Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vlaamsche Arbeid. Jaargang 22 [17] (1927)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vlaamsche Arbeid. Jaargang 22 [17]
Afbeelding van Vlaamsche Arbeid. Jaargang 22 [17]Toon afbeelding van titelpagina van Vlaamsche Arbeid. Jaargang 22 [17]

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.13 MB)

Scans (35.44 MB)

ebook (3.09 MB)

XML (0.98 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vlaamsche Arbeid. Jaargang 22 [17]

(1927)– [tijdschrift] Vlaamsche Arbeid, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 251]
[p. 251]

Aanteekening

Bij de honderste verjaardag van Carpeaux' geboorte richt de stad Valenciennes een tentoonstelling in van werken van dezen beeldhouwer uit het tweede keizerrijk.

 

De beroemde Koimeniskerk van Nicea ligt in puinen, en haar beroemde mozaieken zijn verdwenen. Prof. Th. Schmit, van Leningrad, heeft de kerk in het jaar 1912 grondig onderzocht, uit gemeten en zelfs uitgegraven. Bij De Gruyter, Berlijn, verschijnt nu het boek, dat zijn tekst en photographische opnamen bevat en aldus een document zal blijven. Te meer de opnamen zijn in natuurlijke grootte weergegeven.

 

De private galerij Gualino, in Turijn, geeft haar eerste kataloog uit, waarin vele reeds bekende stukken vermeld zijn, die aangekocht werden in 1916 tot 1922. Doch daaronder bevinden zich eveneens meerdere gansch onbekende stukken, als een jeugdig zelfportret van Rembrandt, een Venus van Botticelli, een vrouw van Palma Vecchio, een senator van Titiaan, een vrouw van Seb. del Piombo, een beeld van S. Veniet van Tintoretti en een kleine Madonna van Mantegna.

 

De Landdag van Sielesiën besloot tot de inrichting van een restauratiesectie aan het museum van Breslau, waarin de kunstwerken uit de kerken en openbare gebouwen van Silesiën volgens de laatste procédés hersteld zullen worden. Het plan daartoe komt uit de tentoonstelling der middeleeuwsche houtbeeltenissen, waarop de kennis van de zelfstandige Silesische kunst berust, en die aangetoond heeft dat vele onder hen dringend behoefte hebben aan herstelling.

 

Volgens besluit van het Opper-Silesisch Museumverbond zullen de verzamelingen van dit verbond, die sterk

[pagina 252]
[p. 252]

aangegroeid zijn in den laatsten tijd, en de voornaamste zijn van heel het gewest, vereenigd worden in een museum, dat door de stad Gleiwitz overgenomen zal worden.

 

H.S. Reitlinger heeft te Lemberg in een verwaarloosde portefeuille der Lubomisrkische bibliotheek 25 onbekende teekeningen van Dürer gevonden, waaronder de voornaamste een zelfportret is van den meester.

 

De Pinakotheek van Munchen is in den laatsten tijd verrijkt met twee portretten van Chr. Amberger, een H. Jacobus van Ribeira, een Hemelvaart van Dom Feti, een beeld van Bernhard Strigel. Uit Zwitserland kreeg ze twee portretten van J.F.A. Tischbeins, drie Waldmullers, twee werken van Corinth, een van Slevogt, twee Uhdes, twee landschappen van Haider, twee van Thomas, een zicht op Venetië van Kokoschka en een meisjesportret van Munch.

 

De stad Dresden heeft het eerste staatsarchief voor filmkunst ingericht. Reeds 118 filmen met 33,000 meter zijn bijeengebracht. Enkele dagteekenen van vóór den oorlog, de meeste van de vijf laatste jaren. Ze betreffen vnl. de feiten uit het leven der stad: tentoonstellingen, feesten, sportgebeurtenissen, techniek- en nijverheidsondernemingen, landschappen. Het archief is bedoeld als toekomstige bron voor de geschiedenis van de stad.

 

Bouwmeester Bode droeg in een vergadering van architecten de uitkomsten voor van de door architect Priess sedert 30 jaar gedane onderzoekingen omtrent St-Marco van Venetië. Hij neemt niet aan dat alleen het geringe dat we kennen van de architecturale nalatenschap van Theodoric de Groote, bewaard is gebleven. De kerk San Vitale te Ravenna is voor hem identisch met de wel bekende Hercules basiliek, die oorspronkelijk tot rechtszaal diende van den ostrogotischen vorst. Andere doelen van het gebouw werden uit Ravenna weggevoerd naar Venetië en aldaar gebruikt. In de bouwvormen en motieven, vnl. in de kostbare zuilen en kapiteelen en in de groote portaalbogen van St-Marco ziet hij deelen van de Theodoricconstructies uit Ravenna. Volgens Priess is de bakermat van byzantijnsche stijl niet Byzantium, maar Ravenna.

 

In de groote veiling van Broerman te Brussel werd het polyptiek van den onbekenden umbrischen meester verkocht voor 290,000 fr., een Kruisverheffing van Van Dyck en een Mirakel van H. Markus van Tintoretto, elk voor 120,000 fr., een Tocht door de Roode Zee, aan Titiaan toegeschreven,

[pagina 253]
[p. 253]

voor 80,000 fr., een Christus van Greco, 70,000 fr. en een Maria's Hemelvaart van Tiepolo, voor 65,000 fr.

 

Het stadsmuseum van Aken heeft uit privaatbezit een tableau van een Oud-Nederlandsche meester van rond 1460 aangekocht: n.l. een Kruisdraging, die in den aard van Dirk Bouts is.

 

In 1928, bij het eeuwfeest der Romantiek, zal er te Parijs een tentoonstelling gehouden worden van Delacroix' werken.

 

D'Annunzio bouwt zich een theater op het antiek model en onder zijn leiding. Er zijn reeds in Vittoriale, waar hij verblijft, 23 wagons marmer aangekomen.

 

De wereldbekende fresken van het Vatikaan behoeven, lijk men denken kan, gedurige herstelling en onderhoud. Overschilderen tot reparatie komt in niemands gedacht meer. Het herstel bepaalt zich bij het artificieel bevestigen van de verf door het gieten van een kleefstof in de barsten, en door een drukking daaropvolgens uitgeoefend op de gebombeerde verf. Elke behandeling wordt dan op groote photo's opgedragen, waardoor elk Raphaelbeeld een herstel-archief krijgt. Jaren zal het duren eer dit procédé op alle fresken zal toegepast zijn.

 

Daniel de Monfreid, Gauguins vriend, heeft aan de Louvre het manuscript van Gauguins Noa-Noa (teekeningen van Tahiti) ten geschenke gegeven. Het bevat 346 blz. text met een wemeling van teekeningen, aquarellen, houtsneden en photo-opnames. Ook le Cheval blanc van den meester werd aan het Louvre gegeven tegen zeer geringen prijs.

 

Prof. Houben's ‘Gespräche mit Heine’ (de eerste vrij volledige uitgave der mondeling uitlatingen van Heine) zal in Fransche vertaling verschijnen bij Payot te Parijs. Het Fransche publiek zal zich aan die vertaling interesseeren daar het meerendeel der uitlatingen uit den tijd stammen van Heine's verblijf te Parijs.

 

Onder de nagelaten papieren van Stendhal ontdekte Henri Debraye een kleine, onbekende roman van dezen schrijver: ‘Une Position sociale’. Hij is in September-October 1832 geschreven. Hoofdpersoon is een zelfportret van Stendhal, en de plaats der actie de Fransche kanselarij bij het Vatikaan. Debraye zal zich met de uitgave gelasten.

[pagina 254]
[p. 254]

Tezelvertijd haast ontdekte men een reisdagboek van Stendhal, 300 blz. groot, uit het jaar 1838 en is een voortzetting van de ‘Mémoires d'un Touriste’. De reis gaat van Bordeaux naar Valence. Het zal, alvorens in boekvorm te verschijnen afgedrukt worden in de ‘Chronique des Lettres françaises.

 

De uitgeverij Weber te Leipzig onderneemt een reeks monographiën over het theater onder de leiding van Hans Borchardt, F. Rapp en Karl Holl. Deze geïllustreerde monographiën zullen zoo opgevat worden, dat ze bij afsluiting een volledige geschiedenis van het tooneel zullen vormen. Tegen het einde van het jaar zal het eerste deel verschijnen: Modern tooneel van de Meinigers tot het expressionisme. door Jul. Bab. Daarop Stylproblemen, door Borchardt, Geschichte des Hanswurst, door K. Holl, Geschiedenis van het tooneel en beeldhouwkunst in de Middeleeuwen, door Petersen, Theater der klassieken, door Rapp, Ontwikkeling van het theater sedert Goethe's dood tot rond 1870, door G. Witowsky.

 

Frans Roh's boek: Nach-Expressionismus. Magischer Realismus over de nieuwste schilderkunst wordt in het Spaansch vertaald.

 

De Italiaansche minister van Onderwijs, Fedele, maakt het plan openbaar een officieele heruitgave te leveren van de grootste Romeinsche en Grieksche schrijvers. De Italiaansche Academie wordt met de uitvoering belast. Deze heeft daartoe een kommissie samengesteld onder leiding van prof. Romagnolis. De kosten zullen door de regeering gedragen worden.

 

Een verzameling van meer dan 500 uitgaven van de Imitatio Christi, oude en nieuwe, in alle talen, zelfs een Chaldeesch en een Chineesch, werd op 26 April onder den hamer gebracht te Gent, en voor 2,750 fr. aan een Belgisch privaat persoon toegewezen.

 

Prof. Zelekin, van de universiteit van Leningrad, een der beste kenners der Russische volkskunde, heeft bij De Gruyter, Berlijn, de eerste synthese van de Russische volkskunde uitgegeven. Dit is belangrijk, omdat de nieuwe toestanden van Rusland de oude landbouwkultuur een grondige wijziging hebben doen ondergaan, waardoor wellicht binnen korten tijd veel materiaal verloren zal gaan. Het werk van Zelekin steunt heelemaal op materiaal uit de voor-revolutionnaire periode. Wegens de hooge ouderdom van

[pagina 255]
[p. 255]

deze landbouwkultuur heeft het boek een waarde voor al wie zich interesseert aan de beschavingsgeschiedenis van het Slavisme in Europa.

 

Naar een ernstige raming, bezitten de openbare bibliotheken der Vereenigde Staten zoo iets van een 70 millioen boekdeelen.

 

In het vooruitzicht van den 100e verjaardag van Goethe's afsterven, besloot de gemeenteraad van Francfort een volksuitgave der werken van Duitschland's grootsten dichter.

De Codex Argenteus, d.i. de 1500 jaar oude bijbelvertaling van Ulfilas uit de bibliotheek van Upsala, is door de zorgen van prof. T. Swedberg, Nobelprijs voor chemie, naar allerlaatste methodes gephotographieerd geworden in zijn geheel in een daartoe opgericht laboratorium; de bladen zullen overhandigd worden aan de hoogeschool van Upsala in September a.s., ter gelegenheid van het 450-jarig bestaan dezer instelling. We moeten er bij voegen dat veel plaatsen duidelijker en leesbarer geworden zijn door de photographische opname, die de X-stralen benuttigde.

 

De uitgeverij Wremja, uit Leningrad, geeft de volledige Russische vertaling van al de werken van Stephan Zweig uit, met voorwoord van M. Gorki, een biographie van Specht, en een beeltenis van Masereel.

 

Heinz Pol stelt in de Literarische Welt een aantal portretten van Heine naast elkander, die hoegenaamd niet gelijkend zijn. Men vraagt zich af: hoe zag Heine er eigenlijk uit? Bruin, blond? Dik, mager, groot of klein? Over al deze nochtans gemakkelijk weer te geven en op te merken hoedanigheden vinden we in de berichten der tijdgenooten heel tegenovergestelde uitlatingen. Pol stelt de vraag: Wat moeten we nog van tijdgenooten gelooven, zoo die geen bruine, blonde of zwarte haren kunnen of willen onderscheiden?

 

In het Nationaal theater van Hongarije voerde men de ‘Faust’ van Goethe, in een nieuwe bewerking van Dr Hevesi, in een avond op. De opvoering van deze dubbele Faust nam vijf uren in beslag.

 

Voor het probleem der wettelijke bescherming van litterair en muzikaal kunstwerk is ook het hoogtepunt der erkenning en werking van een werk belangrijk en dit moment is niet voor alle hetzelfde. Voor middelmatige auteurs mag

[pagina 256]
[p. 256]

men zeggen, dat 50 jaar na de uitgave voldoende zijn om de actueele belangstelling uit te putten. Doch voor andere en vnl. voor muziekwerk duurt het veel langer. Muziek dringt vaak zeer langzaam door, en 50 jaar na den dood is een te eng tijdbestek.

 

De firma Krämer, te Czernowitz, kondigt het verschijnen aan van een groote joodsche nationale biographie. De eerste afleveringen zijn van de pers gekomen. Het werk wordt op 3,000 blz. geraamd en zal meer dan 8.000 biographien van joodsche mannen en vrouwen bevatten. In 1928 zal het heelemaal klaar zijn.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken