te Rotterdam, bij wien het omstandig programma verkrijgbaar is.

Parijs. Onder de schilderijen, die bij den kunstkooper Goupil te koop hangen, bevindt zich het Gezicht eener buitenwijk in eene stad van Zuid-Rusland op eenen zaterdagavond; dit stuk, van een Poolschen schilder met name Cholmonaki, wekt zeer de aandacht. Op het midden der schilderij is een wagen afgebeeld, die door vier rennende paarden, naast elkander gespannen, wordt voortgetrokken door de opspattende modder, terwijl daarnevens drie dronkaards voortstrompelen en op den achtergrond eene verlichte herberg en eenige straatlantarens, door een valen nevel heen, hier en daar eenig licht afgeven. Het stuk schijnt zeer dof van toon, maar meesterlijk geteekend te zijn. Bij voornoemden kunstkooper hangt ook eene zeer kleine schilderij van Meissonter (Negen krijgslieden uit de xviie eeuw die kaartspelen in een wachthuisje), waarvoor niet minder dan 130,000 fr. gevraagd wordt.

Londen. De bibliotheek van het Britsch museum is onlangs in bezit gekomen van tweezeldzame stukken. Het eene is de aflaat-bulle van Leo X, welke, zooals men weet, aanleiding gaf tot de protestantsche beweging. Dit stuk, uitgegeven in 1517, onder toezicht van Albertus van Brandenburg, aartsbisschop van Maagdenburg, is gedrukt op perkament. Het andere stuk is een kerkboek, gedruktop zeer fijn perkament, toebehoord hebbende aan prins Hendrik, oudsten zoon van Hendrik VII en eersten echt genoot van Catharina van Aragon; het bevat eenige doorden prins eigenhandig geschrevene regels in de Fransche taal, en op de eerste bladzijde staat het handteeken van Karel Sommerset, graaf van Worcester, lordkamerheer van Hendrik VIII.

voetnoot(1)
Tusschen deze werken, vermeldt het propectus de volgende: 1 Het boek, gehouden door Jan Moretus (II) als deken der St.-Lucas-Gilde - 1616-1617 (uit het archief van het museum Plantyn-Moretus); 2. De ordonnancie van den Antwerpschen ommegang en processie - xive eeuw (uit de verzameling van ridder Leo de Burbure); 3. Kronijken van Antwerpen door Lodewijk van Caukercken (uit het stedelijk archief van Antwerpen en uit de koninlijke bibliotheek van België te Brussel); 4. Kronijken van Antwerpen door Bertrijn (verzameling G. van Havre); 5. Tractaat der Officieren door Hendrik de Moy; geschiedenis en inrichting der ambten van de Antwerpsche overheden - xviie eeuw (uit het stedelijk archief van Antwerpen); 6. Ordonnancieboek, Resolutieboek, Bussenboek en Rekeningen der St.-Lucas Gilde van Antwerpen, vervolg der Liggeren (uit het archief der Antwerpsche academie); 7. Gilden- en Ambachtenboek van Antwerpen (uit het stedelijk archief); 8. Etymologicon Kiliani, Latijnsch-Nederlandsch woordenboek door C. van Kiel (uit het archief van Plantyn-Moretus); 9. Carmina latina C. Kiliani (id.); 10. Tooneelstukken van Willem van Haecht (uit de koninklijke bibliotheek van België); 11. Notitieboek van alle de gedenkweerdige geschiedenissen, voorgevallen in onze stad Antwerpen en elders van het jaar 1772 tot 1846 door F.J. De Conink (uit de verzameling van den heer F. Van Boghout); 12. Kronijk van Jan van Wesenbeek - xvie eeuw; 13. Arithmetica door Jacob de Beste, handschrift over de Vlaamsche vestingsbouwkunde, burgerlijke bouwkunde enz. (uit de verzameling de Burbure); 14. Aanteekeningen over de Antwerpsche munters en munten door Fred. Verachter (uit de stedelijke bibliotheek van Antwerpen en uit de verzamelig G. van Havre); 15. Aanteekeningen over de Antwerpsche graveurs door Fred. Verachter (id. id.); 16. Pertinente Memorie nopende het gene gepasseert is merckelijck binnen deze stadt Antwerpen 't sedert dryentwintich Mey seventhien hondert ende sesse tot den 18en Juny daernaer; de hertog van Marlborough te Antwerpen (uit het stedelijk archief van Antwerpen); 17. De nalatenschap van Gillebert Van Schoonbeke (uit het stedelijk archief van Antwerpen en uit de verzameling G. van Havre); 18. Geldro-gallica conjuratio in totius Belgicoe clarissimam civitatem Antverpiam, duce Martino Rosheymio (Marten van Rossem) conscripta ad prudentiss. vigilantiss. Coss-Senatumque Antverpien, autore Joanne Servilio; gedrukt bij Antonius Dumaeus 1542 (met aanteekeningen uit het stedelijk archief van Antwerpen); 19. Antwerpsche liederenboeken; 20. De aanval van den hertog van Alençon op Antwerpen (verzameling G. van Havre).


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken