De Vlaamsche School. Jaargang 31

Kroniek.

Brussel. In de senaatszitting van 26 Maart heeft de heer minister A. Beernaart, op eene aanbeveling van baron De Coninck, om de Belgische bankbriefjes in de twee talen te drukken, geantwoord: ‘Ik ben, wat mij aangaat, zeer gunstig aan het denkbeeld om de twee talen op gelijken voet te zetten; niets verhindert, dunkt mij, om hier te doen zooals in Oostenrijk, waar men niet alleen de bankbiljetten, maar de titels der openbare schuld in de verschillende talen van het keizerrijk opstelt. De zaak zou tusschen de bank en het staatsbestuur te regelen zijn.’ Wij hopen dat het al spoedig moge geschieden.

- N^r 22 van de Illustration Européenne bevat een welgelijkend portret van kapitein Hanssens, een onzer landgenooten, onlangs overleden in den Congo. In hetzelfde nummer komen een paar gezichten uit Congo voor, benevens eene studie over deze streek.

Villers. Volgens wordt gemeld, zou het laatste overblijfsel van het kerkgewelf der oude abdij van Villers, bezweken en geheel uiteengevallen zijn. (Zie over deze abdij de Vlaemsche School, 1857, blz. 153.)

Gent. De Landbouwmaatschappij van Oost-Vlaanderen schrijft eene prijsvraag uit voor het bekomen van verhandelingen (in het Vlaamsch of Fransch) over: 1. de teelt van de rijkste suikerbeet, 2. over de vlasteelt in Oost-Vlaanderen. De schrijvers der bekroonde stukken bekomen ieder 500 fr. en 50 exemplaren van hun werk, hetwelk het eigendom der maatschappij wordt. De stukken, met een verzegeld naambriefje, vóór 1 Maart 1886, in te zenden aan den voorzitter der maatschappij, Brabantdam 5, te Gent, waar het programma verkrijgbaar is.

- De heer F. Van Melle, wiens voorouders deel uitmaakten van de nering der Gentsche vleeschhouwers, heeft de volgende inschrijvingsboeken afgestaan aan het stadsarchief: 1. Oorkondenboek van de vleeschhouwersnering, begonnen in 1534, en bevattende het afschrift van akten van de xiv^e tot de xvi^e eeuw; 2. Register bevattende de namen van dekenen en gezwoornen, akten rakende de vleeschkramen, beschikkingen enz., over de jaren 1496-1515; 3. Register, aan de vleeschhouwersnering gegeven door Adriaan Borluut, om er jaarlijks in te schrijven den naam van den overste, met zijn wapen, alsook de namen van gezwoornen, ouderlingen, over de jaren 1718-1792.

Brugge. Sedert onze laatste vermelding in 1884, blz. 92, deed het museum der Maatschappij van Oudheidkunde de volgende aanwinsten: 2 schoone sleutels der xviii^e eeuw, afkomstig van de oude St.-Jorisgilde; Spaansch geweer der xvii^e eeuw; albasten plaat, versierd met het hoofd van St.-Jan Baptist, xv^e eeuw; een slot in den stijl van Lodewijk XV; een eikenhouten gebeeldhouwde beddebak, met eene fries waarop draken en sieraden zijn afgebeeld, anno 1678; een gebeeldhouwd koffer uit de xiv^e eeuw; 2 groote schoorsteenmantels met wapenschilden van 1506 en 1558 en 11 geprente steenen der xvi^e eeuw; een schip, De Maegt van Ghendt, wijgeschenk van de Vrije Schippersgilde der stad Gent, anno 1674; 3 koperen kandelaren uit de xvi^e en 2 dito uit de xvii^e eeuw; een balkslof met de wapenschilden der familie Van der Buerse, van Brugge, xv^e eeuw; eene verglaasde aarden schotel van Thourout, 1759; eene ijzeren haardplaat uit de xviii^e eeuw en 7 oude gewichten; een gouden muntstuk van keizer Lodewijk IV (1314-42), dat tot model diende voor de goudstukken van Lodewijk van Male, graaf van Vlaanderen, gevonden in de vliet aan de Augustijnenkade; oude muurtegels enz. De heer V^t. Steyaers, bewaarder van het museum, schonk een fraai traliewerk in geslagen ijzer uit de xvii^e eeuw; de heer Ad. Merlin, 3 hardsteenen zetels, stijl Lodewijk XIII, van het jaar 1619, waarschijnlijk afkomstig uit de kerk van Damme.

Namen. Verschenen bij de w^e F.J. Douxfils: Une fleur cacheé. La bienheureuse Christine du Christ, religieuse du monastère de Rethirs, de l'ordre de Prémontré, par I.V.S., O.P. Dit boekje is bewerkt naar den Vlaamschen tekst, gedrukt in de xvii^e eeuw; de schrijver verklaart in de voorrede, dat hij liever den oorspronkelijk Latijnschen tekst tot leiddraad zou hebben genomen, maar hierin belet te zijn geworden, doordien hij hem vruchteloos in het land en in den vreemde heeft gezocht.

Buitenland.

's-Gravenhage. Van Boers' Geïllustreerde muziekgeschiedenis zijn bij den heer uitgever Johan IJkeman de 23^e en 24^e aflevering verschenen. Zij behelzen het vervolg van het op onze blz. 12 vermelde hoofdstuk met de volgende fraaie houtsneden: het titelblad uit het in 1524 verschenen Wittenbergsch Geistliche Gesangk Buchleyn; afbeelding van Sethus Calvisius; 3 vedelspelende figuren, naar beeldwerken der xiv^e eeuw uit de hoofdkerken van Aken en Keulen; de vedelaar uit een Duitschen doodendans der xv^e eeuw, een doedelzakspeler, naar A. Dürer, van 1514; Neurenberger stadspijpers, van denzelfden meester, naar de muurschilderingen in het stadhuis te Neurenberg, wapenschildhouders met bazuinen. Voormelde afleveringen ontleenen een uitzonderlijk belang aan de daarin voorkomende doorwrochte verhandeling over Johannes en Andreas Gabrieli, Palestrina en de klassieke muziekscholen in Italië, opgeluisterd met houtsneden naar taferelen van Frans Van Mieris, Giorgione Veronese en Carlo Saraceno; voorts een gezicht op het stadje Palestrina; Palestrina's portret en Tenebrae factae sunt, in muziek van Giovanni Pierluigi da Palestrina; de afbeelding der Sixtijnsche kapel. enz. enz.

Amsterdam. Dr. C.J. Hansen, stadsbibliothecaris te Antwerpen, hield den 16ⁿ Maart, in de Hollandsche Maatschappij van Fraaie Kunsten en Wetenschappen, te Amsterdam, eene door het talrijk opgekomen publiek met groote belangstelling gevolgde voordracht over Klaus Groth en de Dietsche beweging.

Schiedam. De uitgever H.A.M. Roelants heeft een nieuwen druk in het licht gegeven van Julius de Geyters bewerking van den Reinaart-de-Vos in Nieuwnederlandsch. Aan het werk heeft de schrijver, als voorrede, eene belangrijke verhandeling toegevoegd over de Regels van den middeleeuwschen versbouw in Dietsch en Duitsch met onderzoek naar de quantiteit

[p. 52]

in Oudduitsch en Gothisch. Het boek, een paar honderd bladzijden beslaande, groot octavo-formaat, is bij den uitgever met veel zorg en op hdndpapier gedrukt. Prijs: fr. 5.25.

Weenen. De verkoop van Hans Makarts nalatenschap heeft 156,000 gl. opgebracht. Er werd buitendien voor 20,000 gl. goeds ingehouden.

Leipzig. De prachtige Guarnerius-viool van den Leipziger concertmeester Ferdinand David werd na diens dood voor eene som van 17,000 mark door Wilhelmj overgenomen. Zij is nu voor denzelfden prijs in het bezit gekomen van professor Zajic, leeraar aan 't Straatsburger conservatorium.

Pest. Het Hongaarsche rijksmuseum heeft aan den hertog van Aumale eene kleine schilderij afgestaan, een werk van Beret, uit het jaar 1782, voorstellende den hertog van Orleans Philips-Egalité met zijnen zoon den hertog van Chartres, die later als koning Lodewijk-Philips over Frankrijk heeft geregeerd, beide te paard gezeten en in Engelsche jachtkleeding. Deze schilderij maakte voormaals deel uit van de verzameling Esterhazy. Het Hongaarsche rijksmuseum ontving van den hertog van Aumule in ruil eene schilderij van Girolamo da Libic en een stuk van Rembrandt.

Tunis. Bij opgravingen, op de plaats waar eens het machtige Oud-Karthago stond, werd onlangs eene nog in goeden staat verkeerende steenen waterleiding aangetroffen van ruim 500 meters lengte. Uitgravingen, in denzelfden omtrek verricht, leidden tot de ontdekking van een 20-tal Phenicische graven uit het eerste tijdperk, Phenicische vazen en Etruskische aarden kruiken. Men vond ook een lang Latijsch opschrift, waarin is vermeld van welken tijd de stichting van Karthago's heete baden dagteekent.

St.-Petersburg. Er is spraak van de uitgaaf van eene groote menigte brieven en andere stukken (men zegt 8000 in getal) van Peter-den-Groote.