Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 5 (1892)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 5
Afbeelding van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 5Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 5

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (12.16 MB)

Scans (404.17 MB)

ebook (12.12 MB)

XML (0.87 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 5

(1892)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Kroniek

Beeldende kunst

Op Zondag 6 Maart l.l. had de inwijding van het nieuwe Museum van Schoone Kunsten te Rijsel plaats. Het gebouw staat op de Place de la République en is bekostigd grootendeels uit de opbrengst eener loterij die 3,789,000 franks zuivere winst afwierp en voor het ontbrekend anderhalf millioen franks uit de stadskas. De bouwmeester, wiens werk bekroond werd door de jury en is uitgevoerd, heet Delmas.

Na de wandeling door de zalen der Schilderijen-galerie, de rijkste der departementeele Museums in Frankrijk, die vooral goed voorzien is van oude Vlaamsche werken, had een banket plaats waar onder andere aanzienlijke Rijselaars ook de schilder Carolus Duran aanzat. Bij het nagerecht werd dezes gezondheid door den prefect Veil-Durand gedronken. Merkwaardig is het antwoord van den grooten kunstenaar: ‘Ik ben zoo gelukkig in mijne goede stad Rijsel terug te komen, waar ik mij als kind wederzie, zoo gelukkig om de blijken van sympathie waarmede ik overstelpt word, dat ik u al mijne erkentelijkheid zou willen uitdrukken. Rijsel heeft veel voor mij gedaan: ik was arm en zij heeft mij toegelaten naar Italië te gaan, naar het land der zon en der wonderen van kunst; ik ben haar alleen alles verschuldigd wat ik ben en ik voel mij gelukkig het te erkennen en uit te roepen.

Zij heeft mij eene plaats ingeruimd in haar Museum, dat door den luister van den grooten Rubens vervuld wordt. Uwe Kruisafdoening, de beste die hij maakte, uwe Verschijning der H. Maagd aan Sint-Franciscus, de Dood van Magdalena, Sint-Bonaventura, Sint-Franciscus, die onsterfelijke meesterstukken, waar men te vergeefs de gelijken zou van zoeken, zijn mijne eerste modellen geweest, en ik ben fier mijne arme gewrochten te zien nevens die van den grooten schilder, die mijn beste opleider en mijn ware meester is geweest.

Ik ben alles verschuldigd aan Rijsel; ik heb er zelfs haat en afschuw gevonden - zoo gaat het in het leven - maar ik ben haar hoog verheven genietingen schuldig, de beste, de diepste die ik smaakte, toegenegenheden en deelnemingen die mijn hart ontroeren en die ik nimmer zal vergeten.’

Die hulde door den grooten Franschen kolorist uit oud Vlaanderen, aan den grooten Vlaamschen kolorist gebracht heeft ons vooral getroffen. Het moge zijn dat hij wat hoog oploopt met de Rubensen uit het Rijselsch Museum; hij overschat zeker niet de verplichtingen die hij aan zijnen ‘waren meester’ heeft.

Tooneel

Lohengrin werd onlangs voor de vijftigste maal op zes maanden tijds na de eerste opvoering in het Fransch Opera gespeeld. Het bracht in dien tijd nagenoeg 19,000 fr. per keer, of ongeveer een millioen in het geheel op. Het is de grootste bijval, die in de jaarboeken van het Opera geboekt is. Is het wonder dat sommige Fransche muziekuitgevers zich tegen de opvoering van Wagner's werken verzetten?

Kunstgeschiedenis

In de verzameling Les Artistes Célèbres, te Parijs, Librairie de l'Art, verschijnende, heeft Emile Michel een boekdeel gewijd aan het schildersgeslacht Les Breughel. Het is een vlot en kleurig geschreven werk, alles samenvattende wat over de beroemde kunstenaarsfamilie in vroeger en later dagen is gedrukt, zonder nieuwe ontdekkingen noch beschouwingen.

Sterfgevallen

Op Maandag 29 Mei had te Heyst-op-den-Berg, zijn geboortedorp, de begrafenis plaats van den heer Emiel Simons, onderwijzer te Antwerpen. Hij was slechts 22 jaar oud. Zijn afsterven wekte niet alleen de diepe treurnis, die men immer gevoelt, wanneer een menschenleven zoo voorbarig wordt afgebroken; men vond den slag van het blinde lot dubbel wreed en ongenadig, omdat hier in den knop een bestaan werd verbrijzeld, dat buitengewoon veel beloofde. Emiel Simons had niettegenstaande de zware eischen van studie en ambtsbezigheden tijd gevonden om zich met de letterkunde bezig te houden. Hij deed het met voorliefde, met hartstocht; het was eene ware en omweerstaanbare roeping bij hem. Zijne schriften vormen geen dik pak: het zijn korte novellen en nog korter typenschetsen zooals wij er over weinige maanden (blz. 70 van den tegenwoordigen jaargang) mededeelden, in hunne bescheiden afmeting en onderwerpen reeds van scherpe opmerking en heerschappij over den kunstigen vorm getuigende. Maar de aandrang van den jongen man om iets meer en iets beter voort te brengen beloofde eene eervolle toekomst Te vroeg ging hij heen; wie hem gekend heeft achtte hem om zijne gaven en om zijn karakter, en de deelneming in het verlies, door ouders en nabestaanden geleden, was algemeen. Vijf redevoeringen werden uitgesproken bij zijn graf: eene door den heer Maes, hoofdonderwijzer der gemeenteschool nr 16, in welke school de overledene zijn ambt waarnam, eene door den heer Gustaaf Seghers, zijn leeraar in de Normaalschool te Lier, eene door den heer Peeters, zijn ambtgenoot, eene door een bestuurlid der Zurenborgsche strijders, en eene door Max Rooses, voorzitter van het Taalverbond, van welke letterkundige maatschappij de afgestorvene een der ijverigste leden was.

Onze platen

Bij de 5e aflevering was eene plaat gevoegd van den heer W.P. Van der Veken, voorstellende ‘Een peinzend Monnik.’ - De plaat welke deze aflevering vergezelt ‘Een beeldhouwers werkhuis,’ is van den heer Ed. Pyck.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken