Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche School. Jaargang 25 (1879)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 25
Afbeelding van De Vlaamsche School. Jaargang 25Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 25

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (10.29 MB)

Scans (455.19 MB)

ebook (8.11 MB)

XML (1.19 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche School. Jaargang 25

(1879)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Kroniek.

Antwerpen. Door het overlijden van ridder J.J.H. Van Havre (zie blz. 12) is het museum in bezit gekomen van een prachtig tafereel van N. Berchem, voorstellende een landschap met boomen en schapen op den voorgrond; rechts zit eene melkende boerin en in het midden staat eene roodgerokte met de melkster pratende vrouw. Het is hoog 68 centimeters en breed 57 centimeters. Dit geschenk is namens den overledene aan het museum gedaan door den heer Ch. della Faille van Leverghem, oudsten zoon van den heer A. della Faille van Leverghem, aan wien al de andere tafereelen van wijlen den heer J. van Havre thans toebehooren en die ook de eigenaar is der uitmuntende verzameling tafereelen, welke zich thans bevinden ten huize zijns vaders, den weledelen heer A. della Faille van Leverghem, Arembergstraat.

- Blz. 12 hebben wij vergeten te melden, dat de heer J. Van Havre in 1855 de eerste het gedacht uitte, de huisjes te doen verdwijnen die tegen de Antwerpsche hoofdkerk waren aangebouwd. (Zie onzen jaargg. 1855, blz. 8.) Ook was hij de stichter en leider der maatschappij Concorde (zie 1859 blz. 120).

- Men verzekert ons, dat, eenige dagen geleden, een Engelsch liefhebber 25.000 pond sterl. aangeboden heeft voor het tafereel van Rubens uit de dusgenaam de Rubenskapel in St. Jacobskerk.

- De heer A. Goovaerts is benoemd tot buitenlid van de koninklijke academie voor geslachts- en wapenkunde te Pisa.

- Verbond voor kunsten, letteren en wetenschappen. Van 19 tot 25 Januari was tentoongesteld eene verzameling schoone lichtteekeningen uit Opper-Egypte en Nubië, toehoorende aan den heer Van Berg. Op een voorstel om deze verzameling aan te koopen voor de academie, is door het gemeentebestuur afwijzend beslist. Woensdag 5 Februari hield de heer C.J. Hansen eene Lofspraak op Vondel,

- Ter pers: Gedichten van S. Daems, der abdij van Tongerloo, boekdeel i[...]-8[...], van rond de 200 blz., op getint papier (prachtdruk). Prijs, bij inschrijving: fr. 2.50. later 3 fr. Men kan bij alle boekhandelaren van Holland en België inschrijven, alsook bij den schrijver, ter abdij van Tongerloo.

- De minister van binnenlandsche zaken heeft als studie voor de leerlingen der academie kopieën aangeboden naar de Nachtwacht en de Ontleedkundige les van Rembrandt.

- Bij L. Dela Montagne is een prachtbundel Gedichten en gezangen door Theophiel Coopman verschenen met eene inleiding

[pagina 31]
[p. 31]

van E. Hiel en twee etsen van A. Dillens. Het keurige bundeltje, welk 37 dichtstukken bevat, zal zeker veel bijval vinden bij het lezend publiek, aan hetwelk de dichter zeer gunstig bekend is.

- In zitting van 8 Februari heeft de gemeenteraad beslist, dat te rekenen van 1880 ieder jaar 3000 fr. op de stedelijke begrooting zal uitgetrokken worden ter aanmoediging van werken over Antwerpsche geschiedenis en kunst. Als leden der commissie voor het keuren van de werken voor welke ondersteuning zal worden gevraagd, zijn benoemd de heeren Ev. Allewaert, J. van Beers, A. Michiels, G. van Havre en L. de Burbure.

Turnhout. De verzameling van den heer W.J.F. Van Genechten werd onlangs verrijkt met een kuipje, een tonnetje en eene visch- of grabbelschotel in Chineesch porselein, een vuurbakje (tafelkomfoor) en een leeuwtje in eene schotel van Rouaansch of Delftsch maaksel.

- Bij Splichal-Roose is verschenen: Een ode aan Vondel van onzen puikdichter L. De Koninck.

Brussel. Dagbladen melden dat den 1n Februari op de Grootemarkt, in eene verkooping bij gezag van recht, eene schilderij die voluit met den naam Teniers geteekend was werd toegewezen voor 100 frank. Alleenlijk vergeten zij er bij te voegen of handteeken en schilderij echt waren.

- Tentoonstelling van schoone kunsten te Brussel 1878. De volgende werken zijn nog voor de verloting aangekocht geworden door het staatsbestuur: In de Hollandsche duinen (mej. E Beernaert), Fontein in de villa Este te Tivoli en Zicht in de Appenijnen (O Carlandi), Bebé's poesjenel (C. Petit), Zondag op het dorp (C. Cap), Bloemen (J. Henrotay), Op uwe gezondheid (V. Ravet), Een frissche vrijer (A. Glibert), Zicht der Via Romana te Bordighera (J. Carabain), Kinderborstbeeld (in marmer van J. La France), Lente (porseleinschildering naar Bot door mej. L. Brassart), De dageraad (idem. door mev. May-Daubrive), Beek (houtskoolteekening van A. Hamesse), benevens gravuren van Blanchard J.B. Meunier enz.

Bij koninklijk besluit van 7 Februari zijn de volgende kunstbeoefenaren ter gelegenheid der tentoonstelling bevorderd of benoemd in de Leopoldsorde: schilders: F. Stroobant (Brussel); Ch. Soubre (Luik); beeldhouwers: E. Delaplanche (Parijs); E. Melot en P. De Vigne (Brussel); schilders: H.W. Mesdag ('s-Gravenhage); R. Mols (Antwerpen); Fr. Musin en J. Verhas; W. Geets, (Mechelen); Ch. Gussow, (Berlijn); E. Huberti (Brussel); J. Demannez plaatsnijder (Brussel). Zaterdag 15 Februari heeft de verloting der aangekochte stukken plaats gehad, Ziehier de winnende nummers: 24556, 29485, 707, 8545, 11660, 587, 22537, 332, 17110, 20852, 21378, 17433, 29395, 22275, 8494, 26746, 8613, 18603, 8016, 29312, 29184, 4344, 20348, 26619, 2735, 3250, 16731, 28202, 3001, 22040, 17637, 16686, 21857, 3410, 27856, 1293, 28588, 18421, 12660, 3988, 23378, 26557, 16890

- De overdekte markt te St.-Joost-ten-Noode gebouwd onder de leiding van den talentvollen bouwmeester Julius Van Ysendyck (zie blz. 11) is op 15 Februari ten 8 ure 's avonds ingehuldigd met een groot toonkundig feest, welk plaats had in de groote zaal onder de leiding van Henry Warnots, met de medewerking van mej. Elly Warnots en de heeren Coquelin en Marsik. HH. MM. de koning en de koningin en de koninklijke familie vereerden het feest met hunne tegenwoordigheid. De zaal die 800 toehoorders bevatten kan was eivol. De inkomprijs bedroeg 8 en 5 fr. Zondag 16 had er een festival plaats, tegen 50 centiemen intreegeld; de opbrengst der beide feesten is bestemd voor de wieg- en bewaarscholen. Het denkbeeld van de oprichting der markt is uitgegaan van den heer Eug. Van Bemmel die voor de uitvoering van het ontwerp de medewerking van den heer Mosca inriep. Het eigenlijke plan der overdekte markt werd gemaakt door den bouwmeester J. Van Ysendyck, die met zijn werk waarlijk eere ingelegd heeft, want de overdekte markt van St.-Joost-ten-Noode heeft in gansch België hare weerga niet. Wij raden allen die Brussel bezoeken ten sterkste aan, het smaakvol en gerieflijk monumentaal gebouw te gaan bezichtigen.

- Het staatsbestuur wil van de Sint-Pieterskerk te Leuven voor het rijksmuseum aankoopen mits 200,000 fr. de deurschilderij van Quinten Massys, voorstellende: in het midden, De heilige familie of de Zegepraal vande heilige Anna, samengesteld uit 15 personen, wat minder dan levensgroot; rechts: De dood van de heilige Anna, links: De engel die aan Zacharias de blijde boodschap van Maria's geboorte brengt. Op den buitenkant leest men: Qvinte Metsys screefdees Ao 1509. De buitenzijde der vleugeldeuren vertoont De offerande van Zacharias. Dit meesterstuk van Quinten Massys werd op 18 Juli 1794 uit voornoemde kerk geroofd door den Franschen volksvertegenwoordiger Laurent en naar Parijs gevoerd waar het in den Louvre prijkte tot na den val van het eerste keizerrijk. Het werd inde kerk terug geplaatst den 15n September 1817.

- Voor het museum van werken van hedendaagsche meesters is door het staatsbestuur mits 10,000 fr. een stuk aangekocht van H. Boulenger, voorstellende een Gezicht van Dinant.

- De koninklijke commissie van monumenten heeft besloten, dat hare leden zich voortaan niet meer zullen mogen gelasten met de leiding van werken, die reeds aan andere bouwkundigen waren toevertrouwd geweest.

- Het is de gewoonte, dat ieder voorzitter van de kamer van volksvertegenwoordigers als dusdanig uitgeschilderd wordt. In het Paleis der Natie berusten thans 14 zulke voorzittersportretten, die namelijk van de heeren de Surlet, de Gerlache, Raikem, Fallon, Liedts, Verhaegen, Delfosse, E. Van den Peereboom, C. Vilain XIIII, De Lehaye, Orts, Vervoort, Dolez en Thibaut (de vijf laatstgenoemden zijn nog in leven). Van den laatst afgetreden voorzitter C. Rogier bestonden twee portretten, het eene geschilderd door F. Vinck, het laatste (welk is aangekocht om in het Paleis der Natie bijgezet te worden) door E. Lambrichs. Het portret van den tegenwoordigen voorzitter J. Guillery is nog niet besteld.

- Bij koninklijk besluit van 20 Februari is de geestige beeldhouwer L. Harzé, ridder der Leopoldsorde benoemd.

- Het denkbeeld van de door ons op blz. 15 vermelde stichting eener Belgische school te Rome dagteekent van voor ruim 20 jaren, wanneer tot die stichting in beginsel werd besloten. (Zie de Vlaemsche School van 1858, blz. 112.)

- In den Cercle artistique werd onlangs eene belangrijke verzameling schilderstukken van E. Huberti tentoongesteld.

- In den botanieken hof is geplaatst een standbeeld van den kruidkundige Dodoens.

Leuven. De schilderij Marten Luther op den rijksdag te Worms van E. Delpérée (zie 1878, blz. 168) is door het staatsbestuur aangekocht en in deze stad op het stadhuis gehangen.

- Het aantal studenten bij de hoogeschool in 1876-77 bedroeg 1311.

Gent. Het Davidsfonds gaat een jaarboek uitgeven waarvan het 1e deel in 1880 zal verschijnen. De bijdragen (dicht en ondicht, verhalen, wetenschappelijke en geschiedkundige opstellen enz.) vóór 1 September 1879 te zenden aan den algemeenen secretaris Frans de Potter, Godshuizenlei 29 te Gent.

- Het Kunstgenootschap heeft van 19 Januari tot 2 Februari ten stadhuize eene tentoonstelling ingericht van tafereelen, studiën, schetsen, enz., nagelaten door wijlen Felix De Baerdemaecker. De verzameling is zeer merkwaardig.

[pagina 32]
[p. 32]

Rousselare. Bij J. De Meester is in druk een verzenbundel van 200 blz. van K.M. Pol de Mont, getiteld Rijzende Sterren. Het op geel papier gedrukte werk kost bij inschrijving 1 1/2 fr.

Brugge. In den laatsten tijd verrijkte de Oudheidkundige Maatschappij haar museum met 8 ijzeren kruisen uit de xvie en xviie eeuw, gekocht voor 350 fr.; elf plateelen schotels van Vlaamsch maaksel; eene oude Duitsche afroomingschotel; een eikenhouten raam met ijzeren hengsels van 1610; eene gebeeldhouwdetafel uit de xvie eeuw, gekocht voor 125 fr.; twee koperen Vlaamsche lichters uit de xviiie eeuw, gekocht voor 80 fr.; een eikenhouten koffertje uit de xviie eeuw, gekocht voor 165 fr.; een groot eikenhouten koffer uit dezelfde eeuw, waarin godsdienstig beeldwerk is gesneden en herkomstig van Loo (Veurne), gekocht voor 300 fr.

- Op voorstel van zijnen eerevoorzitter baron O. van Caloen van Basseghem, heeft de Vlaamsche broederbond een prijskamp uitgeschreven voor eene beknopte geschiedenis der stad Brugge, vooral met het oog op den glanstijd der aloude en roemrijke stad. Het boek, van minstens 150 en hoogstens 200 blz. druks in-8o, moet kunnen dienen als schoolboek voor de hoogere klassen van lager onderwijs. In te zenden vóór 1 Maart 1880 aan het adres van den voorzitter A. Du Bois-Pickery. Prijzen: 1ste, een verguld eermetaal en 100 fr., 2e, een verguld eermetaal. De mededingers mogen zich niet doen kennen dan in een afzonderlijk gesloten briefje; de bekroonde stukken blijven het eigendom van de maatschappij. (De uitgeloofde prijzen (!) zijn zóó onbeduidend, de bekroonde stukken het eigendom wordende der maatschappij, dat de prijskamp zeer waarschnlijk mislukken zal. Menig kopiïst zou voor 100 fr. (zijnde het bedrag van den eersten (!) prijs) geene 150 blz. druks in octavo willen afschrijven.)

Luik. De vereeniging Union des artistes opent in April eene tentoonstelling van waterverfschilderingen, pastels, gravuren, bouwkundige en andere teekeningen enz., met uitsluiting van schilderijen en beeldhouwwerken, waarvoor de maatschappij Emulation dit jaar eene afzonderlijke tentoonstelling opent.

Bergen. De heer Cesar Glorieux, drukker en uitgever te Jemmappes, bij Bergen, levert, sedert 12 jaar, onderden vorm van nieuwjaarsgift, in de Nederlandsche taal opgesteld, een plakalmanak, bij afwisseling steeds met eene in kleur gedrukte zinnebeeldige plaat voorzien. Dergelijk eene uitgave is des te prijzenswaardiger omdat de heer Cesar Glorieux, een geboren Franschman, zich de zoo loffelijke taak oplegt, deze Vlaamsche uitgaaf bij de belangstellenden in het Walenkwartier te verspreiden. De almanak voor het jaar 1879 is niet beneden die der vorige jaren en overtreft zeer vele andere. De heer Glorieux ontvange onzen hartelijken dank. Mogen zijne volhardende pogingen steeds met den besten, meest vergoedenden uitslag bekroond worden!

L.

- De betrekking van bestuurder der stedelijke academie van schoone kunsten is open, doordien de heer A. Hennebicq als dusdanig zijn ontslag genomen heeft.

- De maatschappij der Belgische bibliophilen heeft een met platen versierd werk uitgegeven getiteld Le siège et les fêtes de Binche (1543-49) door C. Ruelens.

- Dit jaar zal in deze stad het groot muziekfestival plaats hebben onder de leiding van J. Van den Eede, met 280 vrouwe- en 300 mannelijke zangers. Programma: Symphonie in Ut mineur van Beethoven; Madrigal van O. de Lattre; Openingsstuk van Hanssens; Jacoba van Beieren, oratorio van J. Van den Eede; Jacob van Artevelde, cantate van A. André; Andante en finaal der symphonie in M' bemol van Fetis; De laatste zonnestraal, oratorio van Huberti; Symphonie van Th. Radoux; de Rubenscantate van P. Benoit.

Buitenland.

's-Gravenhage. Dunklers muziek is voor het regiment grenadiers en jagers aangekocht mits 15,000 gl. (Zie onzen vorigen jaargang, blz. 178.)

Amsterdam. Molière's Tartufe en Medecin malgré lui zijn overgezet in het Friesch, het eerste stuk onder den titel van Oebele Glüper door Waling Dijkstra, het andere door Halbertsma.

- In den prijskamp, uitgeschreven voor het bekomen van ontwerpen ter oprichting van eene monumentale fontein te Soestdijk, als nationaal huldeblijk aan wijlen prins Hendrik, ter gelegenheid van zijn huwelijk (zie 1878, blz. 123), is bekroond de heer Molkenboer te Leeuwarden.

- Volgens wordt gemeld heeft het bestuur van een Belgisch kunstkabinet aan den gunstig gekenden zeeschilder Pleysier een groot zeestuk besteld, dat eene voorstelling uit het leven van den op 13 Januari overleden prins Hendrik zal bevatten (de redding in 1847 van een Spaansch schip, bij noodweder in de Spaansche zee, door een smaldeel waarover prins Hendrik als admiraal het bevel voerde en welk op een oefeningstocht uit was).

- Door wijlen den heer Willink van Collen zijn aan de maatschappij Arti et Amicitiae vermaakt 30,000 gl., waarvan de rente moet dienen ter aanmoediging van jonge kunstenaars, en 5000 gl. voor het weduwenfonds derzelfde maatschappij.

- Den 3n Februari, ten 11 ure, heeft op het Westerkerkhof de plechtige onthulling plaats gehad van het marmeren borstbeeld van den uitstekenden dichter Everhardus Johannes Potgieter, den 3n Februari 1875 overleden in 66-jarigen ouderdom. Bij deze plechtigheid voerden beurtelings het woord de heeren Joh. C. Zimmerman, J. Alberdingk Thijm (die ook uit naam van dr. Schaepman een verzenstuk voordroeg), J. Van Vloten, C. Honigh en Joh. Dyserinck. Het borstbeeld is een welgeslaagd werk van Stracké.

- In den gevel van het huis nr 25 Leliegracht is een gedenksteen geplaatst met het volgende opschrift: ‘E.J. Potgieter woonde in dit huis van 1n Mei 1855 tot zijnen sterfdag op 3 Februari 1875.’

- Den 10n Februari werd de schilderijen-verzameling van W. Verschuur Jr. verkocht; zij bracht, zonder de ongelden, ruim 22,000 gl. Een stuk van L. Perrault gold 2000 gl., van Adolf Schreijer 1500, van W. Verschuur 1200, van C.L. Muller 1200, van Leo Glaize 1050, van Alfred Stevens 980, van Jul. Dupré 960, van C. Rochussen (miniatuur) 930, van Maria Vos 900, van C. Jacque en A. Anastasi 900, van L. Meyer 655, van Bakker Korff 640, van C. Jacque 605, van J.H.L. De Haas 500.

Buitendien verkocht men op dezelfde velling (uit de verzameling J.A. Heintzen Jr. en anderen) een groot stuk van W. Verschuur voor 3200 gl. (gekocht door de vereeniging tot het vormen van eene verzameling van nieuwere kunst te Amsterdam), een groote B.C. Koekkoek voor 2960 gl., eene vrouwenfiguur van Alfred De Lobbe voor 1000 gl., een bloem- en fruitstel van G.J.J. Van Os voor 800 gl., alles zonder ongelden. Voor eene waterverfschildering van David Bles werd betaald 510 gl., van J. Van de Sande Bakhuijzen (De vijver in het Haagsche bosch) 405, van H.F.C. Ten Kate 300, van C. Springer 275, van H.W. Mesdag 200, van Bosboom 180, van denzelfden schilder met sepia 180, van L. Apol 150 en 120 gl.

- Aan de Nederlandsche rijksmunt wordt een gedenkpenning vervaardigd ter nagedachtenis van den op 13 Januari overleden prins Hendrik. Aan de eerste zijde staat des prinsen portret met het rondschrift Henricus princeps. Neerlandiae. Natus, id. Jvniis. mdcccxx; aan de keerzijde eene graftombe met's prinsen wapen en eene urn waarop de Nederlandsche maagd een lauwer nederlegt; tegen de tombe een schild met het Nederlandsch

[pagina 33]
[p. 33]

wapen en eene uitgebluschte fakkel; daaronder is gegrift: obiit. id. Janvariis. mdccclxxix; rondschrift: qvis. desiderio. sit. pvdor. avt. modvs. tam. cari. capitis. (Hoe zou men zich ontzien of beperken in het betreuren van een zoo dierbaar leven.) 't Geheel is smaakvol gegraveerd door J.P. Menger, eersten stempelsnijder aan 's rijks munt.

- G.T. Bom te Amsterdam brengt een gedenkpenning in den handel versierd met het borstbeeld van prins Hendrik, een toepasselijk opschrift en de volgende verzen: De vloot, het leger, 't volk, De handel en 't vertier Weent bij prins Hendriks graf En kroont het met laurier.

- Het aantal studenten aan de Nederlandsche hoogescholen voor het studiejaar 1878-79 is als volgt verdeeld:

Leiden. Utrecht. Groningen. Amsterdam.
Godgeleerdheid 40 216 32 20
Rechtsgeleerdheid 486 143 68 45
Geneeskunde 189 93 85 309
Wis- en natuurkunde 58 29 27 75
Letteren en wijsbeg. 65 21 11 35
  _____ _____ _____ _____
Te zamen 838 502 223 484

Utrecht. De heer C. Van der Brugghen van Lauwendrecht heeft aan het rijksarchief geschonken de Secrete Notulen der staten van Utrecht over 1707-1711 en over 1713-1715, welke bescheiden in het Utrechtsch archief tot dusverre ontbraken.

Leiden. Den 8n Februari in den namiddag heeft in deze stad tot viering van den gedenkdag der stichting van de hoogeschool een groote optocht plaats gehad, bestaande onder j andere uit de volgende groepen: Armelustrium, Romeinsch jaarfeest, aangevoerd door Aventinus; Phrontis, de zoon van Onetor, stuurman van Meneläos, welke Apollo op zijnen terugtocht uit Troje zal dooden; Frederik de Groote, zijn rijk verdeelende tusschen zijne drie zonen. Ten 2 ure hield de rector magnificus, professor A.E.J. Modderman, in de gehoorzaal eene feestrede.

Hoorn. In deze kleine Nederlandsche stad gaat een museum voor oude kunst ingericht worden.

Maastricht. De eerw. heer Habets, pastoor te Oud-Vroenhoven en voorzitter van het oudheidkundig genootschap te Maastricht, heeft van het stadsbestuur een hulpgeld van 300 gl. bekomen, tot het doen van nasporingen naar Romeinsche villas en heirbanen in voornoemde gemeente. De Romeinsche heirbaan liep van Bavay over Tongeren en Maastricht naar Keulen.

- In deze stad gaat door het gemeentebestuur een museum voor kunst en oudheden worden opgericht.

- In het kamp der Zigeuners die zich thans in Limburg ophouden, werd, terwijl het buiten deze stad gelegerd was, een kind geboren. De kleine werd van het hoofd tot de voeten dik met vet en olie ingesmeerd en toen boven een houtvuur goed ingedroogd. (Ook een sterfgeval viel kort geleden in de buurt van Luik in het Zigeunerkamp voor. De doode werd op de algemeene begraafplaats rechtop in zijn graf gezet, in de eene hand een kam, in de andere een stuk zeep houdende, terwijl buitendien elke hand nog een tweefrankstuk bevatte.) - (Zie over deze menschen onzen jaargang 1878, blz. 123 en 138.)

Parijs. In de eerste helft van Februari is te Parijs in de roepzaal van Drouot eene verzameling schilderijen verkocht van de familie Langlart te Rijssel, in 1756 aangelegd en meest bestaande uit stukken van Hollandsche en Vlaamsche meesters. Een stuk van Paulus Potter, Rukwind, gold 33,000 fr., een stadsgezicht van Jan Van der Heyden en A. Van de Velde 2560 fr., eene Stille zee van Willem Van de Velde 4850 fr. Op eene andere veiling werden toegewezen: Het Lansquenet, van Meissonier, 25,000 fr., Koeien en Ossen, van Troyon, 19,000 en 17,800 fr., Een Wolf zijn prooi verdedigende, van Brascassat, 15,000 fr.

- Naar men bericht zou de schilderij van Munkacsy, Milton en zijne dochters, dit op de wereldtentoonstelling zoo zeer de aandacht trok, te Weenen verkocht zijn voor 200,000 fr. Wij gelooven er niets van.

- Blz. 15 hebben wij vermeld dat de voorgevel van het gebouw der Belgische afdeeling van de tentoonstelling op het Marsplein zou blijven bestaan. Hij is verkocht voor 60,000 fr. en had er 300,000 gekost aan materialen en opbouw.

Lyon. De in deze stad geopende tentoonstelling voor schoone kunsten bevat 800 stukken; tusschen het dertigtal Belgische munten uit de werken van J. Van Beers, F. Cogen, Gerard, F. Musin, V. Vervloet, H. Schaefels, Verhoeven-Ball, Volu, V. Ravet, E. Keymeulen, J. Janssens, A. De Keyser, F. Gons, Keelhof, G. Denduyts, Carabain, L. Abry, Lemmens, Le Poittevin Delacroix, Noterman, Oppenvorth, De Wit, Van den Kerckhove, Van der Ouderaa, J.B. Huysmans, E. Carpentier, J. Anthony, A. Van Hamme en L. De Vinck.

Londen. Veel opziens baren in en buiten Engeland de opstellen die in het tijdschrift Nature worden openbaar gemaakt door den sterrekundige B.G. Jenkins, van Dulwich, en waarin wordt beweerd, dat er verband bestaat tusschen het heerschen van volksziekten en de werking van de magnetische aardkracht en de magnetische kracht der sterren. Waar die kracht zich in de sterkste mate openbaart, zouden hevige ziekten ontstaan tusschen menschen en dieren. Volgens aan Jenkins is gebleken uit het onderzoek der magnetische kaart van de aarde, bewegen de lijnen van geen declinatie, die aanduiden waar de magneetnaald zuiver noordwaarts wijst en dus de grootste magnetische kracht is, zich samen met de magnetische polen in westelijke richting met eene snelheid van ongeveer 1/7 van eenen graad jaarlijks over de streken die thans het zwaarst door besmettelijke ziekten geteisterd worden (Rusland, Perzië, de Vereenigde-Staten, Brazilië en westelijk China). De magnetische aardkracht werkt het sterkst, wanneer onze wereld het dichtst bij de zou is. Binnen 7 jaren zullen al de planeten te gelijkertijd zich op dat punt van hunne banen bevinden welk het dichtst bij de zon is (hun perihelion). Dit is sedert eeuwen niet meer voorgekomen en Jenkins voorspelt, dat reeds van eenige jaren voor dien tijd (namelijk van in 1883, wanneer de planeet Jupiter nog 3 jaren verwijderd zal zijn van haar dichtste standpunt in de nabijheid der zon) buitengewone magnetische verschijnselen zich gelijktijdig met besmettelijke ziekten zullen vertoonen. Die tijd van leven heeft zal dus niet lang meer hoeven te wachten om te weten, welk geloof deze nieuwerwetsche sterrenwichelarij verdient.

Emden. De heer Ten Doornkaat Koolman heeft onlangs opgravingen laten doen inde aloude grafheuvels en terpen in de ambten Esens en Norden. Onder andere vond men een groot aantal aarden potten, wapens en gereedschappen, messen, beitels en dreg-gereedschappen van steen, eene ruw gevormde lamp uit gebrande klei, waterkruiken, vuursteenen voorwerpen, punten van graniet, ijzeren zwaarden, dolken, zeldzaam gekleurde glas- en kleipaarlen, een bronzen priem enz. Aan Emdens oudheidkudig museum is veel van het gevondene afgestaan.

Berlijn. Als het beste werk over Duitsche geschiedenis dat in de laatste 5 jaren het licht zag, is voor den prijs van 1000 thalers door de keurmeesters voorgedragen de Geschiedenis van den Duitsch-Franschen oorlog 1870-71, onder de leiding van den graaf van Moltke geschreven.

Donauschingen. In het Pfohremer Ried zijn gevonden overblijfselen van paalwoningen, gereedschappen uit het steen-, brons- en ijzertijdvak, stukken van geweven goederen enz.

[pagina 34]
[p. 34]

Weenen. Als een maatregel tegen het indringen van de zwarte pest die in Rusland heerscht, worden alle brieven, gazetten en boeken welke vandaar naar Oostenrijk worden gezonden, bij hunne aankomst blootgesteld aan eene hitte van 130 graden Celsius bezwangerd met carbolzuur.

- Professor Standhartner heeft bij de weduwe Haslinger, die destijds de werken van Beethoven uitgaf, de volledige muziek van een koor en een rondo voor zang met orkestbegeleiding van den grooten meester aangetroffen. Beide gewrochten waren tot hiertoe onbekend.

St.-Petersburg. In deze stad maakt grooten opgang als vioolkunstenaar de Spanjaard Pablo de Sarazata. Bij elk concert waarop hij speelt, worden honderde kaarten geweigerd. Voor sommige plaatsen betaalt men tot 30 roebels. De concerten hebben plaats in de prachtige bal- en concertzaal van den Peterburgschen adel, welke zaal met niet minder dan 3000 waskaarsen (bougies) verlicht wordt. In het midden der zaal, ter rechterzijde, bevindt zich de keizerlijke loge, welke is versierd met een gobelintapijt, waarop Peter de Groote te paard levensgroot is afgebeeld.

Madrid. Eene schilderij, voorstellende den heiligen Hieronymus, die gestolen was uit de hoofdkerk van Toledo, zou, volgens wordt gemeld, teruggevonden zijn in een drankhuis te Madrid.

Olympia. Volgens schatting, heeft men tot hiertoe twee derde gedeelten van de oude tempelgebouwen bloot gegraven. (Zie onzen vorigen jaargang, blz. 196)

Milaan. De beroemde sterrekundige Schiaparelli heeft eene kaart van de planeet Mars openbaar gemaakt, volgens welke die planeet, zeer overeenkomstig met onzen aardbol, een met ijs omgeven noord- en zuidpool heeft, benevens vastelanden, oceanen en stroomen die in de oceanen uitwateren.

Rome. Bij het graven van eene geleiding om het grondwater van het Coliseum af te voeren naar den Tiber, heeft men eene bedolven straat uit het oude Rome, vermoedelijk uit de dagen van Tarquinius Priscus (viie eeuw vóór Christus) ontdekt. Men vond verscheidene huizen uit die dagen, één met nog een stuk van den houten trap er in, een ander met zijn lararium (bidvertrek) nog zoo goed als ongeschonden, een derde dat tot winkel schijnt gediend te hebben, opgevuld met groote vazen; voorts verzamelde men een aantal lampen, versierd met fraai gedreven figuren in brons, wapenen, schedels en gebeente van wilde dieren, die vermoedelijk gevochten hadden in de arena van het groote Flaviaansche amphitheater. Ook onder het Foro Romano, langs de tempels van Romulus en Remus, is eene oude straat ontdekt die zich verliest onder den tempel van Constantinus en welke sommigen voor de vermaarde Via Sacra van het oude Rome aanzien.

- Bij het leggen der fundamenten van een Politeama, dat de heer Constanzi bouwen doet, vonden de werklieden een prachtig marmeren standbeeld, geheel ongeschonden, zuiver afgewerkt en van de schoonste vormen. Het stelt een hermaphrodiet voor levensgroot.

- Te Pirgo is een mozaïek opgegraven van den vroegsten Etrusco-Egyptischen stijl en dus van hooge oudheid. Er zijn op afgebeeld een Lanista en twee worstelaars, omringd door een Nijl-kanaal, dat wemelt van lotos-bloemen, watervogels en amphibieën.

Napels. Waarnemingen, door professor M.S. de Rossi gedaan, hebben tot de ontdekking geleid, dat het eigenaardig onderaardsch gedruisch welk plaats heeft in de nabijheid van vuurspuwende bergen, op grooten afstand en met groote kracht hoorbaar gemaakt wordt door een klankgeleidend werktuig welk mikrofoon wordt geheeten. Er gaan zulke toestellen in den Vesuvius worden geplaatst. In Pozzuoli, waar de grond schier gedurig in beweging is door de werking van het onderaardsche vuur, kan men met den mikrofoon een onvergelijkbaar hevig en inderdaad schrikbarend gedruisch waarnemen.

Batavia. Naar aanleiding van den oorlog, dien de Hollanders reeds sedert ettelijke jaren in Atjeh voeren, hebben zij in deze aan hunne Indische koloniën grenzende streek, op sommige plaatsen vestingwerken aangelegd. Te dien einde moesten onlangs, in den dusgenaamden kraton te Atjeh uitgravingen verricht en een van de aldaar bestaande grafsteden van Indische vorsten opgeruimd worden. In dit graf vond men juweelen en goudwerken voor eene waarde van ongeveer 50,000 gl. Onder andere trof men eene doodkist aan die geheel en al met good beslagen was en het vermolmde hout van deze kist viel bij de opgraving ineen.

Klein-Azië. Schliemann heeft van de Turksche regeering verlof bekomen, opgravingen te laten doen in de kegelvormige heuvels op de vlakte van Troje, die bij overlevering als de ‘graven der helden’ bekend zijn. (Zie in verband hiermede onzen vorigen jaargang, blz. 204.)

Nieuw-York. Den 17n Januari is de kanselarij van het Belgisch consulaat verbrand met al de archieven die daarin waren opgeborgen sedert 1845.

- Het middel schijnt gevonden om eene geheele stad te verwarmen uit een middelpunt, dat door aanhoudenden toevoer van stoom door buizen de warmte in alle richtingen verspreidt gelijk het gas. Te Roit in Michigan is men daarmede reeds begonnen en te Nieuw-York gaat hetzelfde gebeuren. De ondernemers verbinden zich onder andere om alle openbare gebouwen te verwarmen voor een derde minder dan de gewone verwarming kost.

Nevada. Dr. J.S. Mayer, te Virginia City, beweert de kunst teruggevonden te hebben welke door de oude Egyptenaren toepasselijk werd gemaakt en sedert dien verloren was gegaan, namelijk het harden of temperen van koper, in zulker voege dat daaraan de snijdende scherpte van staal kan worden gegeven.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken