Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 17 (1887)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 17
Afbeelding van De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 17Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 17

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.79 MB)

ebook (4.04 MB)

XML (1.33 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 17

(1887)– [tijdschrift] Vlaamsche Kunstbode, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Kroniek.

Letter- en tooneelkunde.

- Het Letterkundig Congres, dat den 26e September en volgende dagen te Amsterdam zou gehouden worden, is, ter wille van de Vlaamsche bezoekers, voor wie genoemde dagen minder geschikt bleken te zijn, tien dagen vervroegd. Het zal nu plaats hebben op Donderdag 15, Vrijdag 16 en Zaterdag 17 September e.k.

De plechtige ontvangst is bepaald op Woensdag 14 des avonds.

Men rekent er op dat een groot aantal Vlaamsche letterkundigen en geleerden naar Amsterdam zullen komen. Zij zullen er, te oordeelen naar de belangstelling, die zich in verschillende kringen voor de zaak openbaart, hartelijk ontvangen worden.

Verschillende feestelijkheden zijn in voorbereiding: tooneelvoorstelling, muzikale bijeenkomst, enz.

Zij die lid van het Congres wenschen te worden (aan 5 franken), hebben hun naam en woonplaats slechts op te geven, aan den Secretaris van het Congres, Mr N. de Roever, 21 P.C. Hooftstraat te Amsterdam.

- Breidelfeesten. - Brugge was verleden Maandag 11 Juli in volle feest.

Van alle kanten uit het land en zelfs uit den vreemde waren duizenden personen opgekomen, om de onthulling bij te wonen der standbeelden van Breidel en De Coninc.

't Was de 11 Juli, dus de 585e verjaardag van een der

[pagina 333]
[p. 333]

roemrijkste feiten onzer vaderlandsche geschiedenis, gekend onder den naam van De slag der Gulden Sporen, waarin de Vlamingen, aan wier hoofd Breidel, de maceclier of beenhouwer, en De Coninc, de wever, het Fransche leger van Filips den Schoone in de vlakten van Groeningen bijna totaal verdelgden, en aldus Vlaanderen redden van het vreemde juk, van de uitheemsche dwingelandij.

Al wie Vlaming is en wat gelezen heeft, kent deze heugelijke geschiedenis, zoo prachtig en overheerlijk afgeschilderd in Conscience's Leeuw van Vlaanderen.

Niet minder dan 219 maatschappijen waren in den stoet vertegenwoordigd met hunne vaandels of kartels. Die stoet was dan ook overheerlijk.

Achter het muziek der Burgerwacht stapten de officiers der beide bataillons; de Breidel-Commissie met haren voorzitter M. Coppieters 't Wallant, sloot den stoet.

Op de Markt had men verscheidene verhoogen opgericht, waarvan het middenste voorbehouden was aan de personen door de Breidel-Commissie uitgenoodigd, en onder welke men bemerkte den heer Ridder Ruzette, goeverneur van West-Vlaanderen; graaf A. Visart de Bocarmé, burgemeester van Brugge; M.E. Jooris, arrondissementcommissaris; de generaals en kolonels der bezetting; M. Herman, procureur des konings; M. Scheridan, provinciale greffier, en meer andere overheden der provincie, als M. Coupy de Beauvolers, gouverneur van Limburg.

Vergeten wij Mevr. Conscience niet, die naast den heer burgemeester zat, en de dochter van H. Conscience, Mevr. Antheunis, die zich nevens den heer gouverneur bevond.

De heeren De Vigne en De la Censerie, die 't Breidelgedenkstuk gemaakt hebben, waren insgelijks aanwezig.

Het was omtrent 4 ure en half toen al de maatschappijen met vaandels en eereteekens op de Markt vereenigd stonden, rond het gedenkstuk geschaard, en omgeven door eene dicht opeengedrongen menigte, derwijze dat de ruime vlakte heel en al vervuld was met feestvierende Vlamingen; men mag het getal aanwezigen op 's minstens twaalf duizend schatten.

Die jubelende menigte, de schitterende standaarden, die wapperende vlaggen, die geestdriftig spelende muzieken, - dit alles vormde een verrukkelijk geheel, onvergeetbaar voor allen die 't mochten aanschouwen; van op den Halletoren moet het uitzicht bijzonder aangrijpend geweest zijn.

Al met eens heerscht er eene groote stilte; het plechtig oogenblik der onthulling nadert.

Heer Coppieters 't Wallant neemt het woord en verhaalt in bondige zinsnede den heldenstrijd van 1302; hij herinnert de heugelijke gebeurtenissen tijdens dewelke Breidel en de Coninc leefden, werkten en streden voor 't behouden van eigen Taal en Bestaan; hij doet welsprekend uitschijnen welke rechten die Volkshelden hebben op onze eeuwigdurende

[pagina 334]
[p. 334]

erkentelijkheid; hij toont dat het oprichten van een gedenkstuk hun tot waardige en welverdiende hulde verstrekt.

