Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .vi. Capit.

1

Ga naar margenoot+TObias is ghereyst, ende die hont is hem nageuolcht, ende bleef inden eersten auont biden stroom Tygris,

2

Ende hi ginc wt, dat hy zijn voeten soude wasschen, ende siet, eenen groten visch ginc wt, om hem te verslinden.

3

Den welcken Tobias ontsach, ende riep met groter stemmen seggende. HEERE, hi vaert mi toe

4

Ende die enghel seyde hem. Grijpt zijn wammen, ende trect hem tot v. Ende als hi dat ghedaen had, so trock hi hem opt droghe, ende hi begonst te spertelen voor zijn voeten.

5

Doen seyde hem denghel. Doet het ingewant van desen vissche wt, Ga naar margenoot+ ende bewaert v zijn hert, ende galle, ende leuer, want dese dingen zijn nootelijck totter medecinen, ende nutte,

6

Als hi dat gedaen hadde, briedt hi zijn vleesche, ende si droeghent met hen inden wech Dandere souten si, dat hen ghenoech ware [kolom] opten wech, tot dat si quamen tot Rages de stat der Meden.

7

Doen vraechde Tobias den enghel, ende seyde hem. Azaria broeder, ick bidde v dat ghy mi segt, wat machten dese dinghen hebben, die ghi vanden vissche beuolen hebt te houden?

8

Ende denghel antwoorde, ende sprac tot hem. Ist dat ghy een stucsken des herten op die kolen ligt, soo verdrijft sinen roock alle aert van duyuelen, het si van man oft van wijf, also dat die voort aen niet meer tot hem en comet,

9

Ende die galle is nutte, om die oogen te saluen, daer een vlecke in is, ende si worden ghesont.

10

Ende Tobias seyde hem. Waer wilt ghi dat wi bliuen?

11

Die engel antwoorde ende sprac. Ga naar margenoot+ Hier is een man genaemt Raguel, die naeste van uwen gheslachte, ende dese heeft een dochter genaemt Sara, ende hi en heeft noch knechtken, noch meysken, anders dan haer,

12

V behoort alle zijn goet, ende ghi moetse tot eender huysurouwen nemen,

13

Hierom begeertse van haeren vader, ende hi salse v tot eender huysurouwen geuen.

14

Doen antwoorde Tobias ende seyde, Ic hoore dat si seuen mannen gegeuen is, ende si zijn gestoruen, ende dat heb ic ooc ghehoort datse die duuel gedoot heeft,

15

hierom so vreese ic, dat my dese dingen ooc toe mochten comen, ende want ic minen ouders eenich ben dat ic haer ouderdom met droefheit ter hellen soude setten.

16

Ga naar margenoot+Doen seyde die enghel Raphael tot hem Hoort mi, ende ic sal v toonen wiese zijn, ouer welc die duuel macht mach hebben,

17

Die gene die dat huwelijck also aenueerden, dat si god van haer ende van haeren gedachte wtsluyten, ende hen also tot haerder wellusticheit geuen, als dat paerdt ende den muyl, die gheen verstant en hebben, Ga naar margenoot+ ouer die heeft die duuel macht,

18

Maer als ghise ghenomen hebt, so gaet in v camere, ende onthout v drie dagen van haer, ende ghi en sult niet anders doen, dan ghi v tot ghebeden sult gheuen met haer,

19

Ende in dier seluer nacht ontsteeckt dye leuere des visschs, ende die duuel sal verdreuen worden

20

Inden anderen nacht sult ghi toeghelaten worden in die tsamenuoeginge der heyliger patriarchen,

21

Ende inden derden nacht suldi dye gebenedijnghe vercrighen, dat gesonde kinderen wt v worden gheboren,

22

Maer den derden nacht ouer zijnde, sult ghy dye maecht nemen, met vreesen des HEEREN, meer wt liefden der kinderen, dan wt wellusticheyt, op dat ghi inden zade Abrahe die gebenedynge inden kinderen vercrigen moecht.

§ Hoe si tot Raguels huys quamen, ende Sara metter ghe-

[pagina Ee1r]
[p. Ee1r]

benedijnghe wert si hem ghegheuen, ende het houwelijck wort hier beschreuen.

margenoot+
A

margenoot+
B

margenoot+
C

margenoot+
D

margenoot+
Psal. xxxi


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken