Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 7 (1877)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 7
Afbeelding van De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 7Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 7

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.59 MB)

ebook (3.37 MB)

XML (1.23 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 7

(1877)– [tijdschrift] Vlaamsche Kunstbode, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 106]
[p. 106]

Poëzie.

I.
Andere tijden.

 
Ginds staat de lindeboom niet meer,
 
Waar, in mijns jonglingsjaren,
 
Na 't noenmaal en bij zomerweêr
 
De dorpsjeugd kwam vergaâren.
 
 
 
Wat was dat schertsen om te meest!
 
Wat schelmsche guitenstreken!
 
Wie niet ter linde was geweest
 
Wist van geen vreugd te spreken.
 
 
 
En 't hutje van den kluizenaar,
 
Omloorerd door de hoornen.
 
Waar is het thans? 't staat niet meer daar
 
Waar men de beek zag stroomen.
 
 
 
Ik zie niet meer het kronkelpad
 
Dat naar het venhout leidde,
 
Waar moeder aan 't kapelleken bad,
 
Ginds nevens grootvaârs weide.
 
 
 
Lang is de wagenmaker dood;
 
De linde is lang verdwenen;
 
De kluizenaar stierf in bittren nood;
 
Al wat ik kende is henen!
 
 
 
Het pad werd steenweg en verloor
 
Zijn lieve kronkeldreven.
 
En thans, thans zingt er 't voogleukoor
 
Niet meer van lust en leven.
 
 
 
De tijd bracht veel verandring mee:
 
De jongen werden ouden;
 
Wat vreugde was, verging in wee,
 
En deed het hart verkouden.
 
 
 
Alveringhem
 
Ad. Beernaert.
[pagina 107]
[p. 107]

II.
Ik zit te waken.

I. 28 Januari.
 
Ik zit te waken droefgezind,
 
Bij 't krankbed van mijn oudste kind;
 
Ik hoor zijn bitter klagen aan
 
In stil getraan.
 
 
 
Het was voorheen vol levenslust;
 
Het speelde en lachte zonder rust;
 
Eu nu... nu ligt het lijdend ne^er
 
En kan niet meer.
 
 
 
Nog ziet het mij zoo minzaam aan,
 
Nog doet zijn oog mij iets verstaan;
 
Maar smartvol zijn die blikken thans
 
En zonder glans.
 
 
 
't Is ijselijk bleek het arme wicht,
 
En op zijn schuldeloos aangezicht,
 
Blinkt geen bekoorlijk lachje meer
 
Gelijk weleer.
 
 
 
O God, heb deernis met mijn kind!
 
Of heb ik het te veel bemind?
 
Ach, 't was op aard de grootste schat,
 
Dien 'k ooit bezat...
 
 
 
Het is een sombere, sombere nacht;
 
Ik houde bij mijn lieveling wacht;
 
Zijn droef geklaag, wat bittere smart
 
Voor 't vaderhart!...
II. 15 Februari.
 
Ja 't herleeft ons teeder spruitje,
 
Onze liefde, ons heil en vreugd;
 
Moeder, wil nu niet meer weenen,
 
Staak uw tranen, wees verheugd.
 
 
 
Dagen, nachten waren somber;
 
Alle hoop was heengevlucht,
 
En ons hart, door smart gebroken,
 
Slaakte pijnlijk zucht op zucht.
[pagina 108]
[p. 108]
 
t Bitter hartzeer is vervlogen;
 
Juich thans: 't kindje wordt gezond;
 
Dra keert 't blosjen op zijn wangjes
 
En speelt 't lachjen om zijn mond.
 
 
 
Kor trijk, 1877.
 
Jacob Stinissen.

III.
De muziek.

Naar het Hoogduitsch.

 
Wie eenzaam staat in 't bonte levenswoelen,
 
En wat het leven dierbaar maakt, verloor,
 
Dien klopt, dien trilt het hart van diep gevoelen
 
Wen zangen zijner jeugd hem treffen 't oor.
 
Welkome tonen, uwes adems veder
 
Wekt gansch een sluimerende wereld op,
 
In treurende oogen brengt gij 't lachje weder
 
De duistre geest klaart plotslings helder op!
 
 
 
De zefier die, in 't rijke bloemenfleuren
 
Van 't Oosten wiegelt heen en weêr,
 
Verspreidt nog in de lucht haar balsemgeuren
 
Wen reeds de bloem verwelkt daar ligt ter neêr;
 
Zóó leeft, al is de droom des heils verzwonden.
 
Herinnering in de adem der muziek:
 
Een klein gezang uit gene beetre stonden
 
Herbrengt ons vroeger heil op snelle wiek.
 
 
 
Muziek, gij machtige, voor u verkoelt nog
 
Van de arme spraak zelfs 't uitdrukvolste woord;
 
Waarom ook zeggen wat het hart gevoelt? Och!
 
't Klinkt immers door uw gansche ziele voort!
 
Der Vriendschap woorden hebben vaak gelogen,
 
Welsprekendheid heeft liefde soms misleid,
 
Muziek alleen heeft nooit een hart bedrogen,
 
En vele duizend harten vaak verblijd!
 
 
 
Antwerpen, 23 Februari 1873.
 
Emile Brahm.
[pagina 109]
[p. 109]

IV.
Mijn bloempje.

- Muziek van Karel Richet. -

 
Er groeide een bloempje eenvoudig lier
 
In 't jeugdig groen verdoken,
 
Het scheen maar pas ontloken;
 
En mijm'rend wandelde ik daarheên...
 
Het bloempje loech mij aan, en 't scheen
 
Of ik betooverd door dien lach
 
De wereld zich hertooien zag,
 
Met nieuwe pracht en luister...
 
 
 
Graag keerde ik tot het bloempje weêr,
 
Door heime kracht gedreven;
 
Hoe schoon was toen mij 't leven!
 
Der vog'len lied in veld en bosch,
 
De zoete geur van kruid en mos,
 
De tooverglans der zilv'ren maan,
 
Dit deed mijn hart van vreugde slaan,
 
In 't bijzijn van het bloempje...
 
 
 
Eens toen ik weer daar droomend zat
 
Het bloempje te bekijken,
 
Dat glansend stond te prijken,
 
Kon ik den lust niet meer weêrstaan:
 
Ik zag het teederbiddend aan,
 
Ik trok trok het aarz'lend... bevend af, -
 
En waar ik mij voortaan begaf,
 
Verzelde mij mijn bloempje!...
 
 
 
En als de koude winterbries
 
Komt loeien door de takken,
 
En d'arme bloemen knakken,
 
Groeit in mijn ziel het bloempje voort;
 
Zijn zoete lach mij steeds bekoort,
 
God houde 't lang op aarde veil,
 
Het heet: mijn schat... mijn eenig heil;
 
De liefde van mijn harte!...
 
 
 
Lokeren.
 
Gustaaf Willems.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Adolf August Beernaert

  • P.J. Stinissen

  • Geeraard Brandt Jun.

  • Gustaaf Willems


datums

  • 1877