Ten slotte verklaart M. Coppieters de beelden plechtiglijk door de Breidel-Commissie ingehuldigd.

Het doek dat dezelve omhulde valt, onder de luidruchtige toejuichingen van het gansche volk, en fanfarenspelers, op den Halletoren geplaatst, heffen het lied aan ‘Vlaanderen.’

Meester Peter Benoit, den maatstaf in de hand, staat gereed; de muzieken en koorzangers zien aandachtig naar hem toe; op het door hem gegeven teeken, spelen twaalf muzieken en zingen twaalf duizend stemmen dit schoone, beteekenisvolle lied, alsook vervolgens het Lied der Vlamingen.

Deze weergalooze uitgalming is zoo indrukwekkend dat men verzaken moet dezelve te beschrijven, want de pen is onmachtig om de gevoelens te vertalen welke in aller harten ontstaan.’

- De Nederduitsche Bond van Antwerpen vierde den 24n Mei ll. den verjaardag van zijn 25jarig bestaan, met een prachtig muziekfeest, dat in de groote zaal van de koninklijke Harmonie plaats had. Als zangers traden op Mev. de Give-Ledelier, Mej. De Saeger en de Heer Fontaine. Muziekstukken van Peter Benoit en Blockx werden er voorgedragen onder luide bijvalsbetuigingen. Het merkwaardigste van den avond was echter de Jubelkantate, te dezer gelegenheid door Willem van Rijswijck gedicht, en door Aloïs Berghs getoonzet. Honderden zangers en muzikanten namen deel aan de uitvoering van dit puike gewrocht, dat dan ook de luidruchtige toejuichingen der duizenden toehoorders mocht inoogsten.

Onder de aanwezigen bevonden zich de Goeverneur der provincie, verscheidene volksvertegenwoordigers en senateurs van Antwerpen, de vertegenwoordigers der Vlaamsche drukpers, de heeren Peter Benoit, Jan Blockx, Emiel Wambach, enz., enz.

De voorzitter J. van den Bemden, senateur, verhinderd zijnde de feestrede uit te spreken, zoo werd deze gehouden door den heer Peeters-Verellen, lid der Bestendige Afvaardiging van den Provincieraad. Deze gekende flamingant besprak het ontstaan van den Ned. Bond, zijne werkingen op taal- en staatkundig gebied, zijne menigvuldige pogingen tot vervlaamsching van stedelijk en provinciaal bestuur, zijne medewerking aan alles, wat de rechten der Vlamingen moest doen eerbiedigen; hij bracht in herinnering wat door het toedoen van den Bond zooal verkregen was, en bepaaldelijk de wetten van Coremans en Jan De Laet, de Vlaamsche muziekschool, den Nederlandschen Schouwburg, enz.

Het feest, dat eenieders goedkeuring wegdroeg, mag als ten volle gelukt beschouwd worden, dank vooral aan de leden van de feestkommissie, die zich van hunne moeilijke zending bijzonder goed hebben gekweten.

- Het Bestuur van het Taalverbond, welks oprichting

[pagina 335]
[p. 335]

wij in onze vorige aflevering mededeelden, is volgenderwijze samengesteld: Voorzitter, D. Sleeckx; Ondervoorzitter, Max Rooses; Schrijver, Pol de Mont; Schatbewaarder Frans van Cuyck.

- De uitgever Sijthoff te Leiden zal nu ook de romantische werken van J.J. Cremer in volksuitgaaf laten verschijnen in 12 boekdeelen, formaat en druk als de werken van J. van Lennep, waarvan nu reeds over de 11,000 ex. van elk deel geplaatst zijn. Het eerste werk zal zijn: Dokter Helmond en zijn Vrouw. Het telt over de 400 bladzijden en kost ook maar een frank. Van heden af kan men voor België inteekenen bij Jan Boucherij, te Antwerpen.

- Van de pers gekomen: Langs naakte dreven, schetsen en gedichten door Isidoor Albert. Het boek bevat een vijftigtal stukken, in gebonden en in ongebonden stijl. Het bundeltje behelst 136 blz. en is als drukwerk ook zeer wel verzorgd.

- Met genoegen vernemen we, dat binnen kort een nieuw deel van Grootmoeders Vertelboek, door J. Sabbe en A. Vermast, het licht zal zien.

- Aangekondigd wordt een bundel Schetsen en Verhalen door Reimond Styns: Broodnijd, Een kijkje, Arme Mina, De kraaienhoeve, Regina Coeli. Het werk zal circa 190 blz. beslaan.

- De heer Edm. Hendrikx is bestuurder benoemd van den nieuwen Vlaamschen Schouwburg te Brussel.

Beeldende kunsten.

- De aanstaande tentoonstelling te Brussel zal op 1 September geopend worden. Al de werken moeten voor 1 September ingezonden worden. Er is al heel wat rumoer onder de kunstenaars over die tentoonstelling. De kommissie heeft besloten geene enkele onderscheiding meer toe te kennen. Heel wel. Het komt ons nochtans voor dat zij, die vroeger onderscheidingen bekomen hebben, nu zedelijk verplicht zijn de opsomming hunner eeretitels achterwege te laten. Dit schijnt ook de meening van de inrichtings-kommissie te zijn, want op het inzendings-bulletijn komt geen vak voor, dat dienen moest om de ontvangene onderscheidingen te vermelden. Een andere maatregel, die velen minder aangenaam zal voorkomen, is het aannemen van slechts vier à vijf honderd schilderijen. Dit, zegt men is de wil der kommissie, want aan het te kort van plaats zou het niet te wijten vallen. Er zou der kommissie ruimte genoeg ter beschikking gesteld zijn, om zeker het dubbel getal schilderijen te plaatsen. Arme kommissie, wat verwenschingen zullen haar naar het hoofd geslingerd worden! Maar ze zal het gewild hebben.

Onder de leden der inrichtings-kommissie bemerken wij de HH. Buls, voorzitter, Biot, Claeys, Balat, Joris, E. Le Clerq, A. De Vriendt, de Groote, Edm. Picard, Schadde, Verlat, Drion en Wauters, leden, Stiénon, sekretaris. De HH. Vander Haeghen, en L. De Cock van Gent hebben voor het lidmaatschap bedankt.

[pagina 336]
[p. 336]

- De fontein van Jef Lambeaux zal tijdens de kermisfeesten, te Antwerpen ingehuldigd worden.

- De laatste steen is op het nieuwe Musaeum van Antwerpen gelegd. De werken gaan goed vooruit en het is te hopen dat de inhuldiging niet lang meer uitblijven zal. We kunnen het niet nalaten, te dier gelegenheid eens te vragen, hoe het met de herstellingswerken van het Steen is. Er wordt daar zoo maar niets meer van gehoord. Er zal dit jaar zeker niets meer uitgevoerd worden, nog twee maanden, dan staat de winter voor de deur. Er zal wel zoolang gewacht worden tot men zeggen zal dat herstellen niet meer helpen kan en het Steen moet afgebroken worden.

Vlaamsche belangen.

- Met genoegen vernemen wij, dat de Minister van Oorlog, al de stukken, welke tot de soldaten gericht worden, in de twee talen doet drukken. Ziedaar een nieuws, dat in Vlaamsch België zal toegejuicht worden.

- Onze lezers zullen zich nog herinneren, dat wij over drie jaren, in ons bijvoegsel aan ons tijdschrift, getiteld De Boekhandel, herhaaldelijk de aandacht hebben geroepen op de hooge vracht, welke de verzending van drukwerken naar Holland en wederkeerig kost. Wat wij toen te vergeefs hebben gevraagd, heeft thans in Holland eene beweging doen ontstaan van uitgevers, boekhandelaren en bijzonderen, die een vertoogschrift tot dit doel aan den Koning hebben gestuurd. Ook hier te lande is de zaak der portvermindering aan de orde gekomen. De Bond der Belgische Drukpers hield er zich reeds mede bezig, en thans heeft de Antwerpsche afdeeling van het Willemsfonds aan den Minister van posten en telegrafen een verzoekschrift gezonden, om te vragen ‘dat voor dagbladen en drukwerken de posttaks verlaagd worde tot het tarief, dat België thans binnen zijne eigene grenzen vordert.’

Wij ondersteunen, natuurlijk, ten volle dit vertoog en dringen bij andere kringen en vereenigingen aan, dat zij zich met hetzelfde doel tot den Minister zouden wenden.

Sterfgeval.

- Karel-Lodewijk Ternest, oud-Hoofdonderwijzer der Gemeenteschool van Wetteren, Ridder der Leopoldsorde, Lid der Maatschappij van Nederlandsche Letterkunde te Leiden en van andere taal- en letterkundige genootschappen, geboren te Dentergem den 19 October 1812, is op 21 Juni l.l. te Wetteren overleden.

Hij heeft verscheidene schoolwerkjes geschreven, die overal gebruikt worden, alsook menigvuldige bijdragen in tijdschriften, vooral in ‘De Toekomst.’ Zijne Hoogduitsche spraakleer is een zeer gezocht boek. Zijn werkje Uitspraakleer der Nederlandsche Taal, door het Willemsfonds bekroond en uitgegeven, beleefde verschillende uitgaven en wordt nog voortdurend geraadpleegd.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken