De Vlaamsche School. Jaargang 29

Kroniek.

Antwerpen. De beeldhouwer F. Joris is op 4 September in den echt getreden met mejuffrouw Amanda Farasijn.

- 8 September is door een aantal kunstvrienden, in het Hotel de Londres, den heeren H. De Braekeleer, I. Meyers en J. Rosseels een feestmaal aangeboden, ter gelegenheid van de onderscheidingen die deze kunstschilders te beurt vielen op de Amsterdamsche tentoonstelling. De dischkaart was geteekend door den kunstschilder F. Vinck. De heer H. Van den Bosch hield eene redevoering, die opgenomen is in de Kleine Gazet van 23 September.

- P. Van der Ouderaa heeft, grootendeels uit het hoofd, een goed gelijkend portret geschilderd van wijlen den geneesheer J.H.A. Van Kerckhoven (zie blz. 140).

- Koninklijke academie van Antwerpen. De kunstschilder A. Delfosse, dien men voorloopig als leeraar heeft willen benoemen, ter vervanging van P. Beaufaux, heeft daarvoor bedankt. E. Sibert vervult intusschen de plaats. Den 18ⁿ October, feestdag van Sint-Lucas, vereenigden zich de leeraren ten 5 ure aan een feestmaal, in het Hotel de la Paix, om de heeren Ph. Rombouts en Hendrik Verdonck te vieren, waarvan de eerste in 1855 als griffier, de tweede in 1843 als leeraar aantrad. In gulle bewoordingen werd aan de twee bekwame en werkzame mannen welverdiend hulde gebracht.

Brussel. Koninklijke academie van België. In zitting van 4 October is de prijs van 1000 fr. (zie 1882, blz. 121) met algemeene stemmen toegekend aan den heer Henri Evrard, van St.-Gillis, voor zijne teekening Pax in Caritatis.

- Het rijksmuseum heeft van den heer Thibeaudun, te Londen, voor 800 fr., een genretafereel aangekocht van Hendrik Potuil, een Nederlandsch meester uit de xvi^e eeuw. Het van 1639 gedagteekend stuk vertoont het achterhof eener boerderij, met rechts een varkenshok en trog, in het midden op den achtergrond eene vrouw bij eenen waterput, links een oude man aan 't werk, op den voorgrond eene partij veldvruchten van onderscheidene soorten. Het geheel is bruin en eentonig van kleur.

- De voortreffelijke bloemenschilder J. Robie is tot ridder in het Legioen van Eer benoemd.

Waver. 14 October is in deze gemeente een Brabantsche steenen pot opgegraven die 25 goud- en 104 zilverstukken uit de xv^e eeuw, benevens een paternoster met zilveren kruisje bevatte.

Brugge. De hoofdstad van West-Vlaanderen heeft den 24ⁿ September, 's namiddags, hare te Antwerpen in den prijskamp van Rome (zie blz. 92) bekroonde zonen E. Verbrugge en F. Van Acker plechtig onthaald. De heer schepen J.

[p. 172]

Fonteyne verwelkomde hen en men ging in stoet naar het stadhuis, waar de burgemeester A. Visart en de schepen A. Ronse hen opwachtten en hartelijk toespraken. Vervolgens werden zij stoetsgewijs naar de Halle gevoerd, waar zij door den heer gouverneur der provincie werden ontvangen namens de academie en eeremetalen en kronen ontvingen. De deelneming der bevolking was groot. Er was een optocht, straatversiering, verlichting, vuurwerk enz. ingericht. Brugge's burgerij heeft eenmaal te meer getoond dat zij hart heeft voor de kunst en hare beoefenaars.

Doornik. In deze stad hebben den 10ⁿ September en volgende dagen groote feestelijkheden plaats gehad, ter eere van L. Gallaits 50-jarig schilderjubileum. Op voormelden datum was er ruim eene 1/2 eeuw voorbijgegaan, sedert de meester zijn eerste gouden eeremetaal (in 1832) te Gent behaalde, met het stuk beantwoordende aan de prijsvraag: Christus bij de Fariseërs, Geef aan Cesar wat Cesar toekomt en aan God wat Gode behoort, thans in het stedelijk museum te Gent. Gallait, daartoe uitgenoodigd, is de feestviering komen bijwonen. Zooals men weet, bezit de hoofdkerk van Doornik eene schilderij van Gallait, voorstellende Christus de blinden ziende makende (1833) en bewaart de stad Doornik in haar museum het meesterstuk van haar beroemden zoon, in zijne schilderij De onthalsde graven van Egmont en Hornes. Buitendien was, voor de gelegenheid, Gallaits Pest te Doornik naar deze stad overgebracht en tentoongesteld.

- 10 September had te Doornik de plechtige inhuldiging plaats van B. Du Mortiers standbeeld. (Zie 1879, blz. 125.)

Buitenland.

's-Gravenhage. Bij Joh. IJkema zijn verschenen de 11^e en 12^e afleveringen van de Geïllustreerde muziekgeschiedenis. Zij bevatten het vervolg van het overzicht der kerkelijke muziek in de middeleeuwen met voorbeelden van notenleer en het portret van Guido van Arezzo; voorts een belangrijk hoofdstuk over de volksmuziek, troubadours en minnezangers, met fraaie afbeeldingen, uit handschriften der xiii^e eeuw, van muziek- en speeltuigen. Wij vernieuwen andermaal onze warme aanbeveling ten gunste van dit werk, hetwelk in handen verdient te wezen van allen, die zich aan de beoefening der muziek wijden niet alleen, maar ook van alle muziekliefhebbers.

Amsterdam. 9 October werden bij Van Pappelendam en Schouten, in Pictura, in deze stad, oudheden verkocht en daarbij onder andere de volgende prijzen besteed: 5 porseleinen vaasjes, fabrieksmerk Mol, 486 gl.; 1 zilveren mandje (wegende 12 gram), 492 gl.; 1 zilveren presenteertrommeltje met paarlemoeren deksel. 500 gl.; 2 zilveren gedreven schilderijtjes, 420 gl.; 1 zilveren dekseltje, voorstellende de Liefde, aan zilverwaarde 20 gl., voor 180 gl.; 2 ivoren beeldjes, bedelaars voorstellende, 180 gl.; 2 dito beeldjes, vrouw en man, 165 gl.; 1 Delftsch aardewerk tegeltje, 75 gl.; 1 zilveren schoteltje, gedreven, voorstellende figuren, 150 gl.; 1 miniatuur vrouwenportretje, 250 gl.; 1 dito, 130 gl.; 1 dito, 100 gl.; 1 doosje met miniatuur, 300 gl.; een dito, 250 gl.; zilveren speelgoed, per gram, 10 tot 14 gl. Er is veel gekocht voor het buitenland.

Rotterdam. Op eene veiling van schilderijen, van wijlen majoor G. Van Houten, in het Notarishuis (half October), brachten onder andere op; Klinkenberg, Bloemmarkt in den Haag, 1100 gl.; id., Gezicht op het Spui, 300 gl.; Vertin, Vischmarkt te Utrecht, 122 gl.; T. Gempt, Kat met muizenval, 300 gl.; Ch. Lieste, Landschap (met figuren door C. Rochussen), 600 gl.; Backelowitz, Salon, 600 gl.; S.L. Verveer, Riviergezicht, 590 gl.; twee stukjes van mev. Ronner, 400 en 420 gl.; benevens stukken van A. Ista, 460 gl., Geoffroi, 490 gl., W. Verschuur, 445 gl., Heemskerck van Beest, 340 gl., Destrée, 125 gl., Alma Tadema, Meisjeskop, 320 gl., id., kopie van Titiaan, 250 gl.

- Het Dagblad van 's-Gravenhage n^r 210 schrijft: ‘Naar Delft zal worden overgebracht om in de Nieuwekerk achter den koninklijken grafkelder in den muur geplaatst te worden, de gedenksteen ter nagedachtenis van wijlen 's konings broeder prins Willem Alexander Casimir Ernst der Nederlanden, overleden 22 October 1822 te Brussel, waar thans die steen aanwezig is.’

- Volgens de Nieuwe Rotterdamsche Courant is in een pilaar van het koor der aloude Stiftskerk van S^t.-Odilienberg (Limburg) een steen ontdekt, afkomstig van een heidensch altaar. Op eenen kant van den steen bevindt zich de godin Minerva, met den helm op het hoofd, en aan hare zijde prijkt haar zinnebeeld, de uil; dit beeld is eenigszins geschonden. De tweede kant van den steen stelt Apollo voor, met de zon om het hoofd en den boog in de hand. De twee andere zijden van den steen zijn nog in den muur verborgen, doch zullen worden ontbloot. Tevens heeft men in het hoogaltaar een ouden, ongeschonden glazen beker gevonden, die in 1686 tot bewaring van de reliquieën gebruikt is en van Frankischen of Romeinschen oorsprong schijnt.

- De heer R. Serrure, te Brussel, is tot buitengewoon lid van het Friesch Genootschap benoemd.

- Te Wier wordt een nieuwe kerktoren gebouwd, de oude omgevallen zijnde; bij het dieper graven van de grondvesting is eene doopvont gevonden.

- Te Longerhouw zijn in den preekstoel der dorpskerk 5 eikenhouten paneelen van kunstig snijwerk ontdekt, voorstellende 1. Jezus' geboorte, 2. Golgotha, 3. de opstanding, 4. de hemelvaart, 5. het oordeel.

Groningen. In deze stad is een nieuwe schouwburg gebouwd die gl. 150,721.29 heeft gekost. De onderneming gaat uit van eene bijzondere vereeniging. De stad gaf de noodigen grond en waarborgt 2% interest van het besteed kapitaal.

Zalt-Bommel. Het in Juni 1881 bijna voor afbraak verkochte huis van Maarten van Rossum is in zijn oorspronkelijken staat hersteld: het is een gebouw met 4 hoektorens en een peervormigen hoofdtoren, in welks reusachtigen windwijzer het wapen van den vermaarden Gelderschen veldheer prijkt; in den loop der tijden waren de bekappingen van de vier hoektorentjes verdwenen, en de erker welke van uit de bovenverdieping toegang had en waarvan de groote boog en de twee beeldsteden ter zijden, nog zichtbaar waren; de hoofdingang was slechts gesloten met eene kleine deur in houten raamwerk, met eene gemetselde borstwering en glasvakwerk maar vertoonde nog zijn hoofdvorm met de sierlijke zuiltjes en den fijn gebouwden boog. Meest al de vensterramen met smaakvolle ontlastingsbogen en hunne met fraai beeldhouwwerk gevulde tympanen waren nog aanwezig, evenals de ijzeren gesmeedde ankers; op de verdieping gelijkstraats is een sierlijke schoorsteen met merkwaardige kraagsteenen, voorstellende Adam en Eva, de Vlucht uit het Paradijs en de Arbeid van het eerste menschenpaar, en met tegeltjes bezet, terwijl op de eerste verdieping zich mede een schoorsteen bevindt, smaakvol met loofwerk versierd uit de xvi^e eeuw; de 1^e verdieping vertoont ook nog hare oorspronkelijke zoldering met balkstukken; moerbalken en kinderbalkjes terwijl op den zolder nog in onveranderden toestand aanwezig zijn, de oude kap tusschen de hooge oorspronkelijke trapgevels. Het uitwendige had weinig van zijne oorspronkelijkheid verloren; het Bouwkundig weekblad van Amsterdam van 22 Juni 1881, n^r 8, bevat eene fraaie teekening van het gebouw en de merkwaardigste bijhoorigheden.