Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 6 (1893)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 6
Afbeelding van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 6Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 6

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (10.34 MB)

Scans (386.48 MB)

ebook (10.52 MB)

XML (0.84 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 6

(1893)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Alex. W.A. Heyblom

Op Vrijdag 18 Augustus had te Rotterdam, plechtig de begrafenis plaats van Alex. A. Heyblom.

Deze Rotterdamsche toonkunstenaar werd den 29sten October 1832 te Bergen-op-Zoom geboren. Het eerste onderricht op piano, viool, alt, violoncel en eenige blaasinstrumenten ontving hij van zijn vader, die aldaar organist en muziekonderwijzer was. Dit onderricht, dat den grondslag legde voor de verdere ontwikkeling van den toonkunstenaar beantwoordde aan alle eischen, daar de vader een leerling was van den beroemden Joachim Hess.

In 1855 vestigde de heer Heyblom zich te Rotterdam, waar hij meermalen als pianist met veel succes voor het publiek optrad.

De toonkunstenaar mocht zich verheugen in de waardeering zijner talenten; een bewijs hiervan was, dat hij in 1857 benoemd werd tot directeur der mannen-zangvereeniging Amphion, welke sedert 1881 in een gemengde zangvereeniging herschapen is. Als zoodanig was hij eerste feestdirecteur bij de zangersfeesten, die te Rotterdam in 1875 en 1884 werden gehouden. Deze feesten gingen uit van het Ned. Nat. Zangersverbond en Amphion had de leiding er van op zich genomen. Deze feesten, onder den uitstekenden directeur, behoorden tot de best geslaagde zangersfeesten, die ooit werden gehouden.

Niet alleen als uitvoerend toonkunstenaar en als directeur had de heer Heyblom groote verdiensten, ook als componist, heeft hij blijk gegeven van veel talent.

Zijn werken bestaan uit: vele twee- en vierhandige pianocomposities, vele gemengde-, mannen- en vrouwenkoren. Onder deze noemen we o.a. Hymne aan de kunst, voor gemengd koor, Beleg van Alkmaar, Heroische Cantate, Banierzang, Vrijheidslied, voor mannenkoor, allen

[pagina 143]
[p. 143]

met orkestbegeleiding. Bovendien schreef hij vele drie-, twee- en eenstemmige liederen met en zonder begeleiding. Voorts een concert-oratorium op tekst van Fiore della Neve, welke compositie zeer gunstig werd ontvangen; eindelijk een paar ouvertures voor orchest en eenige werken voor kamermuziek. Velen ervan zijn reeds door den druk bekend en enkelen ook bekroond, o.a. Friedhoflied für Mannerchor, door het Chorgesang, bij welke gelegenheid ruim 400 composities waren ingezonden. Ook werd door de maatschappij t. B.d.T. een sonate voor piano en viool bekroond. Buiten de grenzen van zijn vaderland ondervond de heer Heyblom eveneens waardeering, daar zijn Goede Nacht voor mannenkoor, in Duitschland werd nagedrukt.

Maar op nog een ander onderdeel der toonkunst spreidde hij zijne talenten ten toon. Ook als theoreticus had Heyblom een goeden naam. Zijn voornaamste werk is getiteld: Leerboek ten gebruike bij het onderwijs in den zang en tot zelfonderricht in de muziek, met vragen, opgaven en zangoefeningen. Van dit omvangrijke werk, dat in vier deelen compleet is, verschenen tot heden twee deelen, het tweede in twee banden, waarvan de laatste de acoustiek behandelt. Deze theoretische arbeid was door de kritiek zeer gunstig ontvangen en ook door het publiek zóó gewaardeerd, dat van het eerste en tweede deel reeds een herdruk verscheen.

Ook in den vreemde had dit werk zeer de aandacht getrokken. Benoit o.a. getuigde van dit boek dat het Heyblom recht gaf op den naam van muziekpaedagoog van Noord-Nederland. Even groote lof werd den toonkunstenaar toegezwaaid in het Report of John Hullak Esq. on Musical Instruction in Elementary Schools on the Continental. De schrijver die de normaalschool van den heer Heyblom bezocht, roemt deze instelling ten zeerste.

In de Célébrités musicales wordt gezegd: ‘dat hij door zijn boek veel roem verwierf.’ Het genoemde Leerboek verschilt in dit opzicht van alle andere, dat deze leerwijze eindigt, waar die der andere leerboeken begint. Zijne leerwijze heeft ten doel het maatgevoel te ontwikkelen, terwijl de leerwijze der andere leerboeken als 't ware daarop berust. Naar de laatste kunnen dan ook alleen de zeer begaafden met meer of minder goed gevolg de muziek beoefenen, terwijl volgens de methode van Heyblom de meesten moeten slagen.

Behalve genoemd Leerboek schreef hij nog: Leerboekje voor theoretisch en praktisch onderwijs in den zang, meer voor schoolgebruik bestemd. Daarenboven behandelde hij theoretische vraagstukken in binnen- en buitenlandsche bladen.

Heyblom wijdde zijne beste krachten aan de verbetering van het volksgezang in Nederland. Zooals de heer Van Gilse, voorzitter van het bestuur der Volkszangschool getuigt, deed hij dit niet door het componeeren van lichte wijsjes, maar hij wilde het volk inwijden in de harmonie der tonen, en daardoor liefde voor de toonkunst bij het volk wekken.

Hij deed het op twee manieren. In de eerste plaats door de aanstaande onderwijzers en onderwijzeressen van scholen degelijk voor te bereiden voor het geven van zangonderwijs. Maar in de tweede en voornaamste plaats door de Volkszangschool, de stichting, de roem van Heyblom.

Door zijn onvermoeid werken was het mogelijk die school te brengen tot de hoogte waarop zij thans staat, en het onderwijs in den zang dat voor 25 jaar eigenlijk dien naam in Nederland niet verdiende zoo te ontwikkelen dat op dit oogenblik gezegd mag worden dat het in Rotterdam allergunstigst is.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken