Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dauids .xliij. Psal. § Een onderwisinge der kindren Chore. Ga naar margenoot+ § Deus auribus nostris audiuimus.

2

Ga naar margenoot+GOd wi hebbent met onsen ooren ghehoort, onse vaders hebbent ons vercondicht, dwerck dat ghi ghedaen hebt in haeren daghen in die oude daghen.

3

Vwe handt heeft die heydenen verdreuen, ende ghy hebter hen in gheplant, ghi hebt dat volck gheslaghen ende verdreuen.

[pagina Ii3r]
[p. Ii3r]

4

Want si en hebben dat lant niet ingenomen door haer sweert, ende haeren arm en heeftse niet behouden. Maer uwe rechter hant, uwen arm, ende dat licht ws aensichts, want ghi hadt een goet behagen aen hen.

5

Ghi zijt selue mijn coninck ende mijn God, ghi die ghebiet Ga naar margenoot* Iacobs salicheyden.)

6

Door v sullen wi onse vianden omweynden met den hoorn, ende in dijnen naem sullen wi versmaden, die hen tegen ons setten.

7

Ga naar margenoot+Want ick en sal mi niet verlaten op mijnen boge, ende mijn sweert en sal mi niet behouden

8

Want ghi hebt ons behoet van die ons quellen, ende die ons haten, hebdi beschaemt.

9

Wi sullen Ga naar margenoot* gepresen worden den gheheelen dach in) God, ende uwen naem Ga naar margenoot* beliden) eewelic,

10

Maer in v hebdi ons verworpen ende bescaemt, ende ghi God en sult niet wtghaen in onse heyrcrachten.

11

Ghi hebt ons omghekeert na onse vianden, ende die ons haten, beroofden ons tot hueren profite.

12

Ga naar margenoot+Ghi hebt ons gegeuen als schapen tot spise, ende hebt ons verstroyt onder die heydenen,

13

Ghi hebt v volck vercocht sonder prijs, ende daer en was gheen menichte in huerder wisselinghe.

14

Ghi hebt ons onsen ghebueren tot eenen verwijt ghestelt, een schimpe, ende bespottinghen den genen die rontsom ons woonachtich zijn.

15

Ghi hebt ons tot een Ga naar margenoot* gelikenisse) ghestelt den heydenen, ende onder die volcken een hooftschuddinghe.

16

Alle den dach is mijn schaemte teghen mi, ende die scande mijns aensichts heeft mi bedect.

17

Vander stemmen des verwiters ende lasteraers, vanden aensicht des viants ende Ga naar margenoot* veruolghers)

18

Dit alle is ouer ons ghecomen, ende wi en hebben ws nochtans niet vergeten, ende wi en hebben niet booslick ghedaen in uwen Ga naar margenoot* testamente.)

19

Ga naar margenoot+Ende onse herte en is niet achter waert gegaen, ende ghi hebt onse paden af doen keeren van uwen wech.

20

Want ghi hebt ons vernedert in die plaetse der Ga naar margenoot* quellingen) ende die schaduwe der doot heeft ons bedect.

21

Waert dat wi vergaten den name ons Godes, ende hieuen onse handen op tot eenen vremden God,

22

En soude God dat niet eyschen, want hi kennet die verborgentheyt des herts. [kolom] Want wi worden daghelics om uwent wille gedoot, ende zijn geacht als slachscapen.

23

Staet op HERE, waeromme slaept ghi? staet op, ende en verstoot ons niet ten eynde toe.

24

Waeromme keert ghi v aenschijn af, vergetet ghi onser armoede ende verdruckinge?

25

Want onse ziele is vernedert tot in dat stof onsen buyc cleeft aen dat aertrijck.

26

HEERE staet op, ende helpt ons, ende verlost ons, om Ga naar margenoot* ws naems) wille.

margenoot+
int heb. den xliiij. Psal.

margenoot+
A

margenoot*
the. Iacob te helpen.

margenoot+
B

margenoot*
theb. dagelics beroemen van
margenoot*
th. dancken

margenoot+
C

margenoot*
h. gemeyn woort.

margenoot*
theb. wrakers

margenoot*
th. verbont.

margenoot+
D

margenoot*
the. draken.

margenoot*
the. bermhertichheyts.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken