De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 11

Kroniek.

Tooneel- en letterkunde. - Prijskampen.

- In de tooneelvereeniging ‘Onder Ons’ te Woerden (Holland) heeft op 17 Januari e.k. eenen prijskamp van Declamatie plaats.

De prijzen aan dezen wedstrijd verbonden zijn: Voor dramatische voordrachten: een verguld zilveren medailleen een zilveren medaille. Voor komische voordrachten: een zilveren medaille en eene eervolle vermelding. Voor dames, werkende leden eener tooneelvereeniging zijnde, zullen als prijzen worden uitgereikt: Voor dramatische of komische voordrachten: een zilveren medaille. Een bronzen medaille. Eene eervolle vermelding.

- Door de zorgen van onzen vriend en medewerker Prof. Gustaaf Segers, werd op Donderdag. 23 December, in de Staatsnormaalschool van Lier het eerste Eeuwfeest van Tollens' geboorte gevierd. Dit letterkundig feestje genoot den meesten bijval. Vier leerlingen droegen de schoonste meesterstukken van den gevierden dichter voor, en dat op eene wijze die waarlijk de stoutste verwachtingen overtrof. De heer Segers zelf hield eene belangwekkende voordracht over ‘Tollens, zijn leven en zijn werken.’ Zeker zal dit feestje den besten indruk nalaten.

- Onder de nieuwste uitgaven op het gebied der fraaie letteren, in Vlaamsch-Belgie, vermelden wij met genoe-

[p. 44]

gen ‘Twee Novellen’ van Jan Boucherij, een net boekje, waarop wij nader terugkomen. - Eerlang komen van de pers de Lentesotternijen van De Mont, terwijl van Jan Van Droogenbroeck alsook van Th. Coopman met belangstelling eene nieuwe uitgave te gemoet gezien wordt. Verder wordt aangekondigd een bundeltje Fabelen van P. Vander Meiren, en ‘Mijmeringen’ van Gust. Rens, een debutant wien het niet aan aanleg voor de poëzie ontbreekt. Dit laatste werkje ligt ter pers bij De Schepper-Philips te Dendermonde.

- Wij vernamen met genoegen dat het drama, Roosje van den Veldwachter, van de heeren de Tière en Hendrickx, tot het genot der Staatspremiën is toegelaten.

- Met leedwezen vernemen wij dat het gekend Noordnederlandsch tijdschrift ‘De Banier’ sedert Nieuwjaar opgehouden heeft te verschijnen. Uit Noord-Duitschland ontvangen wij hetzelfde bericht wat de ‘Plattdütsche Husfründ’ betreft. Dit weekblad heeft vijf jaar lang de Platduitsche beweging krachtig gesteund.

- De zoo gunstig bekende Duitsche dichter Julius Lohmeyer is thans als hoofdredacteur aan het Deutsches Familienblatt verbonden. Dat is voorzeker een gewichtige aanwinst voor deze voortreffelijke illustratie, die thans, in de voorspoedigste omstandigheden haar tweeden jaargang intreedt, en waarop wij bij deze gelegenheid de aandacht onzer lezers vestigen. Deze prachtig verzorgde uitgave, even degelijk als goedkoop, (zoowat 8 fr. 60 per jg.) wettigt volkomen haren titel van ‘familieblad’. Het is den uitgever (J.H. Schorer, te Berlijn) gelukt, zich de medewerking der eerste schrijvers en kunstenaars van Duitschland te verzekeren. Alzoo behelst het eerste nummer van den nieuwen jaargang o.a. het begin van een boeienden roman, getiteld Mehalah, eene novelle van L. Schücking, een volkswetenschappelijk artikel van D^r P. Niemeyer, een opstel over muziekale opvoeding van Aloys Hennes, enz., enz. Het n^r wordt door een drietal prachtige houtgravuren opgeluisterd, naar schilderijen van Hans Dahl, Ludwig Knaus en A.H. Bakker Korff.

[p. 45]

- Een Haagsch uitgever is van plan een ‘letterkundig weekblad’ te stichten, in den trant van het Engelsche Atheneum of het Duitsche Litter. Centralblatt. Ook enkele schrijvers uit Zuidnederland zullen als medewerkers optreden.

- De Revue des deux Mondes geeft de brieven van Georges Sand uit. De eersten zijn uit het jaar 1824, toen de schrijfster nog slechts twintig jaar oud was. Men beweert echter dat de brieven van Alfred De Musset aan George Sand in dezen bundel niet zullen worden opgenomen.

- Het schijnt dat in Duitschland, zoowel als in Frankrijk, het tooneelschrijven voor sommigen een nog al winstgevend baantje is. De bekende blijspeldichter Adolf L'Arronge heeft het Friedrich-Wilhelm's-Theater te Berlijn aangekocht, en wel voor 1,350,000 Mark. Den 1^o October 1881 neemt hij den schouwburg over.

Toonkunde. - Prijskampen.

- Door de klas der schoone kunsten bij de Koninklijke Belgische Academie in voor 't programma van den Wedstrijd 1882, de volgende muziekale prijsvraag aangenomen:

‘Van welken aard was de muziek, die in de XV^de en XVI^de eeuw werd uitgevoerd door de benden muziekanten, welke door de stadsbesturen, door de souvereinen, door de gilden en neeringen, bijzonderlijk in de Belgische provinciën werden gebruikt? Welke was de instrumentale samenstelling dezer muziekbenden? Welke zijn de oorzaken der algeheele verdwijning der stukken, die voor hun gebruik werden gecomponeerd? - Prijs: eene gouden medalie ter waarde van 1000 frs.

- Gevaert's Quentin Durward is in den Koninklijken Muntschouwburg te Brussel met buitengewonen bijval heropgevoerd. Aan de tooneelschikking zijn ook buitengewone kosten besteed.

- Men zegt dat Richard Wagner van plan is zijn Fliegende Hollander tot een opera in één bedrijf herom te werken.

Beeldende kunsten.

- Onder de prijsvragen door de Koninklijke Academie van Belgie tegen 1882 uitgeschreven

[p. 46 ]

heeft men betrekkelijk de Beeldende Kunsten: (A) Onder kunstopzicht. de geschiedenis schrijven der Potbakkerskunst (Ceramique) in onze provinciëen, van af het Romeinsche tijdvak tot aan de XVIII^de eeuw. - (B). Den oorsprong nasporen van het bas-relief en het haut-relief, en een critisch onderzoek maken van de ontwikkelingen en wijzigingen welke deze manier van beeldhouwen op de verschillige tijdstippen der kunst en in de verschillige stijlen heeft ondergaan. - (C.) De karaktertrekken doen uitschijnen der Vlaamsche bouwkunst in de XVI^de en XVII^de eeuw. De gebouwen der Nederlanden aanduiden, waarin men deze karaktertrekken aantreft. De ontleding dezer gebouwenopgeven. - De waarde der gouden medaliën die voor elke dezer prijsvragen worden uitgeloofd is 800 fr. voor de eerste en 1000 fr. voor de tweede en de derde vraag. - De verhandelingen mogen in het fransch, in het vlaamsch (nederlandsch) of in het latijn worden opgesteld.

- De Bestuurraad der Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten te Antwerpen bericht de belangstellenden, dat de groote jaarlijksche Staatsprijskamp (prijs van Rome) dit jaar voor de Graveerkunst zal plaats hebben. Alle Belgen van minder dan 30 jaar worden als mededingers in den voorloopigen wedstrijd toegelaten, waarvan alleen de zes verdienstelijkste om den Prijs zullen kampen. - De laureaat ontvangt gedurende vier jaren een hulpgeld van 4000 fr., om zijne studien in den vreemde te gaan voltrekken. Er kan ook een 2^de prijs (gouden medalie en 300 fr.) door de Jury worden toegekend. De opening van die prijskamp heeft plaats op 4 April 1881, in het lokaal der Antwerpsche Academie.

- In Belgie's hoofdstad zullen binnen kort niet minder dan drie standbeelden worden opgericht: aan Marnix van St.-Aldegonde, aan Anneessens en aan Van Helmont. - De prijs van elk monument (voetstuk in begrepen) wordt op 40,000 fr. beraamd. De artisten, met de uitvoering dezer monumenten gelast, werden gekozen bij gemeenschappelijk overleg tusschen Staat en Stad, die elk de helft der kosten op zich nemen. Aan den hr Paul De Vigne is toevertrouwd het standbeeld van

[p. 47]

Marnix, aan M. Vander Linden dat van Van Helmont, en aan M. Vinçotte dat van Anneessens.

Vlaamsche taalbelangen.

- Te Antwerpen is, onder eere-voorzitterschap van Jan Van Beers, tot stand gekomen eene Vlaamsche Vrijzinnige Vereeniging, ter verdediging onzer eigen taal- en kunstbelangen. ‘Geen vraagpunt, zegt het manifest der Vereeniging, dat aan die belangen raakt zal voor ons onaangeroerd voorbijgaan. - Geene middelen zullen wij onbeproefd laten om onze letterkunde, onze schilderschool, onze muziek, de eigenaardige richting te doen behouden, waaraan zij hare voortreflijkheid te danken hebben.’

- Te Brussel heeft de Vlaamsche Beweging op politiek gebied een beduidende zegepraal behaald: de heer L. Vander Kindere, de Vlaamschgezinde rector der vrije Universiteit, is tot volksvertegenwoordiger gekozen. Eene flinke aanwinst voor het Vlaamsch element in de Kamer.

- Een Vlaamsche Studentenkring is te Brussel tot stand gekomen, met het doel onder de studeerende jeugd sympathie en ondersteuning voor de Vlaamsche zaak aan te werven.

- Onder den titel van De Vlaamsche Standaard verschijnt in de Hoofdstad sedert nieuwjaar een nieuw strijdersblad, uitsluitelijk aan de verdediging onzer Taalbelangen gewijd.

- In den Gemeenteraad te Gent werd onlangs (om reden van... bezuiniging!) het zonderlinge voorstel gedaan, de Nederlandsche uitgave van het Bulletin Communal af te schaffen. Onnoodig erbij te voegen dat zulks door de Vlaamschgezinde leden van den Raad hevig werd bestreden. De heeren De Vigne, Prof. Heremans, Rogghé en Burggraeve hebben het taalrecht der Vlaamsche bevolking weer krachtvol en overtuigend verdedigd. De uitslag van het debat was het behoud der uitgave van het Bulletin in de twee talen.

- Dezer dagen hield D^r Jan Ten Brink te 's Gravenhage met zeer veel bijval eene merkwaardige voordracht over de Vlaamsche Beweging. Men weet dat Ten Brink in Noord-Nederland een der ijverigste voorstanders onzer Beweging is.

- De Brusselsche volksmaatschappij De Veldbloem heeft een manifest verspreid, om aan te toonen dat het de plicht

[p. 48]

aller Vlamingen is, bij de Nationale Volksoptelling, die deze maand plaats heeft, officiëel vast te stellen dat onze moedertaal de taal is die wij gewoonlijk in onzen familiekring gebruiken.

Necrologie.

Bernard Ter Haar, gevierde Noord-nederlandsche dichter, overleden te Velp, in den ouderdom van 74 jaren. - Tot de meest populaire zijner poëtische gewrochten behooren in de eerste plaats: Huibrecht en Klaartje en de St.-Paulus-rots. In 1849 werd hij door den Koning van Holland tot ridder van den Nederlandschen Leeuw, en in 1879 tot commandeur van de Orde der Eikenkroon benoemd. Zijne talrijke schriften in proza zijn meest van godsdienstigen of historischen aard. Enkele Ter Haar's gedichten werden door de Jaegher en Prudens Van Duyse in het Fransch, en door W.R. Thomson in het Engelsch vertaald.

- D^r B.A. Van Ackere, heelkundige, overleden te Dixmude, den 12 December, 1880. - De heer Van Ackere, de echtgenoot onzer gevierde hoofddichteres, Mevr. Van Ackere-Doolaeghe, was een geleerd en een in menig opzicht verdienstelijk man, die in den hoogsten graad de algemeene sympathie genoot. Meer dan iemand wist hij de rijke gaven en gevoelens zijner gevierde echtgenoote te waardeeren; hij was een ijverig lid der twee vlaamsche maatschappijen ‘Nu morgen niet!’ en ‘De ware Van Duyse's vrienden.’ Beide kringen hebben den betreurden volksvriend Van Ackere bij zijn graf verdiende hulde gebracht.

- Karel Lodewijk Boucherij, beeldhouwer, overleden te Antwerpen, in den jeugdigen ouderdom van 24 jaren. - (12 Januari 1881). - De heer K.L. Boucherij (broeder van den Vlaamschen schrijver van dien naam) was een jong artist van veel aanleg. Zijn jeugdig afsterven is derhalve een verlies.