Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche School. Jaargang 26 (1880)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 26
Afbeelding van De Vlaamsche School. Jaargang 26Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 26

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (10.93 MB)

Scans (477.33 MB)

ebook (8.14 MB)

XML (1.34 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

verhalen
tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche School. Jaargang 26

(1880)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Verbond voor kunsten, letteren en wetenschappen.

Den 21n Februari had er van 8 tot 10 ure 's avonds een wandelconcert plaats, gegeven door het 5e linieregiment onder de leiding van den bekwamen muziekmeester J. Antoine, terwijl de volgende kunstwerken waren tentoongesteld die ook nog de twee volgende dagen te zien waren.

L. Abry, Gaslichteffect in het groot nieuw gebouw der Antwerpsche Maatschappij van Dierenkunde, binnenwaarts met gas verlicht; buiten dit zeer verdienstelijk stuk, drie waterverfschilderingen.

O. Achenbach, leeraar te Dusseldorp, Ariccia bij Rome, een voortreffelijk stuk.

C. Cap, 108 proeven van sterkwaterplaten (Fransche school).

E Claus, 20 zorgvuldig behandelde waterverfschilderingen.

H. De Cock, een welgelukt landschap uit de omstreken van Temsche.

F. Crabeels, Omstreken van Antwerpen, goed weergegeven.

A. Delfosse, een welgelukt portret.

J.P. De Wit, Plagerij en Snuisterijen, zijnde dit laatste de voorstelling eener dame die in bewondering staat voor eene kast met glas en kristalwerk.

A. Elsen, een Wintergezicht, fijn van toon en zorgvuldig bewerkt, wat ook het geval is met zijne 6 sterk waterplaten, waarvan wij er binnen kort eene zullen opnemen.

R. Fabri, een borstbeeld en een medaillon, verdienstelijke portretten in planster.

E. Farasijn, Tien bladzijden uit den Telemachus: dit eenvoudig maar eigenaardig tafereel toont ons een schoolknaap die, zoo als men het te Antwerpen noemt, ‘bakken moet,’ dat is die later dan de andere leerlingen in de school heeft te blijven, om er wegens een of ander berispelijk feit als straf eene opgelegde taak te volbrengen; voor den snuiter, dien de heer Farasijn ons geschilderd heeft, bestaat de straftaak in het afschrijven van 10 bladzijden uit den klassieken Telemachus; de gestrafte scholier ligt lui en loom op zijne bank, terwijl drie van zijne kameraads hem aan het venster komen bespotten. Het stuk is goed geschilderd, maar in het voornoemde raam ontbraken onzes dunkens ruiten. De veelbelovende schilder stelde ook eene sterkwaterplant van zijn stuk ten toon, die wij op de volgende bladzijde mededeelen. E. Farasijn is de jonge kunstschilder die in 1878 zulken grooten bijval verwierf op de tentoonstelling te Brussel met zijne Booze Minette, voor de verloting aangekocht en sedert dien door A. Danse gegraveerd voor Het Art Journal van Londen.

F. Hens, Na den regen (oevers der Schelde). Het Vlaamsch Hoofd des avonds en Gezicht op den Rupel (welk laatste verkocht).

L. Herbo, Arme kleine (een jonge straatmuzikant; en Lui zweet is spoedig gereed, beide erg conventioneel van kleur en niet genoeg bestudeerd.

Ed. Jacobs, De ziekenwachter (behoort aan den heer Thijs), Een leerende schooljongen en een zeer verdienstelijke vrouwelijke studiekop.

J. Janssens. De watermolen, die ons wat al te kleurig is voorgekomen.

[pagina 37]
[p. 37]


illustratie
Tentoonstelling in het Verbond voor kunsten, letteren en wetenschappen te Antwerpen.
Tien bladzijden uit den Telemachus, sterkwaterplaat naar zijn tafereel door E. Farasijn.


[pagina 38]
[p. 38]

C. Kröner (Dusseldorp), Binnengezicht van een bosch.

F. Lamorinière, 23 schoone sterkwaterplaten (zie onzen jaargang 1875, blz. 135).

E.F. Leemans, Maanlicht 's zomers (aangekocht door den heer Desiré Maas) en de eerste proef zijner eerste sterkwaterplaat welke de kunstenaar ons bereidwillig heeft afgestaan en die wij binnen kort zullen mededeelen.

L.P. Maillard, Oude vrouwenhoofd, Het eetmaal (kiekens) en Ruzie (tusschen eenen haan, kiekens en eenen eendvogel).

F. Matthaeï, Omstreken van den Ouden God, een bevallig landschap uit voornoemd gehucht.

P.E. Moerenhout, Visscherssloep (maanlicht) en De Visscher (beide toebehoorend aan den heer Van Kerckhoven).

J.L. Moerman, In de herberg en eene welgelukte waterverfschildering.

J. Nauwens, voortreffelijk naar de natuur geschilderd fruit.

P.J. Neuckens, Eene oude vrouw (de lijst voert tot opschrift: ‘God spijst zoowel met water als met wijn’), De koperdrijver, Bij de kachel (twee vrouwen), De laatste druppel, De kunstkenner en Werken en bidden (kantwerkster); het laatste stuk beviel ons het meest; maar allen bezitten goede hoedanigheden, inzonderheid als kleur.

E. Quitton, erg verzorgd wild en vogeltjes.

J.F. Rijssens-De Lauw, een stilleven, waarin druiven die er maar gemeen uitzien, en eene bouwkundige schetsteekening.

H. Salentin (Dusseldorp), Meisje in een bosch, eene zeer fraaie schilderij:

R. Schultze, een Zwitsersch landschap, Gezicht uit Eugadin.

E. Siberdt, een flink en vleezig goed geschilderd vrouwenportret, benevens een fraai met de pen geteekend ontwerpdiploma voor de Gentsche Syndicale Kamer.

J. Sluyts, Gezicht uit de omstreken van Antwerpen, uitmuntend door degelijkheid van kleur.

J. Van Beers, 5 kleine stukken: Miss H., eene ware miniatuur, Commedia dell'arte, Fatma en Lazzarone, alle zeer netjes uitgevoerd, maar ongenoegzaam gemodeleerd.

J.A. Van den Kerckhove-Nelson (Brussel), De laatste bloem, in gebakken aarde.

A. Van Beurden, De afgunst, groep in plaaster.

F. Van Cuyck, Een dorp in Vlaanderen, en een zeestuk, in waterverfschildering.

H. Van Hagendoren, een Gezicht op Uccle.

H. Verdonck, Onstuimig weder in de omstreken van Tholen (Zeeland), Herfst en een Winteravond.

A.J. Verhoeven-Ball, twee bloemtuilen, waarvan de eene toebehoort aan den heer L. Landmeters, en een zeer aangenaam tafereel, De kinderen van den wildstrooper, die huns vaders buit bij eenen poelier te koop aanbieden; buitendien stelde deze schilder 25 waterverfschilderingen ten toon, waartusschen zeer fraaie.

T. Verstraete's Liezeke is minder goed geslaagd dan zijn Zomernacht en Septemberdag, die beide gekocht werden door den heer V.D.T.

E. Wolters, De zee te Vlissingen en Garnaalvangers.

J. Stobbaerts, eene opene binnenplaats met ossen, geleid door eene vrouw, getiteld Een hoek van oud Antwerpen, doch er is eigenlijk niets bijzonder Antwerpsch te bespeuren aan de afgebeelde plek die van bouwvallige muren is omgeven; van denzelfden schilder, eenige proeven van sterkwaterplaten, waarvan wij de twee bijzonderste hebben medegedeeld in 1861, blz. 53, en in 1863, blz. 180.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken