Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vlaamsche Arbeid. Jaargang 14 (1924)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vlaamsche Arbeid. Jaargang 14
Afbeelding van Vlaamsche Arbeid. Jaargang 14Toon afbeelding van titelpagina van Vlaamsche Arbeid. Jaargang 14

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.79 MB)

ebook (5.08 MB)

XML (1.15 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vlaamsche Arbeid. Jaargang 14

(1924)– [tijdschrift] Vlaamsche Arbeid, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 257]
[p. 257]

Bibliographie

‘Leven’, door J. de Waelheijns. (Het Morgenroodfonds, Ledeberg, België, 1924.)

‘Om de echtheid onzer uitgaven te bevestigen en te verzekeren moeten alle afdruksels het hieronderstaande kenmerk dragen’. Men verwacht zich aan een grafies drukkersmerk of aan een signet. Neen, het kenmerk dat de echtheid moet ‘bevestigen en verzekeren’ werd meteen typografies meegezet en gedrukt. Daar zullen de heren die er aan denken stiekem het boek van de heer J. de Waelheijns te vervalsen dus geen plezier aan beleven. Niet gemakkeliker zouden zij het hebben die de gedichten van M. de Waelheijns zouden willen vervalsen: ‘slanke populieren’, ‘zoete weemoed’, ‘frisch water’, ‘fluweelen wangen’, ‘zachtjes lispelen’, ‘teeder minnen’, ‘het blonde licht der zon’, ‘purpere pracht’, ‘kalme avondstond’, ‘hopen maakt het leven sterk’ en, inderdaad, zo voort. De bundel is slecht en onverzorgd gedrukt met een niet te kwade letter op fraai papier. Ja, dat papier!

P.v.O.

Ernest Claes: ‘De vulgaire geschiedenis van Charelke Dop’. (Waelburgh-Blaricum, 1923.)

Het is wel verbazend knap om een heel boek door, zonder een enkele pause, den spreektoon vol te houden van dien vulgairen en door den oorlog rijk geworden suikergoed-verkooper ‘Charel Dop’. Het kan misschien leuk zijn voor enkele oogenblikken een mensch uit de laagste lagen der samenleving aan het woord te hooren, zooals hij is. Maar verplicht worden uren aan elkaar in zijn gezelschap te blijven geeft ons op het eind den indruk alsof onze kleeren vies geworden waren van te lang in een onfrisch millieu te hebben vertoefd en wij voelen grooten nood om onze handen eens te gaan wasschen in afwachting van het stortbad dat ons straks weer heel zal moeten ontsmetten.

‘Enlevez devant moi ces magots!’

Dat woord van Louis XIV is hier beter van toepassing dan voor de boerenvoorstellingen van Teniers, omdat de fijne factuur bij Teniers alles redt, omdat er naast de stumperige dorpers, als tegenstelling, de beschaafde verschijning is van het edel gezelschap dat daar pas uit die staatsiekoets is gestapt, omdat daar rond de menschen het landschap ligt met het oude huis en den zilveren hemel zooals de schilder die gezien heeft. Hier is alles gezien door den vulgairen Charel Dop en uitgedrukt in zijn vulgaire woord. Dit taal-naturalisme, die taal-photographie, als ik het zoo zou mogen noemen, geeft ergernis. Het is daarbij om deernis te hebben met den schrijver die zich zoo in de huid van dien viezen oorlogswoekeraar moest steken, niet voor een moment en tijdens het incident van een grooter ingewikkelder gebeuren, maar voor heel den duur van het eigen gemeen bedrijf van dien Charel Dop zelf.

Als document van het lieve leventje in het ‘heldhaftige’ België tijdens de bezetting heeft dit boek wel zijn waarde. De smokkelhandel

[pagina 258]
[p. 258]

van de boeren, de aardige winstjes van tweede-hands-verkoopers, het duister bedrijf van de nationale comité-bazen die behendig 's lands bevoorrading wisten te doen samengaan met leveringen aan den vijand en wier deftige salons er waren op ingericht om beurtelings duitsche officieren en belgische patriotten te ontvangen, van dit alles en nog wat krijgen wij uit dezen vulgairen monoloog wel wat te hooren.

En Charel Dop heeft opgemerkt dat alleen de activisten van den oorlog niet wisten te profiteeren en dat het daarom maar goed was dat ze achter slot en grendel werden gezet en hij vindt het heel natuurlijk wanneer Bidoul, de handelaar met den vijand, en hij zelf tot Ridder in de Leopoldsorde worden bevorderd. Het schijnt dan ook dat enkele gedecoreerden zich door dit boek geërgerd voelden, niet nochtans om zijne literaire hoedanigheden.

J.M.

Jozef Simons: ‘Op Vacantie’. (N.V. De Standaard, Brussel.)

Ik hou niet zoo dol veel van reisverhalen. Doorgaans opgeschroefde tiraden of eentonige Baedekersrapporten. Maar 'k mag wel zoo een drietal vacantietoertjes lijk Jef Simons er maakt. 't Gaat snel: Zwitserland, Engeland, Lourdes. D'r is afwisseling: d'r is natuur, d'r is grootsteedsche leven, d'r is het religieuse. Weinig gefilozofeer, maar veel gezond verstand. Weinig bevlieging van zotte bewondering, maar veel vleugjes echt enthoesiasme. Weinig studiefolianten over zeden en gewoonten, maar veel kalme bladzijden met een nuchteren kijk op landen en lieden.

't Is raar, 'k vind hier niets van het lyrisme van J. Caemaeyx, uitbundig gepenseeld in zijn ‘Reis- en levensbeelden’; niets van het zorgvuldig bestudeeren der volkseigenaardigheden zooals in de ‘Pennetrekken uit Ierland’ of ‘Denemarken’; van Coussens niets van het bijsleuren van historische aangelegenheden lijk in de ‘Aquarellen uit Italië’ van Louisa Duykers; niets van de prachtige dilettantenbeschouwingen over kunst van J. Muls in zijn ‘Steden’; ook niets van J. de Cock's ongeëvenaarde humor in zijn ‘Uit de reistesch’... en toch: omdat het eenvoudig en joviaal verteld is, behaagt het. Zie, zoo: 't hart op de lippen en met Vlaamsche rondborstigheid.

Kameraad, een reisje met u is een pret!

K.E.

‘De schoonheid in 't evangelie’, door Cyriel Verschaeve. (Excelsior, Brugge.)

Een derde druk! Twee-en-dertig bladzijden die veel uurtjes aandachtig nadenken vragen en steeds gespannen pezen om dien met paradoxale heerlijkheden zwaar bevrachten last te torsen. Als ik denk dat dit een voordracht is, gehouden in den ‘Constance Teichmannbond’, dan blijf ik paf! Hoe kan een toehoordster volgen, als een lezer alle zeilen al bijzetten moet?

K.E.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over De vulgaire geschiedenis van Charelke Dop


auteurs

  • Karel Elebaers

  • Jozef Muls

  • Paul van Ostaijen