Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche School. Jaargang 27 (1881)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 27
Afbeelding van De Vlaamsche School. Jaargang 27Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 27

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (12.71 MB)

Scans (467.78 MB)

ebook (10.33 MB)

XML (1.25 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche School. Jaargang 27

(1881)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Kroniek.

Antwerpen. De bekroonde Geschiedenis der Antwerpsche schilderschool van F. Jos. van den Branden (zie blz. 89) zal tot 900 bladzijden loopen; het geheel volledige werk, op welks belangrijkheid wij nogmaals aanbevelend de aandacht vestigen, zal niet meer dan 12 fr. kosten.

- Op 26 Mei had in de groote zaal der Koninklijke Harmonie-maatschappij, het Liszt-Festival plaats dat ingericht werd door de Antwerpsche Société de Musique. Men hoorde er de Graner-Messe; het 1e Concerto voor Piano; Mignon, een aria met orkest; de Danse macabre, op het gregoriaansch thema van het Dies irae; twee liederen en het symphonisch stuk getiteld les Préludes, al werken van den Hongaarschen meester Franz Liszt. De solisten waren mev. Anna Mehlig, de heer de Zarembski, mejuffrouwen Küfferath en Schauenburg, de heeren von Zur Muhlen en Blauwaert. Stemmen en orkest stonden onder de leiding van Peter Benoit en trokken zich heerlijk uit den slag. Over het algemeen heeft het Liszt-Festival minder bevallen dan het Festival-Gounod. Liszt staat als toonzetter in verre na zoo hoog niet als hij vroeger stond als virtuoos. Mignon en les Préludes zijn de twee werken van het programma die het best bevielen. De meester was aanwezig en werd luidruchtig gevierd.

- 27 Mei, ten 10 ure 's morgens, is in de trapzaal van het museum het borstbeeld van wijlen Jan Swerts (zie blz. 28) plechtig bijgezet; de kunstschilder Karel Verlat, de heer burgemeester L. de Wael en de kunstschilder Jos. Delin voerden het woord. Daarna begaven zich de meeste aanwezigen naar de St.-Joriskerk, waar eene uitvaart plaats had; op de in het midden der kerk geplaatste baar lag het zwart fluweelen kleed toebehoorende aan de Antwerpsche hoofdkerk en dat ge[...]kplechtigheden van de vorsten Albertus en Isabella, Maria-Theresia, Louiza-Maria, den hertog van Brabant en de kunstschilders H. Leys en G. Wappers. Toen de dienst afgeloopen was, werd onder het spelen van het Onze Vader, een gedeelte der samenstelling die Peter Benoit in 1871 maakte ter gelegenheid van de inhuldiging der door Guffens en Swerts uitgevoerde kerkschilderingen (zie 1871, blz. 177 en 191), de koperen herinneringsplaat ontbloot, die ter eere van J. Swerts in de St.-Joriskerk is gesteld, en het volgende opschrift voert:

Ter nagedachtenis
van Jan Swerts, kunstschilder,
geboren te Antwerpen in
1820, overleden te Maria-Baden Bohemen) in 1879.
Bestuurder der academie van Praag, officier der Leopoldsorde enz. enz.
Met zijnen boezemvriend Godfried Guffens vervaardigde hij de muurschilderingen dezer kerk.
r.i.p.
Door zijne vrienden opgericht
.

De twee plechtigheden werden bijgewoond door den toonzetter F. Liszt, die een vriend was van J. Swerts.

- Het tijdens de landsfeesten in 1880 te Brussel tentoon-

[pagina 96]
[p. 96]

gestelde tafereel van C. Cap. getiteld: Het jaar tachtig, is aangekocht voor het hedendaagsch museum, mits 6500 fr., waarvan de helft door het rijk betaald wordt.

- De letterkundige afdeeling van den Katholieken Kring, onder voorzitterschap van den heer Aug. Snieders, heeft op 28 Mei den historieschilder P. Van der Ouderaa een feestmaal aangeboden ter gelegenheid zijner benoeming tot ridder der Leopoldsorde. Onder andere werden redevoeringen gehouden door de heeren A. Snieders, den gevierden schilder, L. Hendrix. W. Verbeeck, J.I. De Beucker, J.A. De Laet. E. Van Meerbeeck, L. Van Rijswijck, J.F. Hosselet, J. De Pooter, P. Dodd. enz. enz.

- 4 Juni zijn de leeraren der koninklijke academie van schoone kunsten hunnen eere-bestuurder N. De Keyser in zijne prachtige woning, Warandestraat nr 15, gaan geluk wenschen met zijne bevordering tot grootofficier der Leopoldsorde. De heer dd. bestuurder Jozef Geefs voerde het woord. De ontvangst was zeer gulhartig. De aanwezigen hadden het genoegen de talrijke werken te mogen bewonderen die de beroemde schilder dezen winter in Andaluzië uitvoerde; daaronder behooren vele uitmuntende uitvoerig geschilderde levensgroote typen van personen uit verschillende standen der hedendaagsche Spaansche samenleving. De heer N. De Keyser bracht bovendien uit Spanje een grooten voorraad kleedingstukken mede, om als modellen door hem gebruikt te worden.

- Sedert den 18n Juni is met het bloote oog eene staartstar zichtbaar, wier glans thans verflauwt, daar zij zich van de aarde verwijdert. De staart der star bevindt zich aan het oppergedeelte van het hemellichaam. Vandaar dat men in plaats van staartstar ook pluimstar zegt. Het wordt er voor gehouden, dat deze star dezelfde is die in 1806 zichtbaar was en door Parisi ontdekt werd te Castro Giovanni (Sicilië). Thans werd zij het eerst waargenomen door den tijdelijken bestuurder van de starrewacht te Rio-Janeiro, den heer L. Cruls, gewezen officier in het Belgisch leger, geboren te St.-Truiden. Hare verschijning werd aan Europa bekend gemaakt door den keizer van Brazilië, die er bericht van zond aan de academie van wetenschappen te Parijs. Er wordt van ‘deskundige’ zijde beweerd dat eene tweede staartstar in aantocht is, die hare verschijning zal doen tegen den 12n November aanstaande. Ten gevolge van den stand, waarin zich dien dag Jupiter, de aarde en de zon ten opzichte van elkander zullen bevinden, zou de bedoelde staartstar in botsing komen met de aarde, die daardoor verbrijzeld worden, in brand geraken en vergaan zou. Een Amerikaansch starrekundige, James Swormstadt, beweert dat de noodlottige samentreffing zal plaats hebben op gezeiden 12den November, des middernachts. Daar de uren verspringen naarmate de aardrijkskundige gelegenheid der landen, zoo ware het van belang te weten voor welk gewest professor Swormstadt middernacht heeft bedoeld. Wij vonden dit nergens aan gewezen.

- Op 5 Juni vereenigde zich de Club der XII, waarbij zich de talrijke leerlingenen werklieden van de glasschilders Stalins en Janssens hadden aangesloten, om den kunstschilder P. Van der Ouderaa, ter gelegenheid zijner benoeming in de Leopoldsorde, feestelijk te onthalen en een geschenk aan te bieden.

- Op 6 Juni boden een 100-tal vrienden van den schilder P. Van der Ouderaa hem ter gelegenheid zijner benoeming in de Leopoldsorde eenen feestdisch aan in het Hotel de la Paix. Bij het nagerecht stelde de voorzittende bouwmeester P.P. Stoop eenen heildronk in op den koning die overgeseind en door Z.M. ook per draad beantwoord werd. Al de commissarissen van het banket waren gewezen primussen van Rome in verschillende kunstvakken. De ruim tachtigjarige vader van den schilder woonde het feest bij. Aan tafel werden redevoeringen gehouden en liederen gezongen door de heeren D. Van Spilbeeck. P. Van der Ouderaa, E. Van Meerbeeck. A. Janssens. W. Laanen, J. Janssens, G. Stoop, F.J. Hosselet. A. Van de Noetelaere, J. Nauwens, G. Ooms, F. Deckers en F. Lauwers, terwijl de heeren Alb. Stordiau en Van Cauteren puike muziekstukken uitvoerden.

- Van 12 tot 19 Juni was in de academie (Venusstraat) te zien de kopie in pleister op halve grootte van het marmeren, beeld van Zeno uit het museum van het Kapitool te Rome, gezonden door Jul. Dillens, primus van Rome in 1877.

- Het museum der academiekers is verrijkt met eene prachtige schilderij, Cleopatra voorstellende, van E.J.F. Bendemann, uit Dusseldorp; het bronzen medaillonborstbeeld van F. Drake, uit Berlijn, en eene schoone marmeren groep, van Jozef Geefs, voorstellen de een Jonge visscher door eene sirene aangelokt, naar Goethe's ballade. De twee laatste zijn voorloopig geplaatst in eene der zalen en in de trapzaal van het museum van oude meesters.

- Het museum van oude meesters is vermeerderd met: 1. eene wit marmeren groep door Artus Quellin den oude, Romeinsche liefde (eene vrouw die haren gevangen vader met hare melk voedt), aangekocht van de weduwe Jacobs-Beeckmans, 2. een bloemenstuk van den Fluweelen Breughel. 3. een vrouwsportret van een onbekenden schilder uit de xviie eeuw en 4. een landschap met figuren van Cornelis van Poelenburg.

- De advocaten te Antwerpen zullen, in Juli den dag herdenken waarop 50 jaren geleden de heeren A. Auger en Jac. Cuylits als advocaten ingeschreven werden. De tuchtraad, die de leiding der bereid wordende feestviering heeft, kocht den plaatsnijder J.B. Michiels het portret af, dat hij verleden jaar van den heer Cuylits op koper graveerde, en bestelde hem buitendien een portret van den heer Auger. Tot deelneming aan het feest worden buiten de advocaten ook de pleitbezorgers, maar niet de rechters toegelaten.

- Er wordt werk van gemaakt om het gedenkteeken van Joseph Lies en des schilders gebeente van de gesloten begraafplaats Stuivenberg over te brengen naar die van het Kiel. Tevens zou een borstbeeld van Lies voor het museum vervaardigd worden, ofschoon er reeds een uitstekend goed gelijkend portret van hem, geschilderd door K. Verlat, in het museum prijkt.

- Bij de uitgevers J.P. Van Dieren en co is Conscience's 100ste werk verschenen, getiteld: Geld en adel, zedenschets van onzen tijd, in 2 deelen.

- F. Lauwers graveert het portret van Z.H. Leo XIII naar het door den heer Joseph Janssens, van St.-Nicolaas, geschilderd portret dat in December 1879 te Antwerpen was tentoongesteld ten huize van wijlen den heer Geelhand-Labistraete.

- 16 Juni zijn de dd. bestuurder en de leeraren der koninklijke academie hunnen ambtgenoot den kunstschilder P. Beaufaux ten zijnen huize, Eiermarkt nr 10, gaan geluk wenschen met zijne benoeming tot ridder der Leopoldsorde.

- 16 Juni had in eene zaal ten stadhuize eene eerste vergadering plaats, tot inrichting van eene feestviering ter eere van den kunstschilder N. De Keyser, bij gelegenheid zijner benoeming tot grootofficier der Leopoldsorde. Het bureel was samengesteld uit de heeren F. Carpentier, J. Delin, E. Dhanis, J. de Geyter, V. Lagye, R. Montgomery, W. Van Maenen en L. Van Opstal. De volgende regelingscommissie werd benoemd: de heeren L. de Wael, voorzitter. J. Geefs en A. Van den Nest, ondervoorzitters; E. Dhanis, penningmeester en P. Beaufaux en J. Van Beers, secretarissen. Later werden bij benoemd de heeren ridder L. de Burbure, E. Geelhand en Ed. Pecher.

Brussel. Op 29 Mei had in deze stad onder het bestuur

[pagina 97]
[p. 97]

van Franz Servais en Julius de Zarembski een muzikaal morgenfeest plaats, waarop de volgende stukken van Liszt, die tegenwoordig was, uitgevoerd werden: Le Tasse, symphonisch een zangstuk met orkest; Faust, eene symphonie met koor. De solisten waren mej. Küfferath, mev. de Zarembski-Wenzel en de heer de Zarembski. De uitvoering liep ten beste af.

- Het ministerie heeft van de wetgeving een nieuw krediet van 3 millioen frank bekomen ter voortzetting der bouwwerken van het paleis van justitie te Brussel. De uitgaven voor dit gebouw bedroegen den 31n December 1880 de som van fr. 35, 228, 434. 29; de provincie Brabant gaf 2,040,000 fr., de stad Brussel fr. 4, 479, 794.72; het overige kwam uit de openbare schatkist. De koepel, die het paleis bekroont, zal dit jaar nog niet kunnen voltooid worden.

- 2 Juni vereenigde zich het 60-tal leden van den Cercle de l'Observatoire om de kunstschilders J.H.L. De Haas, E.J. De Pratere, A. Serrure, Th. Gérard en A. Hennebicq op een feestmaal te onthalen, ter gelegenheid hunner bevordering of benoeming in de Leopoldsorde. Uit denzelfden hoofde hebben oud-leerlingen van J. Portaels dezen kunstschilder en zijne gewezene leerlingen E. Wauters, E. Agneessens, P. Oyens, I. Verheyden, A. Hennebicq, Van der Hecht en F. Cormon op eenen feestdisch genoodigd.

- De toonzetter A. Gevaert is benoemd tot commandeur van het Fransche Legioen van Eer.

- Volgens wordt gemeld zal het te Parijs bekroonde beeldwerk van Willem De Groot (zie blz. 90), eene groep den Arbeid voorstellende, in eene Belgische spoorwegstatie worden geplaatst.

- De kunstschilder A. Robert heeft het portret van den heer Descamps, voorzitter der kamer van volksvertegenwoordigers, voltooid.

- Th. Vinçotte, heeft het door ons op blz. 38 vermelde borstbeeld voltooid van wijlen A.E.P. Orts, bestemd om geplaatst te worden in het hof van cassatie.

Gent. Ter gelegenheid der feesten die in September zullen plaats hebben, zullen gewrochten van de toonzetters P. Benoit, A. Gevaert en A. Tilman worden uitgevoerd. Voor den koorzangprijskamp door de Melomanen uitgeschreven, zullen koren van A. Samuel, A. Tilman en H. Waelput moeten gezongen worden. Bij de inhuldiging der havenwerken (ook in September) zal het Willemsgenootschap eene cantate van Fl. Van Duyse zingen, getiteld Gents ontmaken, tekst van Th. Coopman.

- Ad. Pauli's 31-jarig jubileum als leeraar van bouwkunst aan de stadsacademie, is door zijne leerlingen herdacht met de aanbieding van een prachtig bewerkt gedenkschrift.

Brugge. Het plan voor het stichten van een gedenkteeken ter eere van Breydel en De Coninck is thans in zooverre gerijpt (al schijnt nog steeds eene zekere som van wat bij inschrijving werd rondgehaald, niet verantwoord te zijn door hen die de gelden ontvingen), dat men zich begint warm te maken over de vragen: 1. waar het gedenkteeken zal komen te staan? 2. hoe men het best zal gemaakt krijgen? Als plaats worden aanbevolen de Grootemarkt en de Speelmansrei, doch voornamelijk de Grootemarkt. Voor het maken van 't gedenkteeken wil men een prijskamp uitschrijven; de Breydelcommissie (met 13 tegen 7 stemmen) heeft beslist aan het gemeentebestuur te vragen, dat alle Belgische beeldhouwers tot den wedstrijd worden toegelaten; hetzelfde wordt gevraagd in een adres van ingezetenen, welk onder andere geteekend werd door den eerw. heer A. Duclos en de heeren Delacenserie en Buyck, bouwkundigen, Gaillard, oudheidkundige enz.; maar er is bij den gemeenteraad ook een verzoekschrift ingekomen, waarin wordt betoogd, dat, het bestellen van 't gedenkteeken aan een niet-Brugschen beeldhouwer ‘mogelijk maken,’ voor Brugge's kunsteer en kunstenaars ‘eenen hoon’ zou zijn, des te onverdiender omdat tot het wedergeven van Breydel en De Coninck ‘in hunnen vollen heldenglans’ niemand beter in staat is ‘dan de Bruggeling,’ om al welke redenen ondergeteekenden dan ook vragen, dat de gemeenteraad al zijnen ‘invloed gebruike opdat de beelden van Breydel en De Coninc en alles wat er toebehoort in Brugge zouden gemaakt worden en nergens anders.’ (Zie jaargg. 1877, blz. 131 en vg.)


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